4 'Als ze aan de boot komen dan kan ik heel fel worden' Zomer 2000 Zuydtwijck op zoek naar nieuwe boot De internationale party van Van Rijn /RIJDAG 21 JULI 2000 Het is mooi geweest; hij heeft z'n diensten de afgelopen decennia meer dan bewezen. Verpleeghuis Zuydtwijck uit Leiden, deel uitma kend van het grotere 'zorgconsor- tium' de Vlietlanden, gaat op zoek naar een nieuwe boot voor de po pulaire rondvaarttochten. Twintig jaar lang gaan bewoners van Zuydtwijck en andere ver pleeghuizen elke zomer vrijwel el ke dag op avontuur. „De mensen genieten daar enorm van", weèt Hans Driezen. „Het is ook heel apart dat een verpleeghuis dat aanbiedt." Driezen is hoofd activiteitenbege leiding, recreatie en ontspanning bij Zuydtwijck. „Ik ga over de leu ke dingen, zeg ik altijd. Met het team proberen we het leven hier leefbaar te houden. Dat is een be langrijke taak." „Toen we begonnen, was de hui dige boot breed genoeg. We had den nog veel lopende patiënten. De boot is toegankelijk voor rol stoelen, maar soms komen we in de knel." Eigenlijk is het schip ge woon te smal. Daarbij komt dat de motor die er nu acht jaar in zit, bijna op is. Er wordt zo vaak geva ren, dat dat de leefduur van de motor beperkt. „We krijgen straks verder nieuwe milieueisen en een APK voor boten. Hij zou ook een tikje lager mogen, zodat we onder meer bruggen door kunnen." Dan kunnen de bewoners bijvoorbeeld ook de Leidse binnenstad in. Over de populariteit van de rond- vaarten en dus ook de klandizie heeft Driezen niet te klagen. Met groot gemak kan hij de boot ver huren. Swetterhage, het Zeehospi tium, Leythenrode, zelfs een ver pleeghuis uit Hilversum boekt ge regeld vaartochtjes. „Hilversum is al jaren een trouwe klant. Ze heb ben dit jaar vier keer ingepland." Met de Stichting Vrienden van Zuydtwijck onderneemt Driezen nu actie. Hoe? „Het moet in elk geval geld opleveren." De stich ting gaat op zoek naar sponsors en boort fondsen aan. „We den ken zo'n anderhalve ton nodig te hebben. Het moet een boot op maat zijn, die aan al onze wensen voldoet." Driezen hoopt over een tot anderhalf jaar voldoende geld bijeen te hebben. robbert minkhorst „Er komt zo een rond vaartboot voorbij", zegt de stem door de telefoon. Nou en? Daar varen er tientallen per dag van op De Kaag. Maar op deze verpozen mensen uit wel vijf ver schillende landen", repli ceert de man. So what? Daar zitten die boten dagelijks mee vol, met Amerikanen, Japan ners en Brazilianen. Daar varen ze vooral voor, dat is nou juist de grote aantrek kingskracht van dit plas- sengebied. „Ja, maar deze luitjes be horen allemaal tot één fa milie", houdt hij aan. Kijk, Paul Pijnakker, dat verandert de zaak. Vertel op, wat is hier g „Nou, we hebben dus een reünie van de familie Van Rijn. Daar hoor ik als aan getrouwde bij omdat mijn vrouw Wilma van haar achternaam zo heet. Van Rijn is een bekende naam in Oegstgeest. Ome Jan bij voorbeeld kent iedereen als eigenaar van café De Roode Leeuw. De oorspronkelijke familie telt elf kinderen, variërend in de leeftijd van 45 tot 73 jaar. Uit dat nest zijn er zeven van de elf uit gevlogen over de hele we reld. En nu, voor een lang weekeinde weer allemaal bij elkaar gekomen. Mooi verhaal, toch?" Zeker. Maar ga verder. „Drie zijn uit Canada ko men overvliegen, eentje he lemaal uit Australië, twee komen er uit Duitsland en dan is er nog een uit Polen. Het weekeinde brengen we met 135 man door in Duinrell. Met alle kinderen en kleinkinderen erbij. Vandaag zitten we met 70 man op de boot, want niet iedereen kon vrij krijgen. De boottocht is trouwens Door het gezang. Ja, alle trossen zijn l Lekker sfeertje zeker aan boord van de Rijnstroom met al die Van Rijnen? „Ik dacht het wel. Als het goed is, kun je ze al vanuit de verte horen aankomen. Nou, prettige dag verder. Trouwens, nog los van Van Rijn, de naam Pijnakker klinkt anders ook bekend in de oren, maar dan met betrekking tot het Leidse. ad van kaam Dat klopt, zo blijkt. Paul is de zoon van Bouk Pijnak ker. En die kent elke recht geaarde Leidenaar van de gerookte paling op 2 en 3 oktober. Zo, die cirkel op het water is ook weer rond. Schipper Gilles van Beelen geniet elke keer weer van zijn tochtjes met de Zuydtwijck Gilles van Beelen straalt louter gemoedelijkheid uit terwijl hij met één hand losjes aan het stuurwiel de Zuydtwijck over het water voert. Schuin op zijn schipperstoel gezeten houdt hij met een paar snelle blikken de overige boten op het kanaal in de gaten, om zich daarna weer half om te draaien en zijn passa giers te vermaken met wat we tenswaardigheden en een paar grapje^ Zijn ietwat lijzige humor - 'Dat is zo'n nieuwe boerderij, ik weet niet of ze daar al oude kaas hebben' - gaat er bij de meesten in als koek. Als hij ver volgens een cd met zeemanlie deren in de cd-speler stopt, en vrolijk een paar strofen mee zingt, zit de stemming er defini tief in. Welkom op de loveboat van het gelijknamige verpleegtehuis Zuydtwijck. Nu was de sfeer voor vertrek al opgetogen. Voor het eerst sinds weken schijnt de zon volop en sommige van de passagiers gaan voor het eerst deze maand echt weer eens de deur uit. Als de schipper zijn boot start, klinkt het groepje als een klas op schoolreis - maar dan wel één met een gemiddelde leeftijd van flink in de zeventig. Van Beelen geniet net zo veel van de Zuydtwijck-bewoners, als de Zuydtwijck-bewoners van hem.„Het is prachtig. Dit soort tochtjes gaan nooit vervelen. Hoe vaak je ze ook maakt." En vaak hééft hij ze gemaakt, want hij vaart al twaalf jaar lang elke zomer de boot over de vaarten en plassen in de regio. Zonder betaling trouwens. Van Beelens stuurmansschap is vrijwilligers werk. „Tot voor kort voer ik zelfs vijf of zelfs zes dagen per week in de zomer. Maar dat doe ik nu Gilles van Beelen, schipper van de Zuydtwijck. „Dit soort tochtjes gaat nooit vervelen." foto mark lamers niet meer, sinds we er twee an- over voor mijn hobby's. Onder dere schippers bij hebben. Ik andere varen, ja. Ik heb een oud vaar nu nog maar twee, soms parlevinkertje dat ik helemaal drie keer per week. En dat is aan het opknappen ben. Een mooi zo. Dan hou ik nog wat tijd leuk bootje." De geboren en getogen Katwij- ker werkte eerst in de visserij en vervolgens als buschauffeur. Na zijn vervroegde pensionering deed hij vrijwilligerswerk voor het Zeehospitium in Katwijk. Daar tipte iemand hem op een goede dag dat Zuydtwijck een vrijwilliger zocht om op de boot te varen. „Ik ben eens gaan kij ken. Het beviel hartstikke goed." Sindsdien is het schip de Zuydtwijck zijn troetelkind. „Als ze aan de boot komen, kan ik heel fel zijn." Hij heeft met an dere vrijwilligers in de loop der jaren het schip opgeknapt, aan gepast en in de vaart gehouden. „In het begin zag die boot er niet uit. Een smerig ding vol met me- nievlekken. Ze was toen ook he lemaal niet geschikt voor het vervoer van gehandicapten. Dat hebben we allemaal zelf moeten regelen." Inmiddels is de boot een uniek fenomeen dat ook door andere tehuizen en instellingen wordt gebruikt. „We varen geregeld ook voor 't Hofflants Huys, Swet terhage, het Zeehospitium, Roomburgh en noem maar op. Dat is trouwens een manier voor ons om een beetje geld binnen te krijgen voor het onderhoud. Want de andere tehuizen moe ten wel een klein bedrag aan huur betalen." Het schip de Zuydtwijck is voor de bewoners de afgelopen jaren alleen maar belangrijker gewor den, vindt Van Beelen. „De vaar tochten zijn eigenlijk een van de weinige uitjes die nog zijn over gebleven. Vroeger waren er nog vakanties voor de bewoners. Naar Lemelen, bij Ommen. Prachtig was dat. Maar ja, het werd veel te duur. Voor elke be woner moest er één personeels lid mee. Bovendien bleven er dan, na de bezuinigingen, te weinig medewerkers achter om de achtergebleven bewoners in het verpleegtehuis te helpen. Ik bedoel, het is begrijpelijk. Maar het is wel jammer." Een reden te meer voor Van Bee len om door te blijven gaan met zijn vrijwillige schipperswerk. „Tenminste, zo lang ik mede werking krijg. Dat klinkt een beetje dreigend, ja. Maar soms word ik kriegel als dingen maar niet gebeuren. Ik weet dat ze het schreeuwend druk hebben bij Zuydtwijck, maar als ik tig keer moet vragen of iets wordt gere pareerd, word ik dat zat. Geluk kig is er nu trouwens een vaste monteur aangesteld, iemand die op afroep beschikbaar is om din gen aan de boot te repareren." Terwijl hij de deining op het Braassemermeer trotseert - 'je kunt met deze boot makkelijk het IJsselmeer op hoor, als je weet wat je doet - kijkt Leny Ber kemeier tevreden toe. Ze is een vaste klant van de vaartochten: sinds enkele maanden als revali derende bewoonster en daar voor vele, vele jaren als vrijwillig ster. „Gilles doet het leuk. Voor sommige Zuydtwijckers is dit hun tweede huiskamer. Mensen kijken er ook echt naar uit." Degenen die niet meteen staan te trappelen om mee te gaan, worden door mensen als vrijwil ligster Rie Reijken opgejut. „Be woners leven er echt van op. Ze zijn er weer eens uit. Ze doen in het verpleeghuis van alles voor je, zeker, maar maandenlang in hetzelfde gebouw zitten is toch niet je dat? Mensen kunnen bo vendien weer eens zelf bepalen wat ze willen eten. Dat is ook be langrijk." wim wegman Naam: Dick Havenaar (33) Woonplaats: Leiden Beroep: ober-kelner Gezien: restaurant Engelbertha Hoeve in Leiden Wat heeft de Engelbertha Hoeve met water? We doen ontzettend veel met water op onze partij en. Zo gaan bruidsparen vanaf hier met een rond vaartboot naar het stadhuis. Daar trouwen ze en keren daarna terug. Onderweg kunnen we, als ze dat willen, ook de catering verzorgen. Komt het vaak voor, dat mensen hier spontaan aanleggen? „Ja, heel vaak. Zeker als het mooi weer is, komen hier 's avonds Wanneer is de hoeve een res taurant ge worden? Tot 1975 was de boerderij nog operatio neel, toen is de boer door de gemeente uit gekocht. Daar na heeft het er nog een tijdje als een bouw val bij gestaan. Engeltje' heeft het toen ge kocht en zij heeft de hoeve helemaal opgeknapt. Sinds 1981 is het een restaurant. Hoe lang werk je zelf al in het restaurant? „Sinds 1990 en het is perfect. Anders zit je hier niet tien jaar. Er staat een goed team, er heerst een goede sfeer en we hebben een goede directie. En natuurlijk fijne klanten. Vaar je zelf wel eens? „Nee. Ik heb er geen tijd voor. Ik zou het graag wil len. Ik ben inmiddels wel op zoek naar een boot, maar heb hem nog niet gevonden. tekst robbert minkhorst foto wim dukman Gehandicapten gaan een dagje het water op Verstandelijk gehandi capten uit Leiden en om geving gaan zaterdag te water in Leiderdorp. Zij worden getrakteerd op een dagje zeilen, roeien en kanoën door de leden van roeivereniging Asop- os de Vliet, zeilvereniging De Blauwe Schuit en ka novereniging Levitas. Zoals elk jaar organiseert Club 58 een watersport dag voor verstandelijk gehandicapten uit De Leidse regio, de Rijn streek en de Bollenstreek. Vrijwilligers van deze Leidse stichting, die de dagbesteding en activi teiten voor gehandicap ten verzorgt, begeleiden hen tijdens de vaartocht. Ook de studenten van de drie Leidse verenigingen steken de handen uit de mouwen. De 25 gehandi capten verlaten de vaste wal vanaf het Universitair Watersportcentrum aan de Dwarsweteringkade in Leiderdorp. Van een tot vijf uur zitten ze op het water. Jannetje Bootsma van Asopos de Vliet weet dat de watersportdag elk jaar een groot succes is. „Het is altijd heel gezellig en onze leden vinden het leuk om eraan mee te helpen. Het is weer eens wat anders dan studen ten leren roeien." Het Leidsch Dagblad geeft elke dag vijf afdrukken van 'Ingelijst' weg aan lezers. Aanvragen - uitsluitend per briefkaart en uiterlijk een week na plaatsing - richten aan: Leidsch Dagblad, afdeling Promotie, postbus 54, 2300 AB Leiden. De vijf uitverkorenen krijgen 'Ingelijst' binnen drie weken thuisgestuurd. Als een groene rups wurmt de sloot zich tussen het geboomte door van wandelpark Overbosch Wie niet oplet zou zich zomaar kunnen verstappen op dit zachte tapijt van kroos foto: WIM DIJKMAN leksü AD VAN KAAM

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2000 | | pagina 17