Een beminnelijke vriend van Hitier Boeken Liefde tussen twee Vlaamse jongens Opmerkelijke bloemlezing Tijdloze inwijding in de zotheid HBS Nieuwe biografie van nazi-architect Albert Speer Albert Speer is de geschiedenis ingegaan ais Hitiers ar chitect en minister voor oorlogsproductie. In een nieuwe biografie van Speer wijst de Duitse journalist loachim Fest op de derde rol van Speer: die van apologeet. Speer was bij het Tribunaal van Neurenberg aan de doodstraf ontsnapt, omdat hij de rol kon spelen van beminnelijk technocraat, die eigenlijk nooit wat af had geweten van de massamoorden - hij had het te druk met zijn werk. van de meesten werden opge hangen, had hij weliswaar geen schuld bekend, maar wel me deverantwoording genomen voor de oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijk heid die de groep ten laste was Ze zijn net terug op aarde, terug van een historische mis sie naar de maan: Neil Armstrong, Buzz Aldrin en Mike Collins. Maar naar hun vrouwen, die met roze feestver siering om hun nek op ze staan te wachten, mogen ze nog niet. Eerst drie weken in quarantaine. Het is een van de aardigste foto's in 'De planeten' (Teleac, ƒ49,90), het boek bij de gelijknamige Teleac-serie die elke woensdag avond wordt uitgezonden. Maar het boek is ook prima los van tv-beelden leesbaar. Op even heldere als aantrek kelijke wijze wordt de wereld buiten onze planeet ver klaard. De vele full color illustraties en interessante ka derverhaaltjes maken het boek tot een zeer toegankelijk standaardwerk. FOTO UIT BESPROKEN BOEK BIOGRAFIE RECENSIE JAMES McGONIGAL 'Speer, een biografie' door Joachim Fest, Uitgeverij Manteau/De Bezige Bij. Prijs: 59,50. Speer zou in 1966 vrijkomen. Zijn drie jaar later gepubliceer de memoires hadden een groot effect in Duitsland. Als zelfs Hitiers vriend en architect, lan ge tijd zijn belangrijkste minis ter, de drijvende kracht achter de Duitse oorlogsproductie, kon zeggen 'Ich habe es nicht gewusst', dan hoefde de gewo ne Duitser met een oorlogsver leden zich al heleméél geen zorgen meer te maken. In zijn boek toont Fest aan dat Speer deze rol waarschijn lijk niet bewust heeft gezocht. Tijdens zijn berechting in Neu renberg, samen met een dozijn andere nazi-kopstukken, waar- Maar Speer voorkwam met deze vlucht naar voren, die zijn advocaat aanvankelijk verbijs terde, tevens dat hij persoonlijk beschuldigd zou worden van betrokkenheid bij onder andere de dood van honderdduizen den dwangarbeiders. Als over koepelend minister van de oor logsindustrie, met gedurende bijna twee jaar de machtigste positie na Hitier, tegenspeler van Heinrich Himmler en diens SS, zou Speer zo'n verdenking niet licht hebben kunnen afge schud. Volgens Fest was zijn redding een dubbeltje op zijn kant. Pas III I I I I I I I HM oombeeld van Emma Blau fsula Hegi. Uitg. Archipel. 45,00. Portret van een Duits- aanse immigrantenfamilie, fintigste eeuw ontvlucht llau zijn geboortedorp jif, In Amerika begint hij aan :enlijking van zijn ideaal: de aneen enorm imentencomplex bestemd voor fsen voor zijn uitdijende Na twee huwelijken keert hij luwnaar terug naar Duitsland ijeugdliefde ten huwelijk te ideren van Arthur door Kristien «rechts. Uitg. Atlas. Prijs: O.Tien Belgische kinderen die 'geboren zijn, worden als ze zijn door programmamaker Goemaere geselecteerd, zeven jaar zullen ze door hem ngeTnterviewd en gefilmd voor amse omroep. Hun leven moet gens zo gewoon verlopen. Maar inmiddels geen gewone se kinderen meer. Ze zijn de ■kinderen', de kinderen van ,dieook in het leven van hun sur een beslissende rol zullen spelen. van Breda door Arturo Pérez- itg De Prom. Prijs: ireda, 1625. Een drassig lompen gehulde, rige Spaanse soldaten die al geen soldij hebben i. Ze proberen telkens weer j'kjeterrein te veroveren op de idse ketters die de belegerde ifdedigen. Dit is de dagelijkse Inigo Balbao, de jonge gj drager van kapitein Diego ie. Voor de muren van Breda iaat hij zijn vuurdoop. Enkele later, terug in Madrid, vertelt hij rhaal aan zijn vriend Diego |uez, die bezig is aan zijn idste schilderij: De overgave turige jongen door Jef takers. Uitg. Van Halewyck. f32,50. Rond zijn 50ste ruimt iriszijn leven op. Kasten en puilen uit van vergeelde, ooit heerlijk geleken papieren. In ie vond Rademakers, ex- mmamaker en schrijver van de tindels Koude kermis en Vurige ,'Een keurige jongen', een :ript dat hij 21 jaar geleden Rademakers werkte het om lautobiografische roman over sle schreden van de auteur op bberige pad van liefde en liteit in de vrijgevochten jaren iwerboekdoor Jeanette Bon. Uitg. Contact. Prijs: In een pijnlijk-roze omslag 'roman. De schrijver Ali of uurtje per e-mail welk verhaal 'wilt. Sprookjes, eigentijdse Talles kun je op bestelling _.rnits je bereid bent als jezelf rhaal binnen te gaan en het Ie nemen er als iemand anders esdoor Chris de Stoop. Uitg. De ïBij. Prijs: 34,90. Begin •eerde Chris de Stoop voor der, nials boerenzoon opgroeide in 111 zestig en zeventig. In die tijd ehij mee hoe honderden ^verdreven werden en plaats en maken voor havendokken, 'enen kerncentrales. Om van levolgen hoe anno 2000 de ^aanrukken, nam De Stoop 'trek in een eeuwenoud huis op 'llinie. Een verslag over jende metamorfose van het later bleek dat de Engelse en Amerikaanse rechters gepro beerd hebben hun internatio nale collega's te overtuigen van de noodzaak ook Speer tot de strop te veroordelen. „Speer was een overlever," stelt Fest vast aan het eind van zijn boek. Albert Speer werd in 1905 ge boren in een redelijk welvarend gezin in Mannheim. Zijn vader was architect en Albert trad in zijn voetsporen. De crisis van de jaren twintig en dertig ging aan het gezin Speer dank zij handige beleggingen voor een groot deel voorbij. Zij ontkwa men echter niet aan de angst voor het communisme en de schrik die de maatschappelijke chaos in het algemeen de Duit se middenklasse bezorgde. Albert voelde zich aangetrok ken door de nieuwe Nazi-partij. Na het aanhoren van een toe spraak van Hitier eind 1930 een bijna religieuze ervaring: deze man ging niet alleen Duitsland verlossen, hij was voor de op dat moment stuurloze jonge ar chitect het baken dat hij zocht. Met een naïviteit waarvan ook nu zijn biograaf niet heeft kun nen achterhalen, of die echt was of gespeeld, ging Speer in zee met de Nazi's. Natuurlijk waren er veel domme bruten fcl I bl'l II 'lil ROMAN RECENSIE HANS WARREN 'Mijn tweede huid' door Erwin Mortier Uitgeverij Meulenhoff. Prijs: 36,50. In februari 1999 verscheen Marcel, het debuut van Erwin Mortier. De uitgever repte van 'een auteur die over een uitzon derlijk talent beschikt', maar dat doen uitgevers altijd. Alleen konden deze keer de kritiek en het publiek het er mee eens zijn. Het was een boeiende, sfeervolle, raadselachtige ro man over een jongetje dat op groeit in een omgeving waar de Tweede Wereldoorlog nog lang niet voorbij is. Het werk viel vooral op door de stijl, Mortier heeft daarmee zelfs al een handboek voor aankomende schrijvers gehaald. Zijn taalvir tuositeit, zo beweren de auteurs daarvan, .'slaat ons niet met blindheid'.. Ik vrees dat de stijl van Mijn tweede huid, zijn nieuwe boek, de lezer soms wél met blind heid zal slaan. Er valt heel wat in de roman te prijzen, maar hier is toch een schrijver aan het woord die overweldigd is door de glans van zijn eigen vir tuositeit, de verleiding van pre cieuze woorden en gezochte vergelijkingen. Veel te vaak stuit je op mededelingen als: 'de schemering (zat) ons steeds dichter op de hielen'. Al te dijc- wijls zijn er onzinnige zinnen in deze trant: „De spits van de kerktoren peilde de dikte van de wolken en prikte ze open." Mijn tweede huid is vooral de geschiedenis van de liefde tus sen twee jongens. Anton Calle- wijn vindt bij zijn schoolvriend Willem de geborgenheid die hij thuis aan het verliezen was. Willem is in de eerste klas blij ven zitten, en hij ontfermt zich over de nieuwkomer op de middelbare school. Die dürft hem zelfs te vragen: „Kunt gij mijn schoenen strikken?" Het relaas van Anton, de ver teller en de hoofdpersoon, be gint wanneer hij nog heel jong is: „Het was in de tijd voor ik echt kon spreken." Hij groeit op in een gezin wat enigszins doet denken aan dat uit Marcel, al zijn de herinneringen aan de oorlog in dit geval minder be klemmend. De familie bewoont de Callewijns Hof, maar die functioneert niet meer als boer derij. Het geslacht is als een ou de struik, met Anton als de jongste en meest belovende loot. Er is ook nog een neef, Ro land, een paar jaar ouder dan hij. Die duikt op wanneer plot seling een oom sterft, een ge beurtenis waarvan de kleine jongen natuurlijk niets snapt. De auteur heeft zich op niet al te overtuigende wijze in het ventje ingeleefd. Steeds over woekert volwassen theorie het kinderlijke onbegrip. De rest van het boek is aan zienlijk geslaagder: we volgen dan de hoofdpersoon vanaf de eerste dag op de middelbare school tot en met de laatste schoolreis. Inmiddels is Ronald ook op de Callewijns Hof ko men wonen. Anton heeft te kampen met de schaamte en de vertwijfeling die bij de puberteit horen. De omgang met Willem, anders dan hij door de natuur 'uit een volmaakte mal gegoten' geeft hem weer een identiteit, een tweede huid. De leraren pogen hun verbond te ontmoe digen, maar slagen daarin niet. Kort voor de twee zullen gaan studeren, bereikt Anton ver schrikkelijk nieuws over zijn ge liefde. Ze hebben niemand van hun verhouding op de hoogte ge steld, maar menigeen begrijpt het. In de mooiste scène van het boek tracht Antons vader zijn zoon te troosten, hij kan niet zeggen wat hij wil zeggen maar laat het wel merken. Bijna even hartverscheurend is de passage over het contact tussen Anton en zijn moeder. Ondanks hun intimiteit van weleer wer den ze vreemden voor elkaar: „Jij hebt mijn kont schoonge wreven, mijn billen bepoederd Me omzwachteld, gekamd, verdoezeld, verschoond. En je kent me niet." Zo moet ware woordkunst zijn. Niet gericht op de literatuur, maar op het le ven. Niet bedoeld om te ver blinden, maar om onze ogen te laten opengaan. 1. (1) Kees van Kooten, Annie De Bezige Bij, 20,- 2. (2) Thomas Rosenboom, Publieke werken Querido, 49,90 3. (-) Edwin Mortier, Mijn tweede Meulenhoff, 34,25 4. (-) Michel Houellebecq, De wereld als markt en strijd Arbeiderspers, 34,95 5. (5) Elsa Osorio, Luz Ambo, 49,90 6. (-) Marianne Fredriksson, Anna Hanna en Johanna De Geus, 29,90 7. (-) Ethel Portnoy, Zielespijs Meulenhoff, 26,50 8. (-) J Rentes de Carvalho, De Hollandse minnares Atlas, 39,90 9. (-) José Saramago, Alle namen Meulenhoff, 36,50 10. (-) Nicolaas Matsier, Meneer Kortom kijkt uit het raam De Bezige Bij, 24,90 1. (-) PauloCoelho, De alchemist Arbeiderspers, 19,90 2. (-) Geert Mak, Een kleine geschiedenis van Amsterdam Olympus, 25,00 3 (-) Bodil Jonsson, Mijn grootmoeder had nooit gebrek aan tijd Arena, 29,90 4 (3) Neale Donald Walsch, Vriendschap met God Kosmos, 32,90 5. (-) John Cleese, Hoe overleef ik mijn familie Muntinga, 16,00 6. (5) Louise van Swaaij, Atlas van de belevingswereld Dijkgraaf Van der Veere, 35,00 7. (-) Arnold Heertje, Economie in een notendop Prometheus, 17,50 8. (-) Richard Bolles, Welke kleur heeft jouw parachute? Nieuwezijds, 45,00 9. (-) Deepak Chopra, De zeven spirituele wetten van succes Gottmer, 29,90 10. (-) Ronald Plasterk, Leven uit het lab Prometheus, 39,50 De boekentoptien wordt wekelijks samengesteld op basis van verkoopcijfers van de boekhandels De Vries in Haarlem en Kooyker Ginsberg in Leiden. 'Altijd maar weer bloemlezin gen van de mooiste en beste ge dichten, dat gaat op den duur vervelen. Het is daarom de hoogste tijd voor een collectie wartaal van eigen bodem: een verzameling van de slechtste gedichten.' Zo begint de verkla rende tekst in de aanbiedings folder van uitgeverij Prome theus over de poëziebloemle zing Bar en boos, de slechtste gedichten in de Nederlandse taal van Wim Zaal. Februari 2001 moet het 176 pagina's tel lende boek in de winkel liggen. Welke dichters moeten vooral slapeloze nachten hebben? Een woordvoerder van Prometheus wil het géheim niet ontsluieren. „We willen pas begin volgend jaar met de publiciteit rondom het boek beginnen." Na enig aandringen wil ze Zaal wel ver zoeken om terug te bellen, maar die laat niets van zich ho ren. Dan maar weer de aanbiedings folder: 'De lezer scherpt zijn blik, er mag gelachen worden, en menige dichter zal via deze bundel een geheel nieuwe re putatie verwerven', meldt de uitgever. Om te besluiten met de opmerking dat Zaal met Bar en boos geen vrienden zal ma ken. Wordt vast nog vervolgd. Gelukkig verschijnen er ook bloemlezingen die poëzie in optima forma presenteren. Zo als. De geur van ieder najaar (uitg. 521, 19,90), waarin de herst, bij uitstek het jaargetijde van de dichters, wordt bezon gen. Vergeet-het gezwollen voorwoord van Hafid Bouazza (het is niet te hopen dat zijn Boekenweek-essay uit dezelfde kromtaal wordt opgetrokken) en geniet van het op papier op geroepen najaar. Zoals in het onheilszwangere Septembervan Hans Andreus. Een bluffende zon hangt bol over de korrelig paarse hei. Het is nog twintig dagen tot de herfst De gezichten der wandelaars schijnen tot inkeer gekomen. De ogen zien het beginnende verval der bomen met een bijna instemmende melancholie. De wind over de vlakke hei licht rijdend steigert soms even, wendt zich, springt een andere kant'op; de wind is nog jong maar groeit met de Zo staan er een nog een kleine zeventig gedichten (van o.a. Gorter, Komrij, Morriën, Ach terberg, maar ook van een nieuw talent als Alexander Nije- boer) in deze bundel. Er is nog leven na Wim Zaal. Net verschenen: Kloppend heden door Maarten Doorman. Uitg. Bert Bakker. Prijs: 31,95. Bundel vol poëzie waarin landschappen erf stede lijke panorama's opdoemen. Volgens de uitgever bezondigt Doorman zich aan dichtkunst 'waarin de spanning tussen po ëtische gevoeligheid en aards engagement maximaal is'. Naast dichter is Doorman (1957) filosoof en essayist. Hij schrijft over poëzie en filosofie in NRC Handelsblad. We hebben elkaar lief door lid van de partij, maar Hitier was anders: deze staatsman was zelf kunstenaar geweest en hield van bouwkunde, meende Speer. Fest stelt in de inleiding vast dat Speer aldus in de val trapte waar veel Duitsers toen in zijn terecht gekomen. Ambtenaren, politiemensen, artsen, rechters, zakenlieden: zij deden slechts hun werk, het land moest toch bestuurd worden, van politiek hadden zij geen verstand. Met deze kunstmatige scheiding tussen twee werelden maakten zij het echter mogelijk dat de structuur van staat en maat schappij werd overgenomen door de Nazi-misdadigers, ter wijl de beginselen van de rechtsstaat in het vuilnisvat ver dwenen. Speer geraakte na enkele bouwopdrachten van lagere partijfunctionarissen al snel in de kring van Hitier zelf. Vooral Speers vermogen Hitiers mega lomane uitingen van grandeur vorm te geven, trok de dictator aan. Speer verzon voor de jaar lijkse partijdagen in Neuren berg in de jaren dertig impo sante vertoningen. Groepen ge drilde en geüniformeerde par tijleden marcheerden in het donker met fakkels, omgeven door een 'kathedraal van licht', opgetrokken door 150 enorme zoeklichten, wier lichtbundels tot acht kilometer hoogte reikten. Toen Speer voor Hitier in de onmogelijk geachte tijd van één jaar een nieuwe rijkskanselarij uit de grond stampte, met een op Versailles' spiegelgalerij geïnspi reerde marmergalerij (alleen twee keer zo lang) en een persoonlij ke werkkamer van vier honderd vierkante me ter die elke bezoeker op voorhand moest ontmoedigen, kon hij helemaal niet meer stuk bij Hitier. Als een van de wei nigen in de top van het Derde Rijk bezat Speer kwalificaties die méér omvatten dan dom ideologisch gebral of simpel na bauwen van de waanideeën van de grote leider. Speer had een gedegen beroepsopleiding, leidde een eigen architecten kantoor, werkte precies en op tijd en kon zowel improviseren als planmatig overzicht bewa ren. Aan het slot van zijn boek waarschuwt Fest dat Albert JÖACHlAf M s j Speer in die zin de voorloper van een modern type mens (lees ook: manager) is: pragma tisch, ambitieus en niet gehin derd door een levensbeschou wing of andere geestelijke baga ge. Een biografie om over na te denken in de tijd van snel geld, dotcoms en newconomy. KLASSIEKEN RECENSIE RENEE DE BORST 'Lof der Zotheid' door Desiderius Eras mus. Met de tekeningen van Hans Hol bein Vertaald, geannoteerd en ingeleid door Petty Bange Uitgeverij SUN. Prijs: 39,50. Je hebt waanzin en waanzin. 'De ene soort wordt door de vreselijke wraakgodinnen uit de onderwereld naar boven ge stuurd, wanneer zij met behulp van hun slangen begeerte naar oorlog, een onlesbare dorst naar goud, een onterende of misdadige liefde, vadermoord, incest, heiligschennis of een ander soort pest in het mense lijk hart laat binnendringen. De tweede soort is daarvan heel verschillend en uiteraard van mij afkomstig. Die soort is juist heel wenselijk. Ze doet zich tel kens voor wanneer een of an dere prettige dwaling van het verstand de geest bevrijdt van zijn angstige zorgen en hem dronken voert met genot van velerlei aard.' Hier spreekt 'de Zotheid', bij monde van Desiderius Eras mus. Onwijs wijze woorden - om het maar even populair te zeggen - die vijfhonderd jaar geleden door de grote christen humanist aan het papier wer den toevertrouwd. Woorden ook waar de tand des tijds geen greintje betekenis vanaf heeft kunnen halen. Lof der Zotheid - het bekendste werk van Eras mus van Rotterdam - is op nieuw ter hand genomen door Petty Bange, die de historische tekst vertaalde, annoteerde en van een inleiding voorzag. De werkelijk prachtige uitgave die het resultaat is van haar arbeid is bovendien voorzien van teke ningen van Hans Holbein de jongere, die hij als jongen van 18 tekende in de Baselse uitga ve uit 1515. De tekst zelf wordt in dit boek op voortreffelijke wijze gepresenteerd. Zoals uit de ci taten in de eerste alinea van deze bespreking blijkt, is de vertaling toegesneden op de 21ste-eeuwse lezer, leesbaar en toegankelijk, maar zonder overbodige moderniteiten. Dat Erasmus hier met een luchtige en geestige pen schrijft is in het verleden al genoegzaam vastgesteld. Lof der Zotheid is een heerlijke satire waarin de humanist op buitengewoon erudiete wijze de draak steekt met kerkleiders, koningen en wetenschappers. Over deze grote humanist is wel eens gezegd dat hij het ei legde voor de reformatie, waarmee Luther .uiteindelijk aan de haal ging- Het is een heerlijke tekst om te lezen, maar tegelijkertijd voor de leek, hoe paradoxaal het ook mag klinken, moeilijk tot in alle details te begrijpen en in de tijd - de roerige over gangsperiode tussen de duiste re middeleeuwen en de verlich te renaissance - te plaatsen. Het is jammer dat het Petty Bange, universitair docente middel eeuwse geschiedenis in Nijme gen, niet lukt de lezer op dit punt bij de hand te nemen. Zij stelt in haar inleiding dat het hier gaat om een zogenaamde paradoxale lofrede. 'De Zotheid wordt geprezen, maar prijst ook zichzelf. Maar is er wel sprake van echte lof? en is de Zotheid wel steeds aan het woord? Of is het toch Erasmus zelf? Worden wij als lezer seri eus genomen of voor gek gezet? Een kluwen van vragen die ze in haar inleiding niet werkelijk ontwart. Jammer misschien, omdat het niet leidt tot een diepgaand begrip van de betekenis van dit 'tussendoortje' dat uitgroeide tot Erasmus' meest bekende werk. De hedendaagse lezer zal wellicht hier en daar over een dubbele bodem, sneer of wel gemikte knipoog van Erasmus heen lezen. Maar het laat geluk kig onverlet dat voor wie zich deze en dergelijke vragen niet stelt, deze tekst een tijdloos toonbeeld blijft van serieus ver maak. In de woorden van Eras mus zelf zijn het 'juist deze be lachelijke dingen die het leven vrolijk maken en de maat- Jacques Prévert. Uitg. Bert Bak ker. Prijs: 15,75. Jacques Pré vert (1900-1977) groeide met bundels als Paroles en Grand bal du printemps uit tot een van de meest geliefde dichters van Frankrijk. Veel van zijn gedich ten en chansons werden nog voor publicatie gezongen in ca barets en nachtclubs. Zijn poë zie kenmerkt zich door een gro te toegankelijkheid, met zowel satirische als romantische uit stapjes. Deze bundel bevat een selectie uit zijn mooiste liefdes gedichten. Vertaling: Ruben van Gogh. Eindeloos ijsberen or gegooi met asbakken en proppen papier - welke taferelen spelen zich af in de werkkamer van de schrijver? Deze rubriek geeft een inkijkje in het schrijfproces. In deel negen: schrijver Piet Meeuse (1947), onder meer bekend van zijn essaybundels 'Doorkijkjes' en 'Oud Nieuws'. „Ijsberen doe ik nooit, maar als ik vastzit in een verhaal ga ik wel wat anders doen. Scheren of koffie zetten, even achter het bureau weg. De meeste mannen zullen zich meteen bij het opstaan scheren, maar ik bewaar het voor dat soort momenten. Even de gedachten verzetten en hopen dat het na een kwartiertje weer lukt. Dat zijn van die dingen... het heeft op dat soort momenten geen zin om een uur lang mokkend en blokkend achter je computer te blijven zitten. Wat voor mij zo langzamerhand een vast ritueel is geworden, is mijn ochtendwandeling. Elke ochtend maak ik voor ik aan het werk ga een wandeling door Amsterdam. Twintig minuten tot een half uur, altijd even naar het postkantoor. Er zijn zo'n twintig routes die ik dan kan volgen en dat varieer ik zo'n beetje. Even beweging, proeven van het weer. Op die manier overbrug ik de afstand tussen wonen en werken - ik heb één kamer waarin ik woon en werk. Dat is een vast ritueel geworden, zonder die wandeling voelt het niet goed, alsof de dag verkeerd begint. Ik wandel zo tussen half elf en elf. Dan neem ik de post door en ga ik aan het werk. Als ik een boek vertaal, werk ik vaak met een planning van een aantal pagina's per dag. Als je begint met vertalen weet je na een week wel hoeveel pagina's je per dag kunt doen. Dat is heel prettig. Met schrijven lukt dat niet. Dat is heel erg onvoorspelbaar. Ik kom heel vaak vast te zitten, en dan ga ik wat anders doen. Zo heb ik tientallen mappen met onaffe teksten, die ik geregeld tegenkom en weer ter hand neem. Ik ruk langzaam op op een breed front. Vroeger had ik de neiging om langere verhalen en essays te schrijven - soms tot twintig pagina's. Nu ik meer voor kranten schrijf, heb ik dat afgeleerd. Dat moet vaak in tweeduizend woorden, zo'n zes zeven a-viertjes. Vroeger pakte ik uit, nu ben ik wat flexibeler. Ik heb die lengte niet meer per se nodig. Waar ik heel erg op moet letten is dat ik het niet in mijn rug krijg en dus goed zit. Ik heb de neiging om mijn benen over elkaar te doen, maar dat is lastig want dan zit je scheef. Met regelmaat moet ik mijn houding afwisselen. Tot een uur of vijf werk ik door, en dan wandel ik nog 'es de stad in of lees de krant, 's Avonds werk ik nog vaak nog van acht tot een uur of tien, elf. Tijdens het schrijven lees ik mezelf weieens hardop voor. Essays niet, maar verhalen wel. Die moeten goed klinken." TEKST RENEE DE BORST FOTO UNITED PHOTOS DE BOER MARISA BERETTA

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2000 | | pagina 23