Schertscampagne
in de jungle
éA
TT
Uitspraak
ZATERDAG 20 MEI 2000
nenland van Suriname lijkt de tijd te hebben stilgestaan. De bewoners wachten al jaren op de ontwikkeling van het gebied. Er is weinig hoop dat er na de komende verkiezingen iets zal veranderen.
FOTO CPD WIETZE LANDMAN
Het bosnegerdorp
Drietabbetje staat op zijn
kop. Er wordt flink
campagne gevoerd voor de
algemene verkiezingen van
25 mei, die een nieuwe
president van Suriname
moeten opleveren. Vliegtuig
en bootladingen vol met
propagandamateriaal en
geschenken worden
aangevoerd om de
bosnegerbevolking te paaien.
De bewoners van
Drietabbetje grijpen de gekte
aan om flink wat geld te
verdienen - bijvoorbeeld
door propaganda te maken
voor een partij waar ze nooit
op zouden stemmen. Een
reportage over een bizarre
verkiezingscampagne in het
Surinaamse regenwoud.
et huis van Clarence Pieka in het
I bosnegerdorp Drietabbetje in Surina-
mIL me lijkt een bolwerk van de propagan
disten van de Nationale Democratische Partij (NDP)
van ex-dictator Dési Bouterse. Vlaggen in paarse par-
tijkleuren en het overeenkomstige T-shirt doen ver
moeden met een NDP'er in hart en nieren te maken
te hebben. Schijn bedriegt. „Ik stem niet op ze", zegt
Pieka doodleuk.
Granman Gazon, het grootopperhoofd van de Au-
caners, zoals het bosnegervolk in het Marowijnege-
bied wordt genoemd, woont in een huis dat letterlijk
en figuurlijk uitsteekt boven de andere woningen in
Drietabbetje. Terwijl de naar schatting driehonderd
bewoners van het dorp veelal in traditionele huisjes
zijn gevestigd, zetelt Gazon in een stadse woning op
hoge neuten.
Voor buitenstaanders is het opvallendste optrekje
echter het Moeno Oso. Hier moeten de bosneger
vrouwen die ongesteld zijn, verplicht vijf dagen lang
hun tijd door zien te komen. Ze mogen zich in die
periode volgens de Aucaanse wetten niet onder de
andere dorpsbewoners mengen. „Het valt wel mee
hoor", zegt de twintigjarige Daniella Felanti, die nog
drie dagen van haar maandelijkse verbanning voor
de boeg heeft. „Er zijn altijd wel vriendinnen om
mee te praten en te lachen."
Feestgedruis
Ze mist echter wel een deel van het feestgedruis dat
Drietabbetje met het oog op de algemene verkiezin
gen van 25 mei op zijn kop zet. Een belangrijke stem
busstrijd, want het nieuwe parlement dat hier uit
voortkomt zal voor de Surinamers een nieuwe presi
dent aanwijzen. De partijen laten niets aan het toeval
over om de kiezers op hun hand te krijgen. Vliegtuig
en bootladingen vol met propagandamateriaal en
geschenken worden ingezet om de bosnegerbevol
king te paaien.
De bewoners van Drietabbetje grijpen de campag-
negekte aan om flink wat geld te verdienen, want
propaganda voeren doet de kassa rinkelen. Het De
mocratisch Nationaal Platform 2000 (DNP2000) van
de zittende president Jules Wijdenbosch tast het
diepst in de buidel, op geringe afstand gevolgd door
de NDP van Bouterse. Dankzij die geldelijke belonin
gen sieren vlaggen met de verschillende partijkleu-
ren het hele dorp. Bosnegers met megafoons
schreeuwen de hele dag dat de partij waar zij recla
me voor maken de beste is, terwijl op de Tapanaho-
ny-rivier korjalen af en aan varen met propaganda
materiaal en cadeaus voor de bevolking.
De NPS, NDP en DNP2000 zijn het nadrukkelijkst
aanwezig. De NPS'ers hebben hun boot vol geladen
met rijst, drank en vlaggen, die bij de verschillende
dorpjes worden uitgeladen. De rijkste, en dus ook
vrijgevigste partijen zijn echter de NDP en DNP2000.
„Ik voer campagne voor de NDP omdat mij dat
veel voordeel brengt. Een paar jaar geleden heb ik
een boot en buitenboordmotor van ze gehad. Nu is
mijn bril kapot, dus als Bouterse hier is zal ik hem
vragen voor een nieuwe bril te zorgen. En dat doet
hij dan ook. Maar op 25 mei stem ik op de Bosneger
Eenheids Partij (BEP), want er moet iemand van ons
eigen volk president worden. Bouterse als president
is niet goed voor het land", zegt een bewoner.
Zo denken er meer over, zoals Iwan Kwasibi, eige
naar van een guesthouse en bootsman. „Ik ben zelf
NDP-lid geweest. Daar is niets mis mee. De decem
bermoorden van 1982 worden Bouterse aangere
kend, maar Bouterse zelf heeft gezegd dat het om
een complot ging. Het was hij of zij. En soms heiligt
het doel de middelen. De revolutie van de jaren tach
tig was een middel om een bepaald doel te bereiken.
Partijen paaien
bosnegers in bizarre
stembusstrijd
Bouterse is weliswaar goed als leider, maar niet als
president. Suriname zou daardoor in een isolement
raken", beseft Kwasibi.
Ook ex-Junglecommandoleider Ronnie Brunswijk,
lijsttrekker van de Algemene Bevrijdings- en Ontwik
kelingspartij (ABOP), ligt niet meer goed in het Ama
zoneregenwoud. Kwasibi: „Brunswijk is geen politi
cus. Hij heeft zijn tijd gehad. We hebben aan hem te
danken dat de binnenlandse oorlog de bewustwor
ding over de ontwikkeling van het binnenland op
gang heeft gebracht en de politici in Paramaribo wat
meer rekening met onze bevolking zijn gaan houden.
Maar helaas is de echte ontwikkeling hier tot op he
den nog uitgebleven."
Onderwijs
Kwasibi is er de man niet naar om teveel terug te
blikken. „Dat heeft toch geen zin. Waarom zouden
wij ons bijvoorbeeld druk moeten maken om wat er
in de slaventijd is gebeurd, over hoe mijn voorouders
toen door de Hollanders zijn behandeld? Het is nu
eenmaal zo gegaan. Als ik in Afrika had gewoond was
ik misschien invalide geweest. Ja toch? Je moet tevre
den zijn met wat je hebt. Het is veel beter om naar de
toekomst te kijken. Het is nu het jaar 2000 maar wij
leven hier nog in de zestiende eeuw. Het belangrijk
ste waar wij hier behoefte aan hebben is goede com
municatie en goed onderwijs. Daar ontbreekt het
vooral aan. We weten nauwelijks wat er in Paramari
bo gebeurt, laat staan in de wereld. We zijn verstoken
van radio, televisie, telefoon en internet. Zonder
communicatie krijg je de ontwikkeling niet op gang."
De gevolgen van het slechte onderwijs in het bin
nenland maakt Kwasibi van heel dichtbij mee. „Je
wordt als vader heel ongelukkig als je zestienjarige
dochter aan je vraagt of je iets wilt voorlezen, omdat
ze het zelf nauwelijks kan. Ik vraag mij vaak af hoe
dat moet als ik ouder ben. Voor het guesthouse moet
je de mensen toch in redelijk Nederlands te woord
kunnen staan en kunnen lezen en schrijven. Maar zij
is met het onderwijs dat ze heeft gehad, niet in staat
om het op termijn van mij over te nemen. Van mijn
acht kinderen zit er slechts een op de middelbare
school in Paramaribo. Voor de anderen kan ik dat
niet betalen. Het internaat alleen al kost 35.000 gul
den (ruim vijftig Nederlandse gulden: AS) per
maand. Bovendien kun je je kind als het in de stad
zit niet de opvoeding geven die je als vader wilt. Dat
is frustrerend."
Drievoudige
Ondanks de achterblijvende ontwikkeling is de tijd in
Drietabbetje en de andere dorpen langs de rivier niet
helemaal stil blijven staan. Want terwijl bosneger-
vrouwen in het rivierwater de was doen en jonge
mannen in datzelfde water hun tanden poetsen, ver
storen de klanken van UB40 uit een stereo-installatie
het idyllische sfeertje. In de vele winkeltjes zijn veel
van de producten te vinden die ook in de supermarkt
in Paramaribo liggen. Het assortiment is echter be
perkt en de prijzen zijn het drievoudige van wat de
consument er in de stad voor betaalt.
„De mensen in Paramaribo beseffen vaak niet hoe
duur het leven hier is", zegt een bewoner van het
twee uur stroomafwaarts gelegen Stoelmanseiland.
„De goederen moeten eerst twee uur over de weg
worden vervoerd naar Albina, waarna het een tocht
van minstens acht uur over de rivier maakt. En wij
vallen hier uit de boot als het gaat om een kindertoe
lage. Ouderen moeten maanden wachten tot ze hun
overheidspensioen krijgen. En die ambtenaren kon
digen niet aan dat ze komen om uit te betalen, dus
een hoop mensen melden zich dan niet om te ont
vangen. En geloof mij maar dat die ambtenaren dat
geld in hun eigen zak steken. Het wordt daarom tijd
dat er eens een bosneger president van dit land
wordt, zoals Allendi van Broederschap en Eenheid in
de Politiek (BEP). Dan komt de ontwikkeling van het
binnenland eindelijk eens op gang. Hij weet wat er
speelt en waar er echt behoefte aan bestaat. Of die
man eerlijk is? Ik zou het niet weten. In dit land is het
toch altijd zo dat wie dicht bij de pot zit er maar al te
graag in graait."
Stoelmanseiland, of Stoelie zoals de bewoners het
zelf noemen, ligt op het punt waar het water van de
Tapanahony-rivier zich bij de Marowijne voegt. Het
was in de tweede helft van de jaren tachtig het
hoofdkwartier van Brunswijk en zijn guerrillaleger,
maar is nu nog maar een schim van de glorietijd van
voor de oorlog. Alleen aan het werk van de Evangeli
sche Broedergemeente en de Medische Zending, de
'flying doctors' van Suriname, heeft de gemeenschap
te danken dat het nog bestaat.
Ook hier lijkt de NPS aan de winnende hand.
„Maar als het aan de bewoners ligt neemt Nederland
in Suriname de touwtjes weer in handen. Voor de
onafhankelijkheid in 1975 was het leven hier veel be
ter. De gezondheidszorg was toen nog helemaal gra
tis. Als je nu ziek bent word je nog wel behandeld,
maar de medicijnen moeten we zelf betalen. Veel
mensen kunnen dat niet. Er gaan hier daardoor nog
altijd enorm veel mensen aan malaria dood."
Alles aannemen
Clarence Pieka, de NDP-propagandist in Drietabbe
tje, heeft zijn paarse outfit inmiddels vervangen door
een T-shirt van de Kaum Tani Persatuan Indonesia
(KTPI), de Javaanse partij die bij de verkiezingen een
combinatie vormt met de DNP2000 van president
Wijdenbosch. „Ik ga naar een DNP-feestje in een
dorp verderop. Lekker eten en drinken," lacht hij.
„Zo gaat dat hier. We zeggen tegen iedereen dat ze
alles moeten aannemen wat ze van de partijen krij
gen. Of het nou een buitenboordmotor, een zak rijst
of geld is. Profiteer ervan dat er zo wordt uitgedeeld.
Maar op 25 mei zullen de meeste mensen voor de
NPS kiezen. De NDP heeft het in de afgelopen vier
jaar dat ze aan de macht zijn geweest helemaal ver
pest. Het land is er alleen maar op achteruit gegaan.
Bouterse en Wijdenbosch hebben met hun persoon
lijke machtsstrijd de ontwikkeling van Suriname stil
gelegd en de staatskas leeggeroofd. Er zijn twee enor
me bruggen gebouwd, maar daar hebben wij in het
binnenland toch niets aan. We kunnen niet eens in
de stad komen, dat is bijna onbetaalbaar geworden."
Voordat Pieka in de korjaal springt die hem naar
het feest zal brengen, samen met een vrolijk gezel
schap gehuld in de outfit van NPS, NDP en
DNP2000, zegt hij dat hij NPS-voorzitter Venetiaan
nog een nieuwe kans geeft: „Tussen 1991 en 1996,
toen hij ook president was, heeft hij het land uit een
heel diep dal gehaald. Hij heeft zijn werk niet kun
nen afmaken. In plaats daarvan is alles wat hij had
bereikt weer vernietigd. Daarom komen wat mij be
treft Wijdenbosch en Bouterse niet meer terug."
ARMAND SNIJDERS
Onze Taal
Geregeld zit ik in een vergadering
en de voorzitter begint dan met de
notulen van de vorige keer. Hij
spreekt dat woord uit als 'no-TU-
len', met klemtoon op de tweede
lettergreep. Ik vind dat niet juist.
Net zo verkeerd als dat sommige
mensen 'pa-GI-na' zeggen. Het
klinkt me in de oren alsof een klein
kind een moeilijk woord uitspreekt
en niet weet hoe het moet.
Wat moet ik doen? Het is een aardige
voorzitter. Moet ik bij de rondvraag
voorstellen om voortaan allemaal 'NO-tu-
len' te zeggen, met klemtoon op de eerste
lettergreep, zoals het hoort volgens mij?
Dat heeft geen zin. Ik kan voorspellen wat
hij zeggen zal. Hij zal zeggen dat 'no-TU-
len' even goed is. Daarom houd ik mijn
mond.
Er zijn nogal wat van die woorden die de
mensen verschillend uitspreken. 'Revolu
tie' bijvoorbeeld, wat volgens mij als 'revo-
luutsie' moet klinken, met een hoorbare t-
klank erin, maar veel mensen zeggen 'revo-
luussie'. Of 'auto' in plaats van 'oto', wat ik
ook helemaal verkeerd vind. Om nog maar
te zwijgen van 'tram' met een -a- erin, in
plaats van 'trem'. Wat kan ik eraan doen? Ik
zeg en ik schrijf er maar niet over. Met als
gevolg dat menigmaal een krantenlezer mij
een brief schrijft: man, zeg toch eens hoe
het moet! Als ik dan toch eens iets zeg, zo
als vandaag, is het gevolg dat ik brieven
krijg van tien andere lezers, die allemaal
komen betogen dat 'revoluussie' en 'tram'
en 'auto' algemeen aanvaarde uitspraken
zijn. Dat zal zo wezen, maar niet door mij
aanvaard.
Ik bedoel maar: er is enige moed voor no
dig om te zeggen hoe de uitspraak van al
lerlei woorden is. Daarom alleen al verdie
nen Josée van Heemskerk en Wim Zonne
veld onze lof, die een 'Uitspraakwoorden
boek' hebben samengesteld (uitg. Het
Spectrum, Utrecht: ISBN 90 274 4482X). In
hun inleiding zeggen ze dat hun woorden
boek beschrijvend is: men kan erin vinden
hoe men de woorden uitspreekt, niet wat
de voorkeur heeft. Dat is heel verstandig,
en er staat in de keurige en duidelijke inlei
ding nog wel meer waarvan je hoopt dat de
gebruikers het zullen lezen, maar ik ver
wacht niet dat het gebeurt. De meeste ge
bruikers kijken ten onrechte nooit naar
zo'n inleiding en willen alleen maar weten
hoe het woord 'cello' moet uitgesproken
worden. Is het 'sello', 'sjello' of'tsjello'? Een
poosje geleden heb ik daarover een stukje
geschreven, naar aanleiding van de jongste
druk van de dikke Van Dale, die sinds 1999
eveneens aanwijzingen geeft voor de uit
spraak. Van Dale geeft als uitspraak bij cel
lo: 'tsjello', en verder niets. Het nieuwe uit
spraakwoordenboek van Heemskerk en
Zonneveld geeft 'sello' (en verder niets),
wat naar mijn mening alvast dichter bij de
feiten is. Hoewel naast 'sello', wat waar
schijnlijk het meeste voorkomt, en 'tsjello'
(zoals Van Dale het uitspreekt) ook de uit
spraak 'sjello' bepaald niet ongewoon is.
Je kan als woordenboekenmaker wel be
schrijvend willen zijn, een groot deel van
de gebruikers vat het toch op als norm: zo
moet het.
Wat nu die revolutie betreft, Van Heems
kerk en Zonneveld geven 'revoluutsie',
maar vermelden erbij dat in België ook 're
voluussie' gangbaar is, hetgeen me juist
lijkt. Bij 'auto' staan de twee uitspraken ge
woon naast elkaar. Ook juist. Idem bij 'no
tulen'. Ook juist, 't Is te zeggen, dat ze alle
bei voorkomen. Het staat iedereen vrij om
strenger te zijn dan dit uitspraakwoorden
boek. En bij 'werkgelegenheid' wordt zelfs
uitgelegd wanneer we 'WERK-gelegenheid'
zeggen en wanneer 'werkge-I.H-genheid'.
Onvermeld blijft dat in België menigeen
ook wel 'veer-TIEN' zegt, naast 'VEER-tlen'
(afhankelijk van de plaats in de zin) en in
Nederland niemand. Of dat oudere mensen
rrog wel 'KLIM-op' zeggen, waar anderen
van 'klim-OP' spreken.
Kortom, niet alles staat erin, en niet alle
netelige kwesties worden opgelost maar
wie dat wil, zoekt eigenlijk een dictator.
Dan ben je bij Van Heemskerk en Zonne
veld (gelukkig) aan het verkeerde adres. Zij
hebben een nuttig, belangrijk en goed uit
spraakwoordenboek samengesteld. Van nu
af aan onmisbaar voor iedereen die be
roepshalve met gesproken taal te maken
heeft.
Een goed woordenboek is nooit meteen
perfect. Het moet de kans krijgen te groei
en. In een volgende editie zullen nog enke
le vergissingen en kinderziektes overwon
nen zijn. Bijvoorbeeld dat men in de inlei
ding denkt dat we 'kristal-HEL-der' zeggen,
maar op z'n alfabetische plaats is het (te
recht) 'kris-TAL-helder'. Ik wens dit boek
menige herdruk toe.
JOOP VAN DER HORST
universitair docent Nederlands