bekroning van een mythe
jebouw zelf vaak interessanter dan geëxposeerde kunst
Cultuur Kunst
iRDAG 22 APRIL 2000
945
Rem Koolhaas behoort nu tot het puikje van de internationale architectuur, van wie de waardering en de
kwaliteit nauwelijks ter discussie staan. foto sanne peper
houding is: zie me liever als ge
wone sterveling. In bewonde
ring meepraten, heeft bij hem
geen zin. Koolhaas wil geprik
keld worden, munitie aangele
verd krijgen om zijn vaak con
troversiële standpunten in de
strijd te werpen.
Door zijn onderwijs aan de
Technische Universiteit Delft
en in zijn eigen ontwerpbureau
OMA heeft hij al een generatie
vernieuwende, jonge architec
ten afgeleverd die op hun beurt
een stempel hebben gedrukt op
de Nederlandse architectuur.
Mensen als Kees Christiaanse,
Willem Jan Neutelings of het
bureau MVRDV zijn alle schat
plichtig aan wat ze van Kool
haas of bij OMA leerden.
Op dit moment maakt Kool
haas in Almere een steden
bouwkundig ontwerp voor een
ingrijpende herziening van de
binnenstad. In Berlijn is de
nieuwe Nederlandse ambassa
de in aanbouw naar zijn ont
werp. Samen met projectont
wikkelaar MAB is OMA bezig
om op de Kop van Zuid in Rot
terdam een opzienbarend mul
tifunctioneel gebouw te ontwik
kelen.
Rem Koolhaas krijgt de Pritzker
Prijs op 29 mei in Jeruzalem.
Architectuur van musea wordt steeds belangrijker
Rem Koolhaas krijgt de Pritzker prijs, de Nobelprijs in de architectuur
nuseumweekend trok afgelopen zaterdag en zondag zo'n
00 bezoekers. Maar het is niet altijd de kunst binnen, die
ekers naar een museum trekt. Steeds vaker is het gebouw
e reden voor een bezoek, of hoort lunchen in het museum-
ii urant en de museumwinkel bij een dagje funshopping.
door ANKA VAN VOORTHUIJSEN
iods Museum van architect
1 Libeskind in Berlijn is een
Sinds de opening, een jaar
:n, kwamen er al 140.000 be-
rs. Niet voor de collectie, want
er niet. Het Jüdisches Museum
leeg.
oet maar zo blijven, vinden
ezoekers en journalisten. De
Cl ectuur van het gebouw is zo
nmend, de symboliek en bete
len komen via hoge overhel-
muren en doodlopende gan-
zwaar op de bezoekers af, dat
:htarmige kandelaar of een
ingestelde torahrol het effect
maar kan bederven. Het ge-
op zich is een herdenkings-
ment van de holocaust,
oiets: ,,We willen hier niet te
:hilderijen aan de muur", ver-
ÜJde de directeur van het Centro
de Arte Contemporana (1994,
jo de Compostela) bezoekster
ien Brinkgreve toe. Want dat
leert de architectuur."
iseum zelf is tegenwoordig
mderwerp van gesprek dan de
tie die er te zien is. De komen-
jaar reist er een expositie de
Livvf ods Museum van architect Da-
eet beskind in Berlijn. foto cpd
wereld rond over museumarchitec
tuur. De tentoonstelling is nu in Ant
werpen te zien. In eigen land ver
scheen vorige week een boekje over
datzelfde onderwerp, waarin onder
meer de Spaanse ervaringen van so
ciologe Brinkgreve te vinden zijn.
Musea horen bij de opvallendste
bouwwerken van een stad. De op
dracht voor het ontwerpen van een
museum is voor een architect een
buitenkans. Daarmee verwerfje aan
zien, geef je betekenis aan een buurt
of stad. Voorbeelden? Het Groninger
Museum, Het Bonnefantenmuseum
in Maastricht, het Valkhof in Nijme
gen. Verder weg: het Guggenheim
van Bilbao, het Carré d'Art in Nimes,
het Museum of Modern Art in San
Francisco. En zo zijn er tientallen
voorbeelden.
Publieke ruimtes
Waar komt die extravagantie in de
museumbouw vandaan, en gaat dat
niet ten koste van de inhoud? Wor
den de musea van nu de kathedralen
vaïi 2020: imposant maar leeg?
De publieke ruimtes in een museum
worden steeds belangrijker, stelde
de Amerikaanse architect Robert
Venturi een paar jaar geleden. Vroe
ger nam de kunst 90 procent van de
beschikbare ruimte in, nu nog
slechts een derde. De kubieke me
ters van een modem museum gaan
vooral op aan restaurants, lege trap
penhuizen, representatieve ont
vangstruimtes, mime hallen, muse
umwinkel, bibliotheek en kantoren.
Die publieke ruimtes moet je dus
ook benadrukken als ze zo belangrijk
zijn, stelde Venturi.
De Chinese architect Leoh Ming Pei,
die de glazen piramide voor het Lou
vre tekende (1983), was de eerste die
- ondergronds - op grote schaal der
gelijke voorzieningen een plek gaf.
'Amerikaans en commercieel' was
de kritiek. Het bleek een vooruitzien
de blik. Museumbezoekers komen
niet per se voor de kunst: ze willen
koffie drinken in het spraakmakende
restaurant en kunnen gratis naar
binnen met hun museumjaarkaart,
of ze komen het architectonisch in
teressante gebouw van binnen bekij-
Het Guggenheimmuseum in Bilbao.
ken. Ze willen knnen meepraten en
er geweest zijn.
Het museum wordt entertainment,
stelt Paul Schnabel in zijn bijdrage
aan 'museumarchitectuur als spiegel
van de samenleving'. Het gaat vol
gens Schnabel allang niet meer om
de hoge waarde van de kunst zelf of
om iets te leren, maar om 'wat het
met je doet'. Het museumbezoek is
superdemocratisch als evenement:
bijna elke dag open, je kan er in je
eentje naar toe en de kunst spreekt
een internationale visuele taal.
Trekpleister
De tijd van het museum als anonie
me doos, bedoeld als verpakking
voor een interessante kunstcollectie,
is voorbij. Het museum wil zelf
kunstwerk zijn, maar moet ook nog
allerlei andere rollen vervullen. Dat
van toeristische trekpleister bijvoor
beeld, die een stad-in-versukkeling,
weer op de kaart kan zetten. Dat ge
beurde in Bilbao, dat Frank Gehry's
glimmende Guggenheim kreeg. Het
Zuidfranse Nimes probeerde het
met een ontwerp van Norman Fos
ter, om de concurrentie met het hip
pere Montpellier beter aan te kun
nen. Het museum als wapen in de
city-marketing om meer toeristen en
geld te trekken.
Een museum kan als katalysator
werken voor de stadsvernieuwing
van een achteropgeraakte wijk, zoals
Centre Pompidou op het plateau
Beaubourg in Parijs bewees. Het ge
bouw werkte als een magneet en
trok op een gegeven moment meer
bezoekers dan de Eiffeltoren. De leek
kwam op het gekke gebouw, de
plexiglazen roltrappen en het uit
zicht af. En de culturele elite zocht
de expositieruimtes op. Samen zorg
den ze voor grote drukte ter plekke,
en dus voor straatartiesten, winkels
en geïnteresseerde investeerders.
Een architectonisch kunststuk, of
het nu een museum, een bankge
bouw, een universiteit of een nuts
voorziening is, suggereert modern
en opwindend leven en heeft status.
Het is een aandachttrekker die er
voor kan zorgen dat een dorp van
niks in een toonaangevende reisgids
belandt. Een spraakmakend muse
um - te bereiken door het inschake
len van een spraakmakende archi
tect - wordt vaak gezien als teken
van bestuurlijke viriliteit, constateert
kunstsocioloog (en directeur van het
Arnhemse Openluchtmuseum) Jan
Vaessen in 'museumarchitectuur als
spiegel van de samenleving'.
Maquettes
Een garantie voor succes is het na
tuurlijk niet. De meeste musea heb
ben toch 'publiekstrekkers' nodig
om de exploitatie rond te krijgen.
foto cpd
Tentoonstellingen die zich bevinden
op het raakvlak van maatschappij en
kunst, zoals het Bonnefanten die
had met Benetton en Smaak, zijn
goed voor de bezoekersaantallen.
Het museum zelf is tegenwoordig
ook al goed als thema voor een ex
positie in een museum. In Antwer
pen is het Droste-effect compleet.
Daar is in museum het Hessenhuis
deze maand een expositie te zien
over vijfentwintig andere musea.
'Museums for a new millennium'
laat aan de hand van veel fraaie teke
ningen, foto's en wonderschone ma
quettes zien wat voor spectaculairs
er de afgelopen decennia is ge
bouwd. Veel, zo blijkt. En veel opval
lends. Het aantal musea in Neder
land (nu 1200), verdubbelde de laat
ste tien jaar. Frankrijk kreeg er, al
leen tijdens de periode Mitterrand,
vierhonderd nieuwe musea bij. Maar
ook in een arm land als Mexico ver
drievoudigde het museumbestand
in twintig jaar tijd.
In Antwerpen staan de spectaculair
ste voorbeelden bij elkaar en onder
ling verschillen ze behoorlijk. Het
zijn gebouwen die zijn bekleed met
baksteen, glas en titanium. Fragiele
bouwsels, uitbundige sculpturen en
monumentale tempels: alle modieu
ze stijlen en grote namen zijn verte
genwoordigd.
Tweede leven
Als het museum zelf kunstwerk
wordt, raakt de kunst wel eens in de
knel. Het spiraalvormige Guggen
heim in New York is één van de be
roemdste gebouwen van Manhattan.
Maai' het grootste deel van de verza
meling wordt getoond in een nieuwe
vleugel met rechte muren. Voor
Centre Pompidou geldt hetzelfde:
plexiglas en transparantie zorgen
voor een industriële uitstraling van
deze kunstfabriek, voor een exposi
tie is de overdadige lichttoetreding
verre van ideaal.
Sommige musea bevinden zich in
gebouwen die hun kwaliteit allang
hebben bewezen, en wie een tweede
leven is gegund. Vooral industriële
gebouwen lenen zich als expositie
ruimte. Zoals het Parijse Musée
d'Orsay, dat in een voormalig station
huist. En de Tate Gallery in Londen,
die in de turbinehal van een vroege
re krachtcentrale langs de Thames
komt.
Het cliché is al jaren dat de musea
de kathedralen van de twintigste
eeuw zijn. In die zin dat kunst bijna
een religie is geworden, maar ook
omdat er over twintig jaar wel eens
helemaal geen belangstelling voor
het museum als instituut kan zijn,
zoals ook de kerken overkwam. Dan
zijn het misschien de winkels of
sportcomplexen die bezoekers moe
ten trekken. Helemaal niet erg na
tuurlijk: de Rotterdamse Kunsthal
kan zo een evenementencomplex
worden, het restaurant zit er al. Dat
zelfde geldt voor het Architectuur
Instituut op hetzelfde museumpark,
of voor welk ander expressief muse
um dan ook. Oude fabrieken worden
ateliers, winkel of woningen, met
een mooi gebouw kan je altijd wat.
Museumarchitectuur als spiegel van
de samenleving, uitgeverij Uniepers,
isbn 9068252321, 25 gulden.
'Museums for a new millennium',
tentoonstelling in het Hessenhuis,
Falconrui 53, Antwerpen, tot 30
april. Di-zo 11-17 uur. Catalogus 950
bfr., met gratis Nederlandstalig sup
plement.
Haag en voor de bebouwing
langs de Boompjes in Rotter
dam.
Voorbeelden van gerealiseerd
werk zijn er toch nog genoeg.
Het Nederlands Danstheater in
Den Haag is een van zijn vroe
gere creaties. In de Kunsthal in
Rotterdam zijn veel van Kool
haas' vondsten terug te vinden,
evenals in het nog vrij nieuwe
Educatorium van de Universi
teit van Utrecht. Maar de grote
re opdrachten heeft de archi
tect met zijn bureau Office for
Metropolitan Architecture
(OMA) in het buitenland kun
nen veroveren.
Huis van de eeuw
OMA maakte het stedenbouw
kundig plan voor de bouw van
een nieuw stationsgebied in Lil
le, is nu in Chicago bezig met
een uitbreiding van het Illinois
Institute of Technology, vervul
de opdrachten in Los Angeles
en San Francisco en bouwde
woningen in Japan en Frank
rijk. Een zo'n woning, een villa
met speciale aanpassingen voor
de bewoner die bij een ver
keersongeval voor het leven ge
handicapt is geraakt, oogstte
zoveel waardering, dat het tijd
schrift Time het uitriep tot het
'Huis van de twintigste eeuw'.
Hier was een architect werk
zaam, die zich met veel gevoel
zo inleefde in de opgave, dat
het leven er voor de opdracht
gever weer dragelijk op werd.
Het Museum of Modem Art in
New York wijdde een tentoon
stelling aan Koolhaas' werk.
Hem werd gewaagd een ont
werp voor de nieuwbouw van
het museum te maken. Al die
eervolle dingen werkten in de
hand dat Rem Koolhaas is uit
gegroeid tot het meest aanspre
kende Nederlandse voorbeeld
van de architect als 'superstar'.
Nooit bereikbaar, altijd onder
weg, op doorreis naar Tokyo of
naar Miami, vliegtuig in, vlieg
tuig uit.
Wanneer hij ergens een lezing
houdt, of over zijn werk wordt
ondervraagd, puilen de zalen
uit of zijn maanden van tevoren
al uitverkocht. Bewonderaars
hangen aan zijn lippen, maar
hij is zelf vaak de eerste om zijn
afschuw van dit persoonsver-
heerlijkende 'Rem watching' tot
uitdrukking te brengen. Zijn
een geldprijs van 100.000 dol
lar. De jury, onder voorzitter
schap van J. Carter Brown, oud
directeur van de National Gal
lery in Washington, waardeerde
in Koolhaas de wijze waarop hij
in staat is schijnbaar onoplos
bare problemen toch met bril
jante en originele vondsten te
overmeesteren. Bovendien
voelt Koolhaas zich volgens het
juryrapport op z'n gemak bij de
toekomst. „Koolhaas is zowel
vernieuwer als commentator",
zei jurylid Ada Louise Huxtable,
bekend architectuurcritica te
New York.
Cult-status
Voor Koolhaas is de prijs een
nieuw bewijs voor de grote
waardering die er vooral inter
nationaal voor zijn architectuur
en voor zijn gedachtegoed be
staat. De inmiddels 56-jarige ar
chitect, met als handelsmerken
dwars, eigenwijs, recalcitrant,
maar ook origineel en visionair,
heeft in eigen land al ongeveer
de cult-status bereikt. Hoewel
er slechts weinig ontwerpen
van hem in Nederland zijn ver
wezenlijkt.
Aan die cult-status heeft Kool
haas jarenlang flink gewerkt. Na
een journalistieke loopbaan bij
de Haagse Post ging hij zich in
de jaren zeventig pas echt met
de architectuur bezighouden.
Hij studeerde architectuur in
Londen en in de Verenigde Sta
ten. Met het boek 'Delirious
New York' baarde hij al onmid
dellijk opzien: het manifest,
De naam en faam van de Nederlandse
architect Rem Koolhaas (56) hadden al
bijna mythische proporties. Nu hij ook
nog de Pritzker Architecture Prize - zeg
maar de Nobelprijs voor architectuur -
heeft gewonnen, krijgt de mythe er nog
een extra dimensie bij. Rem Koolhaas
behoort nu tot een select gezelschap
architecten, het puikje van de
internationale architectuur, van wie de
waardering en de kwaliteit nauwelijks ter
discussie staan.
door BEN MAANDAG
waarvoor in eerste druk tegen
woordig antiquarisch duizen
den guldens worden betaald,
was een lofzang op Manhattan,
een ode aan de hoogbouw te
midden van de hectiek en tur
bulente drukte van een ontzag
wekkende metropool als New
York en tegelijk een analyse van
hoe een stad tot zo'n enerve
rende heksenketel kon uitgroei
en.
Daarmee vestigde Koolhaas z'n
naam als visionair en analyti
cus, als iemand die de vinger
aan de pols van zijn tijd houdt
en grenzen wil overschrijden
om met een bijna fanatieke ver
betenheid te zoeken naar ver
nieuwende, opzienbarende op
lossingen. Hij onderstreepte dat
nog eens met zijn vuistdikke ar
chitectuurbijbel 'S, M, L, XL',
een stortvloed aan beeld en
tekst over alle tot dusver uitge
voerde en nimmer uitgevoerde
projecten, voorafgegaan door
een tabel van de afgelegde
vliegmijlen van de architect.
Uiteraard komt de houding van
vorser naar nieuwe wegen in de
architectuur vooral ook in zijn
ontwerpen tot uitdrukking.
Hellingbanen, onverwachte
glaswanden, beton dat zich van
plafond in een vloeiende bewe
ging plotseling omkrult tot
vloer, in Koolhaas' architectuur
lijkt vrijwel niets meer onmoge
lijk.
Blauwtjes
Dat avontuurlijke aspect, waar
mee hij elke gewoonte en vast
geroeste traditie lijkt te tarten,
deed in ons land menig op
drachtgever er met gefronst
voorhoofd uiteindelijk voor te
rugschrikken om met een ont
werp van Koolhaas aan de slag
te gaan. Koolhaas heeft in ons
land nogal eens een blauwtje
gelopen. Zoals bij het vervaar
digen van een nieuw ontwerp
voor de Tweede Kamer in Den
iterminal in het Belgische Zeebrugge is een van de opmerkelijkste gebouwen van architect Rem Kool-
foto anp
itecten als Norman Foster,
Piano, Tadao Ando, Al-
Siza en Richard Meier gin-
[oolhaas voor. Met de keu-
Koolhaas koos de Ameri-
N se jury van de Pritzker Prijs
de belichaming van ver-
en radicaliteit, voor
ompeling en non-confor-
Koolhaas is zowel filo-
Pragmaticuszegt het
%pport. „Theoreticus en
et. Opvallend door zijn
ucerende architectuur."
itzker Architecture Prize
in 1979 in het leven geroe-
loor JayA. Pritzker, presi-
van de Hyatt Foundation,
laar van een grote hotelke-
de Verenigde Staten en
t van de wereld. Omdat er
jaarlijkse uitreiking van
U ibelprijzen in Noorwegen
reden geen categorie ar-
:tuur bestond, wilde de
i Foundation in die leemte
ien. De procedures die bij
I ekenning van de prijs in
ivorden genomen, zijn in
lijnen dezelfde als bij de
Iprijzen worden gehan-
De winnaar krijgt jaarlijks
00j|rote bronzen medaille en