Duiken kan ook dicht bij huis
Zomer 2000
Ganzen op
vakantie
MAANDAG 31 JULI 2000
Kopje onder in de Klinkenbergerpias
n Een jaartje geleden was er lichte pa
niek in het Leidse. Van de ene op de
andere dag was het koppel ganzen dat
de singels bevolkte voor een goed deel
met de noorderzon vertrokken. Nog
1 geen kwart ervan was overgebleven.
Waar de rest heen was, wist niemand.
Tips wezen in allerlei richtingen. Van
- een locatie in het Westland tot aan de
poelier. Ondanks naspeuringen bleef
onduidelijk waar de populatie was
neergestreken.
„Maar wie reist, ziet veel en dat geldt
zeker voor als je vaart. Het gaat betrek
pro kelijk langzaam en het perspectief.
2erc vanaf het water is heel anders dan
vanaf de wal. Na twee weken het plas-
sengebied en de kanalen met het.
schip de Ro-y-al doorkruist te heb
ben, kunnen we met aan zekerheid
grenzende waarschijnlijkheid vaststel
len dat:
i) de ganzen nog in leven zijn en
b) dat ze net als de mens klaarblijkelijk
jewoon aan vakantie toe waren.
Waar hebben we ze, gezond en wel,
dan aangetroffen?
Op drie verschillende plaatsen, ver
verwijderd van de drukke binnenstad
met zijn gans-onvriendelijke auto's en
,g zijn milieuvervuilende uitlaatgassen.
Het grootste deel zit lekker op de
e Strengen Tengnagel aan de Zijl, met
uitzicht op de Kaag. In gezelschap van
neven en nichten uit verre oorden
waarmee het gezellig gakken is. Een
ander deel bevolkt het rustieke Oegst-
geesterkanaal en de rest verblijft bij
Voorschoten in het Vlietkanaal. Tegen
de tijd dat het koud wordt en ze hon
ger krijgen, zien we ze in Leiden vast
weer terug.
Wat heeft
een duiker
te zoeken
op de bo
dem van de
Klinkenber
gerpias?
FOTO TACO
VAN DER EB
„Eens kijken. Je vest zit g
ten, je octopus zit daar goed. Loodgor-
del in orde. Je hebt lucht... Hoeveel druk
heb je in de fles?"
190 Bar
„Okee, dan kun je je bril nu opzetten,
dan doen we straks in het water de vin
nen aan. Als je je vest flink opblaast, kun
je die in het water zonder problemen
aantrekken."
Samemmet Jesca Zweijtzer van de Leid
se duikclub Calypso loop ik vanaf het
strandje het water van de Klinkenber
gerpias in. Ingekneld in een pak waar
van ik best wel wil aannemen dat het in
het water goed zal zitten maar dat nu
nog aanvoelt als drie maten te klein, met
een luchtfles op mijn rug en negen kilo
lood op mijn heupen. We gaan duiken
dicht bij huis.
Natuurlijk heb ik eerder gedoken, an
ders had de instructrice van Calypso mij
niet zo maar meegenomen. Een dik half
jaar geleden heb ik in tropische wateren
met prachtig gevormde koralen en kleu
rige vissen mijn brevet gehaald. Duiken
in de Rode Zee. Misschien dat veel men
sen het eng vinden, maar je hoeft nie
mand uit te leggen waarom je daar gaat
duiken. Je neemt er eigenlijk een kijkje
in een heel mooi en heel groot aquari
um.
Maar wat heb je te zoeken in een zand
winput annex puinstort waarvan je ver
teld is dat de grootste attractie bestaat
uit het vele betonijzer dat her en der uit
de bodem steekt. „Pas op dat je niet ge
spiest wordt", en meer van dat soort op
wekkende tips. Waarom zou een mens
hier ingewikkeld gaan doen om onder
water rond te kunnen kijken?
Zo gauw het water een meter diep staat
en we onze vinnen aan hebben, gaan we
onder. Langzaam volgen we de dalende
bodem, terwijl Jesca met haar lamp om
zich heen schijnt, op zoek naar leven. In
het groene water blijkt de lamp essenti
eel. Alleen daarmee kun je nog een me
ter of drie vooruit kijken.
Er zwemmen een paar baarsjes voorbij.
Kleintjes, maar ook forsere exemplaren
van toch gauw een centimeter of dertig.
De bodem is voor een belangrijk deel
bedekt met puin, maar door mijn on
handig manoeuvreren weet ik toch nog
heel wat stof op te woelen waardoor het
zicht extra wordt beperkt.
Hoe werkte zo'n duikpak ook al weer?
Als je daalt, moet je extra lucht in je
trimvest blazen, als je omhoog gaat
moet je lucht uitlaten. Doe je dat niet,
dan ga je als een raket omhoog of om
laag. Voor het trimmen van het vest heb
je twee knopjes aan een slang die is ver
bonden met de persluchtfles.
Dat klinkt leuk. Maar natuurlijk druk je
de eerste keer datje per ongeluk een
beetje begint te stijgen acuut op de ver
keerde knop. Jesca grijpt me bij de slang
waar mijn meters aan vast zitten. En ik
weet nog juist voordat we aan het op
pervlakte komen het goede knopje te
vinden om lucht uit te laten en de daling
in te zetten. Dat gaat meteen fors naar
beneden. Met een plof kom ik op de bo
dem terecht. Een stomme beginners-
fout.
We zwemmen nog wat verder en wat
dieper, tot ongeveer zeven meter diep.
Dan stuiten we op een houten, met
mosselen begroeid plateau dat hier on
der water is neergezet door een Lissese
duikclub om ongestoord opstijgingen te
oefenen, en een kerstboom die door lol
broeken vast aan de bodem is veran
kerd. De onderwaterboom was de afge
lopen kerst mooi-versierd met ballen,
want alle rare tradities van boven water
worden hier gewoon voortgezet. Duikers
gaan met pasen ook onder water eieren
zoeken.
We keren om en zwemmen langzaam
terug. Daarbij volgen we niet de hele tijd
de bodem. En dat heeft in het troebele
water tot gevolg dat ik mijn oriëntatie op
volledig kwijt raak. Het lijkt of het groe
ne stof van alle kanten langs stroomt en
dat ik alle kanten op draai. Jesca zwemt
nog steeds gewoon op een meter links
van me. Maar op een gegeven moment
begin ik zelfs te twijfelen of ik haar echt
zie of dat ik begin te hallucineren. Ge
lukkig duurt dit maar een paar secon
den. Dan krijgen we de bodem weer in
zicht en staat de wereld weer netjes stil.
Een paar minuten later komen we pre
cies op de plek waar we 25 minuten eer
der onder de oppervlakte verdwenen
weer boven.
„En, hoe was het?" willen de andere
clubleden die zijn meegekomen weten.
Tja, in ieder geval meer gezien dan ik
had verwacht. De heren vertellen vervol
gens wat ik allemaal eventueel nog meer
had kunnen zien: snoeken tot anderhal
ve meter lang, een snoekbaars van bijna
een meter, een Chinese wolhandkrab.
Ondertussen liggen er al heel wat meer
duikers in het water. En er komen er al
leen maar bij. In de loop van de avond
verdwijnen zeker veertig duikers onder
de waterspiegel. Een topdag? „Nee
hoor", antwoordt onderwaterfotograaf
Rob Leewis, die zeer regelmatig in de
Klinkenbergerpias duikt. „Als het echt
druk is, staat de hele parkeerplaats vol
met duikers." Want de wat fanatiekere
duikers gaan niet alleen in de Rode Zee
massaal kopje onder, maar ook in zo'n
beetje iedere plas in de regio.
Het water mag hier dan wat minder hel
der zijn en de vissen minder kleurig,
maar er valt toch nog heel wat te zien.
En het is op zijn minst een prima plek
om te oefenen. Lekker dicht bij huis.
Niet gezien maar wel aanwezig: de snoek.
Drie nieuwe
warmond
Kanoclub Lisse legt in sa
menwerking met het
Zuid-Hollands Bureau
voor Toerisme drie nieu
we kanoroutes aan. De
vaartochten voeren over
de Kaag en door de Bol
lenstreek. Medewerkers
van de Lissese kanoclub
zorgen voor de bewegwij
zering langs de routes. Op
verschillende punten leg
gen diverse gemeenten
extra steigers aan. Een
medewerkster van het
Bureau voor Toerisme
zegt te verwachten dat de
eerste bootjes begin vol
gend jaar gebruik kunnen
maken van de routes.
De Teylingen-route is een
tocht van veertien kilo-
kanoroutes
meter, die begint bij
jachthaven Jonkman in
Sassenheim. Via Lisse, De
Engel, Noordwijkerhout,
Voorhout en de Kager-
plassen komen de ka-
noërs weer terug bij het
beginpunt.
Route twee begint en ein
digt in Warmond, ter
hoogte van de brug bij
Koudenhoorn. Via Orion
op Kaageiland, Sassen
heim en de Warmondse
Wasbeek is het rondje
achttien kilometer.
Route drie voert door een
groot gedeelte van de Bol
lenstreek. Deze tocht is
vijftien kilometer lang en
gaat onder meer langs de
Keukenhof. Ook hier is
het begin- en eindpunt
jachthaven Jonkman.
Mensen wonen, werken of vieren vakantie aan het
water. In de rubriek Passanten aandacht voor
personen die een bijzondere band hebben met water.
Naam: Gerhard Onderwater (83)
Woonplaats: Leiden
Beroep: gepensioneerd
Gezien: Amalrikplaats Leiden, bij Oude Rijn
Gaat u altijd naar deze stek?
„Nee, ik ga ook naar andere plaatsen. Ik woon in het
zorgcentrum Robijnhof en daar vis ik ook wel in de
vijver voor de deur. Lekker makkelijk. En bij de Kor
te Vliet, waar ik vroeger in de buurt heb gewoond,
kom ik ook wel.
Hoeveel uur blijft u op deze stek zitten?
„Ik ben hier net en blijf meestal een paar uur. Ik heb
vocht in mijn benen, dus al te lang kan ik niet
bliiven zitten. De leeftijd gaat een beetje spelen; in
oktober word ik 84. Vroeger zat ik het liefst de hele
dag te vissen, maar dat mag niet meer van mijn
vrouw. Die zit niet graag alleen thuis.
Waar vist u op?
„Op paling, al lukt het dit seizoen niet zo goed. Ik
weet niet wat het is maar ik heb nog weinig gevan
gen. Een jaar of vijf geleden ging het veel beter. In
een jaar tijd haalde ik toen dertig pond binnen.
Eet u de paling op?
„Ikzelf niet, maar mijn kinderen zijn er gek op. Ik
laat ze roken en dan krijgen zij ze. Er ligt er nog een
in mijn vriesvakje, van een ons of vier. Maar je ziet
het: vanmiddag hebben ze niet zo veel trek.
Zit u hier elke dag te
„De vrouw heeft
liever dat ik thuis
blijf, maar als het
kan ga ik elke dag
een paar uur vis
sen. Ik moet er af
en toe toch even
een paar uurtjes
uit. ik heb vroeger
in de bouw ge
werkt en toen was
ik altijd
buiten. Vissen is
goed om in bewe
ging te blijven. 's
Ochtends eerst
wurmen zoeken en
dan hiernaartoe
fietsen en de hen
gel uitwerpen.
vissen?