Van leessteen tot laserchirurgie
'Alles staat weer haarscherp op mijn netvlies'
Ziek op de
crèche
Gezondheid
Overdracht huidkankervirus ook door tongzoenen
u
MAANDAG 13 NOVEMBER 2000
,,Op de crèche hebben ze me teruggestuurd. Renske
heeft ontstoken oogjes en daarmee willen ze haar niet
hebben, tenzij ze ervoor behandeld wordt door de dok
ter. Zodoende ben ik maar meteen hierheen gekomen",
zegt mevrouw Harmsen bij het binnenkomen.
Renske is 4 maanden oud. Ze is wat verkouden, maar
doet het verder prima. Blozende wangen, goed door
voed, tierig en stralende ogen. Er is wat gelige pus te zien
bij de hoekjes van haar neusje, waar de traanbuisjes uit
monden. „Meestal is het een virale ontsteking, in combi
natie met een verstopping van de traanbuisjes", leg ik
uit, als ik de baby heb onderzocht.
„Het is niet nodig dit te behandelen, masseren van de
traanbuisjes levert de meeste winst op, met aansluitend
reinigen van de oogjes met wat lauw gekookt water. Het
oogwit is nog mooi wit, daarom heeft ze er ook geen last
van. Het is erger voor de ouders en de crèche dan voor
Renske zelf."
.Alles goed en wel, dokter", zegt mevrouw Harmsen,
maar dan wil ik toch graag een briefje van u hebben,
waarin u uitlegt, dat ik bij u geweest ben, en dat het voor
Renske en andere kinderen niet gevaarlijk is dat ze die
pus in de oogjes heeft. Ik ben bang, dat ik terug moet
met haar naar huis als ik alleen maar mijn verhaal ver
tel."
Nu zit ik met een probleem. Als huisarts is het mij niet
toegestaan verklaringen af te leggen over mijn patiënten.
Dat is een regel, die door de Landelijke Huisartsen Ver
eniging is ingesteld, om zowel de patiënt als de huisarts
af te houden van oneigenlijke verklaringen. Een huisarts
kent zijn patiënten en hun belangen te goed, om een on
partijdig oordeel te kunnen vellen. Daarom moet een
onafhankelijke derde dit beslissen in voorkomende ge
vallen. Maar daar zal mevrouw Harmsen geen oren naar
hebben. Ik kies daarom voor de gulden middenweg.
„Zegt u maar dat ze me kunnen bellen, als dat nodig is",
stel ik voor. „Dan kan ik uw verhaal beamen." Met deze
steun in de rug vertrekt ze snel om Renske naar de crè
che te brengen en zelf naar haar werk te kunnen gaan.
Wat later die ochtend staat Jan met zijn vader bij me aan
het bureau. Jan is twee jaar, hij kent de spreekkamer al.
In de eerste vier jaar zie ik de meeste kinderen regelma
tig, daarna wordt het meestal rustiger, en hebben ze hun
afweer tegen de meeste kinderziekten en verkoudheden
opgebouwd. Jan is zichzelf niet, dat is goed te zien. Hij
leunt wat tegen zijn vader aan, heeft hoogrode wangen,
en zuigt op zijn duim. In zijn andere hand heeft hij een
sabbeltje, waarmee hij tegen zijn mond wrijft.
„Wat kan ik voor u doen", vraag ik. Jans vader vertelt dat
ze de hele nacht in de weer zijn geweest. Jan was niet stil
te krijgen, steeds maar jammeren. Ik denk, dat hij last
heeft van zijn oren. Ik ben maar met hem naar het
spreekuur gekomen, want mijn vrouw heeft al vroeg een
vergadering op kantoor. Zelf heb ik vandaag de mogelijk
heid om aan huis te werken, het voordeel van het tele
werken.
Jan heeft oorontsteking, en een beetje koorts. Ook krijgt
hij een kiesje, zie ik in zijn mond. „Mag hij naar de crè
che, of kan hij beter thuis blijven?", vraagt zijn vader.
Gevaar levert de ontsteking niet op voor Jan, en ook niet
voor de andere kinderen. Strikt genomen kan hij dus
naar de crèche, maar hij is moe, heeft niet geslapen, en
zal zich thuis prettiger voelen. Gelukkig levert dit geen
probleem op, en Jan vertrekt met wat neusdruppeltjes
en een goede pijnstiller naar huis. Als troost mag hij een
keuze maken uit de pot met ballonnen en kleine speel
tjes. Hij kiest een autootje. Een kinderhand is gauw ge
vuld, maar met die pot bereik ik wel dat kinderen een
volgende keer graag komen.
Die ochtend zie ik nog een kindje. Maaike. Zij heeft uit
slag op de romp en de wangen. Maaike is acht maanden.
De uitslag is nog niet echt duidelijk,' het is de eerste dag,
vertelt de oppasmoeder, die met Maaike is meegeko
men. Ook op de crèche waar Maaike gewoonlijk heen
gaat, willen ze eerst horen wat de dolrier er van vindt.
Het gaat vooral om de risico's. Voor de andere kinderen,
maar ook voor de mogelijk zwangere moeders, die wel
licht door een besmetting oplopen van de ongeboren
vrucht, en daardoor mogelijk een miskraam, of aangebo
ren afwijkingen. Moeders, die onvoldoende afweerstof-
fen tegen rode hond bij zich dragen, krijgen daarom al
tijd bij de eerste zwangerschapscontrole te horen, dat ze
voorzichtig moeten zijn in de eerste 14 weken, en een
mogelijke besmetting met rode hond moeten zien te ver
mijden.
Maaike is niet ziek, heeft wel vlekjes. In dit stadium kan
ik nog geen diagnose stellen. Maar de oppasmoeder is
deze dag beschikbaar, dus leg ik uit dat Maaike zelf geen
risico loopt, zodat ze eerst rustig kan uitzieken, alvorens
we maatregelen moeten nemen.
Wat is het toch een georganiseer, denk ik als ook Maaike
weer de spreekkamer uit is. Ouders van nu krijgen kinde
ren, maar ze werken meestal allebei een deel of de gehe
le week. Eén van de eerste dingen, die ze organiseren,
zodra blijkt dat er een eindje op komst is, is een goede
crèche. Óf een oppas aan huis. Liefst allebei, want de
crèche heeft zo haar regels. Zieke kindertjes zijn zelden
welkom. Soms is er de mogelijkheid van een ziekenboeg,
maar dat is veelal een uitzondering.
Op het werk denken ze aan hun zieke kind, en thuis den
ken ze aan hun collega's, die plotseling hun werk moe
ten overnemen bij ziekte van hun kind. Ze hebben ge
lukkig atv-dagen, die ze kunnen opnemen, of ze laten
vakantiedagen sneuvelen voor het goede doel. Dat leidt
niet zelden tot stress bij ouders en kind.
Het is de consequentie van de huidige maatschappij,
maar crèches op de werkplek, waar vader of moeder in
de pauze kunnen binnenlopen, om even te kijken hoe
het gaat, zijn uitzondering. Terwijl uiteindelijk ook de
werkgever er bij gebaat is, omdat de
betrokken ouders minder uit hun
doen geraken. En als ik toch ergens
voor mag pleiten: Er zouden ook dui-
delijke regels moeten worden afge-
sproken over infecties, waar kinderen
M nog mee naar de crèche mogen ko
men. Dat kan veel onnodig bezoek
aan de huisarts voorkomen.
MARIEKE VAN SCHIE, huisarts
REDACTIE: RIEN POLDERMAN'
Verslaggeefster Helma van den
Berg was het gedoe met brillen
en contactlenzen zat. Ze besloot
haar ogen te laten behandelen
met laserstralen. Haar ervarin
gen zette ze op papier.
Na de verdovende oogdruppels
slaat de twijfel voor het eerst in
al die weken toe. Mijn goed
heid, wat doe ik? Mijn welis
waar bijziende, maar toch ge
zonde ogen in de waagschaal
stellen?
De afspraak staat zwart op wit.
Over een half uur word ik ver
lost van veertig jaar brillen,
contactlenzen en oogirritaties.
Door lasik, een ogenschijnlijk
simpele maar super geavan
ceerde behandeling waarbij het
bovenste laagje van het hoorn
vlies door een sneetje wordt
opengeklapt en het resterende
deel van het hoornvlies met la
serstralen vlakker wordt gesle
pen. Met een weer dicht geklapt
hoornvliesflapje moeten mijn
ogen na een dag weer als nieuw
zijn. Zonder hulpmiddelen
kunnen zien...
Maar wat als er iets mis gaat?
Wat gebeurt er als dat wonder-
apparaat ineens kuren krijgt?
De enthousiaste woorden van
de oogarts klinken weer in
mijn oren. 'Fantastisch wat de
techniek de mensheid nu te
bieden heeft.' Flarden van in
formatie, eerder uitvoerig aan
gereikt tijdens de voorbereiden
de bijeenkomstenstellen
eveneens gerust. En dan de
herinneringen aan de vele on
gemakken. Zwemmen zonder
een mens te kunnen onder
scheiden. Gepruts met aller
hande lenzen, afgewisseld met
brillen waarvan op het laatst
drie glazen op de neus staan:
voor dichtbij en veraf en om op
een beeldscherm te kunnen kij
ken. De twijfel is voorbij. Dit is
wat ik wil: een stel gerenoveer
de ogen.
Precies op tijd beland ik in de
operatiekamer. Steriel ingepakt
en knus toegedekt. Vanachter
twee OK-maskers klinken de
stemmen van de oogarts en
optometrist vertrouwd. Mijn
gezicht wordt afgedekt, uitge
zonderd het rechteroog dat het
eerste wordt behandeld en met
een ooglidspreidertje knipper-
vrij wordt gemaakt.
Rustig meldt de dokter elke
handeling, verklaart elk geluid.
Ondanks het kalmeringstabletje
blijft er iets van spanning han
gen. Toch voel ik me veilig. En
geef me over aan de man die de
apparatuur bedient. „Nu ma
ken we een hoornvliesflapje",
zegt hij. Tegelijk voel ik de hand
van de optometrist geruststel
lend op de mijne. Precies op
het goede moment. Hoewel er
eigenlijk niets is om van te
schrikken: geen pijn, geen enge
flitsen, alleen een donker ge
heel.
„Nu komt de laserbehande
ling", meldt de oogarts. Ik kijk
enige tellen in een bundeltje
van blauw licht, dat mijn oog
exact in de juiste positie moet
houden. Pijn noch enge flitsen
word ik gewaar. Alleen de stem
van de dokterdie me meldt dat
'het gebeurd is' en hij het
hoornvliesflapje weer netjes te-
rag legt.
De pleisters die de wimpers
hebben vastgehouden, worden
weggetrokken. „Voor het eerst
een vervelend gevoel", waar
schuwt de arts. Het valt alles
mee. In tegenstelling tot de be
handeling van het linkeroog.
Weliswaar- ook nu geen pijn,
maar er is wel even een gevoel
van irritatie. Volgens de oogarts
te wijten aan het uitwerken van
de verdoving. Het neervlijen
van het tweede flapje laat hij
volgen met een triomfantelijk
'het is gelukt'. Hij lacht. En de
optometrist klopt me felicite
rend op de schouder. Alsof we
gedrieën olympisch goud heb
ben gehaald.
Met dichte ogen beland ik in de
uitrustkamer. Een kop verse es
presso onder handbereik. Op
gelucht en gespannen tegelijk.
Het komende uur moeten de
losgesneden hoornvliesflapjes
zich vanzelf weer aan het oog
vastzuigen. De man die vóór
mij behandeld is, zegt zich goed
te voelen. „En wat wonderlijk,
dat de behandeling precies zo
is als ons verteld was." Een an
dere man meldt dat hij hier al
voor de vierde keer is. Nee, niet
voor behandelingen, maar om
vrienden te vergezellen: „Ze
steken elkaar allemaal aan."
Weer thuis zoek ik mijn bed op.
Zoals voorspeld, zie ik de we
reld door een waas en ik voel
me onplezierig. Zoals na een
langdurige behandeling van de
tandarts. Tegen acht uur 's
avonds word ik wakker. Mijn
ogen steken pijnlijk. Ik zie de
kamer wazig gevlekt. Oogdrup
pels verzachten, maar het rech
ter oog blijft pijnlijk. Zou er dan
toch iets mis zijn gega
telefoontje stelt gerust
heeft ongetwijfeld te
met droog hoornvlies,
ter plekke neemt alle
heid weg. Met een ver
lensje en oogdruppels
nacht in.
De prille ochtend wek
een kind dat uitziet na
verjaardagscadeaus, i
de dikke gordijnen. Ik
de bloemenrand op fo
hang, naar de foto's oj G
gelrand, de bladerent .j,
selend aan de bomen,
schap komt met schol |fc
is gelukt, echt gelukt: js.
haarscherp op mijn m
Een rondgang door dt
met de wind ongekeni 0'^
ogen, overtuigt helem
halve minuut later ligt
stel lenzen in onze vui
HELMA VAN DEN BERG
Alles hebben geleerden, gla-
zenslijpers en heelmeesters
door de eeuwen heen bedacht
om de mens beter te laten
zien. Van leessteen tot klem-
bril, van lorgnet tot dubbelfo-
cusbril, van staaroperatie tot
inplantlens. Maar het bleef be
helpen. De modernste tech
nieken in oogheelkunde lui
den nu een nieuw tijdperk in.
Laserchirurgie kan bril of len
zen overbodig maken. Beter
zien, toen en nu.
Wat we in onze omgeving waar
nemen, gebeurt voor 90 pro
cent via de ogen. Toch heeft 65
procent van de Nederlanders
problemen met het kijken. Bij
mensen ouder dan 45 jaar is dat
zelfs 95 procent. Sinds de oud
heid hebben mensen al naar
hulpmiddelen gezocht om be
ter te kunnen zien.
In 1700 voor Christus worden
in Babyion al staaroperaties uit
gevoerd. Ptolomaeus schrijft
circa 150 jaar na Christus over
de vergrotende werking van een
met water gevulde glazen bol.
De Arabische geleerde Alhazen
meldt circa 1030 als eerste iets
over de leessteen, een stuk bol
glas met een platte onderkant
die monniken in Engeland twee
eeuwen later inderdaad gebrui
ken als leeshulp, getuige het
'Opus Majus' van de francis
caan Roger Bacon uit Oxford.
De eerste bril moet rond 1285
in Italië zijn gemaakt van 'goe
de kristallen glazen' die met de
hand zijn geslepen. Uit het reis
verhaal van Marco Polo blijkt,
dat rond dezelfde tijd ook in
China brillen worden gemaakt.
Het woord 'bril' is afkomstig
van beryllium, een paarsachtig
gesteente waarvan sinds de 13e
eeuw vergrootglazen worden
geslepen.
De oudste bekende brillen zijn
'nietbrillen' - brillen zonder po
ten - die los op de neusbrug
worden gezet. Gevolgd door de
beugelbnl, waarbij de glazen
waren gevat in leer, later ook in
hoorn been of metaal, die op de
neus kan worden geklemd. Om
te voorkomen dat de brillen af
in het midden van de negentiende eeuw waren de face-
vallen, worden ze soms met
koordjes rond de oren vast ge
knoopt. In Aziatische landen
gebeurt dat nog tot in de 19e
eeuw.
In Engeland krijgt de bril in het
begin van de 18e eeuw voor het
eerst pootjes of 'slaapstangen'.
De pootjes rusten tegen de sla
pen en zijn aan het uiteinde
voorzien van ringen voor een
koord om de bril op het achter
hoofd vast te kunnen knopen.
Deze slaapbrillen worden ook
in de rest van Europa populair.
Ook bij pruikendragers, voor
wie de bril dan kortere pootjes
krijgt.
Pas in de 19de eeuw wordt de
oervader van de huidige bril ge
boren, de bril met veren die
achter het oor wordt geklemd.
Omdat de pootjes naar de vorm
van elk hoofd kan worden mee-
gebogen, blijkt deze bril het
meest comfortabel. De indu
strie produceert er direct grote
aantallen van. Componist
Schubert (1797-1828) is een van
de eersten die zo'n orenbril
De brillenglazen vormen een
verhaal apart. Aanvankelijk zijn
alleeh de bolle glazen bekend.
Alleen mensen die verziend zijn
(mensen met een te klein ge
bouwd oog en ouderen) zijn
daarmee geholpen.
Hol geslepen glazen, voor 'bij
ziende' mensen met een te
groot gebouwd oog (zij die niet
goed ver kunnen zien), worden
pas in het eerste kwart van de
16de eeuw uitgevonden. Maar
het blijft behelpen, want pas in
1850 wordt een methode ont
wikkeld om de afwijkingen van
het oog te meten. Het zou tot
1912 duren eer medewerkers
van het Duitse concern Zeiss
glazen introduceren die het
beeld nauwelijks vertekenen.
In de tussentijd blijven brillen
makers creatief in het beden
ken van andere uitvoeringen:
schaarbrillen, het monocle en
face-'a-mains zijn bij de gegoe
de burgerij eveneens populair.
Evenals de toneelkijkers en
loepbrillen. De uitvoeringen
zijn er voor elke portemonnee.
Van eenvoudige metalen brillen
van marskramers en jaarmark
ten tot maatwerk met gouden
en zilveren monturen van de
'brillemaaker'.
Ook tegenwoordig speelt mode
een rol in de brillenwereld. Be
kende namen in de design- en
modewereld als Calvin Klein
ontwerpen brillenmonturen,
menigeen in de artiesten- en
kunstwereld wil zich met een
bijzondere bril onderscheiden.
Soms met een extravagant mo
del, zoals Dame Edna met een
Amerikaanse vlinderbril uit de
jaren vijftig. Soms juist met een
sober, straÏJce bril zoals het
zwarte vierkant van Nana
Mouskouri, die hiermee de ja
ren zestig is trouw gebleven.
Anderen kiezen juist voor de
'onzichtbare' contactlens, een
lens die zonder montuur direct
op het oog wordt gedragen.
Leonardo da Vinci (1452-1515)
en René Descartes (1596-1650)
introduceren het idee elk voor
zich. Maar de contactlens
wordt pas aan het einde van de
19de eeuw in barbaars glas ont
wikkeld, gevolgd door een kris
tallen contactlens van Zeiss.
Omdat glas veel te gevaarlijk is,
maken producenten een ver
scheidenheid aan kunststof len
zen. In 1936 met het meeste
succes, maar het Nederlands
publiek leert de contactlens pas
eind jaren zestig goed kennen.
Na de harde contacüens volgt
de zachte, zuurstofdoorlatende
lens in een opvolgend groot
scala van uitvoeringen.
Maar het blijft behelpen. Niet
iedereen kan een contact- of in
plantlens (blijven) dragen en
sporten met een bril is moei
zaam. Dus komt de wetenschap
in de beginjaren negentig met
een volgende stap: excimer la
zer. Een computergestuurde
lasterstraal die in nauwelijks 30
seconden de kromming van het
hoornvlies corrigeert en bril of
contactlenzen overbodig
maakt. Onlangs gevolgd door
lasik, een laser-behandeling
waarvoor een klein stukje
hoornvlies even wordt openge
klapt. Minder pijnlijk dan de
gewone laser en sneller doel
matig. Binnenkort worden in
Nederland de eerste oogbehan
delingen gedaan waarbij men
sen met hoornvliesafwijkingen
veilig van hulpmiddelen wor
den afgeholpen.
Is de tijd van brillen, loepen en
lenzen nu voorbij? Voor een
groot deel van de mensheid
wel. Althans voor de mensen
die de kosten, variërend van
8000 tot 9000 gulden zelf kun
nen betalen, want de ziektekos
tenverzekeraars vergoeden
voorlopig alleen in extreme ge
vallen. Bovendien is lasik niet
geschikt voor kinderen bij wie
de sterkte van de ogen nog vari
eert en ouderen zullen met las
ik evenmin hun leesbril kunnen
weggooien.
HELMA VAN DEN BERG»
Bronnen: 'Het oog wil ook wat, op
tiek door de jaren heen', door Kees
Kordand; 'De bril, zijn voorlopers,
functie en het modeverschijnsel',
van Sylvie Giard en Willem Mulder
van Universiteitsmuseum Utrecht. HENK HELLEMA
Statines he
tegen dem y
Mensen van 50 jaar ei
die zogeheten statim ;r-
hebben een 70 procec
kans om later dement 111
wikkelen. Dat blijkt ui
vangrijk epidemiologi
derzoek, waarvan dei 'ei
in het vakblad The La
verschenen. Uitgangs
het onderzoek was de
derstelling, dat versch r
vormen van dementii 1
ziekte van Alzheimeri
mentie, mede het gev
van veranderingen in
ten in de hersenen va
een verstoorde vet- ei
rolstofwisseling.
Cholesterolsyn these-
statines zijn medicijm
fectief het (verhoogde
terolgehalte in het blo
nen verlagen. In hetg
ceerde onderzoek om
taal ruim 1300 Engelsi
spatiënten werd elkej
van 50 jaar en ouden
mentie (aantal: 284) v
een groot aantal aspei
leeftijd, geslacht, roke
bloeddruk, gebruik va (e^
terolverlagende midd
hoog gehalte aan vett
bloed) vergeleken me
vier patiënten zonder
tie. Uit dat onderzoek
naar voren, dat mensi
tines slikken, een 70 p
gere kans hebben late
menteren.
Dit effect van de statii
overigens niet aan eei
ging van het cholestei
in het bloed te kunne
toegeschreven. Bij me n
normale cholesterolsj je
hun bloed en bij patiê
andere cholesterolvei
medicijnen slikten, w
later dementie te krijp
lijk niet verlaagd. Vols
Amerikaanse onderzo
heeft het meer te mal
gunstige effecten van
op de binnenbekledii
theel) van bloedvaten
senen, waardoor er et
bloeddoorstroming ii
ten plaatsvindt.
Het herpesvirus-8 dat bij men
sen met een verzwakt immuun
systeem, zoals aidspatiënten,
Kaposi's sarcoom veroorzaakt,
kan ook door speeksel worden
overgebracht. Dat staat in een
Amerikaans publicatie in het
medische vakblad New England
Journal of Medicine. Bij mensen
met een aangetast afweersys
teem, in het bijzonder bij dege
nen die met het aidsvirus (HIV)
zijn besmet, kan het herpesvi
rus-8 een vorm van huidkanker
veroorzaken, het Kaposi's sar
coom. Kaposi's sarcoom ver
oorzaakt paarse vlekken op de
huid en kan ook de inwendige
organen en de bekleding van
onder meer mond-, buik- en
borstholte aantasten.
Het herpesvirus-8 werd zes jaar
geleden ontdekt. Kaposi's sar
coom is al eeuwenlang bekend
Bij mond-op-mond-contact kunnen virussen worden overgedragen.
ARCHIEFFOTO AP
in Zuid-Europa, het Midden-
Oosten en Afrika. In de Verenig
de Staten dook de ziekte pas op
aan het begin van de jaren '80,
aan het begin van de aidsepide-
mie. De ziekte komt in de VS
bijna uitsluitend voor bij men
sen die aids hebben. Tussen de
30 en 50 procent van de HIV-
geinfecteerden die worden be
smet met het herpesvirus-8
krijgen uiteindelijk Kaposi's
sarcoom.
Tot nog toe was niet bekend
hoe het virus wordt overge
bracht. Sommige onderzoekers
dachten dat de besmetting
plaats had door seksuele con
tacten. Het nieuwste onderzoek
lijkt erop te wijzen dat dit niet
klopt. Dr. John Pauk van de
Universiteit van Washington
onderzocht samen met zijn col
lega's 39 homoseksuele man
nen die besmet waren met het
herpesvirus-8, maar die geen
Kaposi's sarcoom hadden. In 30
procent van de speekselmon-
sters en mond-uitstrijkjes van
deze mannen werd het virus
aangetroffen, terwijl het maar
in één procent van hun anale
en genitale uitstrijkjes werd ge
vonden. Bovendien bleek de
concentratie van het virus in
speeksel ook veel hoger te zijn
dan in sperma, voor zover het
daar al in zat.
„Het belangrijke is dat uit het
onderzoek kan worden opge
maakt dat mond-op-mond
contact waarschijnlijk een rol
speelt bij de overbrenging van
het virus", zegt Pauk. Uit het
onderzoek bleek ook dat dege
nen die een voorkeur hebben
voor tongzoenen kennelijk veel
meer risico lopen om besmet te
worden met het herpesvirus-8
dan degenen die dit niet doen.
Het herpesvirus-8 is nauw ver
want aan het Epstein-Barr vi
rus, ook een herpesvirus, dat
eveneens via speeksel kan wor-
irh
den overgebracht. Dil
de veroorzaker van dfC
van Pfeiffer - ook wel
die des fïancés' of 'ki;
sease' genoemd.
In delen van Afrika is
delijk ruim 70 procen1
bevolking besmet me
pesvirus-8. Juist besre
door speeksel zou ee: °n
ring zijn voor deze ho
smettingsgraad. Volgt
kundigen is in elk ge\
de verspreiding van h
virus-8 (nog) grotend
perkt tot de homosek
volkingsgroep. Daaru
verklaren dat het viru
het door kussen word
bracht - nog nauwelij
heteroseksuele bevofi
vinden is.
UÊÊ
Kruiswoord-min-een
Niet het gevraagde woord invullen, maar een woord dat bestaat
uit de letters van het gevraagde woord in dezelfde volgorde min
1 letter. (B.v. Omschrijving "dierenverblijf". Antwoord zou zijn
"stal", maar ingevuld moet worden "sta"of "tal". Welke van die
twee het moet worden, moet blijken uit de kruisende woorden.)
Horizontaal: 1. Trouwe dienstbode; 5. braaf; 7. twisten;
8. babybedje; 9. insect; 11. dompteur; 14. ogenblik;
16. grondsoort; 17. kleur; 18. plooi; 19. hemellichaam;
20. belemmering; 22. typograaf; 25. steile rots; 27. edelmetaal;
29. vertonen; 30. schaamte; 21. opschik.
Verticaal: 2. Kleur; 3. heester; 4. lichte schijn; 5. stellig; 6. zachte
veren; 8. vuisthandschoen; 10. soort wijn; 12. eierpannenkoek;
13. horizon; 15. dus (Latijn); 16. pluim; 19. teer; 21. verdriet;
22. kattekruid; 23. sein; 24. kippenstok; 26. schaakstuk;
28. maand v.h. jaar.
HET WEER
Oplossing van zaterdag:
HORIZONTAAL: 1. Kalebas;
8. borat; 10. pact; 12. loss;
14. il; 15. Eos; 16. op; 17.
ton; 19. arr; 21. the; 22. ido;
23. ork; 25. roi; 26. Ib; 27.
Oka; 28. no; 30. koor; 32.
krop; 34. melee; 36. naailes.
VERTICAAL: 2. Abc; 3. loten;
4. er; 5. balsa; 6. dto; 7. UPI;
9. esp; 11. althobo; 13.
sordino; 18. oer; 20. rio; 24.
Korea; 25. rakel; 26. Ikv; 29.
opa; 31. oma; 33. ree; 35. li.
Meter regen in Hoofddorp
Na een verregende zondag lijkt het ergste
regenleed voorlopig te zijn geleden. Een
depressie op het noordelijk deel van de
Noordzee neemt in betekenis af, en een
hogedrukgebied op de Atlantische Oceaan
bouwt boven het westen van Europa een
fragiele uitloper op.
Wat wel blijft is een zeer koude bovenlucht.
Op vijf kilometer hoogte worden dezer da
gen temperaturen tot beneden -30 graden
verwacht. Vooral boven zee kunnen daar
door nog gemakkelijk buien ontstaan. En
kele buien dringen het kustgebied binnen
en doordat de vaart uit de atmosfeer raakt
kan het soms best wei enige tijd duren voor
een bui uitgeregend is.
Meestentijds is het evenwel droog weer
met af en toe wat zonneschijn en over het
algemeen weinig wind. De temperaturen
zakken overdag naar waarden omstreeks 9
graden. In de nacht koelt het af tot 3 tot 4
graden. Plaatselijk koelt het mogelijk nog
iets verder af. Kortom de eerste landelijke
vorstdag is nabij. Na donderdag neemt de
wisselvalligheid hoogstwaarschijnlijk weer
toe. Een nieuwe depressie bij IJsland breidt
zich namelijk tot over het Noordzeegebied
uit. Morgen kan er hoofdzakelijk in een
smalle kuststrook een bui vallen. Elders
blijft het droog met na enkele mistbajiken
in de nacht en vroege ochtend af en toe
zonneschijn.
De temperatuur komt morgenmiddag uit
op 9 graden.
Tijdens het afgelopen weekeinde
zaterdag weinig regen gevallen. I
kwam de zon tevoorschijn en in!
daal steeg de temperatuur tot 10,
Gisteren werd een totaal verregei
Hoofddorp werd 9 en op de vliegt
kenburg 10 millimeter opgevangr
Kop van Noord Holland viel weel
millimeter. De temperatuur kwaï
dags uit op 10 graden.
De regens van de laatste weken si
op zichzelf: al het hele jaar valt ei
gen dan gebruikelijk. In Hoofddoi
gisteren de 1000 millimeter-grens
schreden. De normale jaarsom bi j.
838 mm.