'In Japan zouden we het pand al lang gesloopt hebben 'Het is moeilijk om op herinnering te vertrouwen Familiedrama verkleed als poppenleed Cultuur Kunst 1 - Vier op 'n rij maakt er een spektakel van 'Verbouwen betekent ook onderhoudei Vader van de Bossanova DONDERDAG 28 SEPTEMBER 2000 Recital Russische muzikanten leiden De Universiteit Leiden organiseert een serie recitals in het gebouw van de vroegere universiteitsbibliotheek (UB), waar tegenwoordig het bestuur van de Universiteit zetelt. Woensdag 4 oktober is de eerste aflevering waarvoor twee muzikanten uit het Russische Twer gevraagd zijn. Valeria Bogdanova (viool) en Alexander Schtuko (piano) spelen zowel Russisch als westers re pertoire. Voor de Oude UB hebben ze onder meer werk van Rachmaninov, Debussy, Prokofjev en Schubert geselecteerd. Voor deze voorstelling is slechts één kaart per persoon te reser veren bij de informatiebalie van de Oude UB. Markt met kunstboeken in Lakenhal leiden Stedelijk museum De Lakenhal in Leiden houdt komend weekeinde een boekenmarkt met oude voorraden boeken en catalogi. Deze worden op het voorplein van het museum aan de Oude Singel 28 verkocht voor de halve prijs. Het betreft onder meer kunstboeken over Jan van Goyen, Isaac van Swanen- burgh, Rembrandt en Lievens. Ook zijn er catalogi over moder ne kunstenaars zoals Fons Haagmans en Jurriaan van Hall en uitgaven die verschenen bij speciale tentoonstellingen als 'Het niet gebouwde Leiden' en 'Leiden en omgeving'. Het museum is zaterdag en zondag van 12.00-17.00 open. Archeologische vondsten onder hamer leiden Veilinghuis Onder de Boompjes brengt zondag een groot aantal archeologische vondsten onder de hamer. Volgens het veilinghuis zijn de bodemvondsten zoals grafvazen, antieke wapens en bronzen godenbeeldjes van hoge museale kwaliteit. De catalogus met omschrijvingen en richtprijzen is aan de zaal verkrijgbaar. De veiling in het veilinghuis aan de Nieuwstraat 38 begint om 14.00 uur. Scum zoekt bands katwijk Jongerencentrum Scum is op zoek naar bands die wil len spelen tijdens het oud en nieuw feest op 29 december. Scum wil met het muziekfestival het lokale en regionale band circuit aan het publiek voorstellen. De bands moeten een half uur kunnen spelen. Voorwaarde is dat ze de versterkers en het drumstel van Scum gebruiken. Het jongerencentrum is ook op zoek naar vrijwilligers die willen helpen bij de festiviteiten tij dens de laatste dagen van het jaar. Het mailadres voor bands en vrijwilligers algemeen@scum.fol.nl. Kattenkabinet viert jubileum amsterdam Het Kattenkabinet in Amsterdam viert haar 10-jarig bestaan eind oktober met een tentoonstelling van de excentrie ke Franse kunstenares en kattengek Leonor Fini (1908-1996). Op Fini's surrealistische schilderijen spelen katten een promi nente rol. Het Kattenkabinet laat tekeningen en schilderijen zien waarin de poes de hoofdpersoon is.. De tentoonstelling duurt van 23 oktober tot 23 december. Het Kattenkabinet is te vinden aan de Herengracht 497 in Amsterdam en is van dinsdag tot vrijdag van 10.00 tot 17.00 uur open en op zaterdag en zon dag van 13.00 tot 17.00 uur. Architecte Kira over de verbouwing van het Von Sieboldhuis leiden coen po lack Een van de hoogtepunten van de Japanse activi teiten dit jaar in Leiden was de tijdelijke opening van het Von Sieboldhuis, het Leidse centrum van Japanse cultuur. De Japanse architecte Moriko Kira was gisteren op uitnodiging van het Rijn lands Architectuur Platform in het Von Siebold huis, dat het komende jaar onder haar supervisie wordt verbouwd. Tijdens een rondleiding gaf ze uitleg over de architectonische problemen en de oplossingen waaraan ze de afgelopen tijd heeft gewerkt. Kira: „Omdat ik een Japanse ben, die in Neder land werkt, word ik veel gevraagd voor projecten die iets met Japan te maken hebben of iets met Japan te maken moeten krijgen." Als voorbeeld toonde de architecte enkele dia's van de badka mer van Erica Terpstra, die zij van een Japanse atmosfeer moest voorzien. Het Von Sieboldhuis is ook typisch zo'n pro ject. Philip Franz von Siebold verzamelde tijdens zijn verblijf in Japan in het begin van de negen tiende eeuw een indrukwekkende collectie van de meest uiteenlopende voorwerpen. Het huis is al even voor het publiek geopend, maar gaat eind volgende maand weer dicht tot het voorjaar van 2002, omdat het verbouwd moet worden. Er komt straks een vaste expositie van de collectie Japanse voorwerpen van Von Siebold. Daarnaast komen er tijdelijke tentoonstellingen en kantoor ruimte. De binnenplaats wordt met glas overkapt en er komt een lift in het gebouw. Kira: „Het kan toor is een oplossing die we bedacht hebben om het plan financieel aantrekkelijk te maken. Het project wordt betaald door de Nederlandse en Ja panse overheid en door het bedrijfsleven. Het is nog niet helemaal rond en ik ben een beetje pes simistisch of het helemaal gaat lukken. Ik denk dat de overkapping van de binnenplaats niet di rect haalbaar is." De verbouwing van het zestiende-eeuwse pand is voor Kira een interessante klus, vindt ze zelf. „Het gebouw heeft typisch Europese ken merken. Elke kamer is in de loop der jaren meer dere keren verbouwd, opgeknapt of gerenoveerd, terwijl de gevel van het gebouw ongewijzigd bleef. Dat verschil maakt de verbouwing moeilij ker. In Japan zouden we het pand al lana sloopt hebben." „Conserveren en bewaren is iets typisch ters. Dat kun je ook zien aan Von Siebold zijn waanzinnige collectie. Soms denk ik ech hij een beetje gek was. In Naturalis hebbt bijvoorbeeld een hele la vol opgezette molle hij uit Japan heeft meegenomen." De vitrines die Kira speciaal voor het Von boldhuis heeft ontworpen zijn heel bijzo hoog en smal, waardoor er in de vrij klein mers van het huis toch een behoorlijk expo oppervlak ontstaat. „De vitrines zijn heel dern, terwijl de kamers historisch zijn. Ik hoi dat contrast, zolang het elkaar maar niet i weg zit. Oud en nieuw mogen niet conflicter Monoloog 'Rose' van Henny Orri in Leiden in première Juist nu er bij het Theater Instituut Nederland een boek verschenen is over de carrière van Henny Orri, gaat de actrice zelf weer de planken op. De komende maanden speelt Orri Mar tin Sherman's monoloog 'Rose', waarin een joodse vrouw terugkijkt op haar bewogen leven. leiden coen polack Ook al stopte ze vijf jaar gele den officieel met acteren, nooit heeft Henny Orri (1925) serieus gedacht dat ze niet meer op het toneel zou staan. Na haar af scheid was ze al te bewonderen in Bcrnlcfs 'Hersenschimmen' en op 6 oktober gaat in de Leid se Schouwburg Martin Sher man's Rose' in première, waar in Orri, geregisseerd door Christiaan Nortier. de enige rol op zich neemt; die van de oude joodse vrouw Rose. In het stuk kijkt Rose terug op haar leven, dat voert van een dorpje in de Oekraïne, via het getto van Warschau naar de Amerikaanse oostkust. Juist als ze zich in haar woon plaats Andijk aan het voorberei den is op deze rol, verschijnt bij het Theater Instituut Nederland in de serie 'Portretten van Ne derlandse Theatermakers' het boekje 'Henny Orri. actrice' over haar veelbekroonde carri ère. Waarmee meteen een be langrijk deel van de na-oorlogse toneelgeschiedenis in Neder land wordt opgetekend. Orri staat al sinds 1947 op de plan ken. Ze heeft zelf meegewerkt aan het boek. De actrice merkte dat het bo ven halen van herinneringen, zoals Rose dat in het stuk doet, niet gemakkelijk is. „In één lan ge sessie van drie uur heb ik verteld over alles wat ik in mijn carrière heb gedaan. Dat was erg zwaar. Aan het eind barstte ik in snikken uit, omdat het erg confronterend en diepgravend was." Henny Orri had zich bij haar afscheid voorgenomen alleen nog voor zeer bijzondere stuk- Henny Orri: „Er wordt een deel van de joodse geschiedenis getoond, waar veel Europeanen geen weet van hebben." foto theo groot enkhuizen ken terug te komen. Vorig jaar augustus kwam ze in aanraking met 'Rose', toen het in Londen met groot succes gespeeld werd door Oscarwinnares Olympia Dukakis. „Ik kreeg het onver taalde script van 'Rose' opge stuurd door mijn impresariaat. Dat heb ik in één adem uitgele zen. Het was zó mooi. Ik was meteen geïnteresseerd. Mijn man, Theo Kling, is toen naar Londen gevlogen. Ikzelf kijk nooit naar stukken die ik ga spelen, omdat ik onbevooroor deeld aan een rol wil beginnen. Mijn man kwam laaiend en thousiast terug. Hij is 'Rose' gaan vertalen en in oktober hebben we Christiaan Nortier benaderd om het te komen re gisseren." De Amerikaans-joodse in valshoek van schrijver Martin Sherman sprak Orri direct aan. „Er wordt een deel van de jood se geschiedenis getoond, waar veel Europeanen geen weet van hebben. In het hele stuk komt bijvoorbeeld geen concentratie kamp voor. De hele twintigste- eeuwse geschiedenis van de jo den wordt niet door kille feiten uitgedrukt, maar door verwik kelingen in een familie. Dat maakt het zo interessant. Het behandelt universele thema's en vragen. Rose komt op een moment in haar verhaal tot de conclusie, dat een oorlog over leven misschien wel zwaarder is dan sterven. Je hoeft dan niet te leven met elke dag herinnerin gen en angstbeelden." Sherman laat Rose een aantal kritische en confronterende uit spraken doen over het geweld in Israël, vooral het geweld door de inwoners van Israël. Orri: „Sherman komt uit Néw York, waar de joodse gemeen schap erg gericht is op de Li kud. Je kunt je dus wel voorstel len dat sommige stukken nogal shockerend waren. In Neder land zal dat wel wat minder zijn, omdat de joodse gemeen schap hier al lange tijd kritisch is en ook de Palestijnse kant van de zaak belicht." Orri groeide op in een vrijzin nig christelijke familie, ze wilde zelfs predikante worden. Maar omdat ze opgroeide in een Am sterdamse buurt met veel jood se mensen, kent Orri de tradi ties en gebruiken redelijk goed. Verder heeft ze ter voorberei ding veel gelezen over bijvoor beeld Oost-Europese getto's. „Ik heb beelden nodig om een monoloog te kunnen spelen. Er zijn geen andere acteurs in de buurt die je met hun spel of tekst aanwijzingen of houvast kunnen geven." In 'Rose' zit Orri gedurende de hele voor stelling op een bankje, waar mee ze de joodse 'shiva'-tradi- tie volgt: een week lang de do den herdenken door op houten bank te zitten. Er i ook geen uitgebreide mis scène waar Orri op terui vallen. „De enige 'fysieke wijzingen in het stuk ziji aantal slokken water d moet nemen. Ik roep dus den op, en van daaruit ont ik mijn tekst." „Rose is een filmisch benadrukt Orri. „De he; ringen worden heel bee verwoord met veel kleine raire details, terwijl Rosi het begin van het stuk al zucht dat ze zich van vis weinig herinnert." Lanjr komt alles terug en vert i over haar leven. Orri: „Heli: genwoordig moeilijk oi herinnering te vertrouwe r je bijvoorbeeld terugdenh de jaren van de Tweedi i reldoorlog, wordt je he 1 ring sterk beïnvloed door den uit films als 'Schi List'. Ook al is 'Rose' een filv stuk, Orri denkt niet dat h it daadwerkelijk verfilmd worden. „Ik heb helemaa f zin om een film te zierir getto's in Warschau. Het ie zo sterk dat met minimal! U ele middelen zo'n bete stuk kan worden vertol! t< hebben nog met de get v gespeeld met behulp vard de sfeer op het podium tji sterken, maar we kwamei 1 snel achter dat zoiets hel ;i niet nodig was." i\ Zelf heeft Orri geen be 1 om in films te spelen. k! wel films gedaan, maar ikh de wisselwerking met h t) bliek. Als je een voorstelli e gint moet het publiek r e voerd worden met wat er ïe podium gebeurt. Zodra d z voel je haast een soort or d bare draad tussen jezelf zaal. En dat is precies wat r dig heb om mijn werk g g kunnen doen." il 'e 'Rose' is op 4 oktober tev, De Warenar in Wassenat ïi out), op 5 en 6 oktober i Leidse Schouwburg (pre h; en op 19 oktober in het lui heater in Alphen a/d Tournee t/m 24 februari] muziek recensie lidy van der spek Concert. Die Kunst der Fuge vijf eeuwen muzikale fascinatie, door blokfluitkwartet Vier op 'n rij Bart Spanhove, Han Tol, Paul van Loey en Joris van Goethem. Ge zien: 27/9, de Waag, Leiden Zelfs voor matige blokfluitlief hebbers was het gisteravond smullen in de Waag. Dus zeker voor de fanaat. Blokfluitkwartet Vier op 'n rij musiceert op hoog niveau. Tussen een twintigtal fluiten in vele rangen en stan den zitten vier keurige heren op een rij, drie Belgen en een au tochtoon. Dat blijkt wonder baarlijk goed te combineren. Volledig op elkaar ingespeeld, met eenduidige humor lijkt dit viertal de ingewikkeldste mu- ziekbarrières achteloos te ne men. Want een hele avond fu- gatisch spelen is hondsmoeilijk. Het wezenlijke van de fuga. let terlijk 'vlucht', is dat een thema door alle stemmen heen ge voerd wordt. Het vlucht van de ene naar de andere stem. En er zit altijd wel een canonische verwerking in: een stem zet het thema al in terwijl de ander er nog mee bezig is. In meer dan tweestemmige fu ga's wil dat nog wel eens een rommeltje worden. Zo niet bij Vier op 'n rij. Meteen vanaf het eerste stuk 'A la Bataglia' van Henric Isaac (1450-1517) valt de transparante meerstemmig heid op. Elke melodie en tegen- melodie is glashelder. En al die stemmen hebben een heel ei gen timbre: zilverlicht, heilig, mild, omfloerst, brons, delicaat op elkaar afgestemd. Maar boven al het schoons ver heven weerklinken de contra punten I en IX uit Bach's 'Kunst der Fuge'. Alle spanning, wel licht beter gezegd inspanning, is verdwenen. De vaste melodie vloeit, wordt ingehaald, om armd en weer los gelaten. Ner gens zo veel helderheid, (schijnbare) eenvoud, verhe venheid. Tot in het onbe schrijfelijk verstilde 'Vater un- ser' door de donkere bassen ge blazen. Hier speelt de grootste basfluit een rol. Twee meter dertig lang, vervaardigd uit een esdoorn moest hij dertig jaar wachten op zijn holle identiteit. 'The Gadgets' (1999) van de Vlaming Piet Swerts en de ra zend knappe, geestige parodie op Mozarts 'Alia Turca' als toe gift zijn uit een totaal ander hout gesneden. Vier op 'n rij maakt er een spektakel van. Pi kant ritmisch, even gekruid met wat bluesnoten in 'Catch Phrases', mysterieus, zachte re gendruppels, ijle vraagzinnetjes en een abrupt slotwoord in 'Theatre of the Absurd'. Het blokfluitkwartet weet waar het in muziek om gaat. 'De luiste raar aan te raken, te ontroeren en hem te plezieren' zoals hon derden jaren geleden Joachim Quantz al dicteerde. Directeur Engelsman van het Rijksmuseum voor Volkenkunde rekent erop dat staatsse cretaris Van der Ploeg van Cultuur, als het gaat om de Leidse Rijksmusea, zijn gezond verstand laat spreken. „Het kan natuurlijk niet zo zijn dat we hier in Leiden straks drie prachtig verbouwde musea hebben, maar die niet kunnen onderhouden. Dat is, wat je noemt, het paard achter de wagen span nen. Dat zou doodzonde zijn van die hon derden miljoenen aan overheidsgeld." De Leidse musea putten moed uit de re cente toekenning van een extra subsidie aan het Rijksmuseum in Amsterdam. Dat kreeg, om de exploitatiegevolgen van een ingrijpende verbouwing te kunnen dragen, een bedrag van 32 miljoen toegekend. „En daar zit van onze kant geen greintje jaloezie bij, hoor", zegt Engelsman. „We vinden dat geweldig. Chapeau! Met daarbij wél de aan tekening dat het ook zo hóórt. Verbouwen betekent ook onderhouden. Als je straks met vijf man personeel staat en één ten toonstellinkje per jaar kunt draaien, schiet je je doel volledig voorbij. Dan ben je niet wat je moet zijn: een modern museum. Directeur Renée Magendans van Oudhe den is wat genuanceerder in haar bewoor dingen dan collega Engelsman. „Het is, ze ker na de verzelfstandiging, niet eenvoudig om één financieel plaatje te maken voor al le Nederlandse musea. Sterker nog, het is juist heel lastig om al die cijfers goed op een rij te krijgen. Daar moet je het instru mentarium voor hebben. Dat ontbrak tot nu toe, maar het is terecht dat de commis sie Van der Ploeg adviseert om dat wel te krijgen." „Die commissie-Van Huis heeft nu ge constateerd dat één van de dingen nieuwbouw over het hoofd zijn gezit der meer die hogere exploitatiebuc zijn. Groter en mooier betekent ooi kosten aan personeel en onderhol commissie blijft daar vanaf. Misschipï geweten en ongewild is de staatssei zo wél attent gemaakt op die lacunt5 het geval hij het toch over het hoo'B zien - wat me sterk lijkt, want hij noom - hebben wij die brief gestuurc >ri Naturalis, dat jaarlijks ruim 4 miljt ia tra nodig heeft, is ondanks een flink j 1 cieel verlies in 1999 hoopvol over he iet resultaat. H. van der Maas, adjunct teur Bedrijfsvoering: „Als je ziet t ini Rijksmuseum in Amsterdam zovet voor haar extra huisvestingslasten k die 8,5 miljoen die wij vragen e drag. Ik verwacht dat we er wel uit met de staatssecretaris." Kalveren voor 'Bij ons in de Jordaan' utrecht» De dramaserie 'Bij ons in de Jordaan' van Willem van de Sande Bakhuyzen heeft tij dens het Nederlands Film Festival in Utrecht twee Gouden Kalveren gewonnen. De serie over het leven van de zanger Johnny Jordaan werd tot beste televisiedra ma gekozen. Verder- kreeg Kees Prins een Gouden Kalf voor zijn rol als Johnny Jor daan. Will van Kralingen kreeg de prijs voor de Beste Actrice voor haar rol als een jaloerse, uitgerangeerde ac trice in 'Storm in mijn hoofd'. theater recensie wunand zeilstra Voorstelling: 'De Buikspreek ster' door Golden Palace. Spel: David Eeles, Yahya Gaier, Tru- die Lute en Kees van Zantwijk (piano). Concept regie: Ingrid Kuijpers. Gezien: 27/8, LAKthe- ater Leiden. Aldaar nog te zien: vanavond. Aan buikspreekpoppen zit bijna altijd wel een steekje los. Het ene moment zijn ze heel naïef en komen ze nauwelijks verder dan het noemen van hun naam. Maar vaak ook zijn ze re calcitrant tegen hun baas, die in de meest letterlijke betekenis van het woord tevens hun 'woordvoerder' is. De grap zit in de virtuositeit, waarmee de buikspreker deze woordenstrijd met één stem weet te beslech ten. In 'De Buikspreekster' is sprake van een echt conflict. De sfeer is geladen en suggereert grote onderlinge spanningen. De pop is ook geen pop, maar een echt mens van vlees en bloed die een buikspreekpop speelt. Vooral in de scène waarin Yahya Gaier als losgeslagen pop tekeer gaat, ontstaat een aan grijpend beeld. De vraag is dan namelijk, waarom moeder en zoon de buiksprekersact samen opvoeren, waaróm pa dat niet mag zien en welke onuitgespro ken bedoelingen daarachter zit ten. Aan de zoon is duidelijk te zien dat hij met tegenzin aan het spelletje meedoet. Met an dere woorden: welk familiedra ma gaat hier verkleed als pop penleed? Dat de voorstelling zulk soort vragen oproept is prima. En dat er geen rechtstreeks antwoord op wordt gegeven is ook zonder meer acceptabel. Maar het aan tal handreikingen om tot een eigen opvatting te komen is ge woon te beperkt. De voorstel ling blijft hangen op het niveau van een voor buitenstaanders vaag concept. Steeds zien we ontregelende scènes die onderling te weinig samenhang vertonen. De voor stelling duurt precies een uur, maar heeft slechts materiaal voor een half uur. De scènes gaan na verloop van tijd steeds sterker op elkaar lijken. Er volgt niets nieuws meer. Alleen sa menzang biedt dan nog uit komst voor de spelers. Het ge zinnetje krijgt in dit geval zelfs iets harmonieus, maar na ver loop van enige tijd wordt die suggestie teniet gedaan. Dat zingen is als zodanig een aardi ge vondst, maar ook hier geldt: het noodmiddel wordt erg vaak ingezet. Gelukkig komt de pianoleraar langs, die van de gelegenheid gebruik maakt om de boel wat op te vrolijken. Net als de toe schouwer kijkt hij zijn ogen uit naar wat zich allemaal op dit podium afspeelt. De piano biedt hem af en toe enig hou vast. Het zijn plezierige onder brekingen, die echter net als de overige onderdelen van deze productie volstrekt los aan el kaar hangen. Baden Powell 1937-2000 In Rio de Janeiro is gisteren de Braziliaanse gi- de kost. Powell was in de jaren zestig een tarist en componist Baden Powell in een zie- belangrijkste vertolkers van de toen nog kenhuis overleden aan de volgen van een leverkwaal en een longontsteking. Powell, die suikerpatiënt was, lag al sinds 22 augustus op de afde ling intensive care. Hij werd 63 jaar. Powell wordt beschouwd als een van de vaders van de Bossanova. Met de al in 1980 overleden Vinicius de Moraes schreef hij hits als 'Apelo' en 'Samba da Bencao', en talloze liedjes die geïnspireerd waren door de Afrobraziliaanse mu- ziek, waaronder 'Canto de Ossanha'. Baden Powell, die zo werd genoemd als eerbe toon aan de oprichter van de padvinders, leerde vroeg gitaar spelen van zijn vader, ook gitarist. Op zijn 13de verdiende hij met dit instrument al Bossanova. In de jaren ze\J ten tijde van de militaire tuur in zijn vaderland, een succesvolle toernee Europa, vestigde hij zich Franse hoofdstad Parijs, f hield hij zich voomameli zig met de produktie van j muziek. In de jaren woonde Powel hij vijf j Baden Baden. Begin 1997 de hij terug naar Brazilië, gelopen jaren trad hij nog weinig op, vooral in eigei was hij steeds minder tel „Hij was op het laatst veel populairder in pa dan in zijn eigen Brazilië", klaagd i vriend. rio de janeiro dpa/foto ap

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2000 | | pagina 20