Tobvoetbal in eerste divisie KAMPIOEN TOTO ZATERDAG 13 MEI 2000 'Het is noodzaak dat ze gaan samenwerken Pleidooi voor Amerikaans model ■tetaald voetbalclubs in de eerste divisie >ben het moeilijk. Ze stelen met financiële problemen en hun ■nago is ook niet wat iet zijn moet. Er zijn Ijcundigen die menen at daar wel wat aan te doen is. De kern van wat zij als een wndmakingsproces eerste divisie-clubs oeten het ideaal van wmotie naar de ere divisie opgeven, ze en elkaar steunen in de herziening van salarisschalen en volgens komen er in 'gesloten competitie' mogelijkheden voor etbal dat het publiek aanspreekt. NAC is er afgelopen weekeinde in geslaagd na de degradatie van 1999 in één jaar weeF te promoveren naar de eredivisie. Voor het gros van de eerste divisieclubs is dat niet meer dan een illusie. fotoanp Na het Bosman-arrest, dat in het betaald voetbal de afschaffing van het vergoedingensysteem tot gevolg had, zijn de inkomsten uit spelers verkopen gedaald en dè salarissen gestegen. Met name de clubs in de eerste divisie zijn zwaar getroffen. Het toeval wilde dat tegelij kertijd met het Bosman-arrest het doek over tv-zender Sport7 viel. Veel van de clubs die zich al rijk rekenden, zijn de tekorten nu nóg aan het wegwerken. Simon Kelder, directeur van Excelsior en secretaris van belangenbehartiger CV Toto Divisie, schetst de situatie aan de hand van kille cijfers. De inkomsten uit tv-rechten voor de eerste divisie zijn nog maar de helft van die in 1996. Voor het volgende seizoen wor den die per club twee ton lager begroot. „We komen van 2,7 miljoen gulden per club en we zitten nu op ongeveer één miljoen. En de lasten blijven stijgen. Die ontwikkeling moet een halt worden toegeroepen. De eerste divi sieclubs moeten oppassen dat ze zich niet tegen elkaar laten uitspelen. Het is echt noodzaak om samen te werken, anders gaan een paar clubs geheid failliet." Het merendeel van de opbrengsten uit de deal met Sport7 is opgegaan aan spelerssala rissen. Het gemiddelde salaris van een prof voetballer in de eerste divisie is in een perio de van vier jaar met 72 procent gestegen. De loonkosten drukken zwaar op de huishou dingen van de clubs. Het is volgens Wessel Weezenberg, juri disch medewerker van de werkgeversorgani satie Federatie Betaald voetbal Organisaties (FBO), om die reden zaak voor de eerstedivi- sieclubs om allereerst een gezond financieel klimaat te scheppen. Dat kan door het loon- tempo af te zwakken, of beter: te verlagen. Weezenberg pleit voor de invoering van een 'loongebouw' voor profvoetballers. Hij denkt aan schalen die in aan maxima zijn gebon den, waardoor niet langer in de sfeer van prijsopdrijving absurde bedragen over tafel gaan. „De clubs moeten onderling tot loonaf- spraken komen", stelt Weezenberg. „Er zijn spelers in de eerste divisie die nu twee drie ton per jaar verdienen. Maar die zullen het ook voor 80.000 of 90.000 gulden doen. Want Sander Oostrom (Haarlem) en Erwin Looms (Heracles) liggen met elkaar overhoop. Een beeld dat ook geldt voor de beleidssituatie in de eerste divisie. foto archief olaf kraak Arie van Eijden: „Het moet geen gesloten competitie worden." foto archief*anp in een andere bedrijfstak zullen ze niet méér kunnen verdienen. Er wordt dus te veel be taald door de clubs." Verbeteringen Niet alleen de stijgende uitgaven nopen de clubs in de eerste divisie tot nauwe samen gewerking. Ook de inkomstenstroom kan door een collectief optreden worden verbe terd, zo stelt Weezenberg. De competitie kan overtuigender en eenduidiger worden ver kocht aan een groep sponsors die via een tv- zender een commerciële tegenprestatie wordt geboden. De clubs zullen het eerst wel met elkaar eens moeten zijn, voordat de mo gelijkheden kunnen worden uitgebuit. „De clubs kunnen vanuit een realistisch ambitieniveau in een leuke competitie ook goed presteren", is de overtuiging van Wee zenberg. „Ze hebben een belangrijke rol te vervullen. De clubs moeten de illusie van de eredivisie loslaten en voor zichzelf een taak definiëren die uitgaat van een gezamenlijk product. Ze zullen zelf daartoe initiatieven moeten ontplooien en de uitvoering aan der den overlaten." Hans Schraders, marketingdeskundige en tot twee jaar geleden directeur van het Arn hemse Gelredome, vult hem aan. „De eredi visie moeten ze vergeten, dat is financieel onhaalbaar. Clubs die roepen dat ze in drie jaar naar de eredivisie willen promoveren, moet je niet meer serieus nemen. Oude denkbeelden over de aantrekkingskracht van de nacompetitie moeten ze vergeten: in vier jaar tijd is alleen Cambuur, door overinves- tering, via de nacompetitie gepromoveerd." Schraders en Weezenberg zijn eensgezind in hun visie op de toekomst van de eerste di visie. Zij wijzen op een aantal speerpunten waarop de clubs zich moeten concentreren. Als voorbeelden noemen zij een sterk regio naal karakter, aantrekkelijk voetbal, een goe de sfeer in de stadions en een opleidings functie. Volgens Schraders hebben eerste di visieclubs in een dergelijke opzet de potentie om de exploitatie te verdubbelen van gemid deld vijf miljoen gulden per club naar bijna negen miljoen gulden. Schraders wijst erop dat de KNVB een in spanningsverplichting heeft ten aanzien van de eerste divisie. Arie van Eijden, directeur betaald voetbal bij de KNVB, onderschrijft die verplichting maar stelt dat de bond voor al een ondersteunende rol heeft. „Het be- drijfstakonderzoek van de KNVB en de con clusies die daaruit zijn voortgekomen heb ben met name veel clubs in de eerste divisie een hoop duidelijkheid geboden. De clubs weten de weg naar de bond ook te vinden. Er is genoeg know-how in de KNVB om betaald voetbalorganisaties beleidsmatig en structu reel te ondersteunen." Voor en tegen Een samenwerking van eerste divisieclubs juicht Van Eijden toe. „Ik zie wel mogelijkhe den om in de eerste divisie tot afspraken te komen over salarisplafonds voor spelers. De begrotingen van die clubs ontlopen elkaar niet zoveel. Maar de eerste divisie moet geen gesloten competitie worden, zoals de Ver enigde Staten die kent. De Europese sport- cultuur laat dat niet toe. Wij hebben de spor tieve prikkel nodig om omhoog te kunnen. Bovendien zou je dan ook van de eredivisie een gesloten competitie moeten maken. De spanning, zoals die nu aan de onderkant van de eredivisie voelbaar is, valt daarmee weg. Ik denk dat het Nederlandse voetbal daar niet rijp voor is." Anderzijds gelooft Arie van Eijden ook niet dat eerste divisieclubs weglopen voor de mo gelijkheid om te promoveren naar de eredi visie. „Er zijn financiële verschillen, maar was dat twintig jaar geleden anders? Het gat tussen ere en eerste divisie is weliswaar gro ter geworden, maar de sportieve argumenten voeren gelukkig nog altijd de boventoon." Toon Beijer, directeur voetbalzaken bij Telstar uit Velsen, heeft de illusie van de ere divisie al lang uit zijn hoofd gezet. De club erkent de opleidingsfunctie en streeft met aantrekkelijk voetbal naar een gezonde posi tie in de eerste divisie. Beijer denkt dat het voor zijn maar ook andere clubs, de enige manier is om te overleven. „De eerste divi sieclubs moeten hun plek vinden en hun be leid daarop afstemmen. Accepteer je rol in de piramide van het betaald voetbal." In de ogen van Beijer leidt de eerste divisie talentvolle spelers op voor de eredivisie, zo als' de eredivisie topspelers levert voor de grote Europese clubs. „Ik hoor wel eens kre ten als zou het Nederlandse voetbal moeten oppassen niet een tweede Denemarken te worden. Maar wat is daar verkeerd aan?" Beijer vraagt de eredivisieclubs het bestaans recht van de eerste divisie te erkennen. „Het vergt ook een mentaliteitsverandering bij de grote clubs. We leiden spelers voor ze op, dat schept ook verplichtingen. Als de mentali teitsverandering en de solidariteitsgedachte er komt, dan zie ik de toekomst van de eerste divisie positief in. We hebben een rol te ver vullen, laten we die uitvoeren." Aad Goedhart, voorzitter van HFC Haar lem, ziet voor zijn club een functie zoals Beijer die schetst. Maar hij heeft de eredivisie nog lang niet uit zijn hoofd gezet. „Ik vind dat je als club altijd het uitgangspunt moet hebben dat je de wereldbeker wilt winnen. Dat is niet altijd realistisch, maar wel ons doel. We willen terug naar de eredivisie, laat dat duidelijk zijn." Goedhart heeft weinig vertrouwen in het collectief verkopen van de eerste divisie, uit gezonderd de media-rechten („Daar valt meer uit te halen"). Maar afspraken over sa larissen of sponsoring, hoeven wat hem be treft niet te worden gemaakt. Haarlem dopt zijn eigen boontjes wel, zoals elke andere club verantwoordelijk is voor zijn bedrijfs voering. „Een loongebouw vind ik een zwak tebod. Het is niet waterdicht, want dit soort afspraken kunnen altijd worden omzeild. Wij hebben bij Haarlem onze eigen loonschalen en passen die straf toe." Simon Kelder herhaalt dat het uit hoofde van zijn functie als bestuurslid van de CV Toto Divisie niet meevalt de clubs op één lijn te krijgen. Maar hij geeft niet op. Er is toe komst, stelt hij, als de clubs de handen in eenslaan. „We boeken vooruitgang", zegt Kelder. „Want de tijd van de Babylonische spraakverwarring ligt gelukkig achter ons. Maar soms lijkt het makkelijker om het in deze tijd van het jaar te laten sneeuwen dan alle eerste divisieclubs op één lijn te krijgen." GIJS VAN OOSTEN DICK SINTENIE Heerenveen uitzondering In de laatste vier seizoenen is Cambuur de enige ploeg geweest die via de na competitie is gepromoveerd naar de eredivisie. Van de tien kampioenen in het voorbije decennium zijn er vijf vroeg of laat teruggekeerd naar de eerste divisie. AZ is als enige van die vijf een tweede keer kampioen van de eerste divisie geworden. Drie andere voormalig kampioenen (Cambuur, MVV en Den Bosch) zijn op dit moment in degradatiegevaar. Slechts De Graafschap, Fortuna en AZ hebben zich redelijk tot goed staande gehouden in de eredivi sie. Heerenveen is de uitzondering op de regel. De Friese club is in zeven jaar tijd geklommen van een tweede plaats in de eerste divisie (1992-'93) naar een tweede plaats in de eredivisie. Heerenveen speelt daardoor volgend seizoen in de Champions League De kampioenen (k) en promovendi (n) van de afgelopen tien seizoenen eer ste divisie op een rij 89-90: SW (k), Heerenveen (n) 90-91: Graafschap (k), VW (n). 91-92: Cambuur (k), Den Bosch (n), Go Ahead Eagles (n). 92-93: VW (k), Heerenveen (n), NAC (n) 93-94: Dordrecht (k), NEC (n) 94-95: Fortuna (k), Graafschap (n) 95-96: AZ (k) 96-97: MW (k) 97-98: AZ (k), Cambuur (n) 98-99: Den Bosch (k) Hans Schraders, als interim- manager gelieerd aan de De Boer Croon Groep, heeft zich beginjaren negentig al eens ge bogen over een toekomstplan voor de eerste divisie. „Er is sindsdien wei veel veranderd, maar de kernpunten van het plan staan nog altijd over eind", zegt de marketingdes kundige. De basis voor een 'gezond pro duct' is de positionering van de competitie. Schraders, tot voor twee jaar directeur van het Arnhemse Gelredome, denkt aan een franchise-model. „Een competitie op Amerikaanse leest geschoeid, waaruit je niet kunt degraderen, waarin het geld eerlijk verdeeld wordt, waarin de laagst geëindigde ploeg het eerst mag kiezen uit jong talent en waarin een sala risplafond wordt ingesteld voor de spelers. De eerste divi sie is een ideale competitie om met dit soort zaken te experi menteren. Als we wat willen met de eerste divisie, moeten we het morgen doen." „De voetballerij verandert en de media-ontwikkelingen van vandaag en mofgen bepalen de loop. De eerste divisie kan voorop lopen en daar kunnen de clubs hun voordeel mee doen. De achterstand op de eredivisie haal jé nooit meer in, maar je kunt wel een aardi ge terreinwinst boeken. De clubs moeten één ding doen: de armen ineenslaan en samen in de breedte groeien. Voor de KNVB is dat óók noodzaak, om de doorstroming van talent in Nederland te waarborgen. In een nieuwe opzet zou ik kie zen voor twee competities van tien clubs. Met de mogelijk heid voor Almere (Omniworld) en Apeldoorn (AGOW) om in te stappen. Daaronder zou een Topklasse moeten ontstaan die dichter naar de eerste divisie groeit. En of je die Topklasse nou onder de ariiateurs of de proftak laat vallen, dat is voer voor de winteravonden." „Ik zou geen voorstander zijn van een degradatieregeling. Je moet het promoveren wél sti muleren maar ook limiteren. Clubs in de Topklasse moeten de ruimte krijgen om te groei en. En wie uit zijn jasje groeit, moet op economische/sportie ve gronden een stap omhoog kunnen maken. Ondertussen kun je, om de integratie te be vorderen, een aparte beker competitie maken met die twintig clubs uit de eerste divi sie en de zestien Topklassers. Je hoort de goegemeente al weer klagen dat een club als Excelsior dan nooit meer de KNVB-beker kan winnen, maar dan zeg ik: hoe vaak heeft Ex celsior die beker in de afgelo pen veertig jaar gewonnen? Bovendien is de huidige opzet van de Amstel Cup, met die poules aan het begin van het seizoen, nogal gekunsteld." Hans Schraders: „De eerste divi sie-clubs moeten één ding doen: de armen ineenslaan en samen in de breedte groeien." foto archief cpd

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2000 | | pagina 55