5PORT Bram Marbus is 'toch aardig ver gekomen' Mountainbiker Bart Brentjens wil herkansing in Sydney mêêèHÊMSê ITERDAG 19 AUGUSTUS 2000 'Een spits moet tegenwoordig meer doen dan scoren Bram Marbus begon gisteren met een 2-2 gelijkspel tegen Roda JC aan nieuw seizoen in de eredivisie. De spits van Sparta voelt zich op zijn plek en heeft geen pretenties. De Noordwijker weet dat hij zich over een 'droomtransfer' geen illusies hoeft te maken. Daar is het hem ook niet om te doen. „Ik vind dat ik het met mijn capaciteiten toch nog niet zo slecht heb gedaan." door PIET OCKS Het grote geld is voor hem niet wegge legd, beseft Sparta's Bram Marbus. „Daarvoor ben ik te laat in de eredivi sie gekomen. Ik ben 28 jaar. Welke club is dan nog in je geïnteresseerd voor die paar jaar? Nee, ik ben al dolblij dat ik de eredivisie nog heb gehaald. En ik heb het niet slecht." De Noordwijker had het hoogste ni veau na zeven jaar eerste divisie eigen lijk al uit zijn hoofd gezet. „Ik ben nooit uitgenodigd voor een vertegen woordigend elftal, zelfs niet voor het Leidse. Dat zal wel te maken hebben gehad met mijn jeugd, waarin ik altijd als laatste man heb gespeeld. Pas op mijn zestiende kwam ik bij toeval in de spits terecht. Dat ging aardig, maar een echte goalgetter ben ik nooit gewor den. Als ik dan terugkijk op jongens, die wel werden geselecteerd, dan vind ik dat ik het met mijn capaciteiten nog niet eens zo slecht heb gedaan. Ik ben toch nog aardig ver gekomen." Misschien, zegt hij, is hij te lang in de eerste divisie blijven hangen. In zijn periode bij Excelsior was er sprake van belangstelling van Heerenveen en FC Groningen. „Maar ik kwam bij Cam- buur terecht. En later bij Go Ahead Eagles. En als je dan zo lang in de eer ste divisie hebt gespeeld, reken je ei genlijk nergens meer op. Zeker niet op de absolute top. Ik hoef ook niet meer weg bij Sparta. Ik zit hier goed. Ik heb het prima naar mijn zin. Ik hou van de tradities van de club. Die zijn wel apart. Er is een ontspannen sfeer, vrij gemoedelijk en niet zo formeel. Boven dien vind ik Rotterdam een leuke stad, veel beter dan Deventer. Die mensen daar vind ik een beetje stug." Zijn eerste seizoen op het hoogste niveau is hem meegevallen. „Ik werd als een eerstedivisiespits getypeerd, net als Erik Tammer. Vreemd trouwens, dat hij het niet heeft gered in de eredi visie. Hij is snel, hij heeft een goede techniek. Ik denk dat hij verkeerd is ge bruikt. Hij is geen spits, die in de lucht moet worden aangespeeld. Dat was de fout, die Sparta maakte in dat moeilijke seizoen. Daarom ben ik gehaald, want in hoge ballen schuilt juist mijn kracht." „Overal waar ik heb gespeeld, werd de lange bal toegepast. Misschien," zegt de 1.94 meter lange spits, „maak ten we er vorig seizoen wel eens te vaak gebruik van. Je hoorde tegenstan ders ook wel eens zeggen: het lijkt ner gens op. Maar toch zie je een tendens. Steeds meer clubs verkiezen een lange, kopsterke spits. In de eredivisie spelen wel zo'n tien ploegen op die manier en kijk naar Noorwegen met Carew en Tsjechië met Koller. Vitesse blijft niet achter; het wilde Erik Meijer als opvol ger van Pierre van Hooijdonk vanwege zijn kracht in de lucht. En toen dat niet lukte heeft het z'n zinnen op Bob Pee- ters gezet. PSV speelde eerder met Re- né Eijkelkamp al hetzelfde." „Het systeem heeft z'n voordelen. Je kan met een trap zeventig meter over bruggen, terwijl je alle spelers achter de bal houdt. Het risico op een counter is veel minder dan bij de opbouw van achteruit, waarin je meer kans loopt op balverlies. En", zegt hij ook, „het pu bliek vindt-het prachtig. Hel hoort ook bij Sparta, dat altijd heeft geneigd naar de 'English style'." Hij voelt dat hij sterker is geworden in Sparta's strijdwijze, mede dankzij de trainingen van de voortijdig ontslagen Jan Everse. „Vroeger had ik de neiging te blijven staan. Ik bewoog een paar meter naar links of naar rechts. Everse heeft me geleerd de diagonaal te lopen, weg van de voorstopper, waardoor je ook een beter overzicht krijgt. Je kan zien waar een medespeler staat. Daar heb ik echt baat bij gehad." „Maar het systeem van de lange bal heeft ook z'n nadelen. AZ speelde daar bijvoorbeeld goed op in. En tegen Ro da JC met Regillio Vrede als voorstop per krijg je het ook al moeilijker. Ik vind net als trainer Dolf Roks, dat we meer moeten variëren. Daar zijn we mee bezig op de trainingen. En dat kan met aanvallers als Boukhari en Elkhat- tabi. Zij kunnen ook een bal vasthou den en ze hebben allebei een individu ele actie." Of de spits zich nog verder kan ont wikkelen? Marbus: „Op mijn leeftijd? Vroeger werd een spits beoordeeld op zijn doelpunten, tegenwoordig moet je veel completer zijn. Hij moet veel meer brengen dan alleen die doelpunten. Een ballenafwachter, zoals Inzaghi bij Italië is, wordt niet meer geaccep teerd." ,,Als vrije verdediger," beseft hij ook, „had ik dit niveau nooit gehaald. Ik miste een goede pass en tegenwoordig moet je als vrije verdediger ook in de mandekking kunnen spelen. Dat zou voor mij een ramp geweest zijn. Een hele wedstrijd achter een vent aanlo pen zou ik niet kunnen opbrengen. Ik denk wel eens als ik tegen een voor stopper speel: ik ben blij dat ik niet in jouw schoenen sta." „Veel niveauverschil, zoals wel eens wordt beweerd, met de eerste divisie heb ik amper kunnen ontdekken. De spelhervattingen worden slimmer ge nomen, de handelingssnelheid is wat hoger en het voetbal is leper, maar het tempo op zich vind ik niet veel hoger dan in de eerste divisie, waar het spel negentig minuten lang veel meer op en neer golft en waar over het hele veld één tegen één wordt gespeeld. Alleen dat douwen en trekken aan je shirt - daar word ik wel eens gek van. Zelfs als de bal niet in de buurt is. Maar ik doe 't tegenwoordig zelf ook, min of meer uit zelfbescherming. Eindigt Sparta hoger dan de dertien de plaats, zoals Dolf Roks, de trainer, beweert? Marbus: „Dat hoor ik wel meer mensen roepen, maar laten we eerst maar eens proberen van de on derste plaatsen weg te blijven. Als dat lukt, kunnen we altijd nog omhoog gaan kijken." Bart Brentjens heeft alle grote wedstrijden op zijn erelijst staan. Vier jaar geleden veroverde de Limburger in Atlanta de eerste olympische titel. In 1994 won hij het eindklassement van de wereldbe ker. Een jaar later werd hij in Kirchzarten wereld kampioen. In 1995 en 1996 zegevierde hij in de Ron de van Frankrijk voor mountainbikers. Overzicht van zijn belangrijkste resultaten: 1994: winnaar wereldbekerwedstrijd in Cairns en eindklassement wereldbeker; derde bij WK, tweede bij NK. 1995: wereldkampioen in Kirchzarten; winnaar Ronde van Frankrijk mountainbikers; nationaal kampioen. 1996: olympisch kampioen in Atlanta; nationaal kampioen; winnaar Ronde van Frankrijk mountain bikers; wereldbekerwedstrijd in Frankrijk; topcom- petitiewedstrijd Groesbeek. 1997: winnaar wedstrijd Benelux Cup in Groesbeek; eindklassement Cactus Cup in Scottsdale. 1998: winnaar topcompetitie Nijverdal en Berg- schenhoek; eindklassement Cactus Cup in Scotts dale; tweede bij NK. 1999: winnaar topcompetitie Bergschenhoek en Norg; nationale wedstrijd Berlicum; tweede bij NK; derde bij wereldbekerwedstrijd Madrid. 2000: nationaal kampioen; derde bij WK in Sierra Nevada; winnaar topcompetitie Oss en Groesbeek; tweede in eindstand Sea Otter Classic. Schaatscoach Peter Mueller staat titelverdediger bij op Olympische Spelen Achteraf heeft hij te weinig van zijn gou den medaille genoten. In zijn drang zich als olympisch kampioen te bewijzen, stond Bart Brentjens nauwelijks stil bij zijn presta tie in Atlanta. In Sydney hoopt de 31-jarige Limburger op een herkansing. „Als ik in Au stralië opnieuw goud pak, ga ik het allemaal anders aanpakken." Brentjens heeft de afgelopen vier jaar veel geleerd. De olympische titel bracht hem aan de top, maar ook in een diep dal. „Terug in Nederland sloeg ik alle aandacht en uitnodi gingen af. Ik nam nauwelijks tijd om te fees ten. Ik wilde alleen maar fietsen om te laten zien dat ik die medaille waard was." In de periode vlak na de Spelen zette Brentjens nog wel goede resultaten neer. Mede door fysieke problemen werd het steeds minder. Zeker in 1998 boekte hij nauwelijks succes. Bas van Dooren eiste steeds meer aandacht op en Brentjens twijfelde of hij ooit zijn ou de niveau terug zou krijgen. „Iedereen wil de olympisch kampioen ver slaan. Maar door dat goud alleen ging ik echt niet harder fietsen. In het eerste sei zoen was ik er eigenlijk niet klaar voor. Daarbij kreeg ik pech en raakte geblesseerd. Plotseling mocht ik niet meer van de eerste rij starten. Mensen die je vrienden wilden zijn na het goud, lieten me nu zakken. Het is hard, maar leerzaam. Uiteindelijk hebben de prestaties van Van Dooren mij wakker geschud en geïnspireerd om verder te gaan. Ik wilde bewijzen dat ik zeker nog niet ben afgeschreven." Brentjens liet zich opereren aan een ver nauwd bloedvat in de lies, een euvel dat hem al jaren hinderde. Ook brak hij met zijn trainer en zwager Gert-Jan Theunisse. De magie tussen de twee was uitgewerkt. Brentjens probeerde het een seizoen alleen. Het werd een constant jaar, maar zonder uitschieters. Hij miste een coach en ging op zoek. Hoewel Brentjens hem alleen van tele visie kende, bleek schaatscoach Peter Muel ler de juiste kandidaat. Hij belde de Ameri kaan en ontmoette hem tijdens de IJsselcup in Deventer. Het klikt tussen de twee, al hebben ze door de drukke werkzaamheden van Mueller vooral telefonisch contact. „In het begin spraken we elkaar te weinig. Nu bellen we dagelijks en hebben dan vooral veel lol. Tus sen zijn grappen door weet hij mij met de juiste opmerkingen op scherp te zetten. Dat is zijn kracht. Mentaal maakt hij me ijzer- sterk." Mueller zal er straks in Sydney bij zijn. Joop Alberda, chef van Team de Mission, beloof de de mountainbiker dat het NOCNSF de reis voor zijn trainer te betalen als hij bij de eerste drie bij een groot toernooi zou eindi gen. Bij de wereldtitelstrijd in juni pakte Brentjens de bronzen medaille. „Mueller moet om mee te mogen lid worden van de KNWU (wielerbond), maar dat heeft hij er wel voor over. Ik wil hem er hoe dan ook bij hebben." In de voorbereiding op Sydney kiest Brentjens binnen de olympische ploeg ge dwongen zijn eigen weg. Tot de teleurstel ling van de Limburger is er nauwelijks sa menwerking met de andere olympiërs Van Dooren, Patrick Tolhoek en Corine Dorland. De drie hebben volgens Brentjens geen .zin om met hem te trainen. Hij ging nu met zijn vrouw Petra op hoogtestage in Zwitserland. „In de winter hebben we nog wel samen ge reden, maar dat werd steeds minder. We zouden gezamenlijk hoogtestages gaan doen, maar plotseling haakten ze af. Na tuurlijk heeft het er mee te maken dat zij al ledrie voor hetzelfde team (Be One) rijden. Bondscoach Van Zeeland vindt dat iedereen zijn eigen plan moet kunnen trekken. Toch is het vreemd. Ze moeten mij straks niet kwalijk nemen dat ik me in Sydney niet bij ze aansluit." Na de Europese titelstrijd, dit weekeinde in Rhenen, en de wereldbekerfinale in Lausan ne reist Brentjens naar Australië. Hij kent het olympische parkoers. Een wereldbeker wedstrijd leerde hem vorig jaar dat het tra ject hem goed ligt. „Het is een snel parcours met veel draaien en keren. In het tweede ge deelte zit een beklimming. Die kan ik goed aan. Hij is niet te steil, anders had ik met mijn gewicht in nadeel geweest ten opzichte van lichte mannen als Van Dooren en de Australiër Evans." In Atlanta reed Brentjens onbevangen naar het eerste olympische goud op de moun tainbike. De Limburger beseft dat, als olym pische titelverdediger, de ogen in Sydney op hem gericht zullen zijn. Als hij straks op zijn speciaal geprepareerde fiets aan de start staat, wil Brentjens de medaille van vier jaar geleden vergeten. „Titelverdediger vind ik een negatief woord. Ik noem het een nieuwe kans. Ik ga liever in de aanval dan dat ik mijn medaille moet verdedigen." Een gouden plak zou zijn positie op de markt verbeteren. Zijn contract bij de Ame rikaanse formatie Specialized loopt na vier jaar af. Hij heeft geen nieuwe verbintenis aangeboden gekregen. Brentjens hoopt met sponsors een eigen ploeg op te zetten. Hij wil in ieder geval nog twee jaar doorgaan en sluit ook een deelname over vier jaar bij de Spelen in Athene niet uit. „Als ik me goed voel, zou dat een mooie afsluiting kunnen zijn. Maar eerst moet het in Sydney gebeu ren. Ik hoop dat ik een herkansing krijg om toch volop van een gouden medaille te ge nieten." GROESBEEK CYLIA VAN DER KOOY S Bart Brentjens over zijn coach Peter Mueller „In het begin spraken we elkaar te weinig. Nu bellen we dagelijks en hebben dan vooral veel lol. Tussen zijn grappen door weet hij mij met de juiste opmerkingen op scherp te zetten. Dat is zijn kracht. Mentaal maakt hij me ijzersterk." archieffoto united photos de boer/marisa beretta Bram Marbus: „Ik ben 28 jaar. Welke dub is dan nog in je geïnteresseerd voor die paar jaar?' archieffoto kees van hoocdalem

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2000 | | pagina 25