'Bij sanering moetje niet populair willen worden'
1 Het syndroom van Srebrenica
Binnenland
Zebra en wolf krijgen in Artis de ruimte
K
a£
luf
iTERDAG 29 JULI 2000
NS-topman Rob den Besten, alias 'het mesgaat met pensioen
Ver weg van de roofdierengale
rij, waar panters en tijgers ge
noegen moeten nemen met één
boomstam in een kooi, doemt
de Afrika Savanne op. Een uit
gestrekt, rotsachtige landschap,
met heuvels en dalen waar een
kronkelende rivier haar weg
vindt. Zebra's draven er ont
spannen heen en weer, onder
weg begroet door een kudde
gnoes. Het nieuwe, piepkleine
stukje Afrika in Artis voelt als
een ware verademing.
Na Londen heeft Amsterdam
met Artis de oudste dierentuin
ter wereld. De typische stadse
diergaarde, gebouwd in 1838, is
hard aan vernieuwing toe. Het
'huis' waar olifanten, giraffen,
wolven en panters wonen, is te
klein. De bewoners hebben
meer ruimte nodig. Voor ruim
100 miljoen gulden wordt hun
territorium uitgebreid. Volgend
voorjaar moet een groot deel
van de renovatie klaar zijn.
Een wandeling door Artis
maakt duidelijk dat de dieren
tuin is ontstaan in de vorig
eeuw. Landschapsarchitect Ed
win Santhagens, die zich bezig
houdt met de vernieuwings
operatie, vergeleek de ouder
wetse inrichting ooit met een
postzegelverzameling. Waar in
een album de zegels van één
land bij elkaar staan, werden
vroeger ook dieren gerang
schikt naar soort. Zo waren alle
zogenoemde 'paardachtigen',
zoals de ezel en zebra, dichtbij
elkaar gezet. Datzelfde geldt
voor de beer en otter: ze woon
den in dezelfde wijk, omdat het
beide roofdieren zijn. De rij
kooien tussen aangelegde perk
jes gaf een saai beeld.
De hokjesgeest in Artis is letter
lijk en figuurlijk al lang achter
haald. Bezoekers willen beesten
niet langer in een kooi bekijken.
Ook in de dierentuin moeten
leeuwen en wolven vrij kunnen
ronddartelen in hun natuurlijke
omgeving. En het allerliefst
wandelen mensen hier zelf
doorheen, zodat een dagje naar
de dierentuin hen het gevoel
geeft dat ze op een avontuurlij
ke safari zijn in een wildpark in
Afrika.
Het 'wolvenbos' is één van de
eerste vernieuwde stukjes Artis.
Tot voor kort zaten de witte
wolven uit Alaska op een op
pervlakte van een paar vierkan
te meter dicht op eikaars lip.
Landschapsarchitect Santha
gens omschreef ze als 'gedro
geerde honden', die door zo
weinig bewegingsvrijheid pas
sief te kijk lagen. Tegenwoordig
hebben de wolven een ruw ter
rein van heuvels en rotsen. De
benaming 'bos' is ietwat over
dreven, maar als de nieuwe
aanplant een paar jaar verder
is, kunnen de beesten zich te
rugtrekken in het groen. Aan de
beleving van bezoekers is ook
gedacht: via een wirwar van
tunnels en viaducten sluipen de
wolven achter elkaar onder het
publiek door.
Tijdens een rondgang langs de
nieuw verworven territoria
plaatst directeur Maarten Fran-
kenhuis overigens een kritische
kanttekening bij de hang naar
meer ruimte. Als wetenschap
per, hij heeft in Utrecht dierge
neeskunde gestudeerd, weet hij
dat de wolven op een klein
stukje grond net zo gelukkig
zijn als in een bos. „Het gaat er
om dat dieren uiting kunnen
geven aan hun eigen karakteris
tieke gedrag", vertelt Franken-
huis. „Een wolf moet kunnen
graven en beschikken over een
onoverzichtelijk terrein. Een
orang-oetan moet kunnen
klimmen, al heeft hij maar één
boom tot zijn beschikking, het
belangrijkste is dat hij omhoog
kan." Meer variatie is uiteraard
wel prikkelender, erkent Fran-
kenhuis, maar wat ruimte be
treft: er zijn maar een paar die
ren die echt behoefte hebben
om te bewegen. Zoals zeeleeu
wen, dolfijnen en hyena's.
Meer ruimte voor zijn bewo
ners geeft de directeur echter
wel een prettiger gevoel. Dat
geldt zeker voor de roofdieren
galerij waar panters, leeuwen
en tijgers krap behuisd zijn.
„Het gekke is dat juist deze die
ren ook in de vrije natuur ei
genlijk heel weinig nodig heb
ben. De panter ligt languit op
een tak van een boom en komt
alleen 's avonds naar beneden
om te eten. En dan de leeuw,
die is echt liever lui dan moe.
Pakt vaak een prooi af van een
hyena of panter en gaat zelf dan
weer het liefst drie dagen voor
pampus liggen. Toch krijgen zij
ook een groter terrein. De we
tenschapper in mij maakt uit
wat voldoende is, maar ook ik
voel mij beter als mijn beesten
op een lekker stuk grond rond
kunnen dartelen."
stoptreintje in plaatsje X dat nu
in plaats van twee keer per uur,
één keer per uur stopt! Maar
het kan niet anders. Ie moet
keuzen maken waarmee je
mensen dupeert." Toch, na al
die jaren geweeklaag, is er de
gewenning. „Je kunt je niet elke
dag mateloos opwinden. Dat
heeft weinig zin, dat doe ik dus
ook niet."
De meest recente oprisping bij
de NS was de wilde staking, en
kele maanden geleden. Het on
derwerp kwam wederom als
een duveltje uit een doosje: het
rondje om de kerk. Den Besten
wijst erop dat „het wel een ver
domd grote kerk is" waar dat
rondje omheen moet gaan. Hij
noemt het „een van de laatste
emotionele punten" onder
NS'ers. „Het rijden door het he
le land wordt gekoesterd als
een verworven recht vanuit het
verleden. Maar het moet veran
deren als je dit bedrijf op een
hogere standaard van punctua
liteit en service wil brengen."
De tegenwerping dat de NS op
dit punt goed meekomt in Eu
ropa, wuift hij in felle bewoor
dingen weg. „Ja, dat zal best.
Maar de klant vindt het onvol
doende. Dan ben ik uitgepraat!
Ik weet ook wel, het is altijd een
kwestie van een glas is half vol
of half leeg. Je kunt zeggen
twaalf procent rijdt niet op tijd,
of 88 procent rijdt wel op tijd.
Maar die klant vraagt kennelijk
meer. Die vraagt punctualiteit,
dus moet hij die geleverd krij
gen." Hetzelfde geldt voor de
wens om meer informatie. „Het
is helder dat naarmate iemand
meer lijngebonden is en min
der door het hele land reist, hij
meer informatie kan verschaf
fen. Ik kan me voorstellen dat
een conducteur uit Groningen
niet precies weet hoe de aan
sluiting met Connexxion in
Maassluis is. Iemand die daar
regelmatig komt, weet dat wel."
Het management en de mede
werkers hebben het in de afge
lopen jaren volgens hem moei
lijk gehad. „De omslag die dit
bedrijf heeft moeten maken, is
onevenredig groot vergeleken
met welke andere onderneming
in Nederland dan ook. Ik heb
buitengewoon veel respect voor
de privatisering van KPN en
PTT-post, maar hun uitgangs
positie was wel wat rianter dan
die van ons."
Den Besten wijst erop dat het
lastig kersen eten is met een
overheid die niet goed weet wat
zij met de NS wil. Niettemin 'is
er veel veranderd.' „De tijd dat
de minister in de Kamer de si
tuatie rond de overweg in Put
ten stond uit te leggen, is voor
bij." Maar het dilemma, wel of
niet privatiseren, blijft. „Je hebt
ministers, en daar zeg ik niets
pro of contra mee, die nogal
van inzicht kunnen verschillen.
Een Annemarie Jorritsma als li
berale minister heeft een ande
re opvatting over privatisering
dan Tineke Netelenbos. En
Hanja Maij-Weggen, tja toen
bestond dat nog niet, maar die
zou nu waarschijnlijk voor zo
iets als de maatschappelijke on
derneming zijn, denk ik."
De vele zinspelingen in de me
dia dat hij vertrekt vanwege een
slechte verhouding met Nete
lenbos, noemt hij grote onzin.
Ooit heeft iemand eens ge
schreven dat Rob den Besten
praat over 'Hanja, Annemarie
en Netelenbos.' Sindsdien blijft
dat rondzingen. „Waar komt
dat idiote verhaal toch van
daan? Het is bespottelijk. Het
raakt kant noch wal! Met Tineke
Netelenbos, die ik al kende van
mijn periode bij Schiphol, had
ik een zakelijk geschil. Zoals ik
ook wel eens van inzicht ver
schilde met Annemarie Jorrits
ma. Het gebeurt dat een minis
ter iets anders vindt dan een
bedrijf. So what?' Ook het af
wijzen van het NS-bod op de
hogesnelheidslijn (HSL) is wat
hem betreft een kwestie ge
weest die zowel door Netelen
bos als door hem zakelijk is be
handeld, en niet als een per
soonlijk probleem. „Als dat niet
zo zou zijn, denk ik ook dat je
slecht zou functioneren. Het
zijn kletsverhalen."
Een beursgang had hij best wil
len meemaken. Maar hij zegt
van meet af aan te hebben ge
weten dat het niet in zijn perio
de zou gebeuren. „Sinds Maij-
Weggen in 1994 zei dat de NS
wellicht binnen twee jaar naar
de beurs zouden gaan, moest ik
op elke persconferentie over
het jaarverslag uitleggen dat het
wat later wordt." Eerst moest
het bedrijf financieel gezond
worden. Met zijn vertrek kan hij
trots melden dat dit al behoor
lijk het geval is. De NS maken
een behoorlijke winst. „Het is al
met al een redelijk florissant
beeld." Wat Den Besten betreft
zal zijn opvolger Hans Huisinga
de eerste stap kunnen zetten
richting privatisering en wie
weet een beursgang. Maar de
eerste stap is het aantrekken
van meer aandeelhouders. „Er
kijkt dan iemand over je schou
ders mee. Het geeft een prikkel.
En het is het sluitstuk van de
verzelfstandiging.
e moslimvrouwen en -kinderen die de
il van Srebrenica in juli 1995 hebben
erleefd, gaan gebukt onder een breed
ala aan schuldgevoelens. Zij blijven
achten op hun verdwenen mannen en
iders, en kunnen daarom geen nieuw
ven opbouwen. Ondertussen vermij-
in zij het over hun verdriet te praten,
n 3 aardoor een 'samenzwering van stil-
iaa' vijgen' is ontstaan. Specialisten spre-
5UW in van het Srebrenica-syndroom.
ss< N HAAG MARJOLUN DE COCQ
jjn we niet in de absurde situatie be-
101 nd dat de mensen die gestorven zijn,
"z' iter af zijn dan zij die het hebben over-
efd?" De Portugese rechter in het Joego-
ro° ivië-tribun aal in Den Haag, Almiro Ro-
Bn igues, stelde de vraag donderdag met
lige schroom. Volgens psychiater Teufi-
i Abrahimefendic zullen veel van de
j oslimvrouwen en -kinderen uit Srebre-
ca hun verliezen nooit te boven komen,
jj zien het leven in donkere kleuren."
irahimefendic trad aan als getuige-des-
ov indige in het proces tegen de Bosnisch-
CE rvische generaal Radislav Krstic, die
ordt beschuldigd van volkenmoord bij
ebrenica. Meer dan 7.500 mannen en
ngens 'verdwenen' tijdens en na de in-
tme van de moslimenclave. Ze kwamen
Jn ijvvel zeker om het leven bij massa-exe-
j ities door de Bosnische Serviërs. Ruim
800 lijken zijn nu opgegraven, minstens
massagraven wachten nog op de fo-
nsisch experts van het tribunaal. Voor
de vrouwen blijven de vragen: „Hebben
ze geleden? Waar zijn hun botten?"
Mevrouw 'DD', woensdag voor het tribu
naal: „Soms denk ik aan de handen van
mijn kleine zoon. Waarmee hij bessen
plukte, een boek vasthield. Hoe kunnen
die handen dood zijn? Kunt u generaal
Krstic voor mij vragen of er nog hoop is
voor mijn kleine jongen?" Naast de mas
saliteit van de tragedie van juli 1995, is het
die martelende onzekerheid waarin het
Srebrenica-syndroom volgens Abrahime
fendic verschilt van 'gewoon' oorlogstrau
ma. „De realiteit van de dood, hoe pijnlijk
ook, is veel beter. De waarheid is wreed,
maar het is de waarheid."
Voor veel van de vrouwen heeft hun leven
geen waarde meer, hun emoties zijn vol
komen uitgehold en zij kunnen het niet
opbrengen nog over Srebrenica te praten.
„Deze samenzwering van stilzwijgen is op
zichzelf ook traumatisch", aldus Abrahi
mefendic. Levensvreugde ontbreekt, en
als al even de zon doorbreekt, is dat on
middellijk reden voor nieuw schuldge
voel. „Ze zeggen: ik ben schuldig omdat ik
niet met mijn man ben meegegaan.
Schuldig omdat ik mijn kind niet heb ge
red. Schuldig omdat ik niets heb gedaan.
Schuldig omdat ik het niet heb voorzien."
Het verlies van de mannen is in de patri
archale moslim-samenleving volgens
Abrahimefendic 'extreem traumatisch'.
„Al heeft een vrouw vijf dochters, ze zegt
nóg dat ze niemand meer over heeft." De
vrouwen hebben in hun nieuwe leefsitua
tie als vluchtelingen grote moeite met
communiceren en sociale contacten. „Zij
denken dat ze anders zijn door wat ze
hebben meegemaakt. Het is heel moeilijk
voor hen te accepteren dat zij normaal
reageren op een abnormale situatie."
Ook de kinderen uit Srebrenica vertonen
gedragsproblemen. Zij waren er getuige
van hoe hun ouders van elkaar werden
gescheiden, in enkele gevallen werd hun
vader voor hun ogen vermoord. Abrahi
mefendic somt op: huilbuien, extreme af
hankelijkheid van de moeder, angstaan
vallen, nachtmerries, concentratiestoor
nissen, bedplassen, leerproblemen, agres
siviteit, stemmingswisselingen. „Ineens
was de wereld voor hen geen veilige
plaats meer."
Een jongetje dat door Abrahimefendic
werd behandeld, tekende een berg. „Hij
zei: ik wil een helikopter kopen en erheen
vliegen. Want mijn vader is daar en ik ga
hem ophalen." Een ander jongetje wil zijn
moeder geen minuut uit het oog laten, en
weigert naar school te gaan. Een nu 17-ja-
rige had bijna vijf jaar gezwegep over de
dood van zijn vader, tot hij ineens als een
baby begon te huilen.
Binnen een heel kort tijdsbestek werden
de kinderen blootgesteld aan een enorm
traumatische gebeurtenis, jongetjes raak
ten hun mannelijk rolmodel kwijt. „Maar
de meeste stress wordt veroorzaakt door
de menselijke factor", aldus Abrah Ime-
fendic. „Het was geen natuurramp en
voor de vrouwen en kinderen overheerst
de vraag: waarom hebben ze ons dit aan
gedaan? Waarom, waarom, waarom?"
n bedroefde vluchtelinge uit Srebrenica kijkt vanuit een bus naar haar vroegere woonplaats, tijdens een bezoek dat de vrouwen begin deze
aand aan de inmiddels Servische stad mochten brengen. foto reuters damir sagou
cht jaar lang leidde hij het meest besproken bedrijf van Nederland. Nu is het voor-
ij voor de 59-jarige NS-topman Rob den Besten. Mack the Knife, 'het mes', gaat
;t pensioen. Het is de bijnaam die hij kreeg na een carrière van bikkelharde sane-
igen. Het imago deert hem niet. Al behoeft het nuance. „Ja, ik vind het omturnen
jiQ ui bedrijven leuk. Maar het is natuurlijk niet zo dat ik denk als ik naar mijn kan
tor ga, nu ga ik eens lekker een dagje saneren."
RECHT MARCEL VAN SILFHOUT
jn bijnaam kreeg hij nadat hij
Verkeer en Waterstaat en la-
bij Schiphol duizenden ba-
:n schrapte. Rob den Besten
ilbracht vervolgens zijn taak
n de Nederlandse Spoorwe-
n op eigen benen te zetten,
een totaal van 27.000 NS'ers
oesten 6.800 mensen het veld
imen. „Wie mee wil maar
et kan, wordt geholpen. Wie
et wil, heeft een probleem",
eld hij zijn werknemers voor.
lanagement door angst te
aien' noemden criticasters
n manier van leidinggeven.
wd sconfronteerd met de harde
nsnede, veert hij op. „Zijn er
mm -drijven die het anders doen?
it was wel effe een bedrijf dat
en 200 miljoen gulden verlies
ir jaar draaide. En daar kwam
ig eens 400 miljoen gulden
erheidsbijdrage bij! Ik voel
et voor angst, maar net zo
in voor zachte heelmeesters
e stinkende wonden maken.
kan in een dergelijk proces
et anders doen dan volstrekt
•lder maken waar het om
gebarend voegt hij eraan
dat niemand ooit betwist
ft dat er „een ontzettend
led sociaal plan" op tafel
/am. „We hebben er keurig
tor gezorgd dat mensen die
g gingen ook weg konden."
reputatie als kille saneerder
kan hij begrijpen. „Ik heb het
wel twintig jaar gedaan! Als je
voor dit soort klussen komt,
moet je er niet populair mee
willen worden." Het vraagt,
beaamt hij, om een specifiek ty
pe karakter. „Anders zouden ze
me er ook niet voor gevraagd
hebben. Ik wil een uitdaging
hebben. Ik ben niet geschikt
om op de winkel te passen."
De ervaring met saneren en de
vervoerswereld begon als direc
teur van het noodlijdende Rot
terdamse vervoersbedrijf RET.
„Ik ben afgestudeerd in econo
mie en staatsrecht. In mijn eer
ste baan, bij het openbaar li
chaam Rijnmond, kwam ik te
recht in de vervoersdossiers.
Daarna ben ik naar Hoogovens
gegaan en heb daar de fusiepe
riode meegemaakt. Alleen door
het toeval dat iemand mij nog
kende uit het verleden, kwamen
ze in Rotterdam bij mij uit. Ze
zochten iemand uit het be
drijfsleven, maar toch ook met
enige nevenervaring."
Daarna werd hij secretaris-ge
neraal bij het verkeersministe-
rie, op z'n 48ste topman van
Schiphol. In naam en faam
prestigieuzer dan de NS.
„Maar", relativeert hij, „het is
ook de mythe die in stand
wordt gehouden. De NS heeft
het beeld van openbaar ver
voer, van ons allemaal, de KLM
van internationaal en flitsend.
Maar in Amerika is het beeld al
heel anders. Als je daar een
vliegtuig binnenkomt, staat er
hooguit één stewardess. In het
beste geval krijg je mineraalwa
ter in een plastic bekertje.
That's it." Drie jaar later volgde
de NS. Een baan die op dat mo
ment voorbij kwam, en dus was
het ja of nee. Hij koos niet voor
de glamour en glitter van
Schiphol, maar voor het meest
afgezeken bedrijf van Neder
land. Hij geeft toe, de omscha
keling was even wennen. Vooral
die vele negatieve krantenkop
pen.
„Maar ja, het geklaag geldt voor
vrijwel alle spoorwegbedrijven
in Europa. Ik heb wel eens gele
zen: 'De Fransen houden van
treinen, maar haten hun spoor
bedrijf SNCF'. Dat komt door
dat we nog altijd het beeld heb
ben van openbaar vervoer.
Soms is de kritiek terecht. Soms
is het redelijk en soms is het
unfair. Zoals onlangs nog. Een
machinist stopt twee keer in de
week niet in Voorschoten. Oké,
dat-ie niet gestopt is, is niet
correct. Maar kun je je voorstel
len dat als de KLM zoiets zou
gebeuren, het twee keer de
voorpagina van een krant zal
halen?"
Ander voorbeeld. „Laatst kon
digden ABN Amro en de Rabo
bank aan een groot aantal lo
ketten te willen sluiten. Dat
staat dan op pagina 7 onderop.
Maar als wij zoiets doen, haalt
Rob den Besten: „Ik kijk uit naar de jaren die komen. Ik vind dat ik het
bedrijf redelijk achterlaat" foto gpd marco hofstee
het alle voorpagina's in Neder
land. Dat is buitengewoon sto
rend." Hij vervolgt. „Twee jaar
geleden hebben we het aantal
treinen met vijf procent uitge
breid. Dat was een enorme
operatie die ons nu al twee jaar
lang een spectaculaire groei op
levert. Maar het enige waar
commentaar op komt is dat
Afrikaans-Amsterdams contrast: de nieuwe savanne van Artis, met op de achtergrond het Entrepotdok.
FOTO GPU PHIl NllUUr.