bPORT Ruud Plouvier komt nooit van waterpolo af Randje BUITENSPEL ""1 Katwijk-coach hoeft niet per se te promoveren Het is lang stil geweest rond Ruud Plouvier. Na zijn geruchtmakende vertrek bij De Zijl/LGB, nu vijf jaar geleden, koos de Leiderdorpse waterpolotrainer bewust voor een plaats in de luwte. Niet dat hij was afgeknapt op het bestaan van trainer/coach, maar Plouvier moest weer even de zinnen verzetten en de accu opladen. Omdat het bloed kruipt waar het niet gaan kan, ging hij begin dit jaar in op een aanbieding van Katwijk. De tweedeklasser is meteen titelkandidaat. De Leiderdorpse waterpolocoach Ruud Plouvier. „Spelers kunnen me nog altijd opbellen als ze niet komen trainen. Als ze dat niet doen, hoef ik hen ook niet te bellen dat ze 's zaterdags niet spelen." foto hielco kuipers Er kwamen diverse aanbiedingen, maar Plouvier (39) wimpelde vier jaar fu lang elk verzoek af. Regelmatig werd hij gebeld, door de meest uiteenlopende verenigingen. ,,0f ik nou een nieuw te- iticli lefoonummer had of een andere werk gever, ze wisten me altijd wel te vinden. De telefoon bleef rinkelen. Blijkbaar is het gemakkelijk om mij te traceren", zegt Plouvier. „Maar ik wilde gewoon even niets doen." Zijn opstappen destijds bij De Zijl/LGB,* de club waar hij van jongs af aan zelf speelde, ging gepaard met een hoop op hef. Gebrek aan discipline binnen en buiten het bad bracht hem tot zijn be slissing. Vervolgens werd er flink met modder gegooid. Henk Harteveld, des tijds coach van heren 2, verweet Plou vier dat hij weg was gelopen voor de problemen en gaf hem nog een schop na toen hij stelde dat Plouvier een draaikont was, moeilijk zou zijn en 'net dat beetje miste om een topcoach te zijn'. Plouvier op zijn beurt voorspelde het sportieve faillissement van de ver eniging, omdat het op bestuurlijk en or ganisatorisch niveau een puinhoop was. De Zijl degradeerde dat jaar uit de hoofdklasse. Plouvier wil aan het gebeurde geen door GERTJAN VAN GEEN woorden meer vuil maken. „Het heeft geen zin om dat allemaal weer op te ra kelen. Er zijn fouten gemaakt destijds en zonder mensen voor hun poten te schoppen, vind ik nog steeds dat de grootste fout bij De Zijl ligt." Zichzelf verwijt hij maar één ding. „Ik had het niet moeten doen. De Zijl kwam te vroeg. De accu was nog niet helemaal opgeladen, nadat ik drie jaar bij Zian had gezeten." Hij hield zich sindsdien op de vlakte en was twee jaar voor uiteenlopende zaken het aanspreekpunt van Marc van Bel- kum bij het Oegstgeestse Vivax, dat naar de hoofdklasse promoveerde en daar slechts een jaar verbleef. Het tweede maakte, met Plouvier als coach, de sprong naar de reserve hoofdklasse. „Maar die prestaties moeten geheel op het conto van Mare worden geschre ven", haast Plouvier zich te zeggen. Toen zijn plannen als jeugdcoördinator bij Vivax niet te realiseren bleken, hield de Leiderdorper het helemaal voor ge zien. Hij dook zelf weer even met zijn oude polomakkers het bad in, maar daar bleef het bij. Totdat hij, na veel aandringen, ja zei tegen Katwijk. Dat Plouvier, die na het CIOS in Over- veen een baan in de telecommunicatie verkoos boven een leven als sportin- structeur, 'slechts' bij een tweedeklasser aan de slag ging, verbaasde iedereen be halve hemzelf. „Ik kreeg telefoontjes van mensen die zeiden dat ze het leuk vonden dat ik weer een club had, maar zich afvroegen waarom ik in hemels naam op zo'n laag niveau training gaf. Maar misschien wil ik wel helemaal niet vier keer per week training geven en op zaterdag uit naar Eindhoven of Nijver- dal. Nu ben ik twee avonden weg en is de verste uitwedstrijd in Hoom." Doordat hij niets wist van Katwijk ('be halve dat ze in Aquamar speelden'), kon hij blanco aan zijn opdracht beginnen. „Gelukkig werd pas laat bekend dat ik bij Katwijk zat. Zo kon ik in de luwte werken. Ik heb bewust niemand gebeld uit de regio en speelde oefenwedstrij den tegen clubs als Alliance. Mijn voor ganger, Michel van' der Zeeuw, wilde wel dingen vertellen over de spelers, maar dat hoefde voor mij niet. Ik wist niet eens wie er dat jaar daarvoor in het eerste of in het tweede speelden." Plouvier was enerzijds getroffen door de kwaliteit die hij in Katwijk aantrof, an derzijds verbaasd over het gebrek aan spelplezier. „Er stond een ploeg die een vervelend seizoen had gedraaid met veel blessures. De spelers deden ook waar ze zin in hadden." Plouvier trok de touwtjes strakker aan. „Ik stel regels op en daar stonden ze wel raar van te kijken. Ik ben rechtlijnig en daardoor oog ik hard. Maar het is nodig. Kijk, een uurtje badwater kost een hoop geld. We trainen om half tien, maar ik zou wel gek zijn om op dat tijdstip met inzwaaien te beginnen. Dan komen ze maar tien minuten eerder en doen ze de warming-up op de kant. Wie dan om acht voor half tien komt, kan direct weer naar huis. Als één van mijn bepa lende spelers niet traint, speelt hij ook niet. Dat interesseert me niets. De beste zeven spelers, zijn niet altijd het beste team. Ik bereid mijn trainingen voor op basis van 23 man. Als er dan maar twaalf komen opdagen, heb ik de ziekte in. En ze kunnen me nog altijd opbellen als ze niet komen trainen. Als ze dat niet doen, hoef ik hen ook niet te bellen dat ze 's zaterdags niet spelen." Dat Katwijk onder zijn leiding vierde staat en uitzicht heeft op meer, verbaast hem niets. „Wat ik nu ga zeggen is ge vaarlijk, maar je hoeft niet eens goed te kunnen poloën om in de tweede klasse bij de eerste zes te eindigen. Als je je ploeg conditioneel goed op poten hebt, lukt dat al. Als je er nog een beetje lijn in brengt, word je vierde. En als je ervoor zorgt dat je zeventig procent van de man-meer-situaties afmaakt, zit je bij de eerste twee. Ik ben begonnen met sim pele patronen in de aanval en de verde diging. Nu gaat alles in elkaar schuiven en dat is leuk om te zien. De spelers zijn gaan nadenken over polo en dat is al heel wat. Voorheen slikten ze alles voor zoete koek. Nu gaan ze het ook nog be grijpen. Dat is weer een volgende stap." Hij acht Katwijk de beste ploeg in de tweede klasse. Wisselvalligheid - tegen lager geplaatste verenigingen werd ver loren of gelijkgespeeld - bepaalt de hui dige positie op de ranglijst. Dit weekein de moet Katwijk op bezoek bij koploper WVZ, dat vier verliespunten minder heeft. Ook concurrent De Dolfijn wordt nog bezocht. „Op tempo zijn wij niet te kloppen, maar in tragere wedstrijden kost het ons meer moeite om te win nen." De gedachte dat Katwijk in de eerste klasse geen gek figuur zou slaan, wordt gevoed door de resultaten op een on derling toernooi in Aquamar met als te genstanders eersteklassers De Zijl/LGB, Vivax en Alliance. Katwijk won het toer nooi in januari. „Jacob Spijker (de coach van De Zijl/LGB, red.) weet er in middels alles van. We kunnen verschrik kelijk goed poloën. Als je van de num mer 3 van de eerste klasse wint, ben je er eigenlijk klaar voor, maar ik weet niet of de vereniging dat ook is. Er is niet ge noeg aansluiting van onderaf. Het ver schil met het tweede en met de jeugd is veel te groot. Misschien is het beter als we nog een jaartje in de tweede klasse spelen." Of hij ook volgend jaar bij Katwijk aan het roer staat, wil hij nog niet bekend maken. Hij ziet het wel, de clubs hangen nog steeds regelmatig aan de telefoon. „Op weg naar de eerste uitwedstrijd van het seizoen werd ik al gebeld met de vraag wat ik volgend jaar ga doen. Dat is toch niet te geloven. Ik snap best dat verenigingen op tijd willen zijn met het benaderen van trainers, maar dit was wel erg snel." Door de eerder genomen afstand van het waterpolo, kan hij alles makkelijker relativeren. Hij brengt niet meer hele weekeinden in zwembaden door. Hij prefereert de rust thuis, bij zijn gezin. Plouvier heeft een zoon van bijna twee jaar en voedt daarnaast de twee kinde ren uit het eerste huwelijk van zijn echt genote op als zijn ze van hemzelf. „In de tijd dat ik niets deed, ben ik zelfs geen wedstrijden meer gaan kijken, ter wijl ik vroeger stad en land afreed. Het kan me niet rneer zo heel veel schelen wat er in de hoofdklasse gebeurt. Dat heeft ook met het niveau te maken. Als ik het AZC van nu vergelijk met dat van tien jaar geleden, zit daar zeven klassen verschil tussen." „Als je me vraagt tien hoofdklassespe lers op te noemen, lukt me dat niet. Ik had zelf nog nooit gehoord van de jon gen, die tot speler van het jaar was uit geroepen. Maar het eerste wat ik doe op zaterdagavond is pagina 635 van tele tekst opzetten. En op zondag kijk ik naar teletekst op omroep Leiderdorp voor de resultaten van de regionale ploegen." „De binding met waterpolo is altijd ge bleven en mocht die ooit minder wor den, dan zorgen de verenigingen er wel voor dat ik binding hou. Want ze blijven me maar bellen." MOOIER dan GOUD Ik heb gekozen voor een verhuisdoos met voet balspullen. Ik had in mijn carrière niet zonder - die dozen gekund. We zijn zo vaak verhuisd, die dozen zijn typerend voor mijn loopbaan, egint, verwacht je niet dat je zoveel clubs zult krij- riets plan je niet van tevoren. Het was wel een be- mze om steeds dicht bij het stadion te wonen. Bij ]e voetbalclubs is dat verplicht, bij andere niet. k wilde het altijd, om zo min mogelijk tijd en ener- l't te zijn aan het reizen. nd het leuk voor later om de tenues te bewaren. De herinneringen bewaar ik aan PSV en Heerenveen, heel goede clubs waar ik een leuke tijd heb gehad, irta-tenue vind ik het mooist. Rood-wit gestreept, ditioneel shirt. Wij keepers speelden in het groen, ld ik ook wel mooi. 'e wonen vond ik Friesland erg leuk. Het is er alle- wr grootser en ruimer. We hebben er vier jaar met gewoond. leven ons niets te vertellen over verhuizen. We kun- verhuizers zelf alle tips geven. We zijn begonnen in aar. Toen kwam Eindhoven, toen gingen we terug \assenaar, toen naar Almelo, weer naar Wassenaar, mre, naar Wassenaar, naar Heemskerk en nu wo- 'in Voorhout. We zochten iets in de buurt van Was licht bij familie en vrienden. We hebben een beetje keken en vonden dit wel een leuke omgeving, ook kinderen. Ze zitten allebei op de lagere school. we naar Voorhout kwamen, is onze vier keer van school gewisseld. Voor de hi is het wel goed om een beetje rust te enl NET VAN PUK 374 EICO KUIPERS l'Ami speelde ruim driehonderd wedstrijden in Btaalde voetbal. De Voorhoutse keeper heeft nog n contract van een jaar bij Excelsior, waar hij in zijn profcarrière begon. Op zijn achtste werd hij van de Wassenaarse amateurclub Blauw Zwart. l'Ami is 33 jaar oud. Hij is getrouwd met Reyka Wien hebben zij een zoon, Greg, en een dochter, Chloë. De alomtegenwoordigheid van ons nutsbedrijf is niet alleen mij een doorn in het oog. Ook Cees van der Voort, een lezer uit Noord- wijk, ergert zich paars en geel aan de Nuon-plaag in de straten van Leiden en wijde omgeving. Laatst zag hij bij zo'n tentje waarin zich werklui schuilhouden die iets on duidelijks langs de weg doen vier gloednieuwe Nuon-busjes staan. .Jammer dat ik geen fotocamera bij me had", schrijft Van der Voort in reactie op mijn column van vo rige week. Zelf omzeilde ik van de week een fi le op de A4 door binnendoor van Hoofddorp naar Abbenes (oprit A44) te rijden. Aan gene zijde van de Ringvaart (zelf koerste ik over de walkant aan de westzijde) telde ik vijf servicewagens van de geld schieter van voetbalclub Vitesse. Vijf keer paars-geel over een pol derweg van amper tien kilometer. Wordt het straatbeeld van Barcelo na en New York beheerst door het geel van taxi's, hier doen de oogver blindende busjes van Nuon dat. Toen ik voor de eerste keer tegen de Voetbalvereniging Sint Bavo (WSB) moest spelen, was ik mijn ouders dankbaar dat ze mij niet in Noordwijkerhout lieten opgroeien. „In shirtjes met zulke kleuren sta je het hele seizoen voor schut", dacht ik als junior bij het monsteren van onze tegenstander. Paars en geel, hoe verzinnen ze het?" Dat een Gelderse gasboer dezelfde kleuren voor oorlogvoering in de Randstad gebruikt, lijkt me tac tisch dan ook niet zo slim. Ik ga van al dat paars en geel in elk ge val behoorlijk in de tegenaanval. En met mij Cees van der Voort. Toen Nuon oktober vorig jaar ons energiebedrijf Rijnland opslokte, schreef deze gewezen onderwijzer te Leiderdorp een brief op poten aan de regionale directie in Alphen aan den Rijn. Van der Voort ergerde zich aan de triomfantelijke toon van het rondschrijven waarmee Nuon zijn offensief in het westen des lands toelichtte. Hij wees de di rectie er op dat een nutsbedrijf de belangen van het publiek moet die nen in plaats van een voetbalclub te spekken. Paars en geel hoe verzinnen ze het? Van der Voort kreeg antwoord. Niet van de directie, maar van iemand van het service-centrum. Die schreef dat Nuon Vitesse sponsort om een sterk imago op te bouwen zodat het bedrijf zijn gas, water en electra scherp kan prijzen als de energiemarkt over enkele jaren wordt geliberaliseerd. Omdat Vi tesse sportief, dynamisch en onder nemend is, identificeert Nuon zich met deze ambitieuze voetbalclub", luidde het pedante antivoord dat Van der Voort in november ont ving. Als het hobbyisme van de Nuon- top straks inderdaad wordt door berekend in de tarieven kan de helft van Nederland zijn borst nat maken. Dan zal het koud worden in het afzetgebied van president Tob Swelheim die maar blijft vol houden dat zijn klanten het finan ciële drama Gelredome/Vitesse nooit in hun portemonnee zullen voelen. De miljoenen die Karei Aal- bers er doorheen heeft gejaagd, mo gen voor Nuon dan een druppel op de gloeiende plaat zijn, de multi national wil dat geld terug. En zo lang de energiemarkt nog niet vrij is, en dat zou wel eens tot 2007 kunnen duren, kan Nuon ons op leggen wat het wil. Ondertussen vraag ik me af of ze in Arnhem wel helemaal goed snik zijn. Hoewel hij ten eigen bate de boel heeft geflest, als directeur van de Gelredome én als voorzitter van Vitesse, wordt Karei Aalbers door de aanhangers van de gezwollen provincieclub nog altijd op handen gedragen. Nadat hij de wijk naar het mondaine roversnest Marbella had genomen, werd de sjoemelen de voorzitter thuis fanatiek be weend door de harde kern van de Vitesse-fans. De strafste Arnhemse supporters keerden in de Gelredome hun Vi- tesse-shirtjes binnenste buiten om het logo van de sponsor onzicht baar te maken. De domoren besef fen kennelijk niet dat als Nuon het licht in hun dome uitdoet het waarschijnlijk nooit meer aangaat. Terwijl het publiek om de terug keer van Aalbers blèrde, zocht Karei steun bij burgemeester Jesus Gil y Gil, een nog grotere boef dan hij zelf. Lotgenoot Gil wordt verdacht van gigantische fraude en mag daarom van de rechter niet langer voorzitter van Atletico Madrid spe len. Zó ver heeft Aalbers het nog niet geschopt. Door heimwee gekweld, keerde Ka- rel deze week terug naar Arnhem. Al op Schiphol ging hij schreiend op de schouders van zijn getrou wen. Die hieven de hymne van de Gelredome aan: „Karei bedankt. Daar willen Cees van der Voort en ondergetekende zich graag bij aan sluiten: Karei bedankt. Door jouw miljoenenverspilling is Nuon ont maskerd als een onbetrouwbare en arrogante miljardair. We weten wat ons te doen staat. Zodra we vrij zijn onze energieleverancier te kiezen en er dient zich een goedko per alternatief voor Nuon aan (al scheelt het maar een gulden per maand), dan vliegt de club van Swelheim er bij ons thuis subiet uit. JAAP VISSER

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2000 | | pagina 37