De ene
comeback
is de
andere
niet
c
ZATERDAG 20 MEI 2000
Supersister - een voormalig schoolorkest, met onder anderen Robert Jan Stips (links op de foto) - geeft in september drie concerten
in de Verenigde Staten. archieffoto
Pop-reünies niet altijd even succesvol
Net als Doe Maar zijn de afgelopen tijd ook
andere voormalige Nederlandse popbands
teruggekeerd naar de podia. Kayak, Supersister
en Gruppo Sportivo hebben inmiddels ook
aangekondigd weer te gaan optreden. 'Iedereen
weet nu dat het kan: op latere leeftijd weer bij
elkaar komen en succes hebben.'Maar de ene
comeback is de andere niet. Terwijl Doe Maar
wekenlang Ahoy' weet te vullen, moeten The
Shoes en wat er nog over is van Shocking Blue
zich tevreden stellen met braderie-werk.
en comeback is iets van alle tij-
j den, ook als het popgroepen be-
treft. Al in 1980 keerde de ooit zo
succesvolle Haagse band Q65 terug naar de
podia. 'De Kjoe' had zo lang stilgelegen dat
de leden met geleende instrumenten moes
ten werken. Joop Roelofs speelde op de gi
taar van Roelofs junior, die destijds bij de
Urban Heroes zat. De drummer leende het
slagwerk ook van zijn zoon. Zanger Wim Bie-
ler moest voor het eerst met een moderne
geluidsinstallatie werken, wat een onthut
sende ervaring was. „Gadverdamme, ik hoor
mezelf!" riep hij volgens de overlevering op
de roemruchte Haagse Beatnach van 1980.
Q65 bracht een ongegeneerd soort kabaai
punk avant la lettre in steenkolen-Engels
met een Haags accent. Het onderscheid tus
sen majeur en mineur vervaagde soms, maar
de musici wisten probleemloos de volume
knop te vinden. Een paar jaar na de weder
opstanding viel de band voor de tweede keer
uiteen. Bassist Peter Vink bleef 'in het vak',
maar volgde dan ook op latere leeftijd een
muziekopleiding.
Het gebrek aan vakbekwaamheid is meni
ge popmuzikant van de protestgeneratie le
lijk gaan opbreken. Wie het ontbreekt aan in
strumentale techniek en theoretische kennis,
kan onverwacht worden geconfronteerd met
de keuze: muzikant blijven en jaar-in-jaar-
uit de oude successen nog eens dunnetjes
overdoen, of toch maar naar het uitzendbu
reau gaan.
Schrikbeeld
Het is een waar schrikbeeld voor menige
jonge muzikant: oud worden en je geld moe
ten verdienen op braderieën. Want dat ge
beurt. Shocking Blue, de Tee Set, The Shoes,
ze bestaan allemaal nog, al zal dat menige
veertiger en vijftiger zijn ontgaan. Ze leiden
een onopvallend bestaan in discotheken,
sporthallen en back-to-the-sixties partijtjes.
Nog niet zo lang geleden gaven The Shoes
- ooit goed voor een hele rits hits - acte de
présence op het Noord-Aa strand bij Zoeter-
meer. Daar luisterden ze een 'Beachvolley-
bal-spektakel' op. 'Het middelbare kwintet
musiceerde in een tent en speelde daar zo
wel dansmuziek als meezingers, waaronder
uiteraard Nanana en Osaka. Tot ze plaats
moesten maken voor de juryvoorzitter, die
liet wgten dat De Zandhappers en De Ram
pestampers tot de finale waren doorgedron
gen.
Amersfoorter Jim ten Boske (53) doet daar
niet aan mee. De voormalige Shoes-gitarist -
hij zat drie jaar bij de succesband - ging naar
het conservatorium en werkt nu als muziek
docent in Utrecht en Enschede. Daarnaast
componeert en musiceert hij nog steeds.
„De Shoes teren op oude roem. Die tijd, die
muziek, die heb ik achter mij gelaten. Het
waren aardige jongens, maar geen grote mu
zikanten. Ik moest de instrumenten voor ze
stemmen. Ze hebben nu een horecazaak in
Leiden en schnabbelen links en rechts. Ze
hadden miljonair kunnen zijn. Maar veel
jonge muzikanten joegen het geld er door
heen, niet beseffend hoe vergankelijk de
roem is. Je kent 't wel: dure auto's kopen en
de blits maken in het café."
Hoe het met popartiesten in hun nadagen
kan aflopen, werd hem duidelijk toen hij
destijds met de Bumble Bees het voorpro
gramma verzorgde gedurende een tournee
van Bill Haley and his Comets. „Meneer Ha
ley deed niets anders dan zijn oude hits her
kauwen. Elke avond Rock Around The Clock.
Aan het slot moest zijn bassist steeds weer
die act opvoeren waarbij hij met de contra
bas op de grond ging liggen. De rest van de
avond speelde hij basgitaar, want dat vond-
ie makkelijker. Ik ging heel bewust naar het
conservatorium om mij van een solide basis
te voorzien."
Leeftijdloos
Tegen popmuzikanten op leeftijd op zich
heeft Jim ten Boske geen bezwaar. „De Gol
den Earring draait nog steeds goed, bijna
Gruppo Sportivo, de pretband rond Hans Vandenburg (op de foto met pet en bril), doet na de zomer een zoveelste po
ging zich weer op de hitlijsten en podia te manifesteren. archieffoto
veertig jaar na de oprichting. Maar die jon
gens hebben zich dan ook ontwikkeld. Ze
zijn er in geslaagd alle muzikale trends te
volgen. Ze hebben meer lef en bevinden zich
als Hagenezen nog midden in de scene.
Daarmee vergeleken zijn The Shoes toch
meer de behoudende plattelandsjongens uit
Zoeterwoude. Met leeftijd heeft dat niet zo
veel te maken. Tegenwoordig is pop iets leef
tijdloos, net als jazz. Vroeger was het uitslui
tend iets voor jonge mensen. Ik weet nog dat
wij, toen ik twintig werd, tegen elkaar zeiden:
nou moet er héél gauw een hit komen, an
ders is het te laat, want als je dertig bent, kun
je 't echt schudden. Dan is 't over. Daar wa
ren we van overtuigd. Bill Haley vonden >we
verschrikkelijk oud. Hij zal toen een jaar of
veertig zijn geweest."
Ten Boske spreekt vol lof over Doe Maar,
die thans kortstondig weer bijeen is. „Doe
Maar-leden als Henny Vrienten en Ernst
Jansz zijn altijd doorgegaan met hun ontwik
keling. Ze doen werk als producer, compo
nist van filmmuziek en zo. Dat hóór je ook.
Ze zijn gewoon beter gaan spelen. Het reper
toire is hetzelfde, maar heeft nog nooit zo
goed geklonken."
Geen geschnabbel
Doe Maar behoort met Supersister, Kayak en
Gruppo Sportivo tot de vier Nederlandse
popgroepen die dit jaar zijn herrezen of dat
zullen doen. Ze streven naar krachtige come
backs; geen geschnabbel op braderieën. De
betreffende musici zijn immers na hun suc
cessen in het verleden grotendeels goed te
rechtgekomen.
Is er sprake van een ware reünie-rage?
Voor zover het de publieke belangstelling be
treft, lijkt het nog te vroeg om daar een uit
spraak over te doen. Doe Maar trekt veel
aandacht, maar of Kayak, Gruppo Sportivo
en Supersister enig opzien zullen baren, is
voorlopig nog afwachten.
Na een imposant mediaoffensief en acht
inspeelconcerten begon Doe Maar op 2 mei
aan een serie van zestien optredens. Ook
werden cd's uitgebracht: Watje als single,
Klaar als album. Beide haalden de top tien.
Na woensdag 7 juni is het allemaal afgelopen
en wordt Doe Maar definitief ten grave ge
dragen. „We zouden ongeloofwaardig zijn
als we alsnog besluiten door te gaan", zei
manager Frank van der Meijden in een inter
view. „Alle bandleden hebben trouwens hun
eigen projecten gepland. Daarom acht ik de
kans nihil dat ze langer samen blijven spe
len."
Het Nederreggae-kwartet was begin jaren
tachtig zo populair onder pubermeisjes, dat
Vrienten cum suis het niet leuk meer von
den. Ze konden geen stap zetten zonder te
worden geconfronteerd met gillende menig
ten en pulpjournalisten. Toen zelfs een pu-
bliciteitsstop en een rem op het aantal optre
dens in 1983 geen soelaas kon bieden, be
sloot de band uiteen te gaan. Nu is de groep
dus eventjes terug, zonder de lasten maar
mét de lusten van de roem. De vijftienjarige
hysterica's van weleer zijn bedaagde dames
van in de dertig geworden.
Kayak
De symfonische rockgroep Kayak gaat het
ook weer proberen. De band had enkele hits
in de jaren zeventig, viel in 1982 uiteen maar
was eerder dit jaar weer te zien met De Kast.
De comeback gaat pas echt van start op 22
mei; dan komt een cd met nieuw materiaal
uit en begint een Nederlandse tournee.
Kayak-toetsenman Ton Scherpenzeel (47),
thans liedjesschrijver voor Kinderen voor
Kinderen en Youp van 't Hek, zei onlangs in
'een kranteninterview: „Ik denk niet dat we
zoals Doe Maar zestien keer Ahoy' vol krij
gen. Maar we hopen wel naast onze fans van
vroeger ook nieuw en jong publiek te trek
ken. Hoe het uitpakt, weet ik nog niet. We
zullen zien." Hij benadrukt dat Kayak zijn
muzikale ontwikkeling wil voortzetten, on
danks de drukke bezigheden van de bandle
den. „Onze nieuwe cd is eigenlijk een recht
streeks gevolg op onze laatste studio-elpee
uit '81."
Resten nog Gruppo Sportivo - een pret
band rond Hans Vandenburg die na enkele
successen, eind jaren zeventig, al zeker drie
keer eerder uiteenviel en werd herenigd - en
Supersister, een voormalig schoolorkest met
toetsenman Robert Jan Stips dat al in 1973
was gestopt. Gruppo Sportivo doet na de zo
mer een zoveelste poging zich weer op de
hitlijsten en de podia te manifesteren, Su
persister geeft in september drie concerten
in de Verenigde Staten en weet nog niet wat
er daarna zal gebeuren.
Motieven
Waarom doe je zoiets, weer bij elkaar ko
men? Financiële motieven spelen niet mee,
zo wordt in alle interviews benadrukt, en in
het geval van Doe Maar is dat misschien ook
zo. Chris Boog, marketingmanager van pla
tenfirma V2 Records liet weten: „Als Doe
Maar echt op het grote geld uit was, hadden
ze wel een andere koers gevolgd. Er zijn
sponsoraanbiedingen gedaan waar elke an
dere band voor door de knieën zou zijn ge
gaan, maar zij hebben dat aspect juist zeer
beperkt gehouden."
Het is natuurlijk ego-strelend, optreden in
zalen als Ahoy'. Robert Jan Stips, enkele ja
ren terug: „Daar sta je dan, met al het licht
op je en je klinkt ook nog vijfhonderd keer
harder dan al die mensen die op elkaar ge
pakt in die zaal staan. Zoiets moet je graag
doen, maar ik vind het heerlijk om applaus
te krijgen."
Jan van der Plas, manager van het media
centrum van het Nationaal Popinstituut,
denkt dat dit 'reünie-golfje' wordt gestimu
leerd door een welwillende houding van de
media. „Heel lang schreef de kwaliteitspers
neerbuigend over Nederlandse pop. Bands
als Doe Maar werden door muziekblad Oor
neergesabeld. In de laatste jaren is die hou
ding totaal veranderd. De successen van
Blofi Acda en De Munnik, Marco Borsato en
dergelijke hebben dusdanige vormen aange
nomen, dat de pers er niet meer omheen
kan. Doe Maar maakt gebruik van deze sym
pathieke atmosfeer door nogmaals erken
ning te zoeken en te krijgen. Met hun reünie
hebben ze bovendien anderen op een idee
gebracht. Iedereen weet nu dat het kan: op
latere leeftijd weer bij elkaar komen en suc
ces hebben."
Of die andere groepen ook zo stormachtig
worden ontvangen door het publiek, lijkt
hem onwaarschijnlijk. „Tegenwoordig heeft
de muziek van Supersister bij een bepaalde
groep jongeren een cultstatus. Er zullen mis
schien ook wel wat ouderen op afkomen.
Maar Supersister is niet iets voor een mas
sapubliek, denk ik. Ook Kayak en Gruppo
Sportivo zie ik geen zestien keer een vol
Ahoy' trekken. Ik kan me wel voorstellen dat
ze een succesvolle theatertournee maken.
Maar dan gedurende één seizoen, niet lan
ger. Als de fans weten dat je nog één keer
zo'n band kunt zien, komen ze wel."
Als de reüniebands verstandig zijn, zullen
ze in elk geval niet eindigen als bijvoorbeeld
Shocking Blue. Zangeres Mariska Veres - de
enige die nog over is van de oorspronkelijke
Shocking Blue-bezetting, die ooit een flinke
hit had in Amerika met Venus - zei onlangs
tegen journalist Jan Swart dat ze het liefst
een boerderijtje zou kopen: „Een paar bees
ten om me heen en de hele dag een beetje
aanrotzooien. Het liefst in Friesland. Alleen,
ik weet dat het niet te betalen is. Dus het zal
altijd wel bij dagdromen blijven, of er moet
een wonder gebeuren." Dat zit er niet in zo
lang ze oude hits afdraait in lokaliteiten als
Sporthal 't Heem te IJsselstein en op het
Centrumplein te Almelo, voor een enkele
swingende moeder en luchtgitaar spelende
vader, terwijl hun kinderen zich met plaats
vervangende schaamte van het tafereel af
wenden: „Mamma, doe niet zo stom!"
JEROEN DE VALK
De symphonische rockgroep Kayak, met Ton Scherpenzeel (tweede van rechts) gaat het ook weer proberen.