i Werken in 'een hoofd vol kamertjes' 3 ZATERDAG 15 APRIL 2000 Dustin Hoffman zette in de film Rain Man overtuigend een autist neer. Onwaarschijnlijk, dat wel, want de Amerikaanse acteur heeft alle symptomen van autisme in één karakter gepropt. „Zo duidelijk krijg je het beeld zelden zegt Ina van Berckelaer-Onnes. En zij kan het weten. Van Berckelaer bekleedt in Leiden de enige leerstoel ter wereld waarin autisme specifiek wordt genoemd. Ze onderzoekt vooral kinderen om hun ouders bij te kunnen staan. Autisten zien alleen losse dingen, geen totaalbeeld. Dat maakt het leven heel ingewikkeld. De video toont Erik, een jochie van een jaar of drie. Hij gaat helemaal op in een plastic speelgoedtelefoon: De knopjes en de draaischijf vragen een voor een zijn aan dacht. Minder belangstelling toont hij voor de hoorn die de onderzoekster hem voor houdt. Achteloos laat Erik hem uit zijn han den glijden, gebiologeerd door de draad waaraan het ding omlaag bungelt. „Hij neemt echt in details waar. Hij weet wat een telefoon is, die kent hij van thuis. Maar dit heeft niks met een telefoon te maken", ver klaart hoogleraar Ina van Berckelaer-Onnes. Dan geeft de onderzoekster Erik een pop in handen. Die kan hij uit- en aankleden, geen probleem. Ook het theeserviesje dat op tafel komt, roept herkenning op. Maar als de onderzoekster vraagt of hij de pop wil laten drinken, kijkt hij onthutst in het kopje. Wat valt er dan te drinken? „Doen alsof is we zensvreemd", legt de hoogleraar uit. „Hij kan zich niet inleven, zijn fantasie niet ge bruiken, juist omdat hij zo op details is ge richt." Wanneer de onderzoekster een kannetje water neerzet, kan het spel verder. Zorgvul dig schenkt Erik een straaltje water in het kopje en brengt dat vervolgens naar de mond van de pop. Daar gaat het mis. Het water drupt langs de poppekin omlaag. Wantrouwig kijkt de jongen toe. Dan giet hij het overgebleven water terug in het kannetje, vandaar weer in het kopje en terug in het kannetje. „Het is voor hem te hoog gegrepen en daarom vervalt hij in herhaling. Als je hem niet onderbreekt, blijft-ie dat doen want een pop laten drinken is eng." Van Berckelaer laat de videoband aan haar studenten zien, omdat hij de kenmerken van een autistisch kind zo duidelijk illusteert. „Details hebben de hoogste prioriteit bij de waarneming van autisten. Op een foto van een piano waarop iemand zit te spelen, zien ze een vinger, een witte toets, een zwarte toets, een vinger enzovoorts. Ze gebruiken de context veel te weinig. Verbindingslijnen ontbreken. Ze zien al die lossen dingen, maar geen samenspel. Dat maakt het leven heel ingewikkeld." Een van haar volwassen cliënten bezorgde haar enkele jaren geleden een opmerkelijk voorbeeld. „Die man kwam mijn kamer bin nen, waar toevallig een hamer op tafel lag. Idioot natuurlijk, iemand had dat ding na een klusje laten liggen en ik wilde hem weg leggen. Maar die man zei: 'Laat nou even lig gen, dan kan ik uitleggen hoe ik dit waar neem'. Hij ziet in eerste instantie twee voor werpen, van hout en van ijzer. Door dat te combineren weet hij dat het een hamer is, maar wat moet je daarmee? Juist ja. timme ren. De waarneming verloopt in stapjes. Zo loopt hij in gesprekken altijd achter. Als hij wil reageren op de eerste zin die anderen uitspreken, zijn zij al met de twintigste zin bezig." De hoogleraar zit vol met vergelijkbare Unieke post in Leiden: hoogleraar autisme verhalen. Neem nou het jongetje dat panisch was voor blaffen. Bij het geluid kromp hij in elkaar. Maar voor honden was hij niet bang. „Het blaffen op zich 'was voor hem een angstobject." En de man die de trap verstop te van de werklui die al op 6 december wa ren begonnen met het ophangen van kerst versiering in een winkelstraat. „Het is te vroeg, ik ben er niet klaar voor." Of de jon gen die uitstekend klok kon kijken, maar he lemaal van slag raakte toen hij na zijn ver jaardag een half uurtje later naar bed mocht dan voorheen. „Eerst ging hij om zeven uur naar bed en stond hij ook om zeven uur op. Maar nu stond zijn wekker op een andere tijd dan hij gewend was. Hij zag de klok niet als doorlopende tijd, maar als losse fragmen ten. En bij de wijzers van zeven uur hoorde slapen en weer opstaan." Opvoedingsprobleem Van Berckelaer bezet sinds 1991 de door het Leids Universitair Fonds ingestelde leerstoel autisme, verbonden aan de afdeling ortho pedagogiek van de faculteit der sociale we tenschappen van de Universiteit Leiden. „Daarmee zit autisme niet alleen in de medi sche sfeer en daar ben ik blij om. Volgens mij is het primair een opvoedingsprobleem. Hier komen ook de ouders aan bod. Dat is een groep die aparté aandacht verdient. Ik heb enorme bewondering voor ouders, want au tisme is een levenslange handicap, het houdt nooit op. Ik kan weg, maar zij hebben er 24 uur per dag mee te maken." Het Ambulatorium, de hulpverleningsaf deling van de sociale faculteit, heeft een au- tismespreekuur waar de hoogleraar en haar medewerkers proberen uit te zoeken wat er precies aan de hand is en welke bagage ze de ouders van autistische kinderen moet mee geven. Dat is vooral structuur. „De ouders zijn altijd bij het onderzoek. Ik wil weten wat past bij het gezin. Het moet allemaal heel voorspelbaar worden. De eettafel is om te eten, dus niet opeens met je bord op de bank voor de televisie gaan* zitten bijvoorbeeld. Chaotische toestanden vermijden en prikkels reduceren. Dus geen kast vol speeltjes, maar slechts twee of drie. Toch ook weer niet zo veel structuur dat het altijd op dezelfde ma nier moet. Je moet oppassen dat het leven geen ritueel wordt. Er verandert altijd wel iets en daar moet je tegen bestand zijn." Toen Van Berckelaer er bij toeval in rolde, stond het onderzoek naar autisme nog in de kinderschoenen. De symptomen zijn in 1943 voor het eerst beschreven. Pas in 1961 ver scheen het eerste artikel over behandeling. „Ik studeerde hier in Leiden toen er, in 1964, een meisje voor onderzoek binnen kwam. Dat kind werd als patiënt gezien en de ou ders werden er volledig buiten gehouden. Ik had vreselijk met hen te doen. Zo ben ik be gonnen en vervolgens heb ik mijn promotie onderzoek naar autisme gedaan." Wat er aan de hand is met autisten, is nog altijd niet precies bekend. Op grond van ge Ina van Berckelaer-Onnes: „De ouders zijn altijd bij het onderzoek. Ik wil weten wat past bij het gezin. Het moet allemaal heel voorspelbaar worden." FOTO»HENK BOUWMAN netisch onderzoek wordt vermoed dat 80 procent van de oorzaak in de genen kan worden gevonden. Opvallend is dat autisme vier keer zo vaak bij jongens dan bij meisjes voorkomt. „Het gaat om een tekort aan prik kelverwerking, waardoor mensen de wereld fragmentarisch waarnemen en onvoldoende begrijpen wat er om hen heen gebeurt. Het syndroom is wel eens omschreven als een hoofd vol kamertjes waarvan de deurtjes slecht open gaan. Dat vind ik wel een aardig beeld." Treffend Autisme is een stoornis die zich manifesteert in gedrag. „Je ziet het heel goed. Ouders zeg gen vaak: 'Het is net of het mijn kind niet is, het reageert helemaal niet op mij'. Er zijn problemen met de sociale interactie en com municatie. De helft van de kinderen spreekt niet en ook de non-verbale communicatie is beperkt. Kinderen wijzen al naar dingen voor ze beginnen te praten, maar autistische kin deren zijn daar laat in. Vaak moet je dat trai nen. Ook samen spelen lukt niet. ze kunnen hun aandacht niet verdelen over anderen." Als autistische kinderen wel leren praten, is hun taal afwijkend. Ze hebben moeite met begrijpen van taal en spreken met een typi sche intonatie. „Dikwijls vertonen ze pape gaaigedrag, ze praten iemand na zonder te begrijpen wat ze zeggen. Dustin Hoffman deed dat in- de film Rain Man op treffende wijze. Zo duidelijk krijg je het beeld zelden, al zijn in die rol wel alle karaktereigenschap pen in één persoon gestopt. Om zich op die rol voor te bereiden is hij drie maanden bij een gezin met een autistische jongen inge trokken, hij heeft het loopje geleerd en de in tonatie. Ik heb die film meermalen gezien en ik moet zeggen: hij is het nooit niet. Rain Man heeft veel bijgedragen aan het begrip voor autisten." Lastig is dat autisme veel verschillende ge zichten heeft. „Naast het kernsyndroom be staat eeri aantal met autisme verwante con tactstoornissen. Dat maakt een diagnose niet altijd gemakkelijk. Aan het kernsyndroom lij den vier op de tienduizend mensen, maar als we over het hele spectrum kijken, betreft het' 25 30 op tienduizend mensen. Er bestaan regionale autistenteams, verbonden aan de Riaggs, die zich bezighouden met diagnose en behandeling. Daarnaast zijn er kinderpsy chologen en universitaire klinieken, zoals het Ambulatorium, die ook deze zorg onder hun hoede hebben. Wij werken hier nauw samen met de Riagg. Ons spreekuur heeft een enor me wachtlijst. We zitten nu al vol tot septem ber." Een klein aantal autisten, 5 a 10 procent, kan een zelfstandig leven leiden. „Die red den het wel, al blijft het een probleem dat ze anders zijn. Om ze te helpen moeten wij ze inzicht in hun tekorten en mogelijkheden geven en dan nog gaat het vaak met vallen en opstaan. Als hun ordening opeens veran dert, raken ze in verwarring. Zo werd ik on langs gebeld door een jongen die nu bij een computerbedrijf werkt en daar een kamer deelde met een collega. Dat ging prima. Maar nu heeft dat bedrijf een soort kantoor tuin gemaakt, waar niemand nog een eigen werkplek heeft. Die jongen raakte helemaal in paniek en vond uiteindelijk een bureau in een hoekje waar niemand wil zitten omdat het er tocht. Daar werkt hij nu. met een muts op en handschoenen aan. Zijn baas zegt: 'Hij doet zo raar'. Ja natuurlijk doet hij raar, want hij voelt zich daar niet prettig meer." Dat maakt Van Berckelaer een beetje boos. Het is jammer dat er nog steeds niet veel be grip bestaat voor de mensen die haar zo fas cineren. „Ze leven naar de letter. Er is maar één waarheid. Hun fantasie is ingeperkt, al zijn er ook autisten die juist de overgang van fantasie naar werkelijkheid niet meer kunnen maken. Het is zó ingewikkeld hoe ze naar de wereld kijken, maar ook heel aandoenlijk. Ze doen precies wat je vraagt. Liegen of bedrie gen is er niet bij." Belangrijk Hartverscheurend is het gehuil van Wim, die zijn woede koelt op de muren van de kale isoleercel. Al op de filmbeelden van zijn jongste jaren, een staaltje huisvlijt van zijn trotse ouders, waren de kenmerken van au tisme zichtbaar. Maar die diagnose kreeg geen aandacht toen hij in een instelling voor verstandelijk gehandicapten belandde. Nu zit hij in een zitzak en laat zich niet benaderen, al hunkert hij naar aandacht, zo is te zien op de videofilm. „De enige manier van commu niceren die hij nog kent, is erop slaan. Zo trof ik die jongen een paar jaar geleden aan. In wezen ben ik dan woedend. Driekwart van de autisten is ook verstandelijk gehandi capt, maar dat wordt vaak uit het dossier ge schreven vanuit de gedachte dat het al zielig genoeg is. Maar het is juist hartstikke belang rijk om daar op te letten want er speelt een heel andere problematiek doorheen. Naar schatting een kwart van de verstandelijk ge handicapten in Nederland is ook autistisch, misschien zelfs wel meer, maar vaak wordt het niets eens gediagnosticeerd." Wim had geluk, omdat zijn ouders aan de bel trokken toen hij in de isoleercel terecht kwam. Van Berckelaer werd erbij geroepen en ze slaagde er, samen met de groepsleiding en de orthopedagoog van de instelling in Wim een menswaardig leven te bezorgen. „In zo'n stuurloos geheel werd hij almaar agressiever. We hebben geleerd dat het ook anders kan, door steeds aardig te blijven en dat was soms knap moeilijk. Dat proces heeft drie jaar geduurd, maar inmiddels komt Wim weer buiten en is zijn liefste wens, een keer tje met de hoovercraft naar Engeland, in ver vulling gegaan." Op de video is te zien hoe twee groepslei ders Wim tijdens een woede-aanval in be dwang houden en voortdurend op hem in praten. Aanvankelijk slaat hij wild om zich heen, dan wordt hij langzaam rustiger. Even later jogt hij. voor de veiligheid nog aan de armen ingesnoerd, met twee begeleiders door de tuin van het tehuis. Met hem loopt het goed af, concludeert de hoogleraar tevre den. „Het blijft iemand die begeleiding nodig heeft, een autistische jongen die je structuur moet bieden. Je geneest hem niet, maar hij is nu gewoon gelukkig. En dat is alleen gelukt omdat de kennis over autisme enorm is toe genomen." 0NN0 HAVERMANS Dustin Hoffman (rechts - links Tom Cruise) in de film 'Rain Main' (1988). Hij speelt hierin op indrukwekkende wijze de rol van een autitst. FOTO ARCHIEF'KIPPA

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2000 | | pagina 49