'Toneel is veruit het moeilijkst'
711
ZATERDAG 26 AUGUSTUS 2000
Ellen Vogel maakt zich op voor het sluitstuk
Onze Taal
Dit is het 711de stukje van mij, en
het zal meteen het laatste zijn. Per 1
september ziet u mij hier niet meer
terug. De hoofdredactie van deze
krant heeft besloten dat het nu
maar eens afgelopen moet wezen.
Het spijt me wel.
Toen de wereld 711 weken jonger was,
verscheen nummer één in het Leidsch
Dagblad. Om precies te zijn: op zaterdag 22
november 1986. In de allereerste zin komt
mijn moeder voor, en het spelletje dat we
speelden als ze aan het strijken was: 'Zwart
en wit verkoop ik niet, ja of nee versta ik
niet'. Het ging over Engelse leenwoorden,
en dat het zo moeilijk is om die te vermij
den. Dat leverde me meteen een pak brie
ven op van lezers die erop wezen dat ik het
rijmpje onvolledig citeerde, en dat het be
gint met 'Ik ben een koopman uit Ter
Gouw'. Anderen meenden dat het begon
met 'Het mannetje van Papsauw' of met
nog andere mannetjes. En dat is altijd zo
gebleven, dat lezers brieven schreven met
interessante aanvullingen, met moeilijke
vragen of met commentaar als ik de plank
weer eens misgeslagen had. Sommigen
stuurden hun reactie in natura, waaronder
knipsels, fotokopieën van een prijslijst van
Simon de Wit uit 1937 waaruit blijkt dat
een pot pindakaas toen 7 1/2 cent kostte,
een zakdoek geknoopt in de vorm van een
muis, een bakje kaantjes, een prachteditie
van Jules Verne met goud-op-snee, foto's
van een truitje met ritssluiting uit 1934,
twee oei-oei-machines en Koster Henke's
boekje over boeventaal uit 1906.
Kort na het begin in het Leidsch Dagblad
werden de stukjes ook in het Haarlems
Dagblad en de IJmuidense Courant opge
nomen, zij het met onderbrekingen. Drie
stukjes in totaal zijn ooit geweigerd, wat,
naar men mij verzekert, weinig is in veer
tien jaar. En niet omdat daarin God, de
goede zeden of ons vorstenhuis gesmaad
werden, wat ook mijn gewoonte niet is,
maar omdat er te weinig over taal in stond.
'Meer taal, Joop, en minder familieleden',
was het devies van de toenmalige hoofdre
dacteur. Daar heb ik mij aan gehouden,
ook al was niet helemaal te voorkomen dat
oom Lud nog eens binnenslipte die bij het
weggaan altijd zei: 'Ik ga mijn schoenen
eens thuisbrengen', of tante Lien die geno
mineerd stond als goed regerend vorstin, of
het principe van nicht Tineke ('Als je niet
weet hoe fauteuil gespeld moet worden,
schrijf dan luie stoel'). Als om dezelfde re
den ook dit stukje het niet haalt, dan heeft
u vorige week mijn laatste gelezen.
In 1995 verscheen een boekje met een
keuze van honderd stukjes uit de voor
gaande jaren. Zelfs de uitgever heeft dat
goed geheim kunnen houden, zodat bijna
niemand het gemerkt heeft, en geregeld
mensen mij vragen of er niet eens een bun
deling gaat verschijnen. Het grootste deel
van de oplage bleef onverkocht, en is twee
jaar geleden door de papierversnipperaar
gegaan. Ik heb er toen honderdvijftig inge
slagen om er een op verjaardagen te kun
nen geven, maar je moet erg oppassen dat
je het jaar daarna niet op hetzelfde idee
komt. Dat zou niet prettig zijn. Achteraf ge
zien was ik met minder ook wel toegeko-
Ik vraag me af of er hier nog een krachtig
slotwoord van mij verwacht wordt. Iets
dat na blijft klinken en dat men later kan
gebruiken om op mijn graf te beitelen,
maar ik kan zo gauw niets verzinnen. En 't
zou ook precies helemaal in strijd zijn met
de moraal van de andere 710 stukjes. Na
melijk dat de taal van iedereen is, van mij
niet meer dan van een ander, en dat de
omgang met die taal nu juist zozeer te lij
den heeft onder krachtige uitspraken die
het wel goed doen op grafstenen maar de
mensen niet gelukkiger maken. Bovendien
blijkt altijd weer dat de waarheid genuan
ceerder is dan je eerst dacht. Zodat ik geen
beter besluit weet dan de wijze woorden
van het mannetje uit Papsauw.
In de tijd dat Simon Carmiggelt over toneel
schreef, noteerde hij: 'Voor het stuk hoeft u
niet te gaan, maar ga toch maar, want dan
kunt u tenminste later zeggen dat u het
debuut van Ellen Vogel hebt meegemaakt'.
Op die woorden volgde een glanzende
carrière. Ellen Vogel groeide uit tot een groot
actrice die van alles speelde. Van tragedie tot
blijspel, van klassiek tot eigentijds. En van
theater tot film en televisie. Nu - 55 jaar
nadat Carmiggelt haar zo complimenteus
introduceerde - staat de grande dame van
het Nederlandse toneel aan de vooravond
van haar laatste stuk. 'Althans, ik vermoed
dat dit mijn laatste stuk wordt'.
Komend theaterseizoen speelt de konin
gin van het Nederlandse Toneel, zoals
Hugo Claus haar eens liefkozend noem
de, met Roos Ouwehand in het toneelstuk "Verza
meld werk' van de Amerikaan Donald Margulies.
Daarmee zet de 78-jarige Ellen Vogel een punt achter
haar glorieuze loopbaan. "Verzameld werk' is haar af
scheid. Tenminste, dat vermoedt ze. „Want zeg
nooit, nooit, nooit dat het je laatste is - ik vermoed
dat dit mijn laatste stuk wordt. Ik herhaal: ik ver
moed het."
'Verzameld werk' gaat over de fnuikende vriend
schap tussen een studente en een schrijfster. De stu
dente raakt in de ban van haar geliefde leermeester,
en betreedt later eveneens het grillige schrijverspad.
Het stuk oogstte open doekjes op Broadway, New
York. En had succes in Londen. Nederland volgt? El
len Vogel heeft er vertrouwen in, ofschoon ze wel
een beetje opziet tegen de lange tournee, van eind
september tot half februari.
De schrijver kende ze wel, het stuk niet. „Het werd
mij toegezonden. Wat ik ervan vond. En ik vond het
mooi, heel mooi geschreven, met een diepere onder
laag, veel humor, goede dialogen. Het gaat over de
wereld van de literatuur. Over twee schrijfsters, een
oudere en een jongere. Aanvankelijk is de verhou
ding vrij stroef. Gaandeweg ontstaat een soort moe-
der-dochter-verhouding. Het verhaal neemt een ver
rassende wending, maar de clou ga ik hier natuurlijk
niet zitten verklappen! 'Verzameld werk' is misschien
met zo'n aansprekende titel, een beetje droog - 'Col
lected stories' is bijna letterlijk vertaald - maar ik kan
u verzekeren dat het helemaal niet droog is. Het is
juist héél spiritueel."
Met Roos Ouwehand, de jonge actrice die is ver
bonden aan Toneelgroep Amsterdam, staat ze voor-
het eerst op het toneel. „Ik vind haar een erg mooie
actrice. Er was al persoonlijk contact tussen ons, we
kennen elkaar van het theater, van gesprekken na de
voorstelling, en zo kwamen we erop om samen iets
te doen. Ik heb goede hoop dat het ook op toneel
tussen ons klikt." Regisseur is Peter Oosthoek, óók
van Toneelgroep Amsterdam, en 'hem ken ik', zegt
Ellen Vogel, 'al vanaf de eerste voetjes die hij op het
toneel zette'.
Imponerend
Ellen Vogel. Een groot actrice. Een imponerende ver
schijning. Nog altijd. Ook op haar 78ste. Op toneel,
maar ook bij haar thuis, één hoog hartje Amsterdam.
Al veertig jaar woont ze hier, op nog geen zes minu
ten lopen van de Stadsschouwburg die lang haar
huistheater was. Hier, in deze flat, hebben heel wat
grote namen uit de kunst-, theater en amusements
wereld gewoond. Ank van der Moer, Simon Carmig
gelt, Wifly Walden, Ko van Dijk. „Ik ben", zegt ze,
„de laatste der mohikanen."
Ze is stijlvol gekleed, oogt vief en vitaal. De slagen
van de. ouderdom zijn haar niet of nauwelijks aan te
zien. Maar natuurlijk merkt ook zij dat met de ouder
dom de gebreken komen. Neem het instuderen van
de tekst, in dit geval die van 'Verzameld werk', dat
kost haar nu meer moeite dan vroeger. „Dan merk ik
dat het geheugen met de jaren wat minder wordt",
zegt ze mooi articulerend, met de haar kenmerken
de, gedragen stem. „Ik ben me er terdege van bewust
dat wanneer je ouder en ouder wordt het lot elk mo
ment kan toeslaan. Je gaat ook anders tegen de din
gen aankijken.
Het enige vervelende aan ouder worden is dat zo
veel mensen op wie je gesteld was, verdwenen zijn.
Ik zei laatst nog tegen mijn man: echte oude vrien
den hebben we niet meer. Dat is wel een beetje
triest. Al die oude vrienden en kennissen met wie je
kon praten over toen, met wie je herinneringen kon
delen, zijn vertrokken. Het leuke van dit vak is echter
dat je veel jonge, heel jonge mensen blijft ontmoe
ten. Dat hebben we voor op veel andere oudere
mensen."
Breed terrein
Ellen Vogel, afkomstig uit een gezin waarvan de ou
ders voordrachtkunstenaars waren, debuteerde met
een na de oorlog, in 1945, bij haar leraar Cor Her
mus, in gezelschap van even illustere collega-acteurs
als Mary Dresselhuys, Elisabeth Andersen en Ko van
Dijk. Weldra maakte ze deel uit van een groep geta
lenteerde toneelspelers die in het Nederlandse thea
ter jarenlang de toon zou zetten. Ze heeft van alles
gespeeld. Van tragedie tot blijspel, van klassiek tot ei
gentijds. Zeg maar van de oude Grieken (Euripides),
via Vondel en Shakespeare, Tsjechov en Strindberg,
Albee, Williams en Claus, tot Duras, Bernard en nu
dus Margulies. In 1961 ontving ze de Theo d'Or als
beste actrice van dat seizoen. Actrice van het jaar
werd ze in 1967.
Ze speelde van meet af aan met een zekere gran
deur. Ellen Vogel is geen actrice van het grote gebaar,
maar een die de kunst verstaat om tot een karakter
door te dringen. Dat geldt ook voor haar rollen in
films (waaronder 'Het mes' van Fons Rademakers en
'Brandende liefde' van Ate de Jong) en op tv. Oudere
generaties kennen haar vast nog als de moedige
Haagse Constance in de tv-bewerking van Louis
Couperus' 'Boeken der kleine zielen'. Jongere tv-kij-
kers kennen haar wellicht nog van de NCRV-come-
dyserie 'Zonder ernst'.
Maar er gaat niets boven het theater. „Toneel is in
tensiever, het is ook veruit het moeilijkst. Het is de
basis van alles. Neem filmsterren als Jeremy Irons of
Meryl Streep, die vinden het toch belangrijk om nu
en dan weer op het toneel te staan. In een film kun je
een close-up net zo vaak opnieuw opnemen tot het
er goed op staat, op toneel moet alles meteen goed.
Je moet het helemaal zelf doen."
Ze was geknipt voor het serieuzere werk, totdat ze
tot haar verrassing ontdekte dat ze ook het lichtvoeti
gere werk aankon. Komedies, kluchten spelen, bleek
een verademing. De vuurproef vormde 'De dame uit
Maxim' van Feydeau, nu alweer zo'n dertig jaar gele
den. Lachen is moeilijker dan huilen, weet ze. „Ik
ontdekte gaandeweg dat je iets zwaars zo licht moge
lijk moet spelen en een klucht juist bloedserieus
moet houden. Pas dan werkt het."
Toneel, hoe monumentaal en memorabel
de voorstelling ook is, is vluchtig. Zodra
het doek valt, verdwijnt de illusie.
Valt haar dat niet zwaar? EUen
Vogel glimlacht. Ze citeert met
instemming de legendari
sche regisseur Han Bentz
van den Berg: „Wat wij
doen is spelen met rook.
Zei hij. Aan de ene kant
is dat bitter, anderzijds
heeft dat ook zijn
charme. Toneel spe
len is toveren, uit
het niets zet je een
figuur neer. Niets
is dooier dan een
dooie acteur, zeg
gen we wel eens.
Want het gaat er niet om
of jij blijft of niet, maar dat
je tussen acht en elf iets
maakt wat de mensen be
reikt.
Jammer is het wel dat het
aantal mensen dat naar to
neel komt kijken, steeds
minder is geworden. Maar de
belangstelling van het thea
terpubliek van nu is wél veel
intensiever. Vroeger had je geen
tv. Toen werd je nog wel eens
aangesproken door de juffrouw
van de bijouterie, die je de vorige
avond in de schouwburg had gezien.
Dat komt nu niet meer voor. Te
genwoordig hebben de mensen
de tv. De massa, en dat be
doel ik niet denigrerend,
hoeft het amuse
ment, het en
tertainment niet meer buiten de deur te zoeken. En ach, zo
is het nu eenmaal. Voor een arts die een fenomenale opera
tie heeft uitgevoerd, staan ze niet in de rij, wel voor een
voetballer die een belangrijk doelpunt heeft gescoord. Het
doet me denken aan Ko van Dijk, die indertijd nog wel eens
kinderen aan de deur kreeg die een handtekening van hem
wilden. Hij zei gekscherend tegen me: die honderd handte
keningen van ons ruilen ze straks voor één van een voetbal
ler'.
Betrekkeu jkheid
Maakt ze zich nog druk om kritieken? „Het blijft gruwelijk
om een slechte recensie te lezen. Maar weet je wat het is?
Later weet je vaak niet eens meer of er goed of slecht over
geschreven is. Je herinnert je alleen maar hoe je het allemaal
zelf ervaren hebt. Geleidelijk aan ga je er de betrekkelijkheid
van inzien. Nu zeggen kritieken me niet zoveel meer. Je weet
zo langzamerhand wel wat je wel en niet kan. Bewijzen hoef
je je niet meer, want als je je nu nog niet hebt bewezen, be
wijs je het nooit meer. Maar dat een slechte kritiek acteurs
soms zo onzeker kan maken, bewijst eens te meer hoe
kwetsbaar we allemaal zijn."
Ellen Vogel volgt het Nederlandse toneel nog op de voet.
„Wij, mijn man en ik, hebben een huis op Mallorca, maar
als ik hier ben, ga ik heel veel naar het theater. Ik zie veel,
niet alles natuurlijk, want ik wil ook nog wel muziek horen,
naar de opera of een balletvoorstelling." Nederland, weet
ze, bulkt van het talent. „Wédnzinnig veel talent is er. Jong
talent ook. Zoals die ene jongen, toe, hoe heet hij ook al
weer....? Ramsey Nasr. En die andere, Jacob Derwig, die bij
De Trust Hamlet speelde. Prachtige acteurs. Prachtige voor
stellingen! Het is toch heerlijk dat je tegenwoordig twee
prachtige Hamiets kan zien, die van Herwig naast die van
Gijs Scholten van Asschat, die onvergelijkbaar zijn, maar
toch allebei de moeite waard.
Goed, een poosje was het iets minder, toen er in het thea
ter naar mijn smaak teveel werd geëxperimenteerd, maar nu
zie je weer zoveel moois. Al experimenterende komt er na
verloop van tijd toch weer iets uit wat zeer de moeite waard
is. Soms gaat het me wel te ver. Je moet eerbied hebben
voor de schrijver. De tekst is de basis, die mag je niet teveel
vervormen. Soms blijft er van het oorspronkelijke stuk niets
over, of wordt het zo veranderd dat het niet meer klopt. Een
goede schrijver wil immers iets met zijn tekst, heeft er een
bedoeling mee.
Het tempo op toneel ligt nu veel hoger. Dat heeft te ma
ken met de tv, met de flitsende manier van leven, met de
waanzinnige haast die nu in het leven besloten ligt. Mensen
leven, denken sneller, je moet eruit halen wat eruit te halen
valt. Heerlijk is het dan om je daar af en toe aan te kunnen
onttrekken, om tot rust te komen, zoals in ons geval op Mal
lorca, in een klein plaatsje van 150 huizen, ver weg van de
hectiek van de toeristische drukte verderop op het eiland.
Op 8 februari is, meen ik, de laatste voorstelling van "Verza
meld werk'. Dan zit ik op 15 februari wèl in het vliegtuig
naar Mallorca. Dan heb ik de tijd weer aan mijzelf."
NICO DE BOER
Voorstelling 'Verzameld werk'
door Donald Margulies, met
Ellen Vogel en Roos Ou
wehand. Joop van den
Ende Theaterpro
ductie, gaat 22
oktober in pre
mière in de Ko
ninklijke
Schouwburg,
Den Haag.
Daarna
tournee.