Pionier te land, te water en in de lucht De hond als slecht verbouwde wolf Boeken De beste poëzie van 1999 Een Lonely Planet om hard om te lachen ZATERDAG 1 JULI 2000 rai 414i? i Eindeloos ijsberen of gegooi met asbakken en proppen papier -welke taferelen spelen zich af in de werkkamer van de schrijver? Deze rubriek geeft een inkijkje in het schrijfproces. In deel drie: kinderboekenschrijver Paul Biegel (1925). „Ik schrijf met een kroontjespen, nog steeds. Heerlijk om op te kauwen onder het schrijven. En het is functioneel: als je ooit een halve zin of een passage doorstreept, blijft die leesbaar. Vaak is die tekst later op een andere plek in het boek wél bruikbaar. Op de computer zou ik de tekst waarschijnlijk al lang hebben gewist. Pas op late leeftijd ben ik begonnen met schrij ven. Niet zozeer uit roe ping, maar vooral om dat alle andere baantjes die ik had gehad waren mislukt. Toen kon ik bij Toonder Studio's een opleiding volgen tot schrijver van stripverhalen. Daar leerde je werken volgens een vastomlijnd plan. Eerst het hele verhaal bedenken en pas dan uitschrijven. Elk woord moest de lezer on weerstaanbaar naar het volgende zuigen. An ders zou die het boek kunnen wegleggen, en dat was het laatste wat mocht gebeuren. De ijzeren discipline van destijds heb ik al lang niet meer. Ik begin aan een verhaal met vaak niet meer dan een vage richting in mijn hoofd. Pas na een paar pagina's krijg ik er een beetje zicht op. Waar de inspiratie vandaan komt, daar kan ik je niets over vertellen. Echt een raadsel. De beelden komen op in mijn hoofd en ik moet vervolgens zo nauwkeurig moge lijk opschrijven wat ik zie. Meer kan ik er niet van maken. Het zal met aanleg te maken hebben, je moet een beetje kunnen schrijven tenslotte, en met een onzichtbare wortel diep van binnen. De ene keer groeit daar een eik uit, de volgende keer een kastanje of zonnebloem. Het fantaseert, ik niet. Daar heb je geen macht over, net zomin als over het leven zelf. Maar ik ga niet op inspiratie zitten wachten. Dat is echt flauwekul. Vroeger werd ik tijdens het schrijven regelmatig gestoord door mijn kinderen. Kwam mijn zoontje binnenlopen: 'Pappa, auto maken!' Na zo'n onderbreking schreef ik vaak beter dan ervoor. Schrijven heeft niets met hogere zaken van doen, het is gewoon arbeid." TEKST AAARTIN HENDRIKS MA FOTO LEX VAN R Losse stukken van Felix Nadar gebundeld in Privé-domein Hij was karikatuurtekenaar, schrijver, fotograaf en bal lonvaarder. Een gezellige oude baas, die vriendschappe lijke relaties onderhield met alle beroemdheden van zijn tijd. Nu zijn in de reeks Privé-domein veertien losse ver halen van Félix Nadar (1820-1910) gebundeld. schrijver Honoré de Balzac een geheel eigen theorie ontwikkeld had om het wonder van de da guerréotypie te verklaren. Vol gens hem bestond ieder na tuurlijk lichaam uit een reeks vluchtige omhulsels, waarvan er één losgeweekt werd bij de fotografische operatie. De mens zou daarbij dus een stukje van zijn wezen inleveren. Wat de schrijver er overigens niet van weerhield om voor Nadar te AUTOBIOGRAFIE RECENSIE NOP MAAS 'Toen Ik fotograaf was' door Félix Nadar Vertaald en van een nawoord voorzien door Mechtild Claessens Privé-domein nr 237. Uitgeverij De Arbeiderspers. Prijs: 45- Wie ooit de televisiebeelden zag van Papoea's die voor het eerst in aanraking kwamen met licht knopjes en televisietoestellen, begrijpt iets van de verbijstering die negentiende-eeuwers be vangen moet hebben bij de ontdekking van de fotografie, de telefonie en meer van dat moois. Tegenwoordig zijn we immuun voor dat soort emo ties. De technische ontwikke lingen worden bij wijze van spreken eerder gerealiseerd dan we ze bedenken kunnen. Maar in de eeuw van Jules Verne was het ondenkbare nog echt on denkbaar. Félix Nadar, een van de eerste meesters van de foto- vertelt dat de grote poseren. Félix Nadar was een nijver man, die op uiteenlopende ter reinen als de fotografie en de ballonvaart pioniersarbeid ver richtte. Hij moet iemand ge weest zijn met een grote gel dingsdrang. De gebroeders Goncourt noteren op 19 no vember 1870 trefzeker in hun dagboek: „Er werd hier een ka belballon vol gas geblazen. On vermijdelijk was de roodharige Nadar erbij, met een offi cierspet van de marine op en een overjas aan van militaire snit, en hij liep druk heen en weer, sloofde zich uit, zorgde dat hij door iedereen goed ge zien werd, en uit heel zijn per soon sprak de boodschap tot het publiek: "Kijk maar goed naar me, ik ben de enige, ech te, onvervalste Na dar." Als zo iemand een boek schrijft over zijn eigen leven, ver wacht men geen val se bescheidenheid en dient men ver dacht te zijn op de betrouwbaarheid van zijn mededelin gen. Nadar schreef Toen ik fotograaf was op zijn tachtigste. Het boek is niet een doorlopend verhaal, maar de bundeling van veertien losse stukken van zeer verschil lende aard. Het aardigst zijn verhalen waarin hij zijn herin neringen aan, en karakteristie ken van pioniers van de foto grafie opschrijft. Opkomst en ondergang van schilderachtige types als Gustave Le Gray, de broers Bisson en André Adol- phe Disdrié vormen aantrekke- portret i dat van wijs confronteren Kindje kindje door Justa Abbing. Contact, 36,90. Na de romans 'Schoonheid schoonheid' en 'Leraar leerling' acht schrijfster Justa Ab bing de tijd rijp een aantal kleinere detective-avonturen te boek te stel len. Met hulp van haar 9-jarige dochter betreedt Justa nieuwe we relden. Ze achtervolgt een T-shirt met een afbeelding van de Heilige Maagd, ontdekt hoe een bestseller wordt gecreëerd en begrijpt ten lan gen leste het nut Hollandse luchten door Martin Bril. Prometheus, ƒ28,50. De vierde bundel van Parool-columnist Martin Bril. In dit boek beschrijft hij dialo gen op straat, schetst hij minipor- tretten van mensen op de rand van het bestaan en maakt hij kleine stu dies van rechtszaken, horecatafere- len, zoenen in het openbaar en ver schijningen van Bekende Nederlan ders. therine Bush. Het Spectrum, 39,50. Jaren geleden ontvluchtte Arcadia Hearne haar geboorteland Canada n< om haar een pistoolduel uit. Jaren later ontmoet ze een man die haar dwingt met haar verleden af te reke- La dolce vita door diverse auteurs. Prometheus, 25,-. Italië heeft al tijd een onweerstaanbare aantrek kingskracht op reizigers gehad. On der hen bevonden en bevinden zich ook talloze Nederlandse schrijvers. In de 19e eeuw zwierven Vosmaer, Busken Huet en Couperus door de straten van Rome. Een eeuw later treden Oek de Jong, Bas Heijne en Rosita Steen beek in hun voetspoor. Schrijver Arthur Japin stelde een bloemlezing samen van hun 'Itali aanse' verhalen. Unni Lindell. Signature, 39,95. Twee moorden zorgen voor angst bij de inwoners van Oslo. Bovendien wordt er een 5- jarig meisje vermist. Inspecteur Cato Isaksen leidt het onderzoek. Hij weet niet dat de moordenaar zich Nul Noppes noemt en dat hij al een der de slachtoffer heeft uitgezocht. Met haar tweede roman Dromenvanger won Unni Lindell recentelijk 'De gouden revolver 2000', de Noorse 'De Gouden Strop'. Ook u wacht ik door Rindert Brou wer. Elmar. ƒ37,50. 'Een absolute must voor eenieder die niet het eeu wige leven heeft', zo prijst de uitge ver Brouwers gids van begraafplaat sen in Europa aan. Hij staat uitvoerig stil bij de historie van de begraaf plaatsen in onder meer Parijs, Lon den, Wenen, Praag en Nederland. Want begraafplaatsen vormen in de ogen van Brouwer, een theoloog die lessen levensbeschouwing geeft, een 'stenen archief' dat net zo tot de gemeenschappen behoort als burch- Het wonder van Castel di Sangro door Joe McGinnis. Byblos. ƒ39,90. Castel di Sangro: 5000 inwoners, een bioscoop, een gokkantoor, mid den in de Abruzzen, een gebied met veel aardbevingen. Hier vindt het Italiaanse wonder plaats: de lokale voetbalclub, sinds mensenheugenis spelend in de 6e, 7e, of 8e klasse, begint plotseling te winnen. Promo tie naar de eerste divisie volgt. De te genstanders heten nu Genua, Vene tië of Turijn. Een Amerikaanse schrijver en voetballiefhebber werd gegrepen door dit sprookje, ging in Castel di Sangro wonen en schreef op wat hij in dat jaar meemaakte. Over de pizzeria als broedplaats van de geheime spelerstactiek. HONDENVERHALEN RECENSIE HANS WARREN 'Poot, verhalen over de hond' door Midas Dekkers. Uitgevenj Contact Prijs: 19,90. Ooit een schrijver iets afkeu rends over de kat horen zeg gen? Over de hond zijn er ech ter heel wat boze teksten ge schreven. Door de grote dichter J.A. dèr Mouw bijvoorbeeld die eens liet weten: 'Van alle dieren houd ik, maar een hond! Tot in mijn ruggemerg snerpt scherp zijn blaf. Trouw uit karakterloosheid, sluw en laf Tot in mijn keel ruik ik zijn stank. Hij piest tegen elk ding, ellendeling. De grote prozaïst Louis Coupe rus was niet vrien delijker: 'O, de wal gelijke beesten! Dat gebaar van altijd die poot in de lucht O, de smerige beesten! En hun domme, grove be wegingen, en hun likken en lebberen en hijgen en jan ken.' Het was een ont nuchterende ont dekking voor Midas Dekkers, een ande re bestrijder van de hond, dat er in één van zijn medestanders een verrader school. Hem bleek dat ondanks alles Couperus een herdershond heeft bezeten. Bij iemand als de auteur van Mein Kampfhoon volgens hem een herdershond. Maar bij de schrijver van Eline Vere past zo'n beest eigenlijk niet, merkt hij op in één van de hondenver- halen die in Poot zijn gebun deld. Het is een verrukkelijk boekje geworden, vol wetenswaardig heden over het plassen, het pootjes geven, het uitzetten van geurvlaggen én vol uitdagende uitspraken. Op de vrolijk-boos aardige toon die we van deze schrijvende bioloog kennen, laat hij onder meer weten: 'Voor een echt gaaf gebit moet je bij een hond of een neger zijn.' Hij moppert: 'Honden zijn zo vruchtbaar als een nieuw bouwwijk.' In deze stukjes van chihua hua tot en met pitbull, van christenhond tot en met hot dog wordt veel positiefs over de kat gemeld en veel negatiefs over de hond. 'Het voor de mens gevaarlijkste dier is beter bekend als zijn beste vriend', stelt hij met een verwijzing naar de cijfers vast. De eetgewoon ten van de hond worden gehe keld: 'Ze kieperen hun voer hun maag in als kolen in een kolenhok.' Het komt allemaal omdat de hond -in tegenstelling tot de kat- een menselijke uitvinding is. De hond zou volgens Dekkers een slecht verbouwde wolf zijn. Het zijn stee vast de betere men sen die, wanneer je hem mag geloven, als huisdier een kat boven een hond De aanhang van >u bestaan uit 'bier drinkende, voetbalsupportende TROS- en AVRO-kijkers'. En zo pest hij monter verder: serieuze schrijvers zijn kattenvrienden, Voetbalstadions. Heilige tempels zijn het. Van een edele massasport. Met, steeds vaker, de daarbij passen de, overdonderende architectuur. De voetballer die voor het eerst als speler van de bezoekende club Nou Camp in Barcelona betreedt, zij gewaarschuwd. Die enorme schaal -verpletterend. Of neem het Stadio Gui- seppe Meazza, beter bekend als San Siro, thuishaven van zowel AC Milan als Internazionale, waar het on heilspellend kan spoken. Maar ook in Neerlands mooiste kan het kolken: De Kuip in Rotterdam (dat overi gens model stond voor Nou Camp), prachtig decor voor de finale van Euro 2000. Sport en architectuur. 'Het Stadion, de architectuur van een massasport' (NAi Uitgevers) mag dan behoorlijk aan de prijs zijn (75 gul den), het boek biedt een schat van informatie over de architectonische waarde, het technisch vernuft en de ontwapenende stedebouwkundige importantie van ruim veertig stadions over de hele wereld. 'Het Stadion' kwam tot stand onder redactie van Michelle Provoost. foto uit besproken boek hond pornografen en sportjournalis ten' zijn. Weg met de hond: daarop komt Midas Dekkers' bood schap in Poot neer. Maar de hondse woorden komen uit mond met hondengriji Voor de vierde keer ver schijnt de bundel van De Arbeiderspers met de honderd beste gedichten van het afgelopen jaar. De uitgave heeft ook al vier samenstellers gehad. Herman de Coninck werd opgevolgd door T. van Deel, daarna deed men een beroep op Wil jan van den Akker, en voor De 100 beste ge dichten van 1999 (uitg. De Arbeiderspers, 19,90) is Jozef Deleu ver antwoordelijk. Geen al te gelukkige gang van za ken: die vier verschillen de bloemlezers hebben natuurlijk ook vier ver schillende smaken, maar je krijgt geen tijd daaraan In Vlaanderen zal men wel hopen dat Deleu wat langer zijn honderd beste gedichten zal mogen aanwijzen. Nederlandse bloemlezers zouden minder gul voor Vlaamse dichters zijn geweest dan de 63-jarige man achter het blad Ons Erfdeel. Want wie ziet bij ons wat in de poëzie van Paul De- mets, Hubert van Herre- weghen, Jan Lauwereyns, Roger M.J. de Neef, Peter Theunynck en Mare Tristmans? Minstens even opvallend is dat van de bij het Nederlands pu bliek zo geliefde Jean Pierre Rawie slechts één gedicht uitverkoren werd. Vanzelfsprekend gaat het om een mo mentopname. Er werd alleen gekeken naar de in 1999 verschenen boeken, dichters die niet bundel den kwamen piet in aan merking. Met conclusies over de ontwikkelingen in de dichtkunst moet je daarom voorzichtig zijn. Een paar lijnen tekenen zich echter wel af. Zo is er tegenwoordig duidelijk meer woord en minder wit in de poëzie. De re gels werden breder en de strofen werden langer. De neiging de dingen zo sober mogelijk te formu leren is plaats aan het maken voor uitbundig heid. Je kunt bijna spre ken v ba rok met vertegenwoordi gers als Piet Gerbrandy en K. Michel. Een aantal oudere dichters drijft trouwens genietend mee op deze stroom. Hugo Claus en Leo Vroman stelen met hun recente werk zelfs de show in de ze bundel. Hun mate loosheid mat je nooit af, omdat alles aan hun werk echt is. Voetbal en poëzie gaan goed samen maar poëzie en voetbal, dat is een an der verhaal. Of toch niet? Eerder al gaf dichteres Anna Enquist in het lite raire voetbalblad Hard Gras blijk van haar passie voor voetballen in wellui dende dichtregels. Deze week verscheen Het gras voor mijn voeten, een verzameling met voetbal gedichten van Theun de Winter. 'Hij rookte nog, Zijn Eigen merk natuur- ujk. met filter - maar die draaide hij eraf, want vanzelfspre kend wist hij dat ook beter. luidt de eerste strofe van het gedicht In gesprek met J.C. En nu is het na tuurlijk met spanning af wachten welk sonnet Gerrit Komrij straks aan Oranje gaat wijden. Want dat hier na de gebeurte nissen in Enschede op nieuw sprake is van een nationale gebeurtenis die de Dichter des Vader lands in rijm moet me moreren, daarover be staat geen twijfel. Of zou de dichter daar anders over denken? Bij de uitgave van het werk van de dichter Ts- jebbe Hettinga werd hét al een beetje gedaan. In het boek zat een cd ge stoken waarop dezelfde gedichten door de Fries werden voorgedragen. Op het afgelopen week end geëindigde dichters- festijn Poetry Internatio nal ging men nog een stapje verder. In een peepshow-achtige set ting fluisterden inge huurde acteurs scabreu ze gedichten in het oor van de bezoekers. Het succes van deze actie smaakt natuurlijk naar Wanneer durft de eerste uitgever het aan om bij de presentatie van een nieuwe poëziebundel een video van een wel lustig voorlezende auteur bij te leveren? Hoe prik kelend het initiatief van Poetry International ook was, het maakt wel pijn lijk duidelijk dat een dichter met alleen de pa pieren presentatie van zijn gedichten tegen woordig niet meer weg komt. lijke lectuur, ook al moet men aannemen dat niet alles klopt wat gedebiteerd wordt. Als por tretfotograaf deed Nadar ook enkele aardige observaties over zijn klanten. Zo viel het hem op dat als een echt paar de foto's kwam ophalen, de vrouw eerst keek naar de foto's van haar man en de man vooral geïnte resseerd was in de foto's van... zich zelf. Bij voorkeur liet Nadar zijn slachtoffers in groepjes van twee opereren, want meestal was men tevredener over het de ander dan over zichzelf. Het paarsge- de klan- met hun conterfeitsels werkte vaak neutraliserend. Nadar bericht omstandig over belangwekkende wapen feiten als het fotograferen van uit een luchtballon (waarvan hij snel begreep dat er een krijgs kundig belang mee gemoeid kon zijn) en het fotograferen bij kunstlicht. Maar bij menig ver- 1. (3) Louise van Swaaij (e.a.), Atlas van de belevingswe reld Dijkgraaf Van der Vee- re, 35,00 2. (2) Ingmar Heytze e.a., Ver domd interessant, maar gaat u verder... SDU, 19,90 3. (-) K. Keuning, Geschiede nis van de weg tussen Rijn en IJ Walburg Pers, 49,50. 4. (-) Addo Stuur, Windows 98 voor senioren Bruna Uitgevers, 49,50 5. (-) Martine Delfos, Luister je wel naar mij? SWP, 39,75 5. (1) Jamie Oliver, The naked chef Kosmos, 49,90 7. (-) Theodore Zeldin, Een in tieme geschiedenis van de mensheid Nieuwezijds, 49,90 8. (-) Tijs Tummers, Het olym pisch stadion Bas Lubberhuizen, 49,90 9. (-) Penelope Casas, Tapas Bzztöh, 25,- 10. (-) Diverse auteurs, Architec tuur in Nederland jaar boek 1999-2000 NAI, Unieboek, 79,50 haal moet de lezer zich door nogal lange uitweidingen heen eten die hem weinig wijzer ma ken over de fotografie en die als getuigenissen van negentiende- -eeuwse toestanden bij andere auteurs in betere handen waren geweest. De verhalen zijn soms niet meer dan breedsprakige cursiefjes.Voor wie geïnteres seerd is in de eerste periode van de fotografie geeft het boek smakelijke informatie over za ken als het natte collodiumpro- cédé en de fotochromie. De meer algemeen in de negen tiende eeuw geïnteresseerde le zer ontmoet in dit boek een ge zellige oude baas, die van zich zelf verklaart dat hij als bijzon der bevoorrecht man vriend schappelijke relaties onderhield -meer of minder intiem- met alle beroemdheden van zijn tijd. Vele van deze beroemdhe den kennen we via de foto's van Nadar, die ongetwijfeld een be ter fotograaf dan schrijver was. Een katern van het boek is ge vuld met foto's van 19de-eeuw- se cultuurdragers. 1. (-) Kees van Kooten, Annie Bezige Bij, 20,- 2. (1) Thomas Rosenboom, Publieke werken Querido, 47,50 3. (3) Alessandro Baricco, City De Geus, 49,90 4. (-) Adam Armstrong, Het luipaardspoor De Boekerij, 34,90 5. (-) Amon Grunberg, Fan toompijn Nijgh Van Ditmar, 39,90 6. (6) Adriaan van Dis, Op oor logspad in Japan Meulenhoff, 22,50 7. (-) Conny Braam, De woede van Abraham Meulenhoff, 42,95 8. (7) Hella Haasse, Fenrir Querido, 29,90 10. (8) Zadie Smith, Witte tan den Prometheus, 39,50 J-FICTIE RECENSIE i de bloo- 'Terwijl ik angstvallig het mid den van de modderige, ver keersvrije weg aanhield, begon ik enig inzicht in de stad te krij gen. Ik stelde en passant vast dat nummer 62, No- votol Bangui, niet veel meer dan een geraamte was; num mer 54, een beschei den kruidenierswin kel, was afgebrand; en nummer 61, de Pharmacie Centrale, was geplunderd. Maar wat me meer zorgen baarde dat 56, de BCAD-bank, al leen nog de ver wrongen steunbalken resteer den, als getuigen van het laatste legeroproer. En dat alles was gebeurd na de vorige Lonely Planet-editie, die ik geacht werd te actualiseren.' Zomaar een passage uit de verzamelbundel Lonely Planet pakt uit. Een opmerkelijke uit gave in de respectable serie van reisgidsen, die in het overle vingspakket van de low-budget (wereld) reiziger niet mogen ontbreken. Niet voor niks wordt initiator Tony Wheeler door ve len gezien als beschermheilige tijdens (barre) avonturen, en zijn boekenreeks als de bijbel. Met een Lonely Planet op zak, ben je op het ergste voorbereid. Dat dit niet geldt voor de au teurs achter de vele edities, kunnen we lezen in deze hilari sche verzamelbundel. Zij waren tenslotte de eersten die voor ons het terrein verkenden en dat levert een flink aantal goede anekdotes op. De een na de an der raakt verzeild in de meest bizarre omstandigheden in ver schrikkelijke uithoeken. Na 25 jaar Lonely Planet vond Whee ler het wel eens tijd laten meegenieten vai pers. Een tipje van de sluier: Als Suzanne Possehl het Syberische dorpje Mirny voor een nieuwe Planet-gids doorkruist, wordt ze gearresteerd door de KGB. De autoriteiten geloven niet dat ze voor een reisgids werkt. Ze had nog beter een verhaaltje kunnen ophangen dat ze een professor was. Op het nipper tje weet ze te ont komen, mits ze be looft het eerste vliegtuig naar Mos kou te nemen. Kort maar krachtig is het verhaaltje van Brad Wong, die tijdens een sanitaire stop in Midden-China iets meer privacy dan de plaatselijke wilde. 'Enkele secon de later hoorde ik een plons en merkte ik dat ik in een ondiepe vijver liep. Een vleug stanklucht schudde me wakker uit mijn verdoofde toestand." Wheeler zelf blijft ook niet buiten schot. Hij komt na een zonde-reinigende voetreis in Tibet hardhandig in aanraking met een dronken Tibetaan: 'Wacht eens even, dacht ik. Dit zou me eigenlijk niet moeten overkomen. Ik ben zondevrij. Waneer je zojuist de zonden van je hele leven hebt uitgewist, is een krankzinnige Tibetaan die samen met jou in de auto probeert te komen -door de voorruit- wel het laatste dat je verwacht.' Tip voor de komende vakan tie: koop naast de 'gewone' edi tie van de Lonely Planet ook de ze bundel. Geen beter vermaak dan leedvermaak. En mocht u onverhoopt toch zelf in de pro blemen komen, dan is het een prettige gedachte dat het altijd nog erger kan, getuige deze bundel.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2000 | | pagina 27