Tragiek, humor en dwaze bedenksels Tussen echt en vals Grasduinen door 't Engels Boeken 'Men praat maar wat aan' DONDERDAG 10 AUGUSTUS 2000 M«i :m*i =i :««i A w iw i i i Eindeloos ijsberen of gegooi met asbakken en proppen papier - welke tafe relen spelen zich af in de werkkamer van de schrijver? Deze rubriek geeft een inkijkje in het schrijfproces. In deel drie: Wanda Reisel (1955), auteur van romans als 'Het blauwe uur' en 'Baby Storm'. Dit najaar verschijnt haar roman 'Een man een man'. ,,Als kind van zes zat ik al achter de typemachi ne kleine gedichtjes te schrijven. Typen, dat vond ik een heerlijk ge luid. En het resultaat ziet er meteen goed uit, hè. Ik ben altijd blijven typen, al is de typema chine inmiddels veran derd in een computer. Mijn eigen handschrift is heel slordig. Daar zou ik me meteen aan ergeren. Ik ben een middag schrijver. 's Ochtends proberen heeft voor mij geen zin, weet ik in middels, dan zou ik bo ven mijn bureau in slaap vallen. De och tend is er voor de kran ten, de koffie en de boodschappen. Rond een uur of twaalf, als die beslommeringen achter de rug zijn. ga ik eens over schrijven nadenken. Ik ga dan door tot een uur of zes, zeven, hooguit. Op één dag moet ik van mezelf minstens anderhalve schermpagina halen. Lukt dat al eerder, dan geef ik mezelf de rest van de middag vrij. Meer dan die anderhalve pagina moet je niet schrijven, een beetje het roulette-gevoel: nou is het genoeg, anders gaat het fout. Maar het gebeurt minstens zo vaak andersom: dat ik drie pagina's moet schrijven om het gebrek aan inspiratie van de dag ervoor weer in te halen. Want elke week zal het quotum wor den gehaald. Voor ik met het boek begin, trek ik een maand of drie. vier voor onderzoek uit. Ik maak in die tijd een korte biografie van de hoofdpersonages. Wat zijn de belangrijke ge beurtenissen geweest in hun leven, drijfveren en hoe zijn ze daar mee omgegaan. Wat zijn de snijpunten met andere personages. Anders verval je, zo is mijn ervaring, in cli chés. Door de jaren heen ben ik steeds makkelij ker gaan schrijven. Vroeger werkte ik meer vanuit een be dachte structuur: nu durf ik meer op m'n intuïtie te vertrouwen. Ik ken de drive van de personages, wat hen zoal beheerst, maar hoe het precies ver loopt, weet ik als ik be gin met schrijven nog niet. Dat ontwikkelt zich gaandeweg in gol ven, waarbij ik ook graag zijwegen in sla. Dat zijn de plekken waar je jezelf verrast. Daardoor blijft het schrijven spannend. Het heeft, denk ik, met zelfvertrouwen te maken. Mijn eerste boek schreef ik nog in he le korte zinnetjes. Ik was bang voor een moei lijke gymnasium-schrijver te worden versle ten. Tegelijkertijd wilde ik me sterk voor mijn teksten verantwoorden. Ondanks die korte zinnetjes was er heus wel over nagedacht. Dat heb ik niet meer. Al laat ik het manuscript voor het af is, nog steeds aan vrijwel niemand lezen. Ik praat er zelfs niet over. Stel dat ie mand zegt: 'Is dat nou zo interessant?' Ik moet er niet aan denken." TEKST MARTIN HENDRIKSMA FOTO LEX VAN ROSSEN Het bizarre bestaan van Oost-Europese joden in Amerika De eerste roman van de schrijfster Judy Budnitz werd in Amerika door geïmponeerde critici buitengewoon lo vend ontvangen. En terecht, want met Als ik het je één keer vertel heeft ze een knappe prestatie geleverd. Het boek mag niet onopgemerkt blijven. ROMAN RECENSIE MARGOT ENGELEN 'Als ik het je één keer vertel' door Judy Budnitz Vertaald door Manon Op den Kamp Uitgeverij Quendo Pnjs 39.90 Kort na elkaar verschenen er drie Amerikaanse romans over de trek van joodse Oost-Euro peanen naar Amerika. Het nieu we land van Ruhama Veltfort is een soort kroniek die al in de negentiende eeuw begint. Een volmaakt gebroken hart van Ka tie Singer is meer literair van karakter en Als ik het je één keer vertel is zonder meer de fraaiste van de drie. Budnitz voert vier vertelsters op, vier generaties, er komt tel kens een dochter bij. De eerste, Ilana, wortelt in een gehucht in de Oude Wereld dat middel eeuws, zo niet prehistorisch aandoet. Haar achterkleindoch ter, Nomie, zorgt er aan het slot van de roman voor dat Ilana niet achter de hekken van een hypermodern Amerikaans ver pleeghuis verdwijnt. Haar moe der en grootmoeder, Mara en Sashie, zijn even aparte figuren. De vier vrouwen hebben veel gemeen, maar ieder zet zich op haar beurt flink af tegen moe der. De lezer wordt door Ilana ste vig het verhaal in gesleurd: het relaas over haar zonderlinge ge boorte en de fantastische be schrijving van haar geboorte dorp zijn onweerstaanbaar. Het zijn de bizarre details, de als vanzelfsprekend voorgestelde groteske personages, de won dermooie stijl die het hem doen. Aan het begin boeit de als ge zegd middeleeuwse sfeer van Oost-Europa vroeg in de twin tigste eeuw. Budnitz' fantasie krijgt ogenschijnlijk de vrije loop: ze geeft het kind Ilana een met hooi gevoerde jas te dragen of een stinkende wolfspels waarvan de kop als capuchon fungeert: ze bedenkt een mon sterachtige broer voor Ilana, een dier lijk gedrocht dat uit pure onhandige lief de een schaap aan stukken scheurt of zijn tanden zet in een kip die nog ligt te stuiptrekken. Het zal blijken dat de ge weldige verbeel dingskracht van de schrijfster stevig aan touwtjes ligt, die vaardig be speeld worden en uiteindelijk heus allemaal samenkomen. Het vertellen zelf is evenzeer een thema in deze opmerkelijke roman als de wonderlijke we derwaardigheden van de vier joodse vrouwen. Een bekend (post) modern literair gegeven, maar hier wel op zeer originele wijze uitgewerkt. „Mijn grootvader stierf plot seling op een voorjaarsdag, hij verstarde zomaar terwijl hij aan tafel zat, met de lepel halverwe ge zijn mond en druppels soep aan zijn kin. 'Veeg je mond af, zei mijn grootmoeder vin nig. Het was de eerste volledige zin, die ze in twin tig jaar tegen hem had gesproken. 'Wat, wou je zeg gen dat je de soep niet lekker vindt?' vroeg mijn groot moeder toen hij zich niet verroerde. 'Na al die jaren? Te zout?' vroeg ze. 'Waarom'heb je dat nooit gezegd', zei ze en de tranen be gonnen over haar gezicht te biggelen, en zo troffen we hen uren later aan." Tragiek, humor, dwaze be denksels: Budnitz gebni les voor Als ik het je t vertel. En niet zuinig. D( len die Ilana in de Nieu reld aan haar nakom vertelt worden niet evenmin als zijzelf gelo de kranten vertellen: 'G, woorden zijn glibberig', de jongste, de achterklej ter Nomie herkent Ilam halen als werkelijkheid even wordt gesuggereerd wrede en onwerkelijke y een pendant hebben in daags Amerika, maar da niet verder uitgewerkt. I ge losse draadje in deze tige roman. De vrouwen, en ook d nen die 'Als ik het je vertel' bevolken zijn d geworden. De beelden o als dat van het diermeni Ari, die we aantreffen q lap mens in zijn arm, q van de lelijke officier dj met zijn neus dicht verb Geen doorsnee aanblik doorsnee roman. iMiTJïTsrargTi Wereld en wandel van Michael K door J.M. Coetzee. Ambo, 25,00. Nieuwe uitgave van de roman, waarmee Coet zee in 1983 de Booker Prize won. Michael K., de door een hazenlip getekende zoon van huishoudster Anna, gaat met zijn zieke moeder op weg naar haar geboortedorp op het platteland, zodat zij daar in vrede kan ster ven. K. wordt echter ge dwarsboomd in zijn plannen door een uit zichtloze tocht langs de bureaucratie om een reispas voor hen beiden te bemachtigen. Roomservice door Ri chard Swartz. De Prom, 39,95. Swartz schreef bijna vijfentwintig jaar over het communisti sche Oost-Europa. Zijn berichtgeving maakt hem dikwijls tot perso na non grata, maar ook tot vriend van dissiden ten die later president of minister-president werden. Waarom heb ik het niet eerder gezien? door Denise Puttaert. Houtekiet, 29,90. Sinds de zaak-Dutroux is de aandacht voor kin dermisbruik en incest sterk toegenomen. Toch blijft misbruik binnen het gezin een groot, maar verborgen en dik wijls genegeerd leed. Orthopedagoge Denise Puttaert praatte uitvoe rig met slachtoffers en 30 moeders van slacht offers. Made in Yugoslavia door Vladimir Jokano- vic. Luitingh-Sijthoff, ƒ29,90. Het is lente in Joegoslavië als Bili Bilek terugkeert uit het leger. Met zijn vrienden wil hij hun oude leventje weer oppakken: drinken, punkmuziek maken, wat studeren, een beet je handelen en een uit bundig weerzien met zijn geliefde. Maar de wereld is veranderd. In middels studeert hij in Belgrado en hoopt hij te voorkomen dat hij op nieuw wordt opgeroe pen. De zelfmoord van de meisjes door Jeffrey Eu- genides. Contact, 25,00. Nieuwe uitgave van Eugenides' de buutroman uit 1993 naar aanleiding van de verfilming (The Virgin Suicides draait vanaf 21 september in de biosco pen). Een dertiger kijkt terug op zijn puberja ren. toen hij de wonde re wereld van de meis jes ontdekte. Hij en-zijn schoolkameraden zijn gefascineerd door Ceci lia, Lux, Bonnie, Mary en Therese Lisbon, vijf zusjes die in één jaar al lemaal zelfmoord pleeg den. Poëziedebuut van Victor Schiferli POËZIE RECENSIE De poëzie is als een boom. Debu tanten zijn als nieuwe loten, die nodig zijn voor toekomstige groei en bloei. Wanneer je op dit mo ment gaat tellen, lijkt het er niet goed uit te zien voor de Nederland se dichtkunst. Er staan betrekkelijk weinig debutanten op en de schaarse nieuwkomers worden steeds ouder. Toch denk ik dat de poë zieliefhebbers zich niet al te grote zorgen hoeven te maken. Aankomende dichters hebben tegenwoordig een andere instelling. Vrofeger hoorde debute ren bij de onbezonnen daden van de jeugd. Na die uitbarsting werd ech ter van menige jonge dichter niets meer ver- nomen. De debutanten van nu zijn doorgaans dertigers of veertigers. Vóór ze in de openbaarheid treden, hebben ze in stilte meestal een he le dichterlijke loopbaan doorge maakt. Ze hebben veel geleerd en vooral veel afgeleerd zonder dat het publiek er wat van merkte. Hun eerste bundels maken daarom meteen een overwogen indruk. Daarom kun je, anders dan bij die abrupte debutanten, er bij hen haast van op aan dat ze met méér bundels zullen komen. Per saldo betekent het dat de boom van de poëzie vitaal genoeg blijft. Het meest volwassen poëziedebuut van de laatste tijd is ongetwijfeld Aan een open raam van Victor Schiferli (1967). Zijn werk gedijt, als dat van zoveel moderne dichters, het best op het terrein tussen verzinsel en werkelijkheid, tussen slapen en waken, tussen echt en vals. Er wordt vooral veel gedroomd in de ze gedichten. En met die dromen mengt zich dan weer de realiteit, wat tot uitspraken leidt als: „Van nacht droomde ik een ontwaken in/ het oude huis". Hij droomde ervan het bed te verlaten en toen stond hij roerloos „tot ik mijn sla pende geliefde/ ontwaarde die ik niet storen mocht. Ein delijk/ samen dacht ik, maar ze werd wakker/ van mijn lijf tegen het hare en vroeg met/ dichte ogen wat er in godsnaam gebeurd was". Schiferli's ver kenningen van zulke schemerige gebieden zijn van een aangena me helderheid. Hij heeft oog voor de echt heid van het verzinsel en voor de leugen in het oprechtste gevoel. In een liefdesgedicht kan hij zelfs bekennen: „ik speelde de minnaar zonder weerga". Dit is geen dichter die nog zoekt naar een eigen stem, maar iemand die al een herken baar geluid heeft. Wat weer niet wil zeggen dat we slechts een doffe dreun te horen krijgen. Het aardige van Schiferli's poëzie is juist dat er naast alle ernst ook ruimte is voor speelsheid. Zo kan hij een onbe kommerd gedicht over ochtendlijk vrijen schrijven: „Nu kom ik zeker te laat./ Zij zingt als een klok:/ Je hebt me opgewonden. Nu moet je me/ aflaten lopen". De boom van de poëzie heeft er een krachtige loot bij. VERZEN&VERHALEN RECENSIE HANS WARREN 'Kokkels Stenen spoelen' door J. Bernlef Verzen Verhalen Uitgevenj Conserve. Prijs. 39,95 Heruitgave van een dubbeidebuut len. Het aardigste zijn nog de twee elkaar tegensprekende verzen over wat poëzie is. In Pro noemde hij het gedicht 'een hand/ tastend naar een lezer'. In Contra heette een gedicht 'een eenmansheelal/ te nauw om te leven'. Het verblijf in Zweden heeft in de dichtbundel zijn sporen nagelaten: „Buiten het raam ligt een landschap/ witter dan een wasmiddel". De meeste verhalen uit Stenen spoelen hebben een veel nadrukke lijker Zweeds decor. Tien van de veertien verhalen spe len zich af in hetzelfde Zweedse dorp. Je merkt heel vaak dat au teurs in hun eerste boek meteen alles wil len zeggen. Daarom maken debuten nogal eens een onbeheerste indruk. Bernlefs werk is van begin af aan ge temperd geweest. Zijn zwakte is niet de over daad maar de karig heid. We zien al met een in deze eerste boe ken meer vakmanschap dan bevlo genheid. Kennelijk is voor hem het schrijven altijd eerder een beroep dan een roeping geweest. Met een fabriekachtige regelmaat levert hij jaar in jaar uit zijn nooit al te slech te, nooit al te goede boeken af. Het zijn vooral de cijfers waarmee hij indruk maakt. Ruim veertig jaar auteur, meer dan zeventig boeken Voor alle zekerheid debuteerde J. Bernlef twee keer. In maart 1960 als dichter met Kokkels, in novem ber 1960 als prozaïst met Stenen spoelen. Hij had het jaar daarvoor de manuscripten ingestuurd voor de Reina Prinsen Geerligsprijs, be doeld voor schrijvers onder de vijf entwintig. Hij won de prijs met de gedichten, voor de verhalen kreeg hij een eervolle vermel ding. Een van de eersten die hem destijds kwa men interviewen was Eva Hoornik, met wie hij inmiddels veertig jaar is getrouwd. Al even lang publiceert hij bij dezelf de uitgeverij, Querido. Voor één keer is hij nu naar een ander uitgewe ken. naar Conserve, in verband met een her druk van zijn beide debuten. Aan zelfbewustheid ontbrak het de tweeëntwintigjarige debutant niet. In een vraaggesprek ter gele genheid van de prijsuitreiking ver kondigde hij: „In de meeste poëzie van vandaag gebeurt helemaal niks. Men praat maar wat aan." Je zou dan venvachten dat er in Kokkels wel wat gebeurt, maar dat zal de lezer van vandaag tegenval- én twee debuten. Van een open vuur in Oeganda tot 2,4 vierkante kilometer spiegels van de KJC Opera tions Company in de woestijn van Californië (foto). Energie is primitief en energie is vooruitstrevend. Energie is overal en waar het ontbreekt of slechts in beperkte mate voor handen is, daar neemt de kwaliteit van het leven aanzienlijk af. Wie het belang en de on misbaarheid van alle vormen van energie tot zich door laat dringen, beseft ogenblikkelijk hoe zinnig het is zuinig met deze levensbron om te gaan. Het boek 'World of Energy' van de fotografen Taco Anema en Michel Sulz-Krzyzanowski (Uitgeverij De Verbeeldir 29,90) maakt dat indringend duidelijk. Het beschrijft in Engelse en Nederlandse het belang van uiteenlopende energieprojecten; sommige van een hoog technolog gehalte, andere van primitieve aard. Maar het zijn vooral de foto's die de beschrev jecten op een prachtige manier in beeld brengen. FOTO UIT BESPROK IK«J d Cl :i4 1. (2) Thomas Rosenboom, Publieke werken Querido, 47,50 2. (3) Tim Parks, Italiaanse buren Arbeiderspers, 25,00 3. (1) Kees van Kooten, Annie Bezige Bij, 20,- 4. (9) Wally Lamb, Walvismuziek De Boekerij, 36,50 5. (5) Hella Haasse, Fenrir Querido, 29,90 6. (-) Ferdinand Pessoa, Lissabon, wat de toerist moet zien Arbeiderspers, 29,95 7. (4) Nicci French, Onderhuids Anthos. 34,90 8. (-) David Trueba, Vier Vrienden Wereldbibliotheek, 39,90 9. (10) J.M. Coetzee, In ongenade, Ambo/Anthos, 39,90 10. (8) Arthur Japin, De zwarte met het witte hart Arbeiderspers, 25,- De boekentoptien wordt wekelijks samengesteld op basis van verkoopcijfers van de boekhandels De Vries in Haarlem en Kooy- ker Ginsberg in Leiden. 1 MlSlUk" Mi1 Bil' 1. (6) Paolo Coelho, De alchemist Arbeiderspers, 19,90 2. (1) J. Egter van Wissf ke. Dierberichten De Vrieseborch, 27,51 3. (-) Theo Dijkstra, Friese wijsheden Verba, 9,95 4. (7) Louise van S (e.a.), Atlas van de beleving reld Dijkgraaf Van der ƒ35,- 5. (-) Annegreet van gen, De lessen van burn-oi Spectrum, 31,95 6. (-) K. Keuning, Geschiedenis van de gen tussen Rijn en IJ Walburg Pers, 49,50 7. (3) Addo Stuur, Windows 98 voor senii Bruna, 49,50 8. (-) Robert M. Hal Waarom zijn zwarte g niet zwart Bert Bakker, 39,50 9. (-) Jan van Oudheus De wereldgeschiedeni een notendop Prometheus, 17,50 10. (-) Christopher An (e.a.), Het Mitrokhin Archief Bruna Uitgevers, 69,9 K»1 R M fcU [«1 =1[411 Come Again door Josie Lloyd en Em- jjÊY. lyn Rees. (Arrow; paperback, 28,60). j Sympathieke meiden, die overspoeld werden door een golf jonge schrijvers 8P3§ en dachten: 'Dat kunnen wij ook'. De daad werd bij het woord gevoegd en dat leverde een soms hilarisch boek op over het onderhou den van relaties in een samenleving, die dat niet altijd even gemakkelijk maakt. Het wordt ook wel aangeduid als een klaaglied over vriendschap. Grasduinen in de laatste verworvenheden van de Engelstalige literatuur kan bij tijd en wijle heel aangenaam zijn. Vooral voor niet-regelmatige le zers van Engelstalige fictie kan zo'n oriëntatie een aardige ontdekkingsreis vormen. Wat bieden moderne Engelse en Amerikaanse auteurs van daag de dag? Hoe ziet hun wereldbeeld eruit? Welke kenmerken hebben hun schrijfsels? Vanuit Engeland verschijnt de laatste jaren een wassende stroom jonge vrouwen aan het literai re front. Ook op het Britse Eiland zijn de grote idealen verweekt en daarom vind je in hun gro testadsboeken vaak een heerlijk afstandelijke, ironische beschouwing van de levensproblemen. Geen vaag geromantiseer, geen ge preek, maar heldere, humorvolle be schouwingen over de absurditeiten, die het leven vergezellen. Uit de Ame rikaanse Staten enkele zeer aanbeve lenswaardige werkjes van oud en nieuw. Anna Oolders van Athenaeum Boekhandel, die met passie Engelsta lige uitgaven verslindt, biedt dit be scheiden overzicht van enkele aanra ders. Ravelstein door Saul Bellow (Viking, hard cover, 55,50). Deze 85-jarige drijft natuurlijk niet echt mee op de 'jonge golf, maar heeft wel een won derlijk mooie nieuweling geproduceerd. Ra velstein is een flamboyant intellectueel boek, waarin Bellow zijn vriend en geestelijke sparring partner Allan Bloom in meerdere gradaties ten tonele voert. Het boek is een loftuiting op het le ven. Het eist enige toewijding bij het lezen, maar wie dat kan opbrengen wordt daarvoor rijkelijk beloond. Pearl door Frank Delaney (Harper Collins, pa perback, ƒ29,95). Een thriller over voetbal, hooligans en een uit Nederland afkomstige 'Zwarte Parel', merkwaardig genoeg Johan Pearl geheten. Spannend, met afleveringen door heel Europa en mooie typeringen van Nederland. Om in een adem uit te lezen. Love, etc door Julian Barnes (Jonathan Cape, hard cover, ƒ49,95). Een vervolg dat geen vervolg is op Talking it Over uit 1992. Weergaloos weerge geven geschuifel in een triootje dat wordt omschreven als een 'psycho logisch mysterie'. Op een buitenge woon geestige wijze verwoord. Bar nes onderzoekt de diepste krochten van de ziel om de waarheid van een bestaan met z'n drieen te kunnen ontleden. Nog mooier: 'Een intieme excursie in een net van verraad en jaloezie'. A certain Age door Tama Janowitz (Anchor Books, paperback, 24,95) Zoals Barnes de geheimen van de ziel doorgrondt, zo speurt Janowitz naar het on dergrondse leven van New York. Zij maakt deel uit van de 'Brat Pack', ofwel de 'schoffies-bende', een groep jonge, verwende auteurs met onder anderen Bret Easton Ellis en Jay Mclnerney, die zich laten fêteren en geen boodschap hebben aan het brengen van boodschappen. Weg met de Beat Generation, zei de 'Brat Pack'. Daarvoor in de plaats kwamen, althans van Janowitz, uitvoe rige beschrijvingen van sociale codes en de eco nomische hiërarchie in New York. Allesbehalve braaf en prikkelend geschreven.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2000 | | pagina 14