Zomer 2000 Judith van Berkel is verzot op zoet water dragen over chelpen )eantwoord n Naturalis Als de weergoden woest worden Leiden IDAG 15 AUGUSTUS 2000 rie heeft er in het voorbije eekeinde op de stranden van itwijk, Noordwijk, Noordwij- fhout en Wassenaar geen helpen gezocht? Het is natuur- k hartstikke leuk om erachter komen hoe die schelpen he- n. aturalis in Leiden biedt deze >mer voor de tweede keer die ilegenheid, deze keer op oensdag 16 augustus. Dan zit- n schelpendeskundigen klaar het Natuur Informatie Cen- um om alle vragen te beant woorden. Eerder belegde Natu- ilis een middag over schelpen P 2 augustus. en bezoek aan het strand is fei- lijk een ontdekkingsreis. Zon- ig waren er bijvoorbeeld grote vallen op het strand te vinden, ok de schelpen waren ruim )onadig. Misschien zit er na in dagje speuren en repen wel in heel bijzonder soort in je nmertje, zoals bijvorbeeld een enteltrapje of een trapgeveltje. "helpen zijn er in vele soorten i maten. Maar van welk dier ijn ze eigenlijk? Zijn het dieren fzijn het pantsers van dieren? 'ans Adema zit woensdagmid- agvoor iedereen klaar om ant- 'oord te geven op de klemmen- e vragen. pie geen schelp heeft gevonden p overigens ook welkom in Na- kalis. Openingstijden: 13.00 uur tot K-00 uur. Sommige watersporters merken het aan hun meevarende hond, die 'een uur voor het gaat onweren al onrustig wordt en dan weten we het wel'. Ande ren zien de bui al hangen als ze ver schillende wolkensoorten zien, 'die er meestal de voorbode van zijn'. Maar ie dere watersporter doet er goed aan de weerberichten te bekijken of te beluis teren als hij gaat varen. 'Elke dag kans op onweer', luidt de voorspelling voor de rest van deze week. Wat je op het land moet doen als Donar woedend wordt en de hemel met donderend geraas openscheurt, weet iedereen. Niet onder bomen gaan staan en als je toch in het open veld bent, zoek dan de auto op, want dat is volgens deskundigen de veiligste plaats. Maar wat doe je als je op open water wordt overvallen wordt door knallen en lichtflitsen, in een zeilbootje met een lange mast of in een jachtje? „Zorgen dat je zo snel mogelijk aan de kant komt", is het simpele antwoord van Yvonne Graffner, pr-coördinator van het Koninklijk Nederlands Water sport Verbond. „En als je er echt niet aan kan ontkomen, maak jezelf dan zo klein mogelijk en zorg dat je minimaal contact hebt met je boot. Ga als dat mogelijk is midden op het dek op je hurken zitten en wacht de bui af. Maar het allerbelangrijkste is dat je zo snel mogelijk aan land moet zien te geraken als je onweer ziet aankomen. Wordt dat voorspeld dan kun je best gaan zeilen of gaan varen, maar blijf dan in kleine plassen waar de oever snel te bereiken Belangrijk voor iedere watersporter is dan ook dat hij 's morgens naar het weerbericht luistert of dat hij een radio- tje bij zich heeft om op de hoogte te blijven van de omstandigheden. De be- paul de tombe roering van de dampkring die met don der en bliksem gepaard gaat, kondigt zich doorgaans inderdaad aan met ver schillende wolkensoorten, maar op het water ben je eigenlijk al te laat als je die ziet verschijnen. „Hou de voorspellin gen dus goed in de gaten voor je in de boot stapt", kan Yvonne Graffner alleen maar adviseren. „Via tv, internet en gsm zijn die tegenwoordig voor iedere regio apart te krijgen of op te vragen. Dus waarom zou je dan risico lopen?" Koudekerkse langebaanzwemster maalt niet om drollen en dode varkens De onwennigheid druipt er vanaf als Judith van Berkel aan boord klimt van de Leidsch Dagblad-boot. De 58-jarige zwemster uit Koudekerk aan den Rijn is liever in dan op het water. De vrouw die als langebaanzwemster ooit zeven we reldtitels vergaarde, is vooral verzot op zoet buitenwater. „Ik vind het heerlijk om in het water te liggen. Alles glijdt dan van me af." Eenmaal aan boord haalt de oud-we reldkampioene lange-baan zwemmen herinneringen op aan lang vervlogen tijden. „Zo staat mij nog goed bij dat ik op mijn vijftiende of zestiende voor het eerst in de Oude Rijn als zwom, bij de oude kaasfabriek in Bodegraven. Daar vlogen de drollen me om de oren en dreef bovendien een dood varken. Maar dat schoven wij gewoon opzij. Ik zwem vaak in buitenwater en ben er nooit ziek van geworden." Maar zout water is een ander verhaal. „Tijdens het zwemmen slik ik alles in", zegt zij met een vies gezicht. „Nou, zee water ligt behoorlijk zwaar op de maag. Misschien heb ik daarom wel zo'n af keer van zwemmen in zee." Toch zette de gelouterde zwemster zich eenmaal over haar aversie heen. Nadat zij in binnen- en buitenland de ene titel na de andere in de wacht had gesleept, moest en zou zij als bekroning van haar loopbaan het Kanaal een keer over zwemmen. De enkele reis tussen de Franse Cap Gris Nez en Dover leek na acht uur bijna voltooid, maar de laatste loodjes wogen onevenredig zwaar. „Het duurde nog vier uur voor ik aan de kust was. Als ik de moed even opgaf, was ik door de stroming weer terug bij af. Wat is die Noordzee vervelend. Niet alleen dat zoute water, maar ook de stroming, de drukte en de lage temperatuur." Nee, dan praat de uit Hilversum afkom stige zwemster liever over haar zwem tochten in Canada, waar zij ooit acht- ,tien uur in Lake Ontario zwom en ne gentig kilometer aflegde. „Daarvoor kreeg ik nog een vergoeding ook. Het langebaanzwemmen leeft daar meer dan in Nederland. Mijn mooiste herin nering is aan een wedstrijd in het Cana dese Lake St. John voor mannen en vrouwen, die ik won." De wedstrijd sport zit Van Berkel, geboren De Nijs, in het bloed. Toch was haar eerste contact met zwemwater niet vrijwillig. „Als meisje moest ik van de dokter zwem men, omdat ik te dik was. In die tijd was ik als de dood voor water. Pas op mijn tiende ging ik er de lol van inzien." De aanvankelijke watervrees van de Koudekerkse veranderde in liefde. Het zwembad werd al gauw te klein voor de steeds fanatiekere zwemster, die de zwembeweging bij voorkeur kilometers lang volhoudt en op de 100 meter veel minder uit de verf komt. Ook na haar topjaren zwom zij vrolijk verder. Ge zinsuitbreiding vormde geen beletsel. De kleine Van Berkeitjes traden al gauw in de voetsporen van hun ouders, zij het dat de sport van vader Rob (water polo) het bij dochter en zoon won van het 'saaie' baantjes trekken van moe der. „Zij poloën alle drie bij De Zijl/LGB in Leiden, dus je kunt wel raden waar over wij aan tafel meestal spraken." Als de gemoederen tijdens de maaltijd verhit raakten, verbood Judith van Ber kel gesprekken over waterpolo of zwemmen. Maar een dag zonder zwemmen kan zij zich niet heugen. „In mijn topjaren trainde ik al twee keer per dag en ging ik 's avonds nog hardlopen. Ook nu trek ik iedere dag mijn baantejs, in het PWA-bad in Koudekerk, in zwembad De Vliet, bij Gouwestaete in Waddinxveen of in Reeuwijk. En als het Judith van Ber kel: „Tijdens het zwemmen slik ik alles in." FOTO HENK BOUWMAN niet onweert zwem ik na mijn werk nog even tussen de bruggen van de Dwars- watering in Leiderdorp." Ondanks al die trainingsijver beweert Van Berkel dat zij gaat afbouwen. „Ik weet dat ik niet kan winnen van zwem sters van 25 jaar, maar toch probeer ik dat steeds weer. Daarom wil ik eigenlijk niet meer meedoen aan grote wedstrij den. Behalve dan volgend jaar nog in Mallorca en over twee jaar de wereld kampioenschappen in Nieuw-Zeeland. Dan ben ik zestig jaar en mag ik uitko men in een andere leeftijdsklasse." En een nieuwe klasse biedt nieuwe kan sen op nieuwe medailles. Veel leeftijds genoten zijn inmiddels gestopt met wedstrijden, maar Van Berkel wordt met het jaar fitter. „Ik kan wel doorgaan tot mijn tachtigste. Sinds ik twaalf Idlo ben afgevallen, zwem ik bovendien weer een minuutje sneller. Bij wedstrij den in Australië versloeg ik mijn leef- tijdsgenote Dawn Fraser, die vroeger furore maakte op de 100 meter. Zij zwemt nog steeds heel mooi, maar te genwoordig ga ik sneller." tim brouwer de koning j: gratis. Idres: Naturalis, Darwinweg, Eden. Mensen wonen, werken of vieren vakantie aan het water. In de rubriek Passanten aandacht voor personen die een bijzondere band hebben met water. Naam: Nico Verhaar (51) en Fred van Kla veren (33) Beroep: in dienst van Van Lent Zonen Woonplaats: De Kaag en Voorhout Gezien: op de Ringvaart, bezig een trekker met zandlading op een pont heenen weer te duwen. Niet om het een of het ander, maar er vaart toch al een pont van en naar De Kaag? „Ja, maar daar mag maar 15 ton op en dit weegt veel meer. We weten niet hoeveel meer maar met het blote oog kun je zien dat die pont dit niet aankan. Dat zand is nodig voor de aanleg van een parkeer terrein bij een bedrijf, hier vlakbij. We hebben diepe bewondering voor jullie stuur manskunsten. „Dank je. Toch is dit niet de hoofdmoot van ons werk. Normaal gesproken werken we gewoon in de scheepswerf. Vandaag zijn we hier wel de hele dag mee zoet, want er moet nog erg veel zand bij. Aan het einde van de middag zullen we wel het heen en weer hiervan hebben gekregen. Tuureluurs word je ervan, ja. Overigens gebruiken we wel een monitor. Kijk, die camera daar geeft de beelden door. Zorgt ervoor dat we als het ware overal ogen hebben zit ten. Dat moet ook wel, want met zo'n trekker voor je neus zie je met je eigen ogen in feite niets. „Mogen wij nu de journalist iets vragen? Kan het kloppen dat het bouwjaar van jullie boot 1956 is?" „Al slaat je me dood, maar waarom denk je dat dat het bouwjaar is? „Jullie varen op een echte Van Lent. Dat jacht is hier gebouwd. Dat zie ik zo. Ik wil er graag een foto van maken. Ik functioneer namelijk ook een beetje als de archivaris en de bedrijfsfotograaf. tekst wim koevoet foto wim dukman Inmiddels opgevist Ligt de Glorie in het dok Die ooit te varen trok In iets te dichte mist Wie rekent daar nu op: een tractor op een pont boorde de Glorie in de grond 'Boot overreden op 't Jopp'... De eerste stuurman seinde over scheuren aan de steven De boodschap kwam nooit aan Op de Kaag kwam bruut een einde Aan zijn heroïsch leven De Glorie is vergaan foto: WIM DIJKMAN tekst: ANTON DIEDRICH

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2000 | | pagina 13