De trend van massaal rouwbeklag Grote steun voor nabestaanden 234 ZATERDAG 23 SEPTEMBER 2000 De waanzin van gas op de plank eist per jaar rond 1.200 levens. De herdenkingsdag voor ver- keerslachtoffers die sinds 1996 jaarlijks wordt ge organiseerd ter nagedachtenis aan omgekomen weggebruikers volstaat kennelijk niet om het leed te ontladen. Vandaar de kransen en de al dan niet knullig of kunstzinnig in elkaar ge knutselde houten kruisjes terzijde van de hectiek van snelwe gen en doorgaande routes. Dr. Henk Schut, adjunct weten schappelijk directeur van het Onderzoeksinstituut voor Psy chologie en Gezondheid aan de Universiteit Utrecht, kan het zich levendig voorstellen dat nabestaanden van gecrashten aan de plek des doods meer belang hechten voor de verliesverwer king dan de laatste rustplaats. „Want daar was het toch dat hun dierbare het laatst in leven was." Dr. Peter van der Velden van het Instituut voor Psychotrau- ma in Zaltbommel vindt dan ook dat politieagenten of vuilnis ophalers zich twee keer moeten bedenken, vooraleer ze tot het verwijderen van illegale monumenten bij het eind punt van een mensenleven overgaan. „Tenzij het ver keer erdoor belemmerd wordt, natuurlijk. Maar dan nog lijkt het mij op z'n plaats de mensen te ach terhalen, die zo'n houten kruisje hebben geplaatst. Dan kan in elk geval de na bestaanden in alle rust worden duidelijk gemaakt, waarom ter plekke alles weg moet. Zonder pardon opruimen lijkt mij onver standig. Dan krijgen men sen geen erkenning voor wat ze hebben meege maakt. En dat doet de be trokkenen, die toch al de controle over zichzelf hebben verloren door het verlies van dierbaren, nog eens extra pijn." Gissen en inschatten Waarheen leidt de weg? Voor menigeen vandaag de dag naar een herdenkingsplechtigheid of een rouwstoet om zich bij aan te sluiten. En dan vooral als de overledene niet de natuurlijke dood is gestorven. Dat met de betreurde nimmer een woord is gewisseld, lijkt er voor de treurenden niet toe te doen. Psycho loog Van der Velden wijst erop dat er nooit specifiek onderzoek is gedaan naar dit gedragspatroon, zodat dat hij als weten schapper genoodzaakt is tot gissen en inschatten. Voorshands 'Vroeger reikte de kerk de herdenkingsriten aan' van der Velden: „Ik denk dat zij die aan- bij zo'n rouwstoet deels daartoe over- vanwege een gevoel van verbondenheid, I hebben ze de overledenen nooit ge- FOTO GERARD DAMOISEAUX Nooit eerder was er zo veel leven na de dood. Als er geen officiële gedenkzuil is om bij stil te staan, dan kan altijd nog een zelfgemaakt houten krids dienen als eerbewijs aan abrupt, door ongeval of geweld uit het leven weggerukte dierbaren. Steeds meer mensen sluiten zich aan bij de stoet van treurenden. Bij gebrek aan wetenschappelijk onderzoek moeten psychologen gissen naar het waarom van deze trend van massaal rouwbeklag. Vroeger reikte de kerk de herdenkingsriten aan. In deze gedeconfessionaliseerde en sterk geïndividualiseerde samenleving groeit blijkbaar zowel het verlangen naar houvast aan symbolen als de behoefte om groepsgewijs met lotgenoten verdriet te laten gaan. weigert hij aan te nemen dat er een bizarre variant op het ramptoerisme is ontdekt, zo min als Van der Velden wat moet hebben van termen als 'modegril' of 'slachtofferitis'; die in dat verband nog wel eens willen vallen. „Van massapsychose is al helemaal geen sprake. Dan moet er gedacht worden aan mensen die gemanipuleerd als ze zijn door leidersfiguren, niet meer weten wat ze doen. Ik denk dat zij die aansluiten bij zo'n rouwstoet deels daartoe overgaan vanwege een gevoel van verbondenheid, ook al hebben ze de overledenen nooit gekend. Laatst bij de vuurwerkramp in En schede waren het toch voornamelijk mensen uit de stad zelf, die meeliepen. En ook lui, die met eigen ogen datgene wilden vaststellen wat ze eigenlijk weigerden te geloven." Maar op zijn beurt is collega Schut wel van opvatting dat de neiging tot rouwbeklag in het openbaar past in dit tijdsge wricht. Het poldermodel staat het tonen van emoties toe, waar niet eens zo lang geleden mannen geacht werden geen traan te laten. Schut heeft nog weet van de mores die na de bevrijding golden. Nederland in wederopbouw zat verlegen om ferme jongens, stoere knapen en meiden van stavast. De watersnood ramp van 1 februari 1953 in Zeeland vermocht dan wel een geldinzamelingsactie als 'Beurzen open, dijken dicht' in gang te zetten, verder hielden niet direct betrokkenen het hooguit bij een ingehouden, met innige deelneming geladen snik. Psycholoog Peter van der Velden wijst erop dat de kerk toen nog midden in de samenleving stond. De beminde gelovigen hadden nog houvast aan de stichtelijke woorden van meneer pastoor en meneer de dominee. En niet te vergeten aan de her denkingsrituelen, horend bij het geloof. „Na de ontkerkelijking zijn voor een heleboel mensen al die symbolen weggevallen, vandaar wellicht nu die aandrang om bij wijze van alternatief verkeersmonumentjes neer te zetten." Gemis Vroeger werd vrijwel iedereen begraven, met daarbij dikwijls het ritueel van de uitvaartdienst in de kerk. Van der Velden heeft het vermoeden dat het gemis aan herdenkingsymboliek als gevolg van de deconfessionalisering bij menigeen een der mate leeg gevoel oproept dat er gezocht wordt naar alternatie ve uitvaartrituelen. „Ik was laatst nog in een crematorium. Een kort toespraakje, daama verdween de kist langzaam maar ze ker achter de gordijnen en dat was het dan. Ik kan me voorstel len dat een heleboel mensen hieruit weinig vertroosting put ten." Verdriet is veralgemeniseerd en wordt niet langer opgekropt. Op de tranen des doods rust niet langer een taboe. Schut: „In de huidige maatschappij op geen enkele vorm van emotie, trouwens. Liefde, seks, bloot, alles wordt in het openbaar be sproken. Het was een jaar of twintig geleden toch ondenkbaar dat er Het spijt me-programma's op tv werden uitgezonden?! De zo serieuze redactie van het NOS-journaal is evenmin vies van tranen. Zo kwam het, denk ik, bepaald niet slecht uit dat uit Kosovo teruggekeerde soldaten door hun snikkende moe ders in de armen werden gesloten." De wens om mee te lopen in een rouwstoet kan in de per ceptie van Peter van der Velden mede voortspruiten uit een klemmend gevoel van onbehagen, zoals ook onvrede over ver meend laks overheidsbeleid mede tot deelnemen aan een stille tocht kan aanzetten. Hij stipt aan dat het aantal moorden de laatste jaren weliswaar niet 'sig nificant' is toegenomen, deson danks voelt menigeen zich in de ze maatschappij steeds onveili ger. Met name ouderen, terwijl de toename van moorden in ver band te brengen is met afreke ningen in het criminele circuit. „Jongeren zijn, als het om ge weldsdelicten gaat, kwetsbaar der." Protestaspect De herdenkingstocht in Gorin- chem ter nagedachtenis aan twee meisjes die werden getroffen door voor anderen bestemde ko gels, was volgens Van der Velden voor de meeste deelnemers de gelegenheid bij uitstek om een protest te uiten tegen zinloos ge weld. De witte mars van 20 okto ber 1996 in Brussel ziet de psy choloog in dat verband zo onge veer als de moeder van stille tochten met een demonstratief karakter. Die dag liepen in de Belgische hoofdstad 300.000 mensen te hoop om niet alleen de dood van de door Dutroux omgebrachte An en Eefje te be treuren, maar ook om zwijgend expressie te geven aan het gro te ongenoegen over de overheidsmaatregel onderzoeksrechter Connerotte uit z'n functie te zetten. Schut: „Dat protestaspect zal best hebben meegespeeld. En zo ben ik ook best bereid te geloven dat de meeste deelnemers aan zo'n rouwstoet begaan waren met het noodlot van Joes Kloppenburg en Meindert Tjoelker. Maar persoonlijk heb ik de indruk dat er heel wat van die mensen met verschillende agen da's, met eigen verdriet en angsten rondliepen en in de eerste plaats hun eigen doden herdachten. Daarbij kwam dat de NS gratis extra treinen inzetten, terwijl de verwachte aanwezigheid van tv-camera's menigeen reisvaardig zal hebben gemaakt voor de herdenkingstocht. Doet allemaal niets af aan de nuch tere vaststelling dat na de rouwplechtigheid rond de dood van lady Di, nu drie jaar geleden, het aantal aanmeldingen van psychische klachten in Groot Brittannië met vijftig procent daalde. Daaruit kan worden afgeleid dat zo'n herdenking lou terend en vertroostend kan werken." GERARD VAN PUTTEN Henk Schut: „Persoonlijk heb ik de in druk dat heel wat mensen met verschil lende agenda's, met eigen verdriet en angsten rondliepen en in de eerste plaats hun eigen doden herdachten." FOTO MARNIX SCHMIDT Daags na het ongeluk waarbij Vincent Homburg ruim een jaar geleden de dood vond, werden door vrienden en nabestaanden bloemen gelegd op de plek des onheils. Nog zeer regelmatig wordt het monument bezocht en er liggen altijd verse bloemen. ARCHIEFFOTO UNITED PHOTOS DE BOER JUR ENGELCHOR Een kleurrijke bloemenzee bij het monument langs de Westelijke mdweg in Haarlem getuigt in stilte til het drama, dat zich ruim een jaar 'leden voltrok. Op 9 september 1999 rongelukte hier de 17-jarige Vincent vnburg. Een frontale botsing tussen <i bromfiets en die van een inhalende 'genligger, werd hem fataal. Dat hij grote leegte achterliet in vele harten, jdt geen twijfel. Nog zeer regelmatig bezoeken vrienden, kennissen en tmilieleden de plek des onheils. Het tfgelopen jaar ontbrak het dan ook 11n moment aan verse bloemen bij het denkteken, dat als een litteken wijst i het verscheurde verleden. Want de herinnering blijft... Bromfietser i dodelijk 1, verongelukt Bij ccn frontale botsing op het ,'j fietspad langs dc Westelijke iemse bromfietser gisteravond -'dodelijk verongelukt. Hij botste tegen een tegemoetkomende een 16-jarige eed achter een 18-jarige vr ji noordelijke richting op hc gedeelte tussen de Pipslaan ei J dc Vtaamscweg. Aan de over kant van liet fietspad k hen tegemoet. Ook zij '•wilde zijn voorganger 1G°-'" Hierbij kwam hij vermc De laatste gedachten aan Vincent Hom burg komen samen op de Westelijke Randweg, ter hoogte van de Pijlslaan en de Vlaamseweg. Het door bloemen omringde monument wijst op de precieze plek van het verkeersongeval. Een marmeren steen met fraaie belettering prijkt in het groene gras, geflankeerd door een met klimop begroeide stalen beugel. Verse bloemen en gedoofde kaarsen overspoelen het geheel met een be laden gloed. Het gedenkteken bestaat in feite uit twee delen; van elkaar gescheiden door het fiets pad, maar verbonden door de reeks vrien dennamen op het asfalt. Ook een foto van het verkeersslachtoffer ontbreekt niet. Vro lijk, een tikkeltje brutaal misschien, kijken twee levenslustige ogen de wereld in. Alsof Vincent er nog is. „In zekere zin is dat ook zo", vertelt Anne- lies Homburg, de moeder van het slachtof fer. „Vincent is nog dagelijks bij ons. Bij alles dat we doen, bedenken we wat hij ervap zou hebben gedacht. Ik probeer altijd te leven zoals Vincent dat zou willen. Hij zei vaak dingen als: 'Hé mam, niet zo zeuren hoor!' Misschien kan hij ons nu zien, en waarom zou ik dan verbitterd door het leven gaan? Dat mag ik Vincent niet aandoen. Hij is erbij; sterker nog, ons huis is doordrenkt van hem. Onze zoon leeft voort, en eigenlijk heb ik hem nooit zo goed leren kennen als na zijn dood. Vincent had een enorm grote cirkel van vrienden en bekenden om zich heen. Dat heb ik nooit beseft, maar nu leer ik al die jongelui plotseling kennen. Echt kennen. De Rouwverwerking is een moeilijk proces. Vooral wanneer er geen tijd is om afscheid te nemen, valt dat zwaar.- Je mist een stukje van de puzzel, en weet niet waar je het moet zoe ken. Steeds vaker betreden nabestaanden een 'nieuwe' weg in deze speurtocht. Op de plaats van het ongeluk richten zij een ge denkteken op, waar het slachtoffer met bloe men eer kan worden bewezen. In Haarlem en omgeving verschenen en verdwenen er de laatste jaren verschillende langs de kant van de weg. Die van Vincent bleef. En blijft, verzekert Annelies. „Zijn broer Maarten, zijn zusje Heieen en enkele vrienden kwamen destijds spontaan met dit initiatief. Hun namen zijn in de steen gebeiteld, en samen onderhouden we de plek. Jongens en meisjes uit Haarlem leggen heel vaak bloemen, kaarsen en kaarten bij het monument neer. Al die aandacht is on gekend en hartverwarmend." De dochter van Annelies, Heieen (14), legt uit waarom de Westelijke Randweg zo vaak wordt bezocht. „Het officiële graf van Vin cent bevindt zich op Westerveld, maar dat is vanaf vier uur 's middags gesloten. Dan kun je er niet meer heen. Bovendien wilden we graag iets neerzetten op de plek waar het al lemaal is gebéurd, ook al omdat we er bijna dagelijks langskomen. Natuurlijk word je dan steeds geconfronteerd met het ongeluk, maar daar ontkom je niet aan. Ik heb er ge woon heel veel steun aan om met mijn Veertien dagen geleden kwamen ruim vijftig personen samen bij de gedenksteen van Vin cent, om te herdenken dat het ongeluk een jaar geleden plaatsvond. Een deel was uitge nodigd, anderen kwamen uit zichzelf. Het asfalt langs de ringweg vormde het toneel van een ontroerende plechtigheid. Rogier Rouwendal (18), een goede vriend van Vincent en mede-initiatiefnemer voor oprichting van de gedenksteen: „Het was ge weldig om daar met zovelen te zijn. Allemaal deelden we hetzelfde doel en gevoel: Vincent in ere houden, onze vriend gedenken. Heel indrukwekkend. Het monument helpt ons alles te verwerken en de herinneringen vast te houden. Maar de gedenksteen is wat mij betreft ook bedoeld als waarschuwing voor mensen in het verkeer. Misschien dat zij hierdoor gaan nadenken en voorzichter zul len rijden," hoopt Rogier. „Wat mij bijzonder heeft aangesproken, was de aanwezigheid van die andere bij het ongeluk betrokken jongen. Dit moment zal voor hem niet makkelijk zijn geweest. Het is allemaal nog zo vers; de tijd ging nooit zo snel als het afgelopen jaar." De bloemen rondom het monument sym boliseren deze vergankelijkheid van het le ven. Ze verwelken en ze vergaan; slechts de herinnering blijft uiteindelijk bestaan. Al ways and 4-ever staat wellicht daarom als be geleidende tekst onder de foto van 'Binkie'. Voor de nabestaanden van Vincent Hom burg heeft het monument aan de Westelijke Randweg in elk geval duidelijk een emotio nele meerwaarde boven de plek op Wester veld. En niet alleen omdat het ongeluk hier is gebeurd. Annelies: „Nee, er is meer. Zo'n monu ment heeft ten eerste een veel lagere drem pel dan de begraafplaats. Bovendien is die gedenksteen een speciaal plekje van Vincent alleen. Daar kunnen we echt even bij hem zijn. Ook is het gewoon dichterbij en makke lijker bereikbaar. En zoals ik al zei: dankzij het monument heb ik ontzettend veel vrien den van Vincent leren kennen. We hebben elkaar de afgelopen tijd enorm gesteund. Maar de belangrijkste uitwerking van die ge denksteen begint nu pas tot mij door te drin gen." Even houdt Annelies in om zorgvuldig een passende zin te formuleren. Dan, met vast beraden stem: „Door de plaatsing van het monument langs de Westelijke Randweg is de plaats van het ongeluk minder pijnlijk voor me geworden. Mijn moeder is twaalf jaar geleden ook verongelukt en altijd als ik voorbij die plek rijd, steekt het van binnen. De enige binding tussen die plaats en mij is een vreselijk nare herinnering. Bij Vincent ligt dat nu heel anders. De plek van het einde is daar tevens de plaats van een nieuw be gin." MENN0 MIDDELKOOP

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2000 | | pagina 49