Pleidooi voor
'Afrikaanse Renaissance'
ra
T
ZATERDAG 29 APRIL 2000
Thabo Mbeki is de tweede zwarte president van Zuid-Afrika
Een mythe opvolgen is geen sinecure,
labo Mbeki, vijf jaar lang de schaduw
van Nelson Mandela, is sinds elf
maanden president van Zuid-Afrika.
)nder de extraverte en charismatische
Madibavader) lag het accent op
verzoening en moest worden
voorkomen dat het land alsnog zou
derailleren door de in de loop der
eeuwen opgebouwde raciale
lanningen. Onder de enigmatische en
iragmatische Mbeki telt het resultaat.
Hij wordt afgerekend op economische
groei, banen en huizen.
De druk van het zwarte electoraat is
groot, maar ook die van de
litenwacht, want de wereld wil graag
dat dit Afrikaanse land wél slaagt en
een voortrekkersrol op het veel
daagde continent kan gaan spelen. Is
de nu 57-jarige Mbeki tegen dit alles
■stand? Is hij overtiugd democraat en
kan hij de luxe aan van de bijna twee
derde meerderheid die de vroegere
bevrijdingsbeweging ANC nu in het
parlement heeft? Critici vrezen de
mpartijstaat' en zien de onderzoeken
van een regeringscommissie naar de
jectiviteit van 'de witte media' als het
jn van het einde van de persvrijheid,
'ien exclusief interview met de tweede
zwarte president van Zuid-Afrika.
egenover de pogingen van de
Zuid-Afrikaanse blanken het ul-
tieme systeem te vinden om zich
zelf en hun bezit te beschermen, steken de
veiligheidsmaatregelen voor de zwarte man
die de scepter over dit land zwaait schril af.
Beneden aan de steile trap voor het rege
ringsgebouw in Pretoria stuurt een agent die
zijn stem kwijt is, het bezoek door naar bo
ven. Geen begeleiding, geen wapens. Op het
enorme bordes is niemand te bekennen.
Uit twee deuropeningen stroomt licht. De
tweede blijkt de juiste. Een metaaldetector
verraadt dat hier nog wel iets in de gaten
wordt gehouden. De secretaresse gaat voor
over de sprookjesachtige patio van het verla
ten gebouw, dat is opgetrokken uit rood
zandsteen in een mengsel van neo-classisis-
tische en arabeske stijlen. In de ontvangka
mer is thee en even later, zonder veel officië
le aankondiging, ook de president. Klein van
stuk, kort grijzend haar, ringbaardje. Hij zit
strak in het pak en oogt joviaal en charmant.
De al mythische pijp ontbreekt, maar het
korte dubbele kuchje verraadt veel roken.
Thabo Mvuyelma ('hij die blijheid brengt')
Mbeki neemt plaats naast de nieuwe vlag
van de regenboognatie en laat meteen door
schemeren graag te willen praten. Hij doet
dat soms bijna fluisterend. Bij korte over
peinzingen plaatst hij een geheven wijsvin
ger tegen de mond. Democratie is in Afrika,
om het eufeihistisch uit te drukken, een
kwetsbaar begrip, maar in het meest zuidelij
ke land de afgelopen jaren een realiteit ge
worden. En Mbeki is er trots op. Hij geeft
zichzelf een compliment door te wijzen op
de geringe beveiliging. ,,Als ik hier delegaties
ontvang uit andere Afrikaanse landen, kun
nen ze er niet over. uit dat ze niet door min
stens vijf kordons van gewapende veilig
heidsagenten moesten." Hij glimlacht en
fluistert retorisch: „Waarom zijn regeringen
bang voor het volk? Waarom zijn ze bang
voor kritiek?"
Betrokkenheid
De president noemt persvrijheid de basis
van elke democratie en onontbeerlijk voor
elk transformatieproces. „Je hebt de betrok
kenheid nodig van de mensen. Hier in Zuid-
Afrika moeten we een gigantische erfenis van
racisme en apartheid wegwerken die overal
aanwezig is - in de economie, in het onder
wijs, overal. Mensen moeten worden geïn
formeerd om zichzelf te kunnen ontdoen
van een psychologie die onderdrukkend was.
Maar ook moet men kunnen beoordelen wat
de regering doet. Ik moet tegen de mensen
zeggen: we hebben honderd dollar om nieu
we huizen te bouwen, dat is alles wat we
hebben. Helaas kunnen we niet vandaag het
woningprobleem oplossen. De winst is dan
dat men meedenkt, mee discussieert, oog
krijgt voor de realiteit, inclusief de beperkin
gen. Als ze je alleen maar zien rondrijden in
een zwarte Mercedes Benz, werkt dat heel
In de rest van Afrika wordt anders over de
media gedacht. Van de 54 landen hebben er
47 geen (volledig) vrije pers. Het afgelopen
jaar werden honderd journalisten gearres
teerd en zeventien vermoord. Dictators en
leiders van nieuwe democratische staten re
deneren dikwijls dat de persvrijheid kan
wachten en dat de prioriteit moet worden
gegeven aan economische en sociale ontwik
keling. Mbeki zegt dit te verfoeien. „Je kunt
die dingen niet loskoppelen. Hetzelfde geldt
voor andere rechten. Ons wordt vaak verwe
ten dat we in Zuid-Afrika een starre arbeids
markt hebben. Je krijgt voorbeelden van hoe
het ook kan in Singapore en Zuid-Korea,
maar ik heb te maken met vakbonden die
belangen vertegenwoordigen en dingen
doen die vakbonden doen, zoals staken....
Dat is hun democratisch recht."
Mbeki laat weten dat Zuid-Afrika het voor
touw wil nemen - hoewel heel voorzichtig -
bij het promoten van democraüe en men
senrechten op het continent. Overkoepelen
de organisaties als die van Afrikaanse Een
heid (OAU) of van economische ontwikke
ling in zuidelijk Afrika (SADC) falen nogal
eens. „Als er een conferentie is en ik moet
een verklaring afleggen dan zeg ik dat ik een
overtuigd democraat ben, geloof in mensen
rechten, een vrije pers, vrije verkiezingen en
een vrij rechtssysteem. Ik kan eenvoudigweg
niet anders. Als anderen dat ook zeggen, heb
je een prachtige, harde verklaring. Maar dan?
De secretaris-generaal van een organisatie
blijft gebonden aan een soort grootste geme
ne deler en zal niet snel interveniëren. Het is
daarom belangrijk dat een aantal landen de
rol van locomotief op zich neemt, zich actief
bemoeit met andere landen en zegt, hoor
eens, dit klopt echt niet." Mbeki ziet Zuid-
Afrika graag in die rol, maar weet ook hoe
gevoelig de kwestie ligt. Hij zoekt partners en
zegt nu goede relaties te hebben met de
nieuwe (en democratische) regering van Ni
geria, Afrika's dichtst bevolkte land.
Zimbabwe
Een land dat momenteel enige bemoeienis
kan gebruiken, is buurland Zimbabwe. Mbe
ki's etaleert echter dezelfde voorzichtigheid
die hem in eigen land al veel kritiek heeft op
geleverd van de pers en de (blanke) opposi
tiepartijen. Openlijk kritiek op president Ro
bert Mugabe is er niet bij. Het probleem van
de landherverdeling noemt Mbeki 'echt en
reëel'. „Het is een issue waarover Groot-Brit-
tannië en Zimbabwe vlak voor de onafhan
kelijkheid in 1980 afspraken hebben ge
maakt. Ik vind dus dat beide landen alsnog
naar een oplossing moeten zoeken. Geluk
kig, zo is mij verteld, gaat binnenkort een
Zimbabwaanse delegatie naar London voor
overleg."
Hoewel nu ook in Kenya stemmen opgaan
om de landverdeling nog eens aan te kaar
ten, is de president niet bang voor een golf
van landbezettingen in andere Afrikaanse
landen. Zijn Zuid-Afrika, waar 87 procent
van het land nog steeds eigendom is van
blanken, die slechts tien procent uitmaken
van de bevolking van veertig miljoen, is in
theorie het land dat het meest te vrezen
heeft. Uit een opinieonderzoek uitgevoerd
onder de bevolking van enkele zwarte town
ships, bleek bovendien 54 procent sympa
thie te hebben voor de landbezettingen in
Zimbabwe en vond 48 procent het terecht
dat de regering niet intervenieerde.
Mbeki onderstreept dat er in zijn land
landhervormingsplannen lopen en voorziet
geen problemen omdat de Zuid-Afrikaanse
economie anders is. „Bij ons zijn veel meer
mensen geabsorbeerd door andere sectoren
dan de landbouw. Er was een beweging weg
van het platteland. Hoewel bij ons de roof
van land in veel grotere mate heeft plaatsge
vonden, is het vanwege de economische ont
wikkeling hier nu een veel minder hot item
dan in Zimbabwe."
De situatie in het buurland is echter wel
degelijk een bron van zorg voor Mbeki, van
wege mogelijke instabiliteit in de regio en de
vluchtelingen die naar Zuid-Afrika trekken.
„Zimbabwe is waarschijnlijk onze belang
rijkste handelspartner en dus heeft een crisis
in het land zijn weerslag op ons. Ook is te
verwachten dat de buitenwereld zegt het is
weer mis in Afrika - en niet: er is iets mis in
Zimbabwe - met negatieve consequenties
voor bedrijfsleven en investeringen in lan
den waar het wel goed gaat."
Renaissance
Dit laatste punt ligt Mbeki na aan het hart.
Het beeld van Afrika als continent van oor
log, honger, armoede, aids en grillige dicta
tors moet worden bijgesteld. Mbeki pleit
voor een 'Afrikaanse Renaissance', een pro
ces waarin de Afrikaanse landen zelf initia
tieven nemen en meer samenwerken om
vrede, welvaart en democratie te bevorderen.
Het is voor de president ook een kwestie van
trots, van het terugbrengen van zelfrespect,
dat zijns inziens mede door de beeldvorming
van de (internationale) media wordt gefrus
treerd.
Mbeki hekelt de geringe kennis over het
continent en het gemak waarmee een pro
bleem in een specifiek land door de rest van
de wereld gezien wordt als een Afrikaans
probleem ('oorlog in Somalië is oorlog in
Afrika'). De media, ook in Zuid-Afrika, ver
zuimen volgens hem goed te informeren
over andere, positievere zaken. Hij begeeft
zich hiermee op glad ijs, maar het zit hem
hoog en hij wil er ook nu weer over praten.
„Mijn eerste aanvaring met de pers had ik
in 1995, ik was toen nog vice-president. Ik
beklaagde mij over de kwaliteit van bericht
geving en mijn indruk dat de media zich per
definitie zien als een oppositie tegen de rege
ring. In een gesprek met hoofdredacteuren
kreeg ik te horen dat ik mijn kop moest hou
den, omdat ik anders zou worden beschul
digd van het ter discussie stellen van de
persvrijheid."
Mbeki zegt sindsdien over het onderwerp
te hebben gezwegen. Er is wel een commis
sie in het leven geroepen die de media heeft
doorgelicht en hoorzittingen heeft georgani
seerd over racisme in de berichtgeving. In
een recente briefwisseling met de mondiale
organisatie van krantenuitgevers, WAN, zegt
de president dat het gaat om een constitutio
nele commissie die onafhankelijk van hem
opereert, maar dat neemt niet weg dat de
schrik er bij de Zuid-Afrikaanse media fors in
zit. Men vreest het rapport van de commissie
dat einde deze zomer zal worden gepubli
ceerd en waarschijnlijk aanbevelingen zal
bevatten voor een meer objectieve bericht
geving.
Schadelijk
De president blijft er ook nu bij de persvrij
heid absoluut niet te willen ondermijnen,
maar heeft nog steeds kritiek. „Ik signaleer
eenvoudigweg dat de media in Zuid-Afrika
lijden aan een tekort aan professionaliteit. Ik
zeg dat, net zoals ik heb gezegd dat de dis
cussie in het parlement van een laag niveau
is en verbetering behoeft. In de media is een
proces gaande, onderkend door de uitgevers,
waarbij de beste krachten kiezen voor mana
gementfuncties of banen in het bedrijfsleven
en de overheid. Wij rijn er ook schuldig aan,
want we willen goede woordvoerders.... Ge
volg is wel dat de pers verarmt en berichtge
ving wordt overgelaten aan jonge en onerva
ren mensen. En ik vind dat schadelijk, juist
omdat ons land in een zo gecompliceerde
overgangsfase zit die niet eenvoudig te be
grijpen is, laat staan te beschrijven."
Mbeki vindt dat de media van een land als
Zuid-Afrika zich de taak moeten stellen een
verschijnsel als racisme te helpen bestrijden
of in elk geval niet te bevorderen. Hij noemt
met afkeuring in zijn stem voorbeelden van
hoe nieuws gemaakt wordt. „Nieuws is voor
de meeste kranten dat wat in Johannesburg
en Kaapstad gebeurt. Maar weinigen nemen
de moeite om eens vijfhonderd kilometer te
reizen en te bekijken hoe in arme en afgele
gen gebieden mensen proberen hun plaats
te vinden in het nieuwe Zuid-Afrika."
Mbeki lijdt zichtbaar onder het cynische
principe dat goed nieuws geen nieuws is.
„Waarom wel het auto-ongeluk met tien do
den uitgebreid melden, maar zwijgen als
honderd zwarte families eindelijk in normale
huizen kunnen wonen of kinderen de kans
krijgen naar een decente school te gaan? Ik
denk dat dat ook nieuws is en dat het zeker
gelezen wil worden door een groot deel van
deze natie."
De president vermijdt de discussie over de
belangen van de zogenaamde witte pers en
de stereotypering van zwarten in die pers die
de anti-racismecommissie zo steekt. Mbeki
beperkt zich tot het signaleren van gebreken.
Hij hekelt berichtgeving op afstand en het
gebruik van onwaarschijnlijke statistieken,
zoals die volgens welke slechts een op de 36
verkrachtingen wordt gemeld. Verontwaar
digd: „Wie kan dat nou zeggen? We hebben
het zelf eens serieus uitgezocht, en wat
bleek? Het was jaren geleden ooit eens geop
perd door een hulporganisatie die het weer
zei te hebben van een politiedienst, die er
vervolgens niets van wist Ondertussen blijft
dit gegeven gebruikt worden in de pers en
bijdragen aan een negatieve beeldvorming."
Mbeki schudt het hoofd en lacht een beet
je zuur. Hij lijkt oprecht de waarheid te wil
len zien en komt niet over als de persoon die
morgen de persvrijheid afschaft. Op de val
reep wil Mbeki nog wel een advies kwijt: „Ga
je eigen weg en blijf onafhankelijk van de lo
kale pers. Ik heb het gezien in de apartheids
periode, toen een Amerikaanse journalist als
enige de echte verhellen boven water wist te
halen. Neem dat als voorbeeld."
Met die woorden nog in het hoofd nagon-
zend, staan we weer buiten. Boven ons de
sterrenhemel, voor ons de lichtjes van Preto
ria, de stad die tot voor kort gold als het bol
werk van het conservatieve blanke Afrikaner-
dom. Op het enorme terras is niemand te
zien en de deuren staan nog steeds wagen
wijd open.
EELCO VAN DER LINDEN
Thabo Mbeki vindt dat het beeld van Afrika als continent van oorlog, honger, armoede, aids en grillige dictators moet worden bijgesteld.
FOTO CPD JEAN-MARC BOUJU