De lokroep van Vrouwtje Paling Zomer 2000 Je eigen visje roken is tegenwoordig in 't Joppe JSDAG 25 JULI 2000 Klem tussen prug en schip ,tf en 57-jarige r Wfiemen klem komen te zitten brug en zijn plezier- aartuig. De schipper gooide zijn haam in de strijd toen de brug p zijn boot terecht dreigde te ko- De Amsterdammer i: erwondingen aan zijn benen af- roerd naar het ziekenhuis. ra Ie schipper dacht nog net onder M e brug door te kunnen nadat de nl rugwachter het licht al op rood id gezet. Halverwege dreigde :t mis te gaan. De man zette zijn iot in de achteruit, maar deze eigerde dienst. De enige e oor de schipper om zijn vaartuig redden, althans dat dacht was zijn lichaam onder de n eerdalende brug te gooien, oi SOS in de Vlietlanden f. ingles Sailors on Sailboats (SOS) oudt op 6 augustus een laser-dag p de Vlietlanden. OS staat doorgaans voor Save lur Soules - red onze zielen, laar SOS, met de toevoeging lolland, staat tegenwoordig ook en groep mensen die het :uk vindt om met elkaar te zei- :n. Bij Singles Sailors on Sail- oats, want dat betekent de af- orting in dit geval, gaat om een- ngen die graag met anderen hun i obby beleven, in dit geval zeilen. ieen contactclub, maar gewoon ensen met dezelfde passie, 'ie wil zien hoe het werkt bij SOS olland kan op 6 augustus in de terecht, en wel op de Vliet- inden. Plaats van handeling is t watersportcentrum nabij de mping. Daar wordt een speciale ser-dag georganiseerd die on- r leiding staat van een e Hoogmadese jachthaveneigenaar speurt naar informatie over de legendarische Marie Spijker Op zoek naar de legende. Het klinkt als de titel van een spannend jongensboek, maar in Hoogmade gebeurt het ook echt. Eigenaar Nyac Wagenaar van jachthaven de Noord Aa is een speurtocht begonnen naar een plaatselijke mythe. Goed, eigen lijk is hij vooral bezig met een andere naam voor zijn haventje, maar hij-is daar bij graag bereid wat plaatselijke geschie denis in leven te houden. Wagenaar is sinds enkele jaren samen met zijn compagnon Jans Oosting eige naar van het haventje, in een uitloper van de Does. Het was ooit, zoals hij het noemt, 'een jachthaven in ruste'. „De toenmalige eigenaar deed er weinig meer mee. Het haventje lag daar maar. Zonde, want het ligt op een hartstikke mooi plek je. Mijn collega en ik proberen het nu nieuw leven in te blazen met verschillen de activiteiten. Inmiddels verhuren we elektrosloepen, zeilboten en kano's, ge ven we zeilopleidingen en organiseren tochten waarbij mensen kunnen varen en kamperen. We wilden ook nog iets gezel ligs om het terrein en daarom hebben we een barboot in de haven afgemeerd. Die boot gebruiken we als middelpunt voor personeels- en familiefeestjes. Eerst met z'n allen varen en dan hier een borrel of een barbecue. Dat loopt uitstekend." Die barboot moest een naam hebben. Dat werd 'Vrouwtje Paling', genoemd naar een legendarische figuur uit Hoog made. Toen ze die naam eenmaal had den, besloten ze dat het geen kwaad kon als de hele jachthaven zo zou gaan heten. „De Noord Aa is eigenlijk een verwarren de naam. Een jachthaven bij Zoetermeer heet namelijk precies hetzelfde. Dat is natuurlijk niet geweldig als je, zoals wij, met je haven aan de weg wilt timmeren. Vandaar dat we nu wat meer de nadruk op Vrouwtje Paling willen leggen." Met de naam alleen zijn ze er echter niet, vinden Wagenaar en Oosting. Wie Vrouwtje Paling heet, moet ook wel iets van Vrouwtje Paling kunnen tonen. En dat houdt, om het voorzichtig te zeggen, voorlopig niet over. Wagenaar heeft een polyester opoetje in zijn barboot staan, die voor Vrouwtje Paling doorgaat. Ver der heeft hij alleen nog maar het verhaal. Nyac Wagenaar en het opoetje dat 'Vrouwtje Paling' moet uitbeelden - Hoogmade. „Vrouwtje Paling heette eigenlijk Marie Spijker. Ze woonde tot een jaar of twintig, dertig geleden met haar familie aan een afgelegen watertje in het dorp, de Spijker- sloot. Een beetje rare familie was het. Ze gingen nauwelijks met niemand om. Alle broers en zussen, Marie zelf ook, bleven vrijgezel. Maar Marie had één opmerkelij ke gave. Als ze naar het water liep, hoefde ze maar 'palinkie, palinkie' te roepen en palingen staken hun kop boven water. Ze heeft daar meer dan plaatselijke bekend heid mee gekregen. Zo af en toe vertoon de ze haar kunsten voor mensen van bui ten. Ja, het is niet zo maar een legende, het is allemaal echt gebeurd. Er schijnen trouwens beelden van te zijn: foto's en zelfs filmbeelden. En ook krantenartike len, als ik het goed heb." U raadt het waarschijnlijk al: Wagenaar is op zoek naar die krantenartikelen, foto's en als het even kan filmbeelden. „Het lijkt me geweldig om daar hier wat mee te doen. Dat is leuk voor de jachthaven, maar ook leuk voor Hoogmade. Zo hou den we een plaatselijke legende een beet je in leven." Overigens wordt die legende, als r uit de buurt in de barboot plaatsnemen, steeds mooier en mooier, zegt Wagenaar. „Na een of tweè borrels is het al een hele school palingen geworden en een paar borrels later komen ook de snoeken en de baarzen hun kop boven water steken. Maakt niet uit, het blijft een mooi ver haal." Mensen die meer informatie of foto's en filmbeelden van Marie Spijker hebben, kunnen contact opnemen met Nyac Wa genaar, telefoon 071-5018411. Mensen wonen, werken of vieren vakantie aan het water. In de rubriek Passanten aandacht voor personen die een bijzondere band hebben met water. Naam: Sjaak van Rijn (46) Woonplaats: Leiden Beroep: ambtenaar bij gemeente Leiden Gezien: op de Does Je houdt er flink de vaart in. „Het gaat ook wel lekker vandaag. Er staat niet te veel wind. Het is wel een beetje aan de koude kant, maar ach. Het is Ben je al lang bezig? „Een uurtje of drie. Ik vaar sa men met een vriend van me. We wisselen el kaar af, dus dat wel vol te hou den." Met kanoën, be doelen we eigen lijk. „O, al een paar jaar. Hoewel ik de laatste tijd minder kano dan ik graag zou willen. Te weinig tijd, hè. Maar vroeger lieb ik flinke tochten gemaakt. Ik ben zelfs een keer reisleider geweest op een trektocht door Polen, tij dens een uitwisseling met de Leidse zusterstad To- run. Dat was heel bijzonder. Een mooie kano trouwens. „Dank je. Hij is overigens niet van mijn zoon. Maar hij heeft er nog n, voorgehad om er in te varen. e op pad? A WEGMAN FOTO WIM DUKMAN velijks de tijd De rookgewoonten van het handjevol ambachtelijke vissers krijgt de laatste tijd navolging van barbecueliefhebbers die wel eens wat anders willen op een zomeravond. foto gpd het visblad Aan barbecuen valt zo langzamer hand geen eer meer te behalen. Ieder een doet, iedereen kan het. Het wordt tijd voor de rookoven. Niets lekkerder dan een gerookt visje uit eigen oven. Rookovens bestaan al heel lang, maar pas sinds kort neemt het aanbod op de Nederlandse markt sterk toe; de grootste importeur zit zelfs vlakbij, in Zwanenburg. Aan chef-koks van chiquere restau rants is de opleving van gerookte vis te danken. Zij begonnen een paar gele den met het opdienen van deze deli catesse. Tegenwoordig prijkt op vrij wel iedere menukaart een gerookt ge recht. „De laatste ontwikkeling is dat liefhebbers zelf een rookoven aan schaffen en thuis de hap klaarma ken", zegt een medewerker van La Cucina, een bedrijf dat rookovens im porteert. „Kookprogramma's en culi naire tijdschriften besteden vaker aandacht aan het roken. Kortom, het ambacht is terug van weggeweest." Het roken van vis is trouwens nooit helemaal verdwenen. Naast drogen en zouten, is het de oudste methode om voedsel te bewaren. Velen vinden ro ken bovendien de lekkerste hap ople veren. Vooral op het platteland wordt door fervente hengelaars al tijdenlang gerookt, maar na de Tweede Wereld oorlog nam de belangstelling gestaag af. „Sommige sportvissers blijven zich met het ambacht bezighouden, want zij beschikken gewoonlijk over verse vis", vertelt hoofdredacteur Peter Dohmen van Het Visblad. „De meeste hengelaars echter zetten hun buit weer terug, indachtig de oude slogan: 'bewaar uw sport voor later en zet de vis terug in het water'." De rookgewoonten van het handjevol ambachtelijke vissers krijgt de laatste tijd navolging van barbecueliefheb bers die wel eens wat anders willen op een zomeravond. Daardoor groeit de vraag naar rookovens. „Jaarlijks ver kopen wij nu ongeveer drieduizend exemplaren en dat is veel meer dan vroeger", zegt Hans Hillegers, Neder lands enige fabrikant van rookovens. „Weliswaar neemt het karwei veel meer tijd in beslag dan een steak bar becuen, maar eenmaal goed gerookt, vormt vis een opvallende delicatesse. Wat de hamburger is bij het barbe cuen, is de paling bij het roken. Haast alle paling wordt gerookt geconsu meerd. Er worden zelfs allerlei kampi oenschappen palingroken georgani seerd. Volgens kenners zijn talloze an dere vissen, zoals zalm en makreel, gerookt net zo smakelijk. Wie verder wil gaan dan vis, kan trouwens ook met vlees aan de slag. Worst en ham zijn de bekendste rookproducten. Bij het roken van vis is het belangrijk om de vis vooraf een nacht in een pe- kelbad te leggen. „Vuistregel is om in één liter water ongeveer tachtig gram zout op te lossen. Daarmee wordt de smaak verhoogd en de bacteriën ge dood", vertelt Hillegers. Is er geen tijd om de vis lang te pekelen, dan biedt een korter zoutbad van ruim honderd gram zout per liter water uitkomst. Een vis dunner dan drie centimeter moet daarin dertig minuten liggen. Voor elke centimeter meer moet er tien minuten bij worden opgeteld. Na het zouten is het zaak om de vis met theedoeken of keukenpapier te deppen, totdat er geen vocht meer vanaf komt. Een teiltje water met azijn voorkomt dat de vislucht aan de doe ken blijft kleven. Daarna moeten de vissen door het harde gedeelte van de kieuwen aan een dun stalen staafje of wel speet worden geregen en op een schaduwrijke plek verder drogen. „Be langrijk is te zorgen dat er geen vlie gen op afkomen, want die leggen ei tjes op de vis", waarschuwt Hillegers. Is de vis goed droog, dan is het tijd om met wat proppen papier het houthak- sel in de rookoven aan te steken. Beu ken- en elzenhout leveren het smake lijkste resultaat op. De vissen worden aan de speten in de rookoven gehangen om te garen. Als de buikjes opengaan of de vinnen ge makkelijk zijn los te trekken is dat kar wei geklaard en kan het roken begin nen. Daartoe wordt zaagsel of rook- mot - eveneens van elzen- of beuken hout - op het vuur gegooid en de dek sel dichtgedaan. Hierdoor ontstaat in de oven een dichte rook. Rookdeeltjes verbinden zich met vet en melkzuren in de vis, waardoor na minimaal drie kwartier de typische s rooksmaak ontstaat. Inmiddels wordt de vis door de verbinding geconser veerd en ontstaat de lichtgele tot diep bruine kleur. Hoewel rook op zichzelf niet gezond is, is het eten van gerook te vis niet ongezond. Wel adviseert het Voedingscentrum om niet iedere dag gerookte vis te eten. Oppassen is het alleen voor lijm- of verfresten in het hout en de rookmot waarmee wordt gestookt. Die brengen groot risico met zich mee: lijm- en verfresten in rook zijn kankerverwekkend. 't Joppe, vlak bij Koudenhoorti Voor de zomer neergestreken Alleen het klotsen is te horen Zachte bries, de golven breken Buiten op de houten muren Dit is thuis voor een paar weken Koffie bij de zomerburen Elk begrip van tijd verloren Dagen mogen maanden duren foto: WIM DIJKMAN tekst: ANTON DIEDRICH

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2000 | | pagina 15