ZATERDAGS
BIJVOEGSEL
'Eens keert de wal het schip'
ZATERDAG 2 SEPTEMBER 20C
eidsch Dagblad
De mediatheek van het Groene Hart Lyceum. Mede door deze nieuwe ontwikkeling heeft de school behoefte aan meer ruimte.
FOTO DICK HOGEWONING
Groene Hart Lyceum woekert met schaarse middelen
De buitenkant van het Groene
Hart Lyceum ziet er nog goed
uit. De binnenkant van het
hoofdgebouw aan de Tolstraat in Alphen aan
den Rijn biedt een andere aanblik. Met man
en macht wordt gewerkt aan een nog effici
ëntere inrichting van de ruimte, want die
ruimte is schaars. Wat eens een vide was
wordt een nieuw studievertrek in de toch al
volle centrale vestiging van de Alphense
scholengemeenschap.
Het gaat goed met Nederland. Maar niet
met het onderwijs. Tenminste, dat vindt vrij
wel iedereen die zegt er verstand van te heb
ben. Vernieuwingen als het studiehuis op de
havo en het vwo, en de samenvoeging van
het lager beroepsonderwijs en mavo tot het
vmbo (voorbereidend middelbaarberoeps-
onderwijs), komen niet van de grond. Er zijn
te weinig leraren, te weinig computers, te
slechte gebouwen.
Met Prinsjesdag voor de boeg vliegen de
claims alweer over tafel. Oud-staatssecreta
ris van onderwijs Roel in 't Veld is voorlopig
recordhouder. Volgens de hoogleraar moet
de onderwijsbegroting met tien miljard om
hoog. Pas dan kun je stellen dat het in Ne
derland ook op dit gebied goed gaat.
Fipancieel directeur Piet Jansen van het
Groene Hart Lyceum zet minder hoog in dan
In 't Veld. De drie schoolgebouwen in Al
phen en de vierde in Hazerswoude baren
hem op dit ogenblik geen zorgen, maar wel
heeft zijn school doorlopend behoefte aan
leerkrachten. Volgens de directeur is het een
wonder dat de 3.300 leerlingen tellende
scholengemeenschap slechts vier vacatures
heeft op een lerarenbestand van 260. „Maar
eens keert de wal het schip", zegt hij waar
schuwend. „Nu al raakt het aantal eerste
graads leraren op. Alle lerarenopleidingen
kampen met een tekort aan leerlingen. Dat
wordt straks een probleem voor elke
school."
Imago
Het dreigende lerarentekort is voor een deel
op te lossen met geld, vermoedt Jansen. „Het
salaris speelt zeker een rol, maar er is meer.
De status van ons prachtige vak, het imago,
moet ook omhoog. En de werkdruk moet
minder worden. Veel leerkrachten geven 26
uur per week les. In Frankrijk weet ik dat 18
uur normaal is. Bovendien hebben we hier
Veel middelbare scholen in deze regio hebben deze week hun deuren geopend. Meteen komen de
noodkreten om meergeld voor het onderwijs weer naar buiten. Veertig miljoen, honderd miljoen
of tien miljard, op een nulletje meer of minder lijken de pleitbezorgers van goed onderwijs niet te
kijken. Minister Hermans heeft de dikste portemonnee van het kabinet, maar toch deelt hij nooit
voldoende uit. 'De politiek heeft de plicht extra te investeren in het onderwijs'.
geen gemakkelijke jeugd. Ik geef toe dat het
onderwijs in sommige Franse steden ook
geen sinecure is. Maar in Roemenië bijvoor
beeld, waar ik jaarlijks onze partnerschool
bezoek, vormt discipline op scholen geen
enkel probleem. Daar gaan ze al staan als de
leraar binnenkomt. Al zou ik op andere ge
bieden niet met het Roemeense onderwijs
willen ruilen. Op zo'n moment besef ik dat ik
niet moet klagen."
Liever grijpt de bevlogen directeur ('Als ik
eenmaal begin te praten, houd ik niet meer
op') naar vergelijkingsmateriaal met andere
Europese landen. „Uit cijfers van de OESO
(Organisatie voor Economische Samenwer
king en Ontwikkeling; red.) blijkt dat Neder
land op Ierland en Turkije na, het minst uit
geeft aan onderwijs. Dat baart mij zorgen. Je
zou bijna hopen dat het eens verkeerd zou
gaan. Maar dat gebeurt niet. Vaak krijgen wij
zelfs lof voor de hoge kwaliteit van ons on
derwijs.
Dat gaat dan wel ten koste van de mensen;
vaak haken die al rond hun zestigste af. En
heus niet altijd in goede gezondheid. Ik zit
hier nu vanaf 1982 en heb slechts twee colle
ga's meegemaakt die op school hun 65ste
haalden. Tot mijn stomme verbazing blijft
het ziekteverzuim ondanks de toenemende
werkdruk stabiel. In mijn ogen is een per
centage van zeven procent aan de hoge kant,
maar van een stijging is geen sprake."
Met de nodige vindingrijkheid lukt het de
Alphense scholengemeenschap om ook op
andere terreinen te woekeren met schaarse
middelen. Enerzijds verklaart de financieel
directeur dat uit het goede rentmeesterschap
van de school, die particuliere gelden aan
wendt om met haar tijd mee te gaan. „Wij
zijn voorloper op het gebied van ICT. Dat
biedt ons mogelijkheden om leerlingen te
werven, maar aan een rijksbijdrage van één
computer op tien leerlingen hebben wij niet
genoeg. Vandaar dat wij uit eigen middelen
honderden computers extra hebben aange
schaft. Dat kunnen wij gemakkelijker doen
dan jongere scholen, omdat wij met geld van
ouders inmiddels een aardig kapitaal bijeen
hebben gespaard."
Zorgen
Toch is de directeur van het Groene Hart Ly
ceum er allerminst gerust op, dat zijn school
op dezelfde voet kan blijven voorüeven. De
computers zijn er, maar de jaarlijkse vervan
ging van zo'n 125 stuks baart hem zorgen.
„Wij krijgen een habbekrats van de minister,
goed voor veertig stuks." Ook voor het be
heer ervan heeft de school nauwelijks geld.
Wel investeerde zij in straalzenders tussen
de gebouwen, maar dat alleen is onvoldoen
de om de voortschrijdende ontwikkelingen
bij te houden. Daarbij komt, en nu briest
Jansen bijna van opwinding, dat scholen ex
tra kosten moeten maken om te voldoen aan
wettelijke Arbo-eisen. „Daar word ik 's
nachts wakker van. Dat we hoge ramen niet
meer vanaf ladders mogen laten lappen,
daar kan ik inkomen. Dat ons personeel op
verantwoorde stoelen moet zitten: prachtig.
Maar alles bij elkaar kost dat tonnen en het
rijk geeft ons daarvoor geen geld. Dat vind ik
onredelijk."
Op die manier komt het er al helemaal niet
van om de gewaardeerde collega's extra in
de watten te leggen. Volgens Jansen kan me
nig docent niet eens beschikken over een ei
gen werkplek met een tafel en een stoel.
Voorwaar geen visitekaartje om personeel te
werven dat kan kiezen uit tal van andere ba
nen. Dat sollicitanten daarop niet afknappen
verklaart Jansen uit het feit dat zij vaak al
hebben gekozen voor het onderwijs en dus
niet opkijken van zulke magere faciliteiten.
„De lerarenkamer is nu ook niet de leukste
plek als alternatief voor een eigen vertrek.
Ook komt het voor dat leraren die een les
willen voorbereiden dat in een lokaal tussen
de leerlingen doen."
Als minister Hermans en staatssecretaris
Adelmund niet snel met extra geld over de
brug komen, gaat de school (Jansen: 'En dat
speelt niet alleen bij ons, maar overal') zelfs
letterlijk schudden op zijn grondvesten. Jan
sen roemt nu nog de staat van onderhoud
van de gebouwen, waarvoor hij de gemeente
en de eigen technische dienst lof toezwaait.
Met vier aparte gebouwen oogt de scholen
gemeenschap minder log dan zij als een
groot geheel zou doen. „Wij zijn in wezen de
kleinste van Alphen", zegt Jansen, „want on
ze grootste vestiging (het hoofdgebouw aan
de Tolstraat met 1200 leerlingen) is kleiner
dari het Ashram College en het Scala College.
Mede door nieuwe ontwikkelingen als de
mediatheek en het studiehuis heeft het
Groene Hart Lyceum behoefte aan meer
ruimte."
Nu of nooit
Walter Dresscher, bestuurder van de Alge
mene Onderwijsbond (AOb), kent het ver
schil tussen de wensen in onderwijsland en
de nooit toereikende budgetten. „We heb
ben jaren geleden met z'n allen bedacht dat
het studiehuis, het voorbereidend middel
baar beroepsonderwijs (vmbo) en an
derevernieuwingen heel goed zouden zijn.
Om niet achter te blijven, is het allemaal in
gevoerd hoewel er geen geld was. Nu de re
gering wel wat te besteden heeft, vinden wij
dan ook dat onderwijs voorrang moet krij
gen. De.mensen in het onderwijs krijgen al
maar meer taken zonder dat er iets extra's
tegenover staat. Het is nu of nooit. Straks
gaat het weer wat minder met de economie
en dan komt onderwijs helemaal niet meer
aan de bak."
Dresscher bestrijdt dat de vakbondstijgers
oogkleppen op hebben en ondanks extra in
vesteringen in onderwijs almaar ongefun
deerde kritiek blijven leveren. „Wij weten
heus wel dat er naast de minister van onder
wijs nog meer bewindslieden in het kabinet
zitten die allemaal geld nodig hebben .voor
heel belangrijke zaken. Ook het terugdringen
van het financieringstekort vinden wij geen
onzin. Toch heeft de politiek, juist nu het zo
goed gaat, de plicht extra te investeren in het
onderwijs."
Nederland geeft relatief weinig aan onder
wijs uit, zegt Drescher. „Dat staat allemaal in
rapporten van de Organisatie voor Economi
sche Samenwerking en Ontwikkeling. Keer
op keer blijkt dat Nederland achterloopt.
Wonder boven wonder slagen we er nog
steeds in om voor een dubbeltje op de eerste
rang te zitten; het onderwijs kan de toets der
kritiek internationaal nog doorstaan.Maar
niet lang meer als het zo doorgaat."
Het CNV is het daar volmondig mee eens,
maar bestuurder Frans van Looij waar
schuwt voor een negatief imago. „Als je te
vaak op dezelfde trommel slaat, gaat zich dat
tegen je keren. Wij willen niet alleen vragen
om meer geld, maar ook uitleggen wat er aan
de hand is. En we denken dat we daar steeds
beter in slagen. .Ouders en andere betrokke
nen zijn de laatste jaren wel degelijk gaan in
zien dat het beroep van leraar zwaarder is
dan vroeger. Er is in de samenleving abso
luut draagvlak voor meer geld voor onder
wijs."
De roep uit het onderwijsveld om geld,
klinkt door in de pers. Jansen: „We staan in
de belangstelling, maar dat moet ook wor
den vertaald. Nederland is geen productie
land en moet het van zijn kennis hebben. El
ke procent die we extra besteden aan ons
onderwijs levert direct economisch rende
ment op. Hadden we maar eerder extra geld
uitgetrokken voor onderwijs en ook voor
zorg, dan hadden we nu deze problemen
niet gehad."
TIM BROUWER DE KONING
FRANS VAN DEN HOUDT
ACHILLE PRICK