ultuur Kunst
'Mannetje met behoorlijke eigendunk'
tiviteiten-kalender
Cooyker Ginsberg I
'CHONE
>CHIJN
Gebrek aan subtiliteit in voorstelling César Zuiderwijk
Dansduetten spannend om naar te kijken
AG 11 MAART 2000
fdwijk eert oud-burgemeester
Noordwijk krijgt zijn eigen cultuurprijs. De prijs is
ad naar de in 1999 overleden oud-burgemeester van
rijk J.M. Bonnike, die zelf ook actief was als beeldend
liaar. Naast een geldbedrag van 3000 gulden, beschik-
steld door de gemeente Noordwijk, bestaat de Job Bon-
Jjs uit een trofee gebaseerd op een kunstwerk van de oud-
keester. Het is de bedoeling dat de prijs dit najaar voor
;t wordt uitgereikt en daarna eens per twee jaar. De prijs
s|t leven geroepen door de Noordwijkse wethouder T.
i De Bonnikeprijs is bestemd voor zowel beroeps- als
V-kunstenaars.
sie Hynde gearresteerd
Chrissie Hynde, zangeres van The Pretenders, is ge-
rd tijdens een actie tegen dierenmishandeling bij een fi-
The Gap. Ze had leren accessoires in de etalage van de
iewerkt met een mes onder het motto 'Werp je huid af,
At: lynde wordt samen met drie anderen aangeklaagd, al-
politie. De activisten willen The Gap onder druk zetten
ii accessoires meer te verkopen die gemaakt zijn van de
van koeien in India die slecht worden behandeld.
'"}i ;en over partijdigheid commissies
D66 is bezorgd over de partijdigheid van adviescom-
van de Raad voor Cultuur. De groepen beoordelen op
nent de reeks subsidieaanvragen in het kader van het
iplan 2001-2004. D66 Tweede-Kamerlid B. Dittrich wil
itssecretaris Van der Ploeg een overzicht van organisa-
c j ar de commissieleden aan verbonden zijn. Verder wil hij
if de subsidieaanvragen van de betreffende instellingen
lonoreerd. De commissies zijn het middelpunt van een
endans. Ze beoordelen de 734 aanvragen voor geldelijke
lun oordeel mondt uit in een advies door de raad. De
;en zijn goed voor bijna een miljard gulden, bijna het
van het beschikbare bedrag. Gebleken is dat de com-
^j)ok subsidieaanvragen van eigen leden moet beoorde-
ÉW betrokkene zou tijdens de behandeling van zijn subsidie
Y p de gang' wachten. In september 1998 beloofde Van der
L at de procedure rond de adviezen 'volstrekt transparant'
i. Dittrich vraagt Van der Ploeg of deze vindt dat er een
ran belangenverstrengeling aanwezig is.
tOEKENWEEK 2000
r dfT- -
elheid van Doeschka Meijsing
euningen
ïaart 19.30-20.30 uur
estraat 93, Leiden
geeft een lezing n.a.v.
haar roman 'De tweede man
Di. 21 maart, vanaf20.00 uur
Breestraat 93, Leiden
mline Slot Gerard Koolschijn
ir roman 'Blauwbaard'
ïaart, 14.00-15.00 uur
straat 93, Leiden
imdiscussie
het vertalen
klassieken met:
e d'Hane Scheltema,
lerbrandy, Vincent
ak.Leo van Maris,
'ïeters (discussieleider)
ïaart, vanaf 13.00 uur,
-okhorstkerk,
kerkstraat 1Leiden
jrveren: 071-5160503
urgersdi jk Niermans.
verzorgt een voordracht over
'de Bakchanten' van Euripides.
Wo. 22 maart,vanaf20.00 uur
Breestraat 93, Leiden
Lezing Asterix en
de Wijde Wereld
(het vervolg op 'Asterix en de
Waarheid') door René van
Royen en Sunny va van derVegt
Vr. 24 maart, vanaf 20.00 uur
Sociëteit De Burcht, Burg-
stëeg 14, Leiden. Kaarges: f5,-,
s.v.p. reserveren: 071-5160510
Theo van Doesburg, man van contrasten in kunst en leven, onderwerp van twee tentoonstellingen
Nooit eerder kreeg kunste
naar Theo van Doesburg
zulke uitgebreide tentoon
stellingen als nu in het
Centraal Museum in
Utrecht en het Kröller
Müller in Otterlo. Als hij
nog geleefd had, zou hem
dat niet hebben verrast.
„Het was een mannetje
met een behoorlijke eigen
dunk." Klein (1,61 meter)
en toch behoorlijk aanwe
zig, want licht ontvlam
baar, vol contrasten, dyna
misch en van invloed op
iedereen die bij zijn sterke
persoonlijkheid in de
buurt 'durfde' te werken.
UTRECHT THEA FIGEE
Theo van Doesburg (1883-1931)
leefde een bruisend leven. Zijn
alles overstemmende ideeën,
die hij als oprichter van het tijd
schrift De Stijl, als uitdrager van
een excentrieke beweging als
Dada, het constructivisme, als
schrijver en dichter onder maar
liefst drie pseudoniemen en als
architect en kunstcriticus venti
leerde, hielden maar liefst drie
kunsthistorici drie jaar lang
fulltime aan het werk. Het re
sultaat: de oeuvrecatalogus die
verschijnt bij de twee tentoon
stellingen.
Niet dat Van Doesburg, als hij
nog geleefd had, van al die aan
dacht ook maar een blosje op
de wangen zou hebben gekre
gen. Hij schreef: 'geestelijk nie
mand noodig te hebben, ter
wijl, omgekeerd allen op mijn
geestelijke activiteit parasi
teeren: zowel vrienden als vij
anden.'
„Tante zei altijd tegen ons: Ik
heb maar tien jaar met hem ge
leefd, maar het was alsof het
vijftig jaren waren", typeert
Wies van Moorsel de alles ver
pletterende, maar o zo rijke in
vloed van Theo op alles en ie
dereen. Als nicht van Van Does-
burgs derde, veel jongere echt
genote Nelly kwam ze veel te
weten over het duo. Ze werd als
nicht ook universeel erfgename
van de nalatenschap van Theo
en Nelly en schonk deze in 1981
aan de Staat der Nederlanden,
waarvoor ze de gouden muse
ummedaille verdiende.
Wies van Moorsel schreef een
boek over deze eigenzinnige
tante, die almaar riep dat wie in
de kunst iets wiTde betekenen
'geëngageerd' moest zijn. Dat
had ze van Van Doesburg. Het
boek zal nog tijdens de Van
Doesburg-tentoonstellingen
verschijnen. Het vertelt over
Nelly en omdat haar persoon
lijkheid zo werd opgeslokt door
Theo, dus ook veel over Theo.
„Theo was een man van ui
tersten. Niet alleen in z'n kunst,
maar ook in z'n leven was hij
met contrasten bezig. Hij pro
beerde voortdurend mensen
aan zich te binden en iedereen
z'n ideeën op te leggen. Hij
werkte het liefst met een groep,
maar zorgde er wel voor de
baas te zijn. Het was een man
netje met een behoorlijke ei
gendunk. In een brief aan zijn
beste vriend Kok schreef hij
eens: 'toen ik je leerde kennen
was je maar een mager schar
minkel cn door mijn invloed
ben je nu een stralende man
geworden'. „Aan de andere
kant was hij ook een warm en
gevoelig mens. Hij kon ruzie
trappen, maar het de volgende
dag met tranen in zijn ogen
weer goed maken."
Theo en Nelly presenteerden
zich uiterlijk ook als kunste
naars. „Ze hadden niet veel
geld, maar besteedden toch
veel aandacht aan hun uiterlijk
en hun kleding. Ook daarin
zocht Van Doesburg naar con
trasten. Zo liep hij graag in een
wit pak met zwarte das of an
dersom. Soms droeg hij een
witte en een zwarte das over el
kaar heen. Altijd had hij een
klein brilletje en een hoed op
en hield hij ervan mensen daar
mee te bespelen. Al die kunste
naars van zijn tijd zagen er
trouwens uit als heren, niks sjo
fele kleding," aldus Wies van
Moorsel. En Nelly werd door
Van Doesburg in Ideding gesto
ken die bij zijn kunst paste en
hij knipte zelf haar haar. Ze had
er zelf niks over te vertellen.
Zo vol en bruisend als het le
ven van de volwassen kunste
naar Van Doesburg was, zo stil
letjes tot nauwelijks besproken
is het begin, zijn jeugd, zijn
protestantse opvoeding in een
opvallend kunstarm milieu. Hij
doet pogingen acteur te wor
den, maar kiest uiteindelijk
voor het schilderen, waarin hij -
zoals ook in al zijn andere acti
viteiten in de kunst - autodidact
is. Z'n vroegste schilderijtje van
een hond ontstaat in 1899 en
erna volgen meer 'bruine' zelf
portretten, waarmee hij aan
vankelijk zijn bewondering voor
Rembrandt en Breitner uit
spreekt. Eenmaal onderweg
naar de abstracte nieuwe kunst
tapt hij uit een heel ander vaat
je: 'Wijs mij eens een komposi
tie van Rembrandt aan die niet
lomp, onaesthetisch en onop
gelost is. Weg met dit bederf
der middeleeuwen.'
Van Doesburg verkondigt zijn
ideeën in het tijdschrift De Stijl,
dat hij in 1917 opricht. Hij
schaart kunstenaars om zich
heen als Mondriaan, van der
Leek, Arp en de architect Oud
Theo was
en ontmoet op zijn reizen door
Europa gelijkgestemden als El
Lissitzky, Moholy Nagy en Kurt
Schwitters. Hij oriënteert zich
op alles wat zich in de nieuwe
tijd aandient, van moderne mu
ziek tot experimentele film, van
opkomend futurisme tot in de
jaren twintig een bruisend
kunstcentrum als Parijs, waar
hij met Nelly lange tijd verblijft
en in de buurt waarvan hij ook
het laatste deel van zijn leven
leeft. Het burgerlijke Holland
heeft zijn belangstelling allang
niet meer.
Van de drie vrouwen in zijn
leven speelt Nelly de hoofdrol.
Ze stonden samen op het podi
um met spraakmakende dada-
optredens, waarbij Nelly Van
Doesburg als pianiste begeleid
de. Dada rekende af met de
bourgeois, het burgerlijke, tra
dities. Wie echter denkt dat Van
Doesburg nu z'n kunstenaar
schap met Nelly deelt heeft
maar ten dele gelijk. Wies van
Moorsel: „Van Doesburg was,
evenals alle andere kunstenaars
van zijn tijd, een ontzettend ou
derwetse man hoor. Het was de
tijd dat Mahler zijn vrouw Alma
gewoon meedeelde dat haar
huwelijk met hem inhield dat
ze met componeren kon stop
pen. Dat was voortaan zijn klus.
En ook van Doesburg had een
lage dunk van scheppende kun
stenaressen. Dat was in die tijd
gewoon zo.
Nelly had met haar pianospe
len een eigen carrière kunnen
opbouwen, maar koos voor Van
Doesburg. Ze reisde met hem
mee om zijn ideeën van De Stijl
uit te dragen en hem te steunen
op die talrijke momenten dat
hij teleurstellingen opliep. Zo
Een kleur-
ontwerp van
Van Does
burg voor de
hal van een
universiteit.
FOTO ANP
als in Weimar, waar hij aan het
Bauhaus van Walter Gropius zo
graag docent had willen wor
den, maar recalcitrant als hij
was bij voorbaat liet weten er in
ieder geval zijn daar verguisde
ideeën van De Stijl door te wil
len voeren. Hij zou er nooit do
cent worden, maar veel
Bauhaus-studenten kwamen
wel bij Van Doesburg op het
atelier, waar hij ze cursus gaf en
in De Stijl onderrichtte. Van
Doesburg, gelovend in de leer
van contrasten voor zowel de
kunst als het leven zelf, zocht
voortdurend de confrontatie.
Zo kwam het niet alleen tot het
bekende conflict met Mondri
aan over Van Doesburg's intro
duceren van de schuine lijn in
diens rechtlijnige visie, maar
ook tot een breuk met architect
Oud toen Van Doesburg een al
te nadrukkelijke kleurtoepas-
sing in diens ontwerpen voor
stelde.
Zijn architectonische ideeën
verwezenlijkte hij later in het ei
gen ontwerp woonhuis in het
Franse Meudon, waar hij door
astma, ernstige bronchitis en
uiteindelijk in 1931 door zijn
overlijden maar zo kort van
heeft kunnen genieten. Nelly
heeft tot aan haar dood de
kunst van Van Doesburg be
heerd en er tal van belangrijke
tentoonstellingen mee ge
maakt. De nalatenschap kwam
in 1981 uit Frankrijk naar Ne
derland en is over diverse mu
sea, waaronder een groot deel
voor het Centraal Museum in
Utrecht, verspreid.
Theo van Doesburg t/m 18 ju
ni in zowel het Centraal Muse
um in Utrecht als het Kröller-
Müller in Otterlo.
h
;die
an i ebben wij levensliede-
ederen, wat zijn dat?"
wel. Chiel Montagne,
Zonder Naam, vlie-
ik, dood, ellende. De
dosis misère die je
ren wil delen."
jen, je overvalt me wel
J. Wacht, ik vraag het
je vader."
ch gekraak op de ach-
„Waaat? Of er ook Su-
Jevensliederen be-
tilte die om toelichting
4. Mijn moeder:
li in het dagelijkse leven
n suggestie want ik las
folder van de Laken-
'^e 5. met R.' is dat een le-
B.B. met R.? Dat is
>nen met rijst."
t maar, eten is niet
rke drank is beter. En
jals er iemand dood
icie
ur- Depend: „Er moet ie-
>4 51 dood gaan."
de achtergrond: „Oh
:hijr e ie bij een begrafenis
iwe
v v dan?
in een telefonisch a
-Waar moet ik gaan
als de nood me te
ierk o dt. Da's wel erg seri
ën. ee a's meer een doods-
r je zingt het ook op
gen. Waar wil je het
,45 f 'oor weten?"
HANS KEUZERS
Concert 'Alle gekheid met een stokje'. César Zuiderwijk
featunng Percossa PercussionGehoord 10/3, Stadsge
hoorzaal, Leiden.
In het onberispelijk wit gekleed komt César
Zuiderwijk het toneel van de Stadsgehoor
zaal op om met de rug naar het publiek een
levensgrote bassdrum te bewerken. „Zitten
jullie lekker?" Vraagt de Haagse drummer.
Binnen twee tellen is de bassdrum omgeto
verd tot een lekkere leunstoel. Zuiderwijk
vertelt op zijn sofa over zijn eerste optre
dens bij Rene and the Alligators én over
zijn eerste drumstel. Het blik Bonzo-hon-
denbrokken en twee augurkenblikken vor
men in die tijd het drumstel en de pollepels
zijn de sticks. Cesar geeft een simpel basis
ritme. „Als je dit beheerst, kan je makkelijk
dertig jaar met de Earring mee."
In het begin van de voorstelling denk je nog
dat het presenteren César Zuiderwijk mak
kelijk afgaat. 'When the lady smiles', de
monsterhit van de Golden Earring, galmt
door de zaal en Zuiderwijk paradeert als
een regelrechte tamboer-maitre over het
toneel. Hier begint de cabareteske vorm al
haarscheurtjes te vertonen, want het num
mer wordt verschrikkelijk uitgemolken. Het
subtiele intermezzo door Percossa Percus
sion met kleine voeten aan steeltjes in een
mooi ritmespel op muziek van Micheal
Jackson en Prince is een verademing.
Percossa komt zelf met een wat uitgekauw
de djembé-act, waar vooral de zang maar
matig boeit en direct na de pauze met een
japanse trommel-act. Het ritme staat niet
zo zeer centraal maar veel meer de syn
chronische bewegingen. Zonder meer
grappig is het nummer in de keuken. Drie
koks geven met plamuurmessen het basis
ritme, in de keuken wordt gesoleerd op de
overige pannen en Zuiderwijk maakt het
geheel af op de deksels.
Drummen is een vak en tegelijkertijd zit je
ook lekker veilig achter de drumkit. Dat on
dervindt Zuiderwijk maar al te goed als hij
de mist in gaat met een verhaal over een
kabouter die hem aan een superklein
drumstel helpt én als hij in een soort van
Tommy Cooper-achtige act belegen grap
pen maakt over allerlei soorten drumstok
ken. Voor de pauze zorgt Zuiderwijk in een
drive die sterk doet denken aan Slagerij van
Kampen met zijn mokerslagen nog voor
een geweldige climax, maar in het slot
nummer met Braziliaanse ritmes hapt de
sound wel lekker weg, maar toch gaat het
nergens echt ultiem swingen.
MAARTEN BAANDERS
Voorstelling: 'The Art of Two' door Galili
Dance.Gezien: 10/3 LAKtheater Leiden.
Aldaar nog te zien 11/3
Een programma met alleen
duetten: is dat niet te sober? Ze
ker niet. 'The Art of Two' van
Galili Dance laat zien hoe rijk
dit genre is. Vijf van de zes
duetten zijn tussen 1990 en nu
gemaakt door Itzik Galili. Het
zesde is van Roni Haver en Guy
Vaizman, beiden dansers in Ga
lili Dance.
Belangrijk voor de Galili is de
wisselwerking tussen woord en
beweging. In 'Between L...' be
wegen een danser en een dan
seres ieder in hun eigen licht-
vlak. Wat hen verbindt is hun
conversatie, die nogal vrijblij
vend is. Alles wat er over en
weer gezegd wordt krijgt een
erotische draai. De woorden
vallen in hetzelfde ritme als de
dans, waarmee ze iets vanzelf
sprekends uitdrukken, terwijl ze
toch spannend zijn om naar te
kijken: veerkrachtig en vol
vaart. Even staat de dans stilt,
bij een tekst over gruwelijk ge
weld. Maar al snel beginnende
bewegingen weer van voren af
aan. Een beetje moralistisch,
maar licht en niet opdringerig.
Ook in 'Enter' spelen woorden
een rol. Eén voor één worden
de delen van het lichaam be
noemd en aangewezen. De be
wegingen rollen uit deze woor
den voort, ook als de woorden
functies, gevoelens en associa
ties aanduiden die bij de li
chaamsdelen horen. Zo wordt
zichtbaar hoe de mens in elkaar
zit: een fascinerende combina
tie van zwaarte en snelheid.
Galili laat vaak de karakters van
de dansers naar voren komen.
In dit programma vooral in
'Fragile*. Fraai is het contrast
tussen de gespierde danser met
zijn doelgerichte, gesloten be
wegingen en de danseres die
van een transparante, visachti-
ge lenigheid is. Hoe kwetsbaar
ook, ze stuurt aanvankelijk het
lichaam van haar partner, die
echter zijn eigen impulsen volgt
en zijn gezicht niet laat zien.
'Double Time' bewijst dat het
veel uitmaakt of een duet ho
mo- of heteroseksueel geladen
is. In dit geval: heteroseksueel.
Passie ontbreekt. Er hangt iets
zakelijks tussen de mannen.
Het mooie is dat je ook kwets
baarheid ziet in hun zoeken
naar een manier om met elkaar
te leven: een mooi balanceren
tussen steun zoeken en elkaar
wegduwen.
Albert Panja' van H^ver en
Vaizman is een komisch hoog
tepunt. Het doet denken aan
hoe kinderen met elkaar spelen,
niet alleen in wat ze doen, maar
vooral in motoriek en mimiek.
Prachtig zijn de eetpassages eh
de scènes waarin de jongen
verdwijnt onder de enorme wit
te jurk van het meisje, vooral
als ze aan het eind vadertje en
moedertje spelen met alles wat
daarbij komt kijken. Hier wordt
goed gedanst, met veel gevoel
voor hilarisch theater.
Na deze hilariteit is het even
omschakelen om voorbereid te
zijn op de dramatische lading
van 'When You See God Tell
Him'. Met prachtige, suggestie
ve bewegingen zoeken de man
en de vrouw moeizaam hun
weg in de onrustige, geweldda
dige wereld. Eenvoudige geba
ren als het langs elkaar heen
wijzen of net niet harmoniëren
met een armgebaar worden
briljant toegepast. Een aangrij
pende en meeslepende afslui
ting van dit mooie programma.
Surinaamse dames, die Surinaams dansen, op Surinaamse levensliede
ren. FOTO ENGEL LAMEIJER
'Levensliederen, wat zijn dat?'
„Voor het Intercultureel Festi
val van het Levenslied in het
museum De Lakenhal."
„Wacht, ik vraag het even aan
tante Josje, die staat in de keu
ken."
Ik krijg al een beetje spijt want
ik word waarschijnlijk onder
worpen aan een verre afstand
vergadering. Mijn familie doet
aan een omslachtige vorm van
telephone conferencing ai lang
voordat er zoiets als internet
bestaat. Misschien had ik het
aan de directeur van De Laken
hal moeten vragen. Per slot van
rekening organiseren ze daar
het festival. Als je de folder leest
blijkt dat het poldermodel ook
op muzikaal gebied behoorlijk
school heeft gemaakt. Want
overal op deze trieste aardkloot
- van de Antillen tot de Moluk-
ken, van Marokko tot Afghanis
tan - zingen ze over hun huise
lijke ellende. In Iran hebben ze
het over de steniging van Keetje
Tippel, in Afghanistan deinen
zwaar gesluierde vrouwen mee
op het gezellige één, twee, drie
van de Taliban bombardemen
ten. En op de Antillen schijnt
zelfs een parkeerbon aanleiding
te zijn voor een zielig liedje.
Alsof de hele wereld in een eer
betoon aan staatssecretaris Van
der Ploeg zich intercultureel
aan de muzikale ellende laaft.
Het levenslied, de mondiale
constante. En subsidiegewijs is
het natuurlijk ook heel gunstig
om duende, fado, blues en wel
tschmerz aan de sleep van Ma
ry's koninginnemantel te han
gen.
„Ben je daar nog? Tante Josje
vraagt wanneer je weer eens
langs komt."
„Heel binnenkort. Wist ze nog
een Surinaams levenslied."
„Ze had het over die KPN-recla-
me waar die vrouw tegen goed
koop tarief met haar vader in
Suriname belt. Dat was toch
ook heel emotioneel. Bedoel je
dat?"
(Hoopvol)„0 ja, daar huilt zij
toch in?"
„Dét weet ik niet. Wacht even-
Cynthia zegt dat dat regen is.
Wacht, ik vraag het even aan
oom Ewald, die staat ook in de
keuken."
Kwestie van definitie. In Ameri
ka zou Andre Hazes misschien
de blues hebben. Of misschien
ook niet. Het is natuurlijk zo
dat Nederlanders de even unie
ke als bewonderenswaardige ei
genschap hebben dat alles dat
zich enigszins tot het Neder
landse bekent liefdevol op te
nemen, in te lijven en te etiket
teren. Nasi haal je bij de snack
bar, tulpen komen uit Amster
dam en er zijn mensen in mijn
omgeving die vinden dat ik een
gezonde Hollandse jongen ben
omdat ik accentloos Neder
lands spreek en niet pas in de
eerste de beste IKON documen
taire over 'echte' Bijlmersurina-
mers.
„Ben je daar nog. Oom Ewald
had het over 'Faja Siton'."
„Wat is dat?"
„Een slavenliedje. Baas Janssen
heeft weer mensenkinderen
vermoord, zoiets."
„Klinkt veelbelovend."
„Maar het is nu een soort kin
derspelletje."
„O, laat maar zitten."
„Wacht even, neef Carlo doet
de groeten en nicht Pearl vraagt
of Trafassi ook komt."
„Nee, wel Anil Ramdas."
„Da's toch die jongen van tv.
Wat leuk. Maar ik weet echt
niks hoor. (stilte) Schat wil je
wat voor me doen? Als je gaat
kun je dan de titels voor me op
schrijven? Je vader en ik zijn
wel benieuwd naar die Suri
naamse levensliederen. En
wanneer kom je weer langs."
PABLO CABENDA