kans van 10 Coenen De laatste 'T Jo Coenen ZATERDAG 23 SEPTEMBER 2000 I 'et was een teken aan de md. Begin jaren tachtig \de Jo Coenen de opdracht men voor het Nederlands rchitectuur Instituut in terdam. Niet alleen liet hij II n beroemde collega Rem olhaas achter zich, maar b ok zijn eigen goeroe, de j witserse architect Luigi 11zzi. Dat was toen. Bijna i tig jaar later is prof. ir. Jo Coenen één van de iaangevende Nederlandse hitecten. En de komende •rtig maanden, de veertig inden van Coenen, zal hij nieuwe rijksbouwmeester ultieme poging wagen iets te veranderen in het 'erlandse bouwlandschap. 1 ij heeft een hekel aan de sma- I keloze nieuwbouw die hij zo veel om zich heen ziet. Hij rian steden waarin die nieuwbouw elk voor oriëntatie om zeep heeft gehol- I 'aar overdreven technocratie de stad 3ldjn eigen bewoners onherkenbaar emaakt. „Als ik met mijn tante door y rlense wijk Zeswegen loop, is ze haar tie kwijt. Het is haar stad niet meer. Idt voor veel mensen in veel steden." olgens architect Jo Coenen heeft n recht op zijn vertrouwde omgeving, •ten formuleerde dat heel "kernachtig, in 1995 plannen ontvouwde voor het rond het station in zijn geboorte- leerlen. „Toen ik begon met tekenen, te ik dat ik de plattegrond van vroeger act kon schetsen. Maar dat lukt me tt de huidige situatie. Dat betekent dat iriëntatie volledig kwijt ben. Ik wil de 1 taar zijn gevoel voor richting terugge- mijn ontwerp krijgt het station de ie in verhouding staat met de binnen- dus Coenen, de ontwerper die veel l hecht aan het oorspronkelijke, maar J ertijd wil vernieuwen. De man die naar het verleden. Vandaar ook dat ireau voortdurend inschrijft als het stadsvernieuwingsprojecten. In gen, Rotterdam, Den Haag, Eindho- )ermond, Meerssen, Sittard, Venlo en Om te voorkomen dat er weer pat- lieuwbouw verrijst, die in geen enkele 'ing staat met de stad. Geborgenheid I lijk haalt hij op dat punt met het pres- 3 e project Céramique in Maastricht, i' oenen de supervisie over heeft. Mo- z varm, stijlvol en knipogend naar het 3 n. Coenen wekt de indruk voortdu- lardop te denken. Te zoeken naar woorden. Ondanks de grandeur van ique houdt hij hoog een volksjongen uit de Harmoniestraat in Hoensbroek. ntwierp hij een plan voor de kasteel laar. Zijn vader was onderwijzer, zijn van Poolse afkomst. „Woningen, neel, waarvan twaalf man die vakinhoudelijk uit de voeten kunnen) had het allemaal keurig willen regisseren. Maar NRC Handelsblad ontfutselde het nieuws van Coenens benoeming tot rijks bouwmeester en toen was er geen regisseren meer aan. Allerlei lieden met camera's, mi crofoons en notitieblokjes lopen door het ge bouw van architectenbureau Coenen Co in een historisch pand achter de St. Janskerk in Maastricht. Die lichte chaos past bij Coe nen. Het nieuwe bureau van Jo Coenen staat in Den Haag. Vier dagen per week, veertig maanden lang, zal hij zich bezighouden met de (nieuwe) gebouwen van de rijksoverheid. Zal hij op eigen verzoek ook iets gaan doen aan de 'vervuiling' van de binnensteden. Zijn werkzaamheden voor zijn eigen bureau zal hij voornamelijk moeten beperken tot de weekeinden. Natuurlijk is hij blij en vereerd met de nieuwe baan. Al heeft hij enkele weken lang zitten peinzen wat het allemaal zou beteke nen, voor zijn bureau, voor zijn privé-leven. „Voor mijn carrièreplanning is dit niet erg gunstig", zegt Coenen uitgerekend op de dag dat zijn nieuwe benoeming aan de grote klok hangt. Er is niks mis met zijn gevoel voor ti ming. Toen hij in 1995 op nota bene de dag van de architectuur de prestigieuze Kubus van De Bond van Nederlandse Architecten in ontvangst mocht nemen, nam hij meteen de gelegenheid te baat om op te roepen tot een nieuw reveil om ethiek en loyaliteit in archi- tectenland in ere te herstellen. Want de func tie van architect zou geen fluit meer voor stellen. Ontwerpen moest meer zijn dan een cosmetische ingreep ofwel het ontwerpen van een leuk geveltje. Oogsttijd Jo Coenen is een man met visie. Hij was niet voor niets acht jaar lang als hoogleraar ver bonden aan de Technische Universiteit van Karlsruhe. Daarom zag hij zijn benoeming ook aankomen. .Alleen kwam die toch nog onverwacht. De laatste jaren worden veel oude plannen gerealiseerd. Voor mij is de oogsttijd aangebroken. Ik word doodgeknuf feld. Iedereen zoekt me. Daarom heb ik de periode van vijf jaar die voor deze functie staat, verkort tot veertig maanden. Ik zie dit niet als een oponthoud, eerder als een sab batical." Coenen schetst een beeld van zichzelf. Hij is niet de man, zoals je zou verwachten, die alleen maar grote ideeën en nieuwe gedach ten produceert, hij is ook de man die bezig is met details. „Probleempjes oplossen als: hoe kunnen we voorkomen dat die kraan niet lekt en hoe zullen we de sponning van dit of dat hoekraam aanpassen." Vroeger was het zo dat de rijksbouwmees ter zijn eigen projecten mee mocht nemen. Dat is niet meer van deze tijd. Coenen wijst straks vooral andere architecten aan, die voor de overheid mogen bouwen. Hij zal ad viseren. En proberen iets te veranderen aan het stedelijk beeld van Neder land. „Ik heb geen zin om alleen maar naast elk gebouw te gaan staan en te vertellen waarom dat zo geworden is." Voor een cul tuuromslag hoeft hij niet meer te zorgen, beweert hij. „Die omslag is jaren geleden al gekomen. Ie dereen in Nederland beseft dat de samenhang in de steden ver te zoeken is. Het werkt zo: eerst leer je het vak, dan ga je bouwen, vervolgens ga je op je gat, dan neem je je voor dat het je niet meer zal overkomen en vervol gens moet je constateren dat de processen zo blijven ondanks dat je driedubbel slim probeert te zijn." Coenen: „Er is een mysterieu ze samenhang in het proces waarmee een bouwproject tot stand komt. Ik merk dat beleg gers, architecten, ontwikkelaars, opdrachtgevers, afgevaardigden van steden samen ten onder gaan in zo'n bouwproces. Ze sluiten zich met zijn allen op en komen pas naar buiten als er grijze rook is. Niemand mag er zijn vin gers aan branden. De stad komt bijvoorbeeld pas als de positie van de wethouders gewaar borgd is. En ik zit daar dan bij: kan het links om, kan het rechtsom? Overal werkt dat mechanisme zo. Ik ervaar het als een erfzonde, als een niet uit te leg gen zonde. Iedereen doet zijn best, maar de positie van de architect is te zwaar. Patserige winkels? Geen probleem. Nog meer wegen? Geen probleem. Hoogbouw? Doe maar, want het is haalbaar. Er is geen tegenwicht. De hiërarchie deugt niet. De leken staan alle maal te applaudisseren om prachtige gebou wen, terwijl ze denken: het ziet er wel raar uit. Dat wat zich in de overheidskamertjes afspeelt, moet helder worden. Misschien is dit mijn laatste kans om dit een halt toe te roepen. Mijn ultieme mogelijkheid." Toen Coenen in 1995 schreeuwde om een ethisch reveil, kreeg hij veel steun van colle ga's. Dezelfde lui die hem dus vlak daarvoor gelauwerd hadden met die Kubus. Coenen signaleert weer een eenvormigheid in stijlop vatting: „Ze dragen allemaal dezelfde kle ding." Hoe dan ook, Coenen zette zijn actie destijds niet door, omdat hij merkte dat er alweer een eliteclubje dreigde te ontstaan. Opdrachtgevers stellen steeds meer eisen over de tijd waarbinnen gebouwd moet wor den. „Lieden die eisen dat iets binnen tien maanden klaar moet zijn, stuur ik tegen woordig meteen weg." Het kan ook anders werken. Coenen zelf wordt naar eigen zeg gen vaak doodgeknuffeld door bestuurders of wethouders. „Die mij voortdurend om be grip vragen. De macht die mij wordt gebo den, kan ik ook pakken. Maar dat wil ik abso luut voorkomen. Er moet begrip zijn. De ver houdingen in de klassieke trojka: opdracht gever, ontwerper/stedenbouwer en financier moeten gelijk zijn, anders spat het uiteen." De nieuwe rijksbouwmeester zoekt het dus in het verbeteren van de kwaliteit bij de overheid. Meer zuurstof doet beter door bloeden en komt de algehele kwaliteit ten goede. Ziedaar zijn doel. Maar eerst moet hij de patiënt eraan helpen herinneren dat hij ziek is. „Het besef is wel groter geworden. Je ziet nu wethouders die veel meer moeite doen de dingen te begrijpen. Die tegenwoor dig drie keer nadenken voor zij met een plan of beslissing naar buiten komen." Jo Coenen heeft nog geen concrete plan nen over hoe hij zijn invloed gaat aanwen den. „Ik heb hierover nog met niemand kun nen spreken, omdat ik dit geheim moest be waren. Zelfs met de huidige bouwmeestei Wytze Patijn niet. In elk geval komt het erop neer dat de overheid een grotere taak moet nemen." EMILE HOLLMAN Jo Coenen: „Er is een mysterieuze samenhang in het proces waarmee een bouwproject tot stand komt." duivenhokken erachter en prei in de winter se groentetuinen. Daar heb ik me geborgen en thuis gevoeld en die geborgenheid, die vertrouwde ervaring, wil ik bereiken met mijn werk", zei hij ooit. Begin over Céramique en Coenen zal ook verhalen over zijn werkzaamheden in bij voorbeeld de Haagse Schilderswijk. „Ellendi ge vergaderingen bijwonen, met vijandige mensen, types van volkshuisvesting en wo ningbouwverenigingen. Die processen, die avonden met shag draaiende mensen in vie ze hokken, dat vind ik mooi." Het is voor Coenen een hectische dag. Het is de dag van de inderhaast uitgeroepen pers conferentie. Het bureau van de rijksbouw meester in Den Haag (twintig man perso- Nieuwe rijksbouwmeester in de aanval tegen spuuglelijke nieuwbouw ien leverde in 1990 het masterplan voor het KNSM-eiland in Amsterdam. foto anp Het prestigieuze project Céramique in Maastricht, waar Jo Coenen de supervisie over heeft, is modem, warm, stijlvol en knipogend naar het verleden. Zie ook foto boven. foto's anp 1975Afgestudeerd aan de Technische Universiteit Eindhoven 1976-'79 Docent Bouwkunde TU 1978-'83 Docent architectuur Academie voor Bouwkunst Maastricht 1977-'87 Studies met Luigi Nozzi en Ja mes Stirling in Düsseldorf 1979 Medewerker Aldo van Eyck en Theo Bosch, vestiging eigen bureau in Eindhoven 1980-'86 Docent Academie Bouwkunst Tilburg 1987 etc. Supervisie stadsplannen Den Haag, Amsterdam, Maastricht, Eindho ven, Tilburg 1987-'95 Professor aan de TU Karlsruhe 1988 Pizza-restaurant Almere 1988 Ontwerp Ned. Architectuur Insti tuut Rotterdam 1989 Masterplannen Den Haag en Til burg 1989 Architectenprijs Eindhoven 1990 Vestiging bureau Maastricht 1990 Masterplan KNSM-eiland Amster dam 1991 Gastdocent Berlage Instituut Am sterdam 1991 Collegezaal Universiteit Limburg, kantoorgebouw Haans Tilburg, Kamer van Koophandel Maastricht, masterplan Céramique Maastricht. 1992 Architectuurprijs BNA provincie Bra bant 1993 Nederlands Architectuur Instituut Rotterdam 1995 Architectuurprijs BNA Kubus 1995 Villa Hawinkels Swalmen, KNSM- eiland 1995 Docent RWTH Aken 1996 Gastdocent EPFL Lausanne 1996 Mega Roermond, Kunstcluster Til burg, supermarkt Almere 1997 Professor TU Eindhoven 1997 Architectuurprijs BNA Limburg 1999 Bibliotheek Maastricht 2000 Rijksbouwmeester

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2000 | | pagina 45