DINGEN
'"VOORBIJGAAN
Dienstmeisjes, ethisch feminisme en een
Leiden Regio
STADSGEZICHT
Ik ga dit weekeinde
maar eens flink uit
•ERDAG 20 MEI 2000
Ima Hageman-Oele is in 1927
boren op Texel. Haar vader, een
igenaar, was naar Texel gegaan
te onderwijzen. Daar werd hij
rliefd op een Texelse schone,
Ima's moeder. Omdat er op
sen xel alleen lager onderwijs werd
1 geven, verhuisde het gezin in
naar Leiden, naar de De
,n 8 [terlaan. Die verhuizing was niet
se or niets. Na de middelbare
jool studeerden de kinderen alle
ie aan de universiteit. Na haar
rechtenstudie trouwde Selma met
de ingenieur Bob Hageman en
werd lid van de Nederlandse
Vereniging van Huisvrouwen
(NVvH). Daar vervulde ze een keur
aan rollen, inclusief het
presidentschap. In deze aflevering
van 'Dingen die voorbij gaan'
vertelt Selma Hageman over haar
jarenlange lidmaatschap van de
Leidse afdeling van de
Nederlandse Vereniging van
Huisvrouwen.
Leidenaars blikken
terug op hun verleden
iverhuizing van Texel naar
lien-was een vreselijke over-
zinik Ik had een heel gelukkige
kea «d gehad op Texel. Ik hield
lijk ide natuur: het dennebos en
wad, waar we schelpen
hten. Ons gezin woonde
direct aan het strand, maar
ide fiets waren we er zo. Het
op Texel was dorps, ge-
ig. Al mijn ooms en tantes
rakti en in de buurt. Mijn oma
leen winkeltje op het bo
ste puntje van het eiland, de
ïksdorp. Haar huisje stond
ide dijk, grenzend aan het
iZe verkocht alles, van le
smiddelen tot steenkolen,
zondagmorgen mochten
vriendinnetje en ik helpen
de verkoop. Op Texel was
bedreigend voor een kind.
enige enge was het paard
wagen van de begrafenison-
nemer. De paarden droegen
wel gezwarte kleden met gaten
dom ïhun ogen. Maar dat was
Ier eng.
len was heel anders.
:n. 0 iskinderen zijn niet aardig,
Ik vond ze een heel ander
werl idan de kinderen die ik ge-
aflo id was. Ze waren bijdehan-
:n sti Ik mocht niet met ze mee-
ilkir -n. op straat en in het speel-
eera irtier. Ik denk dat dorpskin
deren wat achterliepen op
stadskinderen in die tijd. Het
schoolwerk viel ook tegen. Op
Texel was ik in mei al overge
gaan naar de zesde klas van de
lagere school. Het schooljaar
begint daar eerder in verband
met de oogst. Omdat we gedu
rende de zomer verhuisden, be
gon ik in Leiden in september
opnieuw met de zesde. Maar ik
bakte er niks van. Er was een
aanzienlijk niveauverschil tus
sen de dorpsschool op Texel en
de opleidingsschool middel
baar onderwijs aan de Boom-
markt. Door de moeilijkheden
op school en met mijn leeftijds
genootjes, ontwikkelde ik een
zenuwtik. Ik haalde steeds mijn
neus op. Op een dag liepen die
snotmeiden achter me en ik
hoorde dat ze mij nadeden.
Toen wist ik meteen: 'Dat moet
ik dus niet meer doen.'
Na een tijdje werd ik teruggezet
naar de vijfde en vanaf toen
ging het schoolwerk veel beter.
Ik kreeg vanzelf wat vriendinne
tjes en begon langzaam te wen
nen. De overgang was moei
zaam verlopen, maar een kind
is plooibaar.
In 1940 ben ik naar het Stedelijk
Gymnasium gegaan en in 1947
rechten gaan studeren. Mijn va-
der moest er hard voor werken
om ons alle drie te laten stude
ren. Hij onderwees op de meis
jes U.L.O. aan de Breestraat en
gaf meerdere keren per week
bijles als aanvulling op zijn sa
laris. Ik kon het me dus niet
veroorloven om te feesten en
studeerde in vier jaar af. Ik 1952
ben ik getrouwd met Bob Hage
man. Hij had bouwkunde in
Delft gestudeerd.
Bob's moeder zat in het bestuur
van de Leidse afdeling van de
Nederlandse Vereniging van
Huisvrouwen. Tijdens de oor
log was de vereniging gesloten
geweest, omdat ze zich niet wil
de aansluiten bij de Cultuurka
mer van de Duitse bezetters. Na
de oorlog is de vereniging weer
opgericht. Mijn schoonmoeder
heeft toen veel bijgedragen aan
de wederopbouw van de Leidse
afdeling. Omdat zij erg enthou
siast was over de vereniging,
pushte zij mij ook lid te wor
den, maar ik dacht aanvanke
lijk: 'Wat moet ik tussen die da
mes?' Maar na een tijdje dacht
ik: 'Waarom niet?'
De Nederlandse Vereniging van
Huisvrouwen is opgericht in
1912. Enkele welgestelde dames
trokken zich het lot aan van de
dienstmeisjes die op zeer jonge
leeftijd en met weinig kennis
een huishouden moesten voe
ren. Het huishouden was inge
wikkeld en omslachtig in die
tijd, omdat de techniek gebrek
kig was. Dienstmeisjes hadden
ook geen arbeidscontract en
vielen buiten alle wetten voor
werknemers, zoals de ongeval
lenwet, de ziekteverzekeringen
of de regeling voor de zondags
rust. Daardoor kozen meisjes
steeds vaker voor banen in de
fabriek of bij de administratie,
waar ze deze rechten wel had
den. Zo onstond een groot te
kort aan dienstbodes.
De oprichtsters van de NVvH
vonden het noodzakelijk op te
komen voor een betere positie
voor dienstmeisjes en hen beter
te scholen in hun huishoudelij
ke taken, om het vak van
dienstbode weer aantrekkelijk
te maken. Verder was het doel
van de oprichtsters de positie
van de vrouw des huizes (de
huisvrouw) te verbeteren en het
huishoudwerk te vereenvoudi
gen door betere technieken na
te streven. Uit deze laatste doel
stelling is het Instituut tot Voor
lichting bij Huishoudelijke Ar
beid ontstaan. Dat heet tegen
woordig het Instituut voor
Huishoudtechnisch Advies en
is bekend van het groene keur
merk ^Goedgekeurd door de
Nederlandse Vereniging van
Huisvrouwen'. De NVvH richtte
hiermee de eerste consumen
tenorganisatie in Nederland op.
In 1917 werd de afdeling Leiden
van de NVvH opgericht.
Voor de Tweede Wereldoorlog
voerde het ethisch feminisme
de boventoon binnen de NVvH.
Ethische feministen dachten
dat mannen rationeler waren
en beter in staat leiding te ge
ven, en vrouwen emotioneler
en zorgzamer. Juist in haar rol
als moeder en huisvrouw zou
de vrouw een belangrijke bij
drage leveren aan de samenle
ving. Daarom moest zij goed op
die taak worden voorbereid.
Ethische feministen pleitten
ook voor kiesrecht voor de
vrouw, voor een huisvrouwen-
loon en een weduwenpensioen.
In de oprichtingstijd was dat
vrij vooruitstrevend, maar na de
Tweede Wereldoorlog werden
de ideeën van de NVvH een
beetje ouderwets gevonden. Ze
ker in de zestiger jaren werd de
NVvH door de andere vrou
wenbewegingen truttig gevon
den. De progressieve vrouwen
noemden ons de bontjassen-
club. Het beeld bestond dat wij
in onze bontjas naar de NVvH
gingen en de hele dag bridge
den en koffie dronken. Maar wij
hebben ervoor geknokt vrou
wen uit hun huis te halen en te
ontwikkelen. Mannen vonden
het niet zomaar goed dat hun
vrouwen de deur uitgingen. Wij
vonden dat wel belangrijk. Een
beetje vrije tijd voor jezelf opei
sen is ook emancipatie. De NV
vH organiseerde lezingen en
cursussen over het huishouden,
maar ook over talen, literatuur,
kunst, psychologie, architec
tuur.
Maar dat beeld had men hele
maal niet van ons. In de jaren
zeventig organiseerde het Leid
se buurthuis Troef een info-
rrfarkt, maar nodigde ons niet
uit, omdat wij ons 'niet richtten
op scholing en vorming'. Ik heb
toen een boze brief gestuurd
aan het Leidsch Dagblad, want
ik was het daar helemaal niet
mee eens.
Natuurlijk organiseerden we
soms ook wel minder leerzame
activiteiten. In de jaren '60 or
ganiseerden we elk jaar een
modeshow en een keer zelfs
een bontshow. Bontzaak Van
Egmond uit de Breestraat vroeg
ons of we geen bontshow wil
den houden. Zij verzorgden de
jassen, modehuis Messcher le
verde de hoeden en de hand
schoenen. Verder begonnen we
dertig jaar geleden in samen
werking met de Unie van Vrou
welijke Vrijwilligers (UW) met
de jaarlijkse kledingbeurs, aan
vankelijk in de Burcht, sedert
twintig jaar in ons eigen pand.
Tijdens de beurs verkopen we
gedragen kleding die nog goed
is en niet te ouderwets.
In de jaren '60 en '70 kwamen
de vrouwenhuizen op. Daar
konden vrouwen zich terug
trekken en spreken over de ach
terstand die zij hadden ten op
zichte van de mannen. Het
Leidse college van B&W, waar
van de PvdA een groot deel uit
maakte, was erg op de hand
van deze vrouwenhuizen, waar
door ze in prachtige panden
werden ondergebracht. Maar
presidente Anneke van Aken en
ik moesten ons erg inspannen
om een nieuw gebouw te krij
gen voor onze vereniging. We
De modeshow voor bonthuis Van Egmond, in de jaren zestig. Selma Hageman staat rechts op de foto.
hebben gelobbyd bij alle frac
tievoorzitters. Na twee jaar
knokken, kregen we te horen
dat we een etage mochten de
len in het vrouwenhuis aan de
Hooigracht.
Likkebaardend liepen we door
het prachtige pand, maar we
vreesden slaande ruzie met de
vrouwen van het vrouwenhuis.
Bovendien mochten in het
vrouwenhuis geen mannen ko
men. Dus besloten we het maar
niet te doen.
Uiteindelijk hebben we een
ruimte gekregen op de eerste
etage van een voormalige
school in de Caeciliastraat en
dat koesteren we. Leiden is een
,van de weinige afdelingen die
een eigen pand heeft en dat be
tekent het behoud van onze
vereniging. Omdat we ons ei
gen pand hebben draait de af
deling goed. Een activiteit van
ons die landelijk bekend is, is
het 'dagje Leiden'. Vrouwen
van andere afdelingen komen
naar Leiden. Eerst drinken we
koffie in ons gebouw, dan krij
gen ze een rondleiding langs de
hojjes. Daama lunchen we in
ons gebouw en daama is er
vrije ruimte om bijvoorbeeld
een museum te bezoeken. Deze
activiteit vormt een goede re
clame voor onze afdeling maar
ook voor de gemeente Leiden.
Inmiddels telt onze afdeling
geen zeshonderd leden meer
zoals in onze bloeitijd in de ze
ventiger jaren. Nu zijn het er de
helft. Het zijn ook steeds min
der jonge leden. Doordat jonge
vrouwen allemaal werken, heb
ben ze geen tijd voor onze ver
eniging. De meeste leden zijn
vrouwen die pas gescheiden
zijn of weduwe zijn of zijn op
gehouden met werken. Voor
een deel komt het ledenverlies
FOTO ARCHIEF HAGEMAN
misschien ook door onze naam.
Bijna elke vergadering roept er
wel iemand: 'Kunnen we onze
naam niet eens veranderen?
Die klinkt zo truttig!' Maar op
de een of andere manier komt
het er nooit van. Toch is het
grappig dat de Nederlandse
Vereniging van Huisvrouwen
zijn bestaansrecht blijft houden
in deze tijd waarin alle vereni
gingen hun ledenverliezen.
Truttige naam of niet."
ESTHER BARFOOT
Bijdragen: Marijn Kramp,
Wim Koevoet en
Ane Pieter Wisse.
Heb je vragen of wil je
reageren, surf dan naar
www.leidschdagblad.nl/
examens
Versèhrikkelijk. Maak van die 95
IA procent slagingskans maar 70, zo
erg viel gisteren geschiedenis tegen.
Alle vragen waren gericht op inzicht. En
dan kun je net zoals ik heb gedaan nog zo
veel feiten in je hoofd stampen, een vol
doende haal je dan toch niet. Ik heb inmid
dels ook op internet gekeken hoe ik econo
mie heb gemaakt, maar daar hield ik na
een paar opgaven maar mee op want ik zag
dat ik veel fouten heb gemaakt. Ik zie al he
lemaal voor me hoe het rode potlood door
al mijn antwoorden heen raust.
Ik sluit niet uit dat ik als eindcijfer voor
economie en geschiedenis een vijf krijg.
Met twee vijven slaag ik toch nog. Volgens
de computer heb ik voor Engels een acht
gehaald, dus dat valt dan weer mee. Maar
ik zit nu wel in zak en as, ja. Ik ben ook heel
erg moe. Ik kwam donderdag pas om vijf
uur thuis van de examens Nederlands en
economie en daarna moest ik de boeken in
voor geschiedenis. Ik lag pas om een uur in
bed en was er al om zeven uur uit. Ik wilde
vroeg opstaan om te leren, Ik was al moe
voor ik aan geschiedenis begon. Ik merk
ook dat ik meerlast van stress heb dan ik
dacht.
Nee, ik doe niets speciaals om mijn condi
tie te verbeteren. Geen aangepaste menu's
en dergelijke. Bijgelovig ben ik ook niet.
Dat petje? Het is toeval dat ik dat op had
toen ik werd gefotografeerd. Ik draag het
verder niet, maar doordat ik nu zo op de
foto sta, denkt iedereen dat het heel erg bij
me hoort. Het is in elk geval geen ge-
lukspetje. Aan een gelukspetje heb je so
wieso niets want je mag niets op je hoofd
hebben in de examenzaal.
Ik ga dit weekeinde maar eens goed gebrui
ken om deze week van me af te zetten. Ik ga
eens flink uit. Kan ik gemakkelijk doen
want ik moet toch pas woensdag weer aan
de bak. Ik kan er nu toch niets meer aan
doen.
Ik heb er nog wel vertrouwen in dat ik
Duits en opstel Nederlands goed doe. En
voor muziek ben ik ook niet zo bang. Ik heb
al gedacht aan de mogelijkheid dat ik her
examens moet doen, ja. Als dat zo is, kom
ik niet in de problemen qua va
kantieplannen. Toch ben ik ver-
drietig omdat ik niet had ver-
wacht dat het zo zou lopen.
Mijn slagingskans hoeft nog niet te
IA worden bijgesteld. Ik blijf bij 100
procent. Het gaat best redelijk tot nu
toe. Op internet kijk ik telkens de antwoor
den en voorlopige puntentelling na. In de
samenvatting van Nederlands moest je 26
elementen hebben en ik had er maar drie
niet. Dus daar zal ik wel een aardig cijfer
voor hebben, denk ik. Wiskunde A zal een
zesje zijn en Duits is kantjeboord. De eer
ste tekst was nog wel te doen. Die ging over
een literatuurrecensent van de Volkskrant
die in het ene blad had geschreven dat hij
een boek goed vond en in het andere blad
oordeelde dat het waardeloos was. Beetje
raar inderdaad.
Sowieso is het een beetje een vreemd on
derwerp voor een Duits examen, maar dat
doen ze wel vaker. Ze denken dat een tekst
meer aanspreekt als er iets Nederlands in
zit. Ik vind dat een beetje gezocht, maar
ach, die tekst was in ieder geval makkelij
ker dan de tweede. Dat ging over doping-
gebruik in de sport. Daar stonden heel veel
woorden in die ik echt niet ken en dan
wordt het erg lastig. Ik had dus 22 van de
50 vragen fout. Maar met het cijfer van
mijn schoolonderzoeken erbij, kan ik nog
wel een zes halen.
Geschiedenis, gisteren, bleef een beetje op
pervlakkig. je hebt er zoveel voor in je
hoofd gestampt en dan krijg je vooral veel
bronnen- en inzichtvragen. Zo stond er
een enquête over de Duitse eenwording af
gedrukt en daar moest je conclusies uit
trekken. Het was wel te doen vond ik. Maar
ik moet het nog nakijken. Veel tijd om ook
de anti-stress en leertips door te nemen op
de examensites heb ik niet. Daar heb je nu
ook niet zoveel meer aan, lijkt mij. Ja, die
'walnoten lijken niet alleen op hersens, ze
stimuleren ze ook'-tip ken ik. Wat een on
zin. Leuk ook voor de andere leerlingen als
je een nootje zit te kraken tijdens het exa
men. Bijgeloof heb ik niet. Ik heb tot nu toe
wel altijd twee pennen bij mij maar dat is
om af te wisselen als ik een lamme hand
krijg.
Ik zag laatst wel iemand zitten met een
Mariabeeldje op het bureau en een aantal
andere met knuffelbeesten. Maar
daar doe ik niet aan. Die gaan
toch niet ineens praten en je de
goede antwoorden influisteren.
Vmbo B heb ik gisteren afgerond.
IA Ik begin maandag aan de examens
voor het C-niveau. Dat is iets
moeilijker, maar ik heb er wel vertrou
wen in. Ik bedoel, het ging wel lekker
deze week. Gespannen ben ik nu niet
meer. Iedereen die transport doet, doet
B-niveau. Die zijn nu dus klaar. Samen
met nog een jongen ben ik de enige die
er ook nog C-niveau bij doet. Dat advi
seerde de school. Omdat ik het wel re
delijk deed, denk ik, ja.
Mijn Nederlandse schrijfvaardigheid
gisteren, ging goed. Een zakelijke brief
schrijven, met het verzoek om informa
tie over fototoestellen. Dan hou je je ge
woon aan de regels. De rest bedenk je
zelf. Dat lukte aardig. Toen Duits.
Tekstinzicht. Wat krantenknipsels en
drie grote teksten. Geen idee meer waar
die over gingen. Oh, wacht even... Een
zoektocht in Alaska, iets over astronau
ten en de Titanic. Eigenlijk heb ik geen
idee of het interessante teksten waren.
Duits is niet mijn beste vak.
Mijn Engels is veel beter. Dat komt door
de televisie. Daar steek je echt veel van
op. Ik zie dan ook het minst op tegen
Engels volgende week. Maar eigenlijk
zie ik nergens tegen op. Duits oefen je
gewoon minder. Duitse films worden
op Nederlandse zenders zelden uitge
zonden. Op Duitsland kijk ik nooit.
Woensdag even relaxen. Austin Powers
gekeken met een vriend. Verder ook nog
gewoon gewerkt. Woensdagavond, om
even te ontspannen. Even niet aan die
examens denken. Dat werk is echt wel
heel relaxed. Vrachtwagens met dier
voeding laden en lossen. Een beetje met
de heftruck scheuren en zo. Ze hebben
mij daar al een baan aangeboden. Na
mijn chauffeursopleiding van een jaar
kan ik daar terecht voor een vaste baan.
Ik krijg op mijn werk trouwens wel leu
ke reacties op de stukjes in de krant.
Maar ze zeiden: ,,We gaan echt niet in
eens de krant kopen omdat jij erin
staat"
De docenten willen dat ik meer reclame
voor ze maak. Twee ervan, Lange-
rak en Vonk hebbeh dat ook wel
verdiend. Die zijn tof. Ik kan goed
met ze opschieten.
aemstraat.
FOTO HIELCO KUIPERS