Overpeinzingen van een stoethaspel Boeken Troebel België De taal als grootste vijand Wat is normaal aan normale mensen? rdag 9 september 2000 Subtiele ironie van Nicolaas Matsier alle THRILLER RECENSIE ARNO RUITENBEEK d bloed' door Pieter Aspe. Uitgeverij kema Warendorf. 19,50. lg Pieter Aspe schreef op- een politieroman rond oissaris Pieter Van In. bloed, de zesde op rij, is letzelfde hoge niveau als ■buut, Het vierkant van de eersteling dateert van de tijd dat Vlaanderen a, tfirillerschrijvers als Schoe- H dendes, Teygeler en Hol- C olop talent leek te herber- J| Ne\ werd 'meester' Geer- (die had gezegd te stop- thrillers) nog gemist, alles zou goed komen, jakte even anders uit. es werd weliswaar twee- j winnaar van de Gouden maar zette de traditie van Twlerts om constant politie, ui e en politiek in België te Bit, n te zetten, niet voort. En ing zocht enkele boeken lang 05! zijn vorm, gelijk een top- aller die zich niet wil laten bTI en. De vierde gestalte was hij iter weer. Blauw bloed is zin een bevestiging van waliteiten. Die liggen in pWiHBÏTOlTl ieder najaar door diver- eurs. Uitg. 521. Prijs: '1000 dorre bladeren voor peur/brengen mij niet op 1 ge- Dit gedicht van J. Bernlef irtste in deze bundel vol herfst- inleiding van Ha- 146 uazza bevat deze bundel werk Rutger Kopland, J,C. Hans Warren, Gerrit Komrij, 'lerre Rawie, Hugo Claus )Rj Do aak van liefde door Heen Mon- ,rt, litg. Thomas Rap. 29,90. 'Lesje in F' (hetflir- zen van de vierenvijftig stuk- 3VC er de liefde in deze bundel van Montijn. De verhouding tussen v is het belangrijkste het wordt vanuit de onverwachte hoeken belicht, vraagt de schrijfster zich at of de I iefde voor een hond of lis niet de hoogste piervreter door Liz Jensen. ?EI Bert Bakker. Prijs: 36,50. Sl iche toekomstroman waarin een wereld van buitensporig mentisme, blinde gehoor- leid en virtuele liefde schetst. schijnproces zit computerge- ïtl irvey Nash sinds een jaar als ;rifi jer nummer 10087 gevangen voormalige cruiseschip De ld. De regering van Harveys rte-eiland Atlantica is overge- door het computerbedrijf Li- ire. De vrouw van wie hij hield jrloos verdwenen. in het noorden door Eden Ui.tg. Prometheus. Prijs: Roman over de indiaanse ill, die woont in het afgele- adje Kitamaat in Brits Colom- anada. De trots van de familie 17-jarige Jimmy, een ambifi- Yedstrijdzwemmer en geliefde Die Karaoke. De toekomst- de familie wordt in één erbrijzeld als zij hoort dat er irschrikkelijk ongeluk op zee is rd, waarbij Jimmy spoorloos is Lexicon door Karina van Da- ikam en Marijke Mooijaart 3rometheus. Prijs: 49,50. Is 'de dood in de pot', jenziften', 'niet van gisteren 'de schellen vallen hem van in'stammen uit de bijbel. In :lSfek zijn deze uitdrukkingen en l.fele andere woorden verzameld. teurs besteden verder aan- F aan de rol van verschillende ypertalingen, aan bijbelse na- 'ormen van 'bijbel' taal- ik in de journalistiek en de li- uut absurd door Richard Uitg. Elmar. Prijs.- 34, 50. lodoxe en tegendraadse advie- in leidinggevenden en mensen hen werken. Volgens i, voorzitter van een internatio- lei enktank van psychologen, so- architecten en schrijvers, imensen steeds prijzen niet. leste handboeken bieden theo- ;n formules die in de praktijk ijken te werken, omdat men- ivoorspelbaar blijven. Zijn advies luidt: 'neem mijn ad- Zotheid door Desiderius is. Uitg SUN. Prijs: 39,50.- .rasmus' eigen zeggen werd "Zotheid in 1509 in een week schreven. Hoe het ook zij, dit nde geschrift is sedertdien on- t iderd populair gebleven. In ^ofrede op zichzelf legt de go- verwonderde te uit hoeveel de mensheid [ar te danken heeft en hoe on- ijk, vervelend en onaange- het leven zou zijn zonder haar. allerlei ondeugden aan de belichaamd in de meest uit- lende personen - van koningen usen Deze bijtende satire trof 'iet alleen in Erasmus' eigen latere eeuwen. haar ook ir m gedraag ik me anders door Krijnen Uitg. Andromeda. 24 ,90, In Nederland lijden 00.000 mensen aan het Bor- i-syndroom dan wel aan gedragswetenschapper Kees beschrijft in dit boek de oor- 'an deze persoonlijkheids eisen. Hij stelt dat dit in de ■te |eugd ontstaat. Bi| weinig n begeleiding en het ontbre- - structuur of bij het niet her en erkennen van afwijkend ïkan dit uitmonden in een Krijnen legt uit hoe de le- gedrag bij zichzelf of anderen 'erkennen en wat je kunt doen te voorkomen. eerste instantie bij de intriges, maar ook wel bij een (gelukkig puntiger géworden) sfeerbe schrijving van Brugge en de ka- rakteropbouw van de Duvels bij de vleet drinkende commissa ris, zijn homoseksuele adjudant Guido Versavel en zijn vriendin, officier van justitie Hannelore Martens. Hannelore gaat dit keer bijna vreemd met jeugdvriend Valen- tijn Heydens. Diens vader pleegt zelfmoord, maar er stijgt een walm van moord op. De rest van de familie is eveneens niet geheel koosjer. Sterker, er is een band met het koninklijk huis, waardoor notabelen zich genoodzaakt zien het onder zoek te traineren om een schandaal te vermijden. Versa- veis connectie met de vrijmet selarij, waarbij getuigen c.q. verdachten zijn aangesloten, kan van pas komen. Als Van In nu maar niet zo jaloers en wei nig flexibel was en het Duvel- glas wat minder vaak hief. De ontknoping is naar in houd verrassend en naar vorm overeenkomstig een goede Amerikaanse politieserie. Hier en daar prikt hij a la Geeraerts venijnig spelden in de Belgische samenleving. Aspe kun je geen kunstjes meer leren. ÏÏ5I3DI3TÏÏT3 1. (2) Kees van Kooten, Annie De Bezige Bij, 20,- 2. (1) Thomas Rosenboom, Publieke werken Querido, 49,90 3. (-) Gerrit Krol, De Vitalist Querido, 29,90 4. (-) Marianne Frederiksson, Anna, Hanna en Johanna De Geus, 29,90 5. (5) Elsa Osorio, Luz Ambo, 49,90 6. (7) J. Rentes de Carvalho, De Hollandse minnares Atlas, 39,90 7. (-) Charlotte Mutsaers, Kersebloed en Paardejam Meulenhoff, 42,95 8. (-) José Saramago, Alle namen Meulenhoff, 36,50 9. (-) Jeff Shapiro, De geheimen van Sant' Angelo De Boekerij, 34,90 10. {-) Gilbert Sinoue, Het kind uit Brugge Vassallucci, 39,90 In 1997 wijdde het tijdschrift Raster twee nummers aan literaire meneertjes. In navolging van bijvoorbeeld Me neer Teste (Paul Valéry) en Plume (Henri Michaux) waagden ook vaderlandse auteurs zich aan dit genre. Na Bernlefs Meneer Tototolk heeft nu ook Nicolaas Matsier de lotgevallen van meneer Kortom in boekvorm gebun deld. VERHALEN RECENSIE WIM VOGEL 'Meneer Kortom kijkt uit het raam, licha melijke oefeningen' door Nicolaas Mat sier. Uitgeverij De Bezige Bij. Prijs: ƒ24,90 In één van die stukjes, 'Meneer Kortom kan niet slapen', ver woordt Matsier precies waarin de moeilijkheid én de aantrek kelijkheid van het subgenre schuilen. 'Jawel, het zijn juist die ogenschijnlijk ongecompli ceerde handelingen die zo bui tengewoon potsierlijk worden als men ze nauwkeurig pro beert te beschrijven.' Het lijkt immers weinig aantrekkelijk het ochtendritueel van Meneer Kortom precies vast te leggen, of zijn stijve nek, zijn zingen, zijn fluiten, laat staan dat je ge grepen zou worden door een titel als: 'Meneer Kortom met blikopener'. Ook hier is het de stijl, is het de bijzondere wijze waarop al ledaagse verrichtingen worden vastgelegd die die verrichtin gen allengs minder gewoon maken. De zeer precieze woordkeus maakt zelfs een verstopt oor spannend, vooral als dat banale feit aanleiding is voorvelerlei lichtfilosofische beschouwingen en uitweidin gen. Het zijn juist die uitwei dingen die er voor zorgen dat Meneer Kortom je dierbaar wordt. Aanvankelijk denk je k M LSFII' W 1. (-) David Harp, 3 Minuten meditaties Muntinga b.v., 14,95 2. (4) Allan Barbara Pease, Waar om mannen niet luisteren, Het Spectrum, 31,95 3. (3) Neale Donald Walsch, Vriend schap met God Kosmos, 32,90 4 (-) Annegreet van Bergen, De lessen van burn-out Het Spectrum, 31,95. 5 (5) Louise van Swaaij, Atlas van de belevingswereld Dijkgraaf Van der Veere, 35,00 6. (6) Mare Chavannes, Frankrijk achter de schermen, Prometheus, 31,95 7. (8) Jan van Oudheusden, De wereldgeschiedenis in een notendop Prometheus, 17,50 8. (7) Addo Stuur, Windows 98 voor Bruna, /49,'50 9. (-) David McNab, De planeten Teleac, 49,90 10. (5) Jamie Oliver, The naked chef Kosmos, 49,90 De boekentoptien wordt wekelijks samengesteld op basis van verkoop cijfers van de boekhandels De Vries in Haarlem en Kooyker Ginsberg in Leiden. 'Fik Snik', de titel van één van de essays van Charlotte Mutsaers, is tevens als titel gekozen voor een fraai uitgegeven liber amicorum voor de winnares van de Jacobus van Looyprijs. Het essay is afkomstig uit de bundel 'Paardejam': 'Fikken en snikken, dat is het leven. En dóén fikken en snikken, is dat niet de kunst?' Met de Van Looyprijs werd naast de vele literaire prijzen die ze dit jaar ontving niet alleen het literaire, maar ook het beeldende oeuvre van het dubbeltalent bekroond. Hoewel de pocket een middenkatem heeft met 36 kleurenillustraties van haar beeldende werk, is duidelijk niet gekozen voor een oeuvrecatalogus. In de publi catie zijn vooral bijdragen over haar literaire werk opgenomen en in mindere mate bespiegelingen over haar beeldende werk. Veelzeggend is dan ook dat het boekwerk geen lijst met exposities bevat maar wel een uit gebreide bibliografie. De jury van de Jacobus van Looyprijs hoopte dat Mutsaers, die zich de laatste tien jaar alleen bezighoudt met schrijven, zich ook weer aan het schilderen zou zetten. De boodschap is zeker aange komen, zo gaf het dubbeltalent te kennen tijdens de uitreiking van de Van Looy-prijs afgelopen zaterdag, maar beloven kon en wilde ze niets. Vandaar dat 'Fik Snik de vorm heeft gekregen van een literair vrien denboek met zowel poëtische als beschouwende bijdragen. Net zo uiteenlopend als haar eigen literaire oeu vre en net zo moeilijk onder één noemer te plaatsen. illustraties uit besproken boek VERHALEN RECENSIE HANS WARREN 'Engel en andere muziekverhalen' door Christine Often. Uitg. Atlas. Prijs: 36,90. Woorden zijn tegenstanders van de kunst, laat Christine Ot- ten iemand opmerken in haar pas verschenen bundel Engel. Ze zou wat ze te zeggen heeft graag zonder woorden zeggen, maar dat is een schrijver niet gegeven. In deze essays en ver halen durft ze er eerlijk voor uit te komen: voor haar 'voortdu rende geworstel met woorden en hun betekenis' en voor haar 'jaloezie op muzikanten'. Het is een refrein in dit boek: met aanzienlijk minder midde len kunnen musici volgens haar veel meer overbrengen. Boeken zouden lang niet zo veel invloed hebben als liedjes: „Die hechten zich aan je als bloedzuigers. Ze leven voort durend binnen in je." Daar zit ongetwijfeld iets in: ieder zal de sensatie kennen dat een oud liedje, sinds jaren niet gehoord, een ver verleden weer heel na bij kan brengen. Het valt even min te ontkennen dat je met muziek beter kunt manipule ren dan met woorden, 'want die woorden hebben een bete kenis'. Maar voor Christine Ot- ten betekent muziek onwaar schijnlijk veel, en dat is al vroeg begonnen. Voor haar was mu ziek zuurstof en ze kan bewe ren: „Ik ademde net zolang tot dat er alleen nog muziek was." De taal was voor haar, haar broer en hun vrienden 'de grootste vijand van ons verbond'. Desondanks is taal haar in strument geworden. Het heeft iets ironisch dat ze uitgerekend met woorden gaat verklaren wat muziek voor haar betekent. Omschrijven wat je nu eigenlijk hoort wanneer je naar muziek luistert, is bijna onmogelijk, zo realiseert ze zich. Maar het hele boek lang blijft ze het probe ren, wat tot ietwat overspan nen proza kan leiden als: „De kale, dwingende ritmes roepen associaties op met uitgestrekte grijze vlakten, zwarte rotsachti ge heuvels, wind." Over welke muzikale godheid zou het hier gaan? Doet ze een poging het wezen van Bach, Mozart of Beethoven in die altijd tekort schietende woorden te vangen? Nee, het gaat in dit stuk over Siouxsie Sioux. Andere helden van haar zijn Nick Cave, John Cale en Euros Childs die op merkt: „Ik heb muziek nodig om woorden te horen." Het zal niemand zijn ontgaan dat pop door heel wat Neder landse auteurs ernstig wordt genomen - alleen Maarten 't Hart durft vol te houden dat de 'daverdreun' niets met muziek te maken heeft - maar de cultus wordt door deze schrijfster absurd ver gedreven. Zonder enige aarzeling verbindt ze popmuziek met literatuur. En daar bij is uitdrukkelijk haar eigen werk inbegrepen. Zonder de muziek van Cale had ze haar ro mans Blauw metaal en Lente van glas niet kunnen schrijven, beweert ze. Ze zou met haar teksten pre cies hetzelfde willen bereiken als Cave: 'een sfeer oproepen waarin vanzelf éen verhaal ont staat, zonder dat dat verhaal expliciet verteld hoeft te wor den'. In Engel geeft ze via ver schillende invalshoeken, in im pressies, interviews, ontboeze mingen en verhalen, uiting aan haar fascinatie dan wel haar obsessie. Het levert nogal een tonige stukken op, zoals vaker gebeurt wanneer iemand onge remd stokpaardjes berijdt. Het zegt veel dat nu net ver halen als 'Engel' en 'Wandelen over de Duivelsbrug', waarin de muziek slechts op de ach tergrond hoorbaar is, het meeste fut hebben. Maar in het algemeen blijkt zij een schrijf ster die met veel woorden meldt dat het met minder woorden moet. Geen wonder dat woorden haar medestan ders niet zijn. van doen te hebben met een zonderling: eenzelvig, vereen zaamd, ongeschikt voor het snelle leven. Totdat je merkt dat die eenzelvigheid het ge volg is van die wel zeer bijzon dere aandacht voor de gewone dingen. Iederéén is bijzonder, mits je er maar oog voor hebt, en probeer die 'gewoonheid' dan maar eens te beschrijven... Omdat je er allengs achter komt dat meneer Kortom aar dig samenvalt met Matsier zelf (getrouwd, twee dochters, poe zenliefhebber, opgegroeid in een Noord-Hollands dorpje, tussen de vijftig en zestig, bril- dragend.enz.), begrijp je ook waarom de toon van alle stuk jes zo ingehouden ironiserend is. Ga zelf maar eens voor de spiegel staan en beschrijf zonder ironie waar je tegen aan kijkt! Of zet eens je ge stuntel in de bibliotheek op papier: geen gulden voor een kluisje, dus ergens een gulden lenen, het boek ver geten, de gulden vergeten eruit te halen, het houdt niet op. Matsiers bespiegelin gen worden verlucht met bewust onhandige teke ningetjes van (dochter?) Richtje Reinsma. Alleen de contouren worden schetst. Voor de bijzondere in vulling zorgt de schrijver. ROMAN RECENSIE HANS WARREN 'Voor God en de Sociale Dienst' door Ni- colien Mizee. Uitgeverij Nijgh Van Dit- mar. Prijs: 27,50. De hoofdpersoon uit Voor God en de Sociale Dienst, de tinte lende debuutroman van de Haarlemse schrijfster Nicolien Mizee weet het zeker: ze wil absoluut niet normaal worden. Aan een keuringsarts laat ze weten wat ze onder 'normaal' verstaat: „De hele dag achter zo"n bureau zitten! Trouwen! Kinderen krijgen! Met z'n allen naar de stacaravan!" Bovenal wil ze nóóit gaan werken. Daar voor is een jarenlang gevecht met de Sociale Dienst nodig. Maar ze behoudt haar overtui ging én haar uitkering. Grote behoeften heeft ze trouwens niet. Ze stelt eens vast: „Wat heb je nou werkelijk nodig in het leven? Een dak boven je hoofd, jenever, de kranten." De vrolijke dwarsligger uit de roman, Cilia geheten, is altijd anders dan de anderen ge weest. Al op de middelbare school keerde zij zich tegen het slavenleven dat voor ieder zo vanzelfsprekend lijkt. Er kwa men natuurlijk moeilijkheden van, maar die wist ze steeds te overwinnen. Ze roept veel er gernis op met uitspraken als: „Het enige doel in het leven is om zo volmaakt mogelijk diege ne te worden die ik voorbe stemd ben te zijn." Maar nie mand kan lang kwaad blijven op deze originele en geestige vrouw. De roman bestaat uit vier faxen, in september en ok tober 1999 door haar verstuurd aan haar leraar scenarioschrij ven. Een man die zij zeer be wondert, alleen al vanwege de ontdekking: „Hij is net zoals ik! Sam heet hij, en ze omschrijft hem als 'de meest zichtbare drager van Gods oneindige grootheid'. Hij is homo, zij is lesbisch. Maar al te fanatiek is Cilia daarin niet. Ze vertelt in de faxen ironisch over de geneug ten van lesbisch schaken en les bisch stijldansen. Ronduit geeft ze toe: „Ik vroeg me af wat je precies aanmoest met een vrouw in bed." Ook al druisen haar redene ringen in tegen alles wat ons dagelijks wordt voorgehouden, ze houden moeiteloos stand. Hier is iemand aan het woord die nu eens niet mee wenst te doen in de wereld van fulltime baan, verbouwingen en winter sportvakanties. Ze maakt in druk met haar weigering com promissen te sluiten, met haar onbekommerde openhartig heid, met haar toon die altijd monter in plaats van gekweld is. Ze heeft overigens wel ver schillende studies geprobeerd. Zo ging ze naar de bibliotheek school: „Je moet het niet verder vertellen, maar ik geloof werke lijk dat al die vakken verzonnen waren door een of andere gek, die gillend van de lach toe zat te kijken hoe tientallen studenten en docenten daar dag in dag uit serieus mee bezig waren." In één ding is ze volhardend ge weest: in de opleiding scenario schrijven. Ze heeft talent en Sam ziet dat. Zodra het schrij ven echter ernst wordt en ze moet afdalen 'in de hel van dra maturgen, producenten en om roepen','speelt haar drang naar volstrekte onafhankelijkheid weer op en maakt ze zich on mogelijk. Een wonderlijke maar inte ressante vrouw. Met zo'n hoofdpersoon ontstond bijna vanzelf óók een wonderlijke en interessante roman. Zoals Cilia zich onttrekt aan elke regel, lijkt ook Nicolien Mizee zich aan ie der stramien te willen onttrek ken. Haar boek is geen komedie en geen tragedie, spot en ernst gaan moeiteloos in elkaar over, een boodschap ontbreekt. Maar de lezer van Voor God en de So ciale Dienst gaat zich onvermij delijk afvragen: wat is er eigen lijk normaal aan al die normale mensen? Eindeloos ijsberen of gegooi met asbakken en proppen papier - welke taferelen spelen zich af in de werkkamer van de schrij ver? Deze rubriek geeft een inkijkje in het schrijfproces. In deel acht: journalist/schrijver Nausicaa Marbe (1963), onder meer bekend van haar debuutroman Mandraga. „Sinds een jaar rook ik niet meer. Ik heb altijd ge vreesd dat dat de onmiddellijke on dergang van mijn schrijverschap zou betekenen. Die mythe kan ik in middels doorprik ken. Schrijven gaat zelfs lekkerder. Want ik voel me fitter en de inspi ratie komt ook zonder sigaret. Wel snoep Uc nu veel. Drop, chips, koekjes. IGein fruit als kersen, dat werkt ook prima. Maar sinds ik ben bevallen van een dochter heb ik nog amper achter mijn pc gezeten. Overal in huis slingeren nu Hema-schriftjes rond waar ik snel wat inkrabbel als me iets te binnenschiet. Het heeft me wel geleerd dat het niks uitmaakt of je ouderwets romantisch met pen of potlood schrijft, of meteen typt op de computer. Schrijven op papier leidt niet tot een beter contact met de muze. Sterker nog: ik moet nu alles twee keer uitwerken: eerst in het schrift en daarna nog eens op de computer. Waar ik de inspiratie vandaan haal? Uit god delijke openbaringen! Welnee, je moet er ge woon voor in the mood zijn. Soms vind je op één dag stof voor wel tien verhalen, en daarna is het weer maanden niks. Het wel en wee van vrienden is en goeie bron. Ook ben ik gefasci neerd door het komkommernieuws van de zo mermaanden, zo heb ik gemerkt. De KLM die een stel paarden dropt op de Kaapverdische ei landen, een plek waar nota bene geen gras spriet is te bekennen. En de eigenaar die zijn paarden vervolgens met de moed der wanhoop achterna reist. Dat is een prachtig vertrekpunt voor een verhaal. Verantwoording, gevaar, avontuur, decadentie - alles zit erin. Niet dat het meteen mijn verhaal zou worden, maar ik zou het dolgraag willen lezen. Dat soort be richten knip ik uit en hou ik een half jaar in ge dachten. Als na die tijd de perso nages me nog steeds iets te zeg gen hebben, wordt het tijd om het verhaal uit te werken. Je moet een tijdje met ze hebben geleefd. Soms raak je snel op ze afgeknapt, lopen ze een blauwtje. Soms ook schreeuwen ze je toe om uit hun isolement te worden ge haald. Dat is de ergste fase, als je eigenlijk aan hét schrijven toe bent, maar de juiste vorm nog net niet hebt gevonden. Vreselijk. Schrijver zijn is sowieso geen mooi beroep. Het is ontzettend eenzaam en je moet er een dijk van een persoonlijkheid voor hebben. Wie zit er te wachten op de observaties van, pak weg, mevrouw De Vries uit Gemert? Moedige dame, denk ik bij zo'n debuut. Want heb je het boek af, dan begint de ellende pas goed. Dan moet je in debat met uitgevers en daarna staan de recensenten paraat met hun giftige pen. In het huidige, overweldigende boekenaanbod zijn die meer ooit geneigd om een boek op voorhand al zeer kritisch te beschouwen. Schrijven is alleen leuk op de helft van het verhaal, als de structuur in je hoofd zit en je de stijl te pakken hebt. Dan moet alles ervoor wij ken. Geen telefoon meer, geen bezoek van vrienden of vriendinnen, eerst moet het boek af. Heel asociaal. Daarna kost het maanden om het bij je omgeving weer een beetje goed te maken."

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2000 | | pagina 25