Zoute landbouw heeft toekomst
De boer als betaalde vogelvriend
Slimme vogel
In Natura
WOENSDAG 28 JUNI 2000
Leonardo da Vinci was een begenadigd mens. Zijn roem
als schilder, tekenaar, uitvinder, ingenieur en weten
schapsman was ongeëvenaard. Zelfs wie niets van kunst
weet, kent de 'Mona Lisa'. Maar wist u ook dat hij de wa
terpomp en de draaibank construeerde en vliegmachine,
helikopter en parachute bedacht? Pas veel later zouden
deze uitvindingen in de praktijk worden gebracht en het
is maar goed dat Leonardo de gevolgen van zijn bedenk
sels nooit heeft aanschouwd. Hij zou zich de haren uit
zijn hoofd hebben getrokken wanneer hij bijvoorbeeld
getuige was geweest van de levendige oorlogstafereeltjes
van de twintigste eeuw, waarin meerdere van zijn vindin
gen een belangrijke rol speelden.
Da Vinci was een wijs en goed mens. Over het milieu bij
voorbeeld had hij het volgende te vertellen. 'De dieren lij
den en hun gejammer vervult de lucht. De bossen vallen
ten prooi aan vernietiging. De bergen worden openge
scheurd voor de metalen die in hun aderen groeien. En
de mens looft en prijst degenen die aan de natuur en aan
de mensheid de grootste schade berokkenen.'
Zo ziet men maar. Het milieu was een half millennium
geleden al onderwerp van zorg en discussie. Sindsdien is
het alleen maar erger geworden. Na de Tweede Wereld
oorlog werd het probleem pas echt urgent. U kent de kre
ten: intensieve landbouwmethoden, vergiffen, ontwate
ring, mestoverschot, verstedelijking, snelverkeer, massa
toerisme en vervuiling. Iedere meter grond wordt in cul
tuur gebracht. Nog nooit in het bestaan van de mensheid
is in zo korte tijd het gebruik van het oppervlak waarop
we leven, zo veranderd als in de afgelopen vijftig jaar.
Veel dieren, die vanouds de door de mens aangelegde ak
kers en weilanden bewoonden, hebben als gevolg van de
hedendaagse drastische veranderingen het veld moeten
ruimen. Het bestand aan tureluurs en watersnippen bij
voorbeeld is nog slechts een fractie van wat het vroeger
was. Sommige soorten weten zich echter aan te passen.
De kievit is hiervan een voorbeeld. Een jaar of veertig ge
leden leek het heel slecht te gaan met deze vogel.
Met name het grootschalig ontwateren van drassige wei
landen bracht biotoopvernietiging teweeg van deze, ons
meest dierbare, weidevogel. Een kievit voelt zich immers
het lekkerst in een gebied met een hoge grondwaterstand
en een schrale, lage plantengroei. Hij houdt van natte
voeten. De grond moet week zijn, wil hij er met zijn korte,
zachte snavel wormen, insecten en slakjes uit kunnen
peuren. Lage begroeiing geeft hem, tijdens de broedpe-
riode in de maand april, uitzicht naar alle kanten, wat
voor de veiligheid van deze bodembroeder van groot be
lang is.
Deze ideale situatie werd teniet gedaan door de kunstma
tige verlaging van het grondwaterpeil en het door kunst
mest opjagen van de groei van het gras. Ten gevolge van
dit intensieve graslandbeheer kon de eerste maaidatum
steeds verder worden vervroegd. Met als gevolg dat de
grote, snelle, moderne maaimachines over de jonge vo
gels en soms zelfs over de broedende wijfjes daverden.
Het was nog een wonder dat er überhaupt kievitkuikens
aan de vernietiging ontkwamen. De sterfte onder het klei
ne grut was enorm. Zestig procent van de pullen - zoals
de kuikens worden genoemd - werd niet ouder dan vijf
dagen. En van de jongen die ooit vliegvlug werden, haal
de veertig procent het nieuwe jaar niet.
Toch heeft de kievit het gered. Zoals gezegd: door zich
aan te passen. De vogel begon uit te zien naar nieuwe
woongebieden en wist deze ook te vinden. Als broedter-
rein werden heel andere plaatsen uitgekozen dan die wel
ke door de vogelboeken worden voorgeschreven. Zoals
akkerland. Het is tegenwoordig heel normaal dat een kie
vit op de akker broedt. Voorzichtig wordt beweerd dat
'akkerbroedende' kieviten de overhand beginnen te krij
gen doordat het broedsucces van de graslandkievit gerin
ger is geworden. Een gevolg dus van natuurlijke selectie.
Heel opvallend is verder, dat kieviten gedurende de laat
ste decennia steeds vroeger aan de leg gaan. Gemiddeld
geschiedt dit al bijna veertien dagen eerder dan in het
verleden. Alweer behoedzaam wordt verondersteld dat
deze tijdverschuiving te maken heeft met de vervroegde
maaidata. Vast staat echter dat de kievit zijn gedrag en
gewoonten wijzigt in verband met de menselijke activitei
ten. En dit vermogen zal hem behoeden voor de ellende
die veel andere weidevogelsoorten wel boven het kopje
hangt. Steeds meer blijkt dat alléén die diersoorten het
hoofd boven water zullen houden die zich weten aan te
passen aan de mens. Een soort intelligentie dus, die bijna
menselijk is; die in ieder geval leidt tot levenskracht in
een door de mens beheerste en geregelde wereld. Een le
venskracht, die niet alleen betekent dat je kunt volhou
den, maar ook dat je in staat bent opnieuw te beginnen.
THEO SCHILDKAMP
REDACTIE MARGOT KLOMPMAKER 023-5 150
Zoet water wordt steeds schaar
ser. Voedsel kunnen verbouwen
met zout water zou een uit
komst zijn. Om de groeiende
wereldbevolking te kunnen
voeden, zijn nieuwe waterbron
nen en bouwland hard nodig.
Volgens de Wereldvoedselorga
nisatie (FAO) is in tropische
landen binnen dertig jaar 200
miljoen hectare ontgonnen ak
kergrond vereist. Maar slechts
93 miljoen hectare is geschikt
voor landbouw, waarvan het
merendeel nog is bebost met
waardevolle natuur. Daarom is
er dringend behoefte aan alter
natieven.
Zoute landbouw is een kansrij
ke optie. Deze vorm van land
bouw, waarbij de grond wordt
bevloeid met zeewater, is goed
mogelijk op zandgronden van
woestijnstreken, zo blijkt uit
een jarenlange studie van we
tenschappers aan de universi
teit van Tucson, Arizona. Maar
eerst moeten voedzame, zout-
tolerante gewassen worden ge
vonden. Want de belangrijkste
voedselplanten - rijst, maïs, tar
we, aardappelen en sojabonen -
kunnen geen zout verdragen.
Er is geen tekort aan zeewater:
97 procent van al het water op
aarde zit in de oceanen. Ook
woestijngrond is er in over
vloed. Liefst 43 procent van het
landoppervlak ligt in een aride
(droog) of semi-aride gebied.
Slechts een fractie ervan echter
ligt dicht genoeg bij de zee om
in aanmerking te komen voor
zoute landbouw. Naar schatting
is vijftien procent van onont
gonnen kustgebied geschikt.
Dat komt neer op 130 miljoen
hectare grond die zou kunnen
worden veranderd in produc
tieve landbouwgrond.
Onderzoek naar zoute land
bouw gebeurt in twee richtin
gen. Geprobeerd wordt de
zouttolerantie van gangbare ge
wassen op te krikken. Zo zijn er
gerstlijnen die enigszins gedijen
op zout water. Maar de op
brengsten blijven laag en ver
edeling heeft nog geen betere
kandidaten opgeleverd. Zelfs de
dadelpalm, het meest zouttole-
rante gangbare voedselgewas,
kan hooguit tegen een zoutge
halte dat tien keer zo laag is dan
dat van de zee.
Een kansrijker benadering is
om wilde planten die van natu
re goed tegen zout kunnen, ge
schikt te maken voor menselij
ke en dierlijke consumptie.
Sommige van die halofyten
worden al eeuwenlang gegeten
door de indianen, zoals de gra
nen van de grassoort Distichlis
palmeri.
De onderzoekers hebben hon
derden halofyten van over de
hele wereld verzameld en on
derzocht op hun voedingswaar
de. Met collega's van de Ben
Gurion universiteit in Israël se
lecteerden de Amerikanen de
twaalf beste kandidaten. In
1978 begonnen ze proeven met
de meest belovende exempla
ren in de woestijn Puerto Pe-
nasco, aan de westkust van
Mexico. De planten werden da
gelijks geïrrigeerd met zout wa
ter uit de Golf van Californië.
De regenval is daar minimaal,
zodat de plant vrijwel uitslui
tend zeewater gebruikt voor de
groei.
De opbrengsten varieerden
sterk. De meest productieve
Er is zeewater genoeg: 97 procent van al het water op aarde zit in de oceanen. Naar schatting is vijftien pro
cent van onontgonnen kustgebied geschikt voor zoute landbouw. foto united photos de boer
soorten brachten een tot twee
kilo droge biomassa op per
vierkante meter, vergelijkbaar
met de oogst van een sojaveld
dat louter van zoet water afhan
kelijk is. De meest rendabele
halofyten waren zeekraal (Sali-
cornia), melde (Atripex) en
zoutgrassen als Distichlis en
Batis.
Eerst is gekeken of halofyten
gebruikt kunnen worden als
veevoer. Volgens de Verenigde
Naties is namelijk het vinden
van genoeg veevoer voor koei
en, schapen en geiten een van
de grootste landbouwproble
men in droge streken, waarvan
de helft al is geërodeerd door
overbegrazing. De meeste halo
fyten bevatten veel eiwitten en
verteerbare koolhydraten. Jam
mer genoeg, bevatten de plan
ten ook veel zout, waardoor de
voedingswaarde mindert en
een dier er minder van op kan.
Bij vrije keuze zal een dier de
zoute plant pas kiezen als alle
andere eetbare planten op zijn.
Vreemd genoeg speelt dat niet
bij menging met ander veevoer,
ter vervanging van hooi. De
zoute smaak van de mix lijkt
hun eetlust op te wekken. Scha
pen en geiten groeien net zo
hard op dit dieet zonder hooi.
En de smaak van het vlees is er
niet minder om.
Als beste halofyt kwam Salicor-
nia bigelovii, een zeekraalsoort,
uit de bus. De eenjarige vet-
plant heeft geen bladeren en
verspreidt zich over modderige
schorren via zaadproductie.
Deze zaden zijn rijk aan olie en
eiwitten en bevatten nauwelijks
zout. De eetbare olie, die veel
lijkt op olijfolie, bevat meervou
dig onverzadigde vetzuren ei
proeft een beetje als noten. E
veldproeven in Egypte, de Ar
bische Emiraten, Saudi-Arab
en India werden opbrengstei
gehaald hoger dan die van sc
bonen op basis van zoet wat<
De normale irrigatieapparati
kan zonder problemen word
gebruikt voor zeewater.
Gewassen worden normaal j
besproeid als de grond voor
helft is uitgedroogd. Boeren
vullen alleen het hoognodige
water aan dat door de plant
verbruikt. Maar bij irrigatie n
zout water ligt dat anders. D<
bodem moet dagelijks over
vloedig worden bevloeid om
zoutophoping in de wortelzo
tegen te gaan, die de groei zo
belemmeren. Gezocht wordts"
naar de beste manier om de
kers te bevloeien. De grootsti
kostenpost is immers het op
pompen van het water uit de
zee naar de akkers. Het i
bruikte zeewater stroomt on
dergronds vanzelf terug.
Er wordt ook geëxperimentei
met combinaties van halofyt
met garnalenteelt langs de ki ot
in Zuidoostazië. Grootschalij3
garnalenkwekerijen veroorza
ken nogal eens algenbloei eno
ziekten in rivieren of baaien
waar hun voedselrijke afvalw
ter naar toe stroomt. Door di
water om te leiden langs vele
met halofyten kunnen de vo<
dingsstoffen opnieuw worde
gebruikt. Hierdoor kan het
bruikte water weer schoon d
zee instromen.
PETER DE JAEGER»
Boeren als vogelvriend, of als
liefhebber van distels. Dat lijkt
vreemd. Want een beetje boer
is in de ogen van het publiek uit
op extra liters melk en de pro
ductie van sukadelappen. Die
vogels en distels zitten dus al
leen maar in de weg - met de
trekker ben je er zo overheen.
Een even voor de hand liggend
als achterhaald beeld. Inmid
dels zijn zoveel boeren met na
tuurbescherming bezig, dat het
ministerie van landbouw met
de handen in het haar zit.
Formeel heet het 'Programma
Beheer', maar agrariërs hebben
het ook wel over de 'vogeltjes
regeling'. En daarmee is direct
aangegeven wat één van de
speerpunten van het agrarisch
natuurbeheer is: de bescher
ming van vogels.
Neem de pittoreske boerderij
van Bert de Groot in Kamerik,
letterlijk onder de rook van de
randstad. Weilanden kunnen
niet groener, luchten niet blau
wer. Het soort land waarvan de
onwetende voorbijganger al wel
vermoedt dat vogels hier een
aardige thuishaven hebben. De
balans op het land van De
Groot: één nest van een ture
luur, vijf grutto's, twaalf kievi
ten en een scholekster.
Voor elk nest krijgt boer De
Groot een vergoeding, die vari
eert van 50 gulden tot 150 gul
den per nest, afhankelijk van de
vogelsoort. De boer moet er wel
wat voor doen. Het grasmaaien
moet bijvoorbeeld een paar we
ken worden uitgesteld. En dat
lijkt simpeler dan het is. „Gras
verhout zich snel, de energie
gaat eruit", zegt boer De Groot.
,,Het mooiste gras voor melk
koeien, moet in mei worden ge
maaid, daarna wordt het min
der smakelijk."
Maar ondanks die constatering
is De Groot pas een week of
twee geleden met de maaima-
chine over het land gegaan.
Vanwege de vogels. „Voor de
grutto moet je dan nog wel aan
nazorg doen. Je moet dan van
de trekker af, want die kuiken
tjes lopen door het veld." Om
de kuikens kans op vluchten te
geven, houdt de boer een lange
strook gras ongemaaid - schuil-
mogelijkheden te over. „Als dan
toch nog een nest wordt opge
geten, dan kan ik daar heel ver
drietig van worden."
De Groot was in 1995 één van
de eerste boeren in het Groene
Hart die zich actief ging bezig
houden met bescherming van
de natuur. Eerst in de vorm van
een experiment met zo'n 40
boeren. Nu zijn het er ruim 100
en is er een heuse agrarische
landschaps- en natuurvereni-
ging met 400 leden.
De Groot is een vertegenwoor
diger van de meest voorkomen
de 'mengvorm' van praktische
economie en haalbaar natuur
beheer: als boer weet hij dat z'n
bedrijf met 50 melkkoeien en 50
fokschapen gewoonweg moet
renderen, anderzijds kan hij
werkelijk plezier beleven aan
het herstel van de natuur om
zijn hoeve.
Naast de 'vogeltjesregeling' is
daarom ook slootkantbeheer op
•zijn boerderij aan de orde. Een
meter uit de slootkant mag niet
worden bemest of gemaaid. Ge
volg: niet alleen liefdevolle blik
ken bij het zien van een kievits
nest, maar ook bij het aange
zicht van een kale jonker, een
distelsoort.
„Vroeger vonden we alle distels
onkruid. Ze moesten er snel uit,
want ze overwoekerden snel en
worden niet gegeten. Maar er
blijkt toch een groot verschil te
zijn tussen de ene en de andere
distel. De kale jonker is een leu
ke stekel, die geen overlast
geeft."
De ontwikkeling in het Groene
Hart staat model voor de rest
van Nederland. Het aantal boe
ren dat deelneemt in soortgelij
ke projecten groeit stormachtig.
In het Groene Hart zijn de pro
jecten met 121 procent overte-
kend, in sommige gebieden el
ders in Nederland ligt dat per
centage zelfs op 500.
Sommige boeren hadden altijd
al iets met vogels en planten,
voor anderen is het gewoonweg
een leuke bijverdienste. „We
bleken als boeren toch veel
meer aan de natuur te kunnen
doen dan we misschien dach
ten. Maar er moet niet het mis
verstand ontstaan dat je met
agrarisch natuurbeheer een be
drijf in stand kunt houden. Je
moet een economisch gezond
bedrijf hebben. Ik zeg wel eens:
'het is mijn vakantiegeld. Je
kunt er niet van leven, maar het
is mooi meegenomen."
Bio-landbouw goed voor natuur
Biologische landbouwbedrij
ven leveren niet alleen gezond
voedsel, maar zijn tevens gun
stig voor de populatie van wil
de planten en dieren. Een
Britse studie toont aan dat flo
ra en fauna rijker en gevari
eerder zijn op biologische
boerderijen vergeleken met
gangbare landbouwbedrijven.
De verschillen zijn het grootst
op akkerland. Op percelen
waar niet wordt gespoten, ko
men tot vijf keer zoveel plan
ten voor, en bijna zestig pro
cent meer soorten. Vogels zijn
eveneens uitbundiger aanwe
zig. Ook insecten en geleed-
potigen komen in grotere aan
tallen en variëteiten voor.
Eerdere veldstudies beperkte c-
zich tot inventarisaties van dj
perceelsranden. Dat onder
zoek keek vooral naar wat er
zoal voorkomt in het midder
van de percelen. Zelfs wilde
bedreigde planten werden g<
signaleerd in de akkers tusse
het graan en aardappelen.
gangbare landbouw kun je
hooguit de akkerranden ver
beteren door kunstgrepen, z
als het inzaaien van bloemer
aan de randen. Maar bij biol
gische landbouw zijn de voo
delen groter en zijn onderde
van het systeem zelf', aldus
onderzoeker Gundula Azeez
Meeuwen in de aanval
De beroemde grote kolonies meeuwen aan de Britse kusten n<C,
men in aantal af. Steeds meer meeuwen zoeken hun heil in dev<
binnenlanden van het eiland waar ze in steden relatief eenvoi 1
dig aan voedsel kunnen komen. Het aantal aanvallen van
meeuwen op mensen, ooit door Alfred Hitchcock verbeeld in n
film Birds, neemt hand over hand toe.
De stedelijke populaties meeuwen groeien soms met zo'n 20
procent per jaar, terwijl de meeuwenpopulatie als geheel af
neemt. Volgens Ian Mitchell, woordvoerder van een Britse
groep meeuwenonderzoekers, zijn in onder meer Birminghan
Edinburgh, Glasgow en in zuidelijk Londen steeds vaker meei
wenkolonies te zien, vooral in de buurt van de vuilstort.
De Britse vogelbescherming stelt dat de ongekende hoeveelhe
afval van de stedelingen veel meeuwen van de kusten weglokt
Meer dan 10 procent van alle meeuwen in Groot-Brittannië
leeft intussen uitsluitend op gebouwen.
Vooral bouwvakkers en dakdekkers in de stedelijke gebieden 2(
ondervinden hinder van de soms agressieve meeuwen, die ze-JV
ker in de broedtijd er niet voor terugdeinzen mensen aan te vj ro
len. Soms kotsen ze ook over hun aanvallers heen.
0(
Minilaboratorium
Wetenschapper Sebastian
Böhm werkt aan het ontwik
kelen van een microlaborato
rium voor bloedonderzoek.
Het geheel zal niet groter zijn
dan een luciferdoosje. Hij pro
moveert vrijdag aan de Uni
versiteit Twente op zijn vin-
ding.
Het is een middel om stoffen
in het bloed sneller en effici
ënter te analyseren. Dat is on
der meer belangrijk voor in-
tensivecarepatiënten bij wie
het bloed voortdurend moet
worden gecontroleerd. Ver
plegend personeel hoeft dan
niet meer steeds bloed af te
nemen.
Via de methode van Böhm
kunnen de concentraties stof
fen in een bloedmonster van
minuut tot minuut worden
gevolgd. De wetenschapper
heeft nog geen kant en klaar 4J
systeem, maar drie compo
nenten die in een vervolgon-jO(
derzoek moeten worden sa
mengesmeed. De componei|4;
ten bestaan uit een pompje,
sensoren en een doseersys-
teem. Bij de patiënt wordt oi
derhuids een naaldvormige
sonde aangebracht. Aan de
naaldpunt zit een membraai
die bepaalde bestanddelen
van bloed, bijvoorbeeld gluclï
se en natrium, eruit zeeft.
Böhm verwacht dat het lab
over twee jaar volledig is ont3(
wikkeld. Vervolgens wordt h
systeem op vrijwilligers uitgcJS
probeerd.
U Z Z E L
Cryptogram
Horizontaal: 1Defensief talent? (8); 5. Hij laat met zich
sollen op een muziekfeest (8); 6. Zonder U raakt een
kluit in de knoop (4); 8. Heeft tenen genoeg, maar kan
er niet op lopen (4); 10. Wettige lijn (5); 12. Met een
gat erin voor een mogelijk grote afzet (5).
Verticaal: 1. Groeiende kerk? (6); 2. Haarman steunt
de kunst (6); 3. Fortuinlijk haarvet voor een kleintje (5);
4 Gebak als toetje voor een luiaard (5); 7. Minder
gevuld met militairen (5); 9. Door die menigte gaat de
academicus tegen de vlakte (4); 11Houdt toezicht op
deze Europeaan! (3).
HET WEER
Oplossing van dinsdag:
rage-jager-Jaeger
saai-alias-Alikas
rang-garen-Zanger
meer-armee-Zeearm
snor-frons-Onfris
gala-egaal-Regaal
koet-knoet-Kanoet
sier-ereis-Erosie
rots-roest-Sector
teen-lente-Tellen
Gevraagd woord: JAZZORKEST
Warmer weer
Er blijft niet veel over van de voor juni ta
melijk grote thermische voorsprong. Dank
zij de hitte stond De Bilt een week geleden
op gemiddeld 17,1, thans nog maar 16,3
graad. De maand komt hoogstwaarschijn
lijk wel boven de normale waarde van 15,2
graad uit. Daarmee wordt het alweer de
twaalfde te warme (zachte) maand in suc
cessie.
Verder lijkt het koele weer van de laatste
dagen met juli op de kalender voorbij te
zijn. Onder invloed van een vlak lagedruk
gebied boven de Britse eilanden, dat zich in
de loop van het weekeinde tot over onze
streken gaat uitbreiden, warmt de atmos
feer op. Zoals het zich nu laat aanzien stijgt
de temperatuur op zondag tot waarden
rond 23 graden. Wel neemt de onstabiliteit
van de atmosfeer toe, hetgeen tot uiting
komt in een toenemende kans op een re
gen of onweersbui. Ik hou, zeker voor wat
betreft een eventuele temperatuurstijging,
nog wel even een flinke slag om de arm.
Op grond van het Duitse atmosfeermodel
gaat er toch behoorlijk wat dreiging uit van
een depressie boven de Oostzee. Mocht de
invloed van dit systeem te groot blijven,
dan blijft de wind uit het noordwesten en
stellen de thermometers zich uiteraard ta
melijk gematigd op. Bovendien blijft er een
vrij grote kans op wolkenvelden.
Morgen schijnt af en toe de zon en wat on
ze regio betreft blijft het droog. In het uiter
ste noordoosten zou wel wat regen kunnen
vallen. De temperatuur stijgt tot rond 1
graden en er waait een meest matige
noordwestenwind. Donderdagavond
krimpt de wind naar het westen. Gistere
heeft vooral tijdens de middaguren de z
geschenen. Wat opviel was het intens bl
we zwerk: een teken dat schone en drog
lucht vanuit de poolstreken werd aange
voerd. De temperatuur steeg in de duin<
bij Bloemendaal tot 17,7 graad, op Schij
hol tot 17,1 en Valkenburg meldde 16,4.
het noorden van Rusland werd plaatseli Jf
alweer de derde tropische dag op rij ger
streerd. Kortom de rollen zijn volledig o j(
Een kievit broedt in een nestbeschermer, die moet voorkomen dat grazend vee de eieren vertrapt.
foto martijn de jonce