Normen en waarden mogen weer Kinderwoorden 236 ZATERDAG 4 MAART 2000 Liesbeth Mulder: „Ik ben geen voorzitter die haar eigen gelijk wil halen, maar een typische bestuurder van het harmoniemodel." FOTO RON RICHEL Liesbeth Mulder geeft richting aan ethisch reveil Humanistisch Verbond Pinnig is ze in haar Haarlemse tijd genoemd. Al wat een vrouw tot haaibaai maakt Het zijn niet de eerste eigenschappen die worden toegedicht aan een voorzitter van het Humanistisch Verbond. Maar wie zich wil verbazen dat ze zich weet te handhaven als voorzitter van een beweging waarin mens en menselijkheid centraal staan, krijgt van haar de zegen dat vooral te doen. Ondertussen beraadt Mulder zich al overeen nieuwe ambtstermijn van drie jaar, te rekenen na 2001. „Wat over mij allemaal is geroepen en geschreven, zegt meer over deg&nen die daarvoor verant woordelijk waren." Geloof het of geloof het niet, maar Lies beth Mulder hoefde niet zo nodig voorzitter te worden van het Humanistisch Verbond. Maar aangezien zij met haar zes zittingsjaren het bestuurslid met de langste staat van dienst was, lag het voor de hand dat zij zou worden gevraagd de aftredende Marian Ver kerk op te volgen. „Het aanvaarden van het voorzitterschap moet niet worden uitgelegd als het bevredigen van mevrouw Mulders be hoefte zich zo nodig te moeten profileren. Ik ben niet de grote voorganger, maar een koerszoekend leider. Ik wil in mijn leven voor alles een constructieve bijdrage leveren aan de maatschappij." Wat lacherig wuift ze weg dat er sinds haar aanstelling in november 1998 een fijn-Mul der te onderkennen valt in het Humanistisch Verbond. „Hahaha, zou leuk zijn. Maar dat lijkt me te veel eer. Als er al een fijn-Mulder bestaat, dan hoeft die niet per se door mij te zijn verzonnen. Al eerder binnen het Huma nistisch Verbond is het aan de orde geweest niet langer de godsdienst als negatief refe rentiekader, maar juist de menselijke waar digheid als uitgangspunt te nemen. Ik vind het aardiger ergens voor te zijn dan tegen iets. Onder het voorzitterschap van eerst Rob Tielman en vervolgens Glastra van Loon is al gezocht naar verbreding. Daarentegen wilde Cliteur, twee voorzitters voor mij zeg maar, met het Humanistisch Verbond weer de smalle weg van de seculiere anti-godsdien stige beweging op." Aan de inhoud van het onlangs versche nen boekwerkje 'Werken met waarden', heeft ze wel haar regie gegeven. Zo heeft ze de idee van 21 agendapunten aangedragen, die zo ongeveer als basis dienen voor het ideaal van 'verbeter de wereld en begin bij de humanist'. „Kerken hebben een bijbel, humanisten uitgangspunten waar eigenlijk geen boek voor nodig is. Maar het laatste Humanistische Perspectief als resultaat van discussies binnen de vereniging over hoe humanisten tegen de wereld aankijken, da teerde al weer van een jaar of tien geleden. Op bestuursniveau is besloten het Humanis tisch Perspectief te vernieuwen. Er zijn her en der discussiebijeenkomsten gehouden in het land. Vooraanstaande humanisten heb ben naar aanleiding daarvan de bundel 'De Menselijke Maat' geschreven. Daarna is een toegankelijke publieksversie gemaakt. Zie het als een oproep aan alle mensen die zeggen: wij willen een publiek debat over de publieke moraal. Het is een oproep om het weer te hebben over normen en waarden. Dat mag nu weer. Van alle kanten hoor je erover. Er staan eenentwintig agendapunten in. Oor spronkelijk heetten die stellingen. Maar dan is het net alsof wat wij van de kansel roepen juist is. Dat pretenderen wij dus niet; wij hebben het over agendapunten om over na te denken." De anti-autoritaire opvoeding is in de ja Amper drie jaar geleden verdoemd als voorzitter van de Haarlemse raadsfractie van D66, sinds eind 1998 binnen het Humanistisch Verbond alom gerespecteerd als voorzitter. Waar destijds haar eigen partijgenoten de prominente lokale politica oneervol van haar voetstuk lieten tuimelen, draagt Liesbeth Mulder ten volle bij aan het ethisch reveil van het nieuwe humanisme dat onder meer wordt uitgedragen in het boekje 'Werken met Waarden'. Levenskunst en maatschappelijke betrokkenheid zijn trefwoorden voor een handreiking naar de eens verketterde kerken. De rancune is bij de niet-klerikale beweging verwaaid na het opengooien der vensters. Wat geweest is, is geweest. De tegenwoordig in Amsterdam wonende Liesbeth Mulder maakt het ook privé waar. Binnenkort wordt ze zestig en vrijwel al haar ex-fractiegenoten mogen op verjaardagsvisite komen. ren zeventig ook binnen het Humanistisch Verbond hot item geweest. Binnen de bewe ging heeft altijd de naar eigen inzicht hande lende mens voorop gestaan. Nog steeds staat Mulder daar pal voor. Tegelijkertijd beaamt zij dat vele landgenoten als zelfbeslissers zijn doorgeschoten naar een ietwat asociaal ge dragspatroon. „Het is een misverstand dat je geen rekening met de inzichten van anderen hoeft te houden, als je naar eigen inzicht handelt. Niet christelijk maar menselijk is wat mij betreft het aloude adagium 'Wat gij niet wilt dat u geschiedt, doe dat ook een an der niet'. Individualisering met de calcule rende burger als boegbeeld is bepaald niet de richting die wij zoeken." Niemand hoeft bij haar dan ook aan te kloppen met het verwijt dat de Nederlandse samenleving buiten de normen en waarden is gederailleerd door toedoen van onder meer de pleidooien van het HV voor autono mie en individualisering. „Daar verzet ik me altijd hevig tegen; bij ons staat het begrip so lidariteit immers hoog in het vaandel." Hotelgasten, vreest niet. Er zal straks op het nachtkastje geen 'Werken met waarden' naast de traditionele bijbel worden gelegd. Mulder moet er niet aan denken. „.Alsjeblieft, zeg. Wij humanisten hebben niet de zen dingsdrang. die kerken in elk geval hadden. Wie er kennis van wil nemen, kan het boekje voor nog geen twee tientjes kopen. Ik heb een artikel gelezen van de hand van Rob Bui tenweg. medewerker aan de universiteit voor humanisitiek in Utrecht. Die schreef: 'Hu manisten zijn profeten met schroom'. Vind ik een prachtige uitdrukking. Kijk, je hebt een levensovertuiging. Daar leef je mee, daar voel je je goed bij. Maar het fundamentele verschil tussen bepaalde godsdienstige men sen en humanisten is dat wij niet de neiging tot bekeren hebben." In haar fraaie jaren dertig-appartement in Amsterdam-Oud Zuid ziet ze geenszins in wrok om naar haar rigoureus afgebroken po litieke loopbaan bij D66 in Haarlem. Jawel, ze was destijds mens genoeg om zich als fractievoorzitter kaltgestellt te voelen door haar partijgenoten die in wezen een karak termoord pleegden door haar voor de ge meenteraadsverkiezingen van 1998 op een onverkiesbare negende plaats te posteren. Maar denk vooral niet dat de verhuizing naai de riant bemeten hoofdstedelijke Hobbe makade een vlucht is. „Zo is het wel uitge legd. Ja dag, de verhuizing naar Amsterdam was sowieso aan de orde. Mijn partner werk te al in deze stad. En zelf had ik mijn piano lespraktijk opgegeven, omdat ik in Utrech de baan van ambtelijk secretaris bij het Lan defijk Platform Openbare Scholen had aan vaard." Maar zou zij in 1997 wel op een verkiesba re plaats zijn gezet op de lijst van D66 vooi de gemeenteraad, Liesbeth Mulder woonde nu nog in Haarlem. „Tenzij zich tussentijds ontwikkelingen hadden voorgedaan die zich daartegen hadden verzet, waren we nog ze ker vier jaar gebleven. Ik vind namelijk dat je iets waaraan je begint, moet afmaken. Dat heeft niets met ambitie, maar alles met in stelling te maken. Nu het anders is gelopen, kan ik terugkijken op een boeiende en leer zame tijd. Ik heb ondervonden weliswaar heel erg politiek geïnteresseerd te zijn, maar dat ik me niet thuis voel in het klimaat waar in die wordt bedreven. Het scoren om het scoren domineert veelal de intentie om met elkaar tot een goed besluit te komen." Dan voelt ze ziqh beduidend meer op haar gemak in haar huidige baan bij de beroeps organisatie Nederlandse Vereniging van Pe dagogen en Onderwijskundigen in Utrecht, waarover Elisabeth Mulder de directie voert. Zoals ze naar eigen zeggen zich ook geheel en al kan vinden in haar functie van eerste vrouw van het Humanistisch Verbond. „Ik doe graag werk waarbij het element zinge ving een belangrijke rol speelt. Ik ben geen voorzitter die haar eigen gelijk wil halen, maar een typische bestuurder van het har moniemodel. Ik pleeg zo veel mogelijk men sen aan het woord te laten om zo tot een be paalde synergie te komen. Niets vervelender dan vergaderen om het vergaderen. Maar ik heb een ongelooflijke hang naar besturen. Ik ben iemand die er plezier in schept met mensen in gezamenlijkheid tot zinvolle din gen te komen." Het Humanistisch Verbond werd in de kerkelijke milieus van de jaren vijftig en zes tig verketterd als een club lieden die van God los was. En omgekeerd verfoeide de levens- beschouwelijke beweging, die toen werd aangevoerd door de legendarische professor Van Praag, volgens Mulder niet zozeer het geloof als wel de dominante positie van de kerk in het Nederland van de wederopbouw. De anti-stemming is binnen het HV be hoorlijk omgeslagen. Het afzetten tegen de kerk als opperste machtsfactor binnen de maatschappij is niet meer nodig. De Grond wet plaatst levensbeschouwing en gods dienst tegenwoordig zij aan zij. Mulder ver telt dat de vakbeweging, de kerk en het Hu manistisch Verbonden geregeld samenwer king zoeken. „Hel contact is tegenwoordig prima. Laatst op de conferentie 'Arbeid en Zorg' bleek dat op negen van de tien punten eensluidend werd gedacht. Het gaat er al lang niet meer om of je wel of niet in God ge looft, bovenal telt hoe vanuit verschillende visies op de maatschappij de handen ineen geslagen kunnen worden." Humaniste uit roeping, en van jongs af. Haar ouders gaven weliswaar geen humanis tisch getinte opvoeding, moeder was wel lid. Liesbeth Mulder zelf besloot in haar studen tentijd tot het Humanistisch Verbond toe te treden. „Ik wilde zin geven aan mijn leven door ergens bij te horen. Het humanisme Iaat zich niet eenvoudig benoemen. Omdat deze levensbeschouwing vreemd is van dog ma's en starre beginselen." Ondertussen is er sinds 1946 heel veel be reikt. Zo is het gezin niet meer de vanzelf sprekende hoeksteen van de maatschappij; het HV heeft bij dat onttakelingsproces een voortrekkersrol gespeeld. Zo ook bij vraag stukken als euthanasie, abortus, alsmede bij de emancipatie van homoseksuelen. Feit is wel dat de deconfessionalisering, de ontkerkelijking van de maatschappij, het Humanistisch Verbond absoluut geen toe stroom van dolenden en afvalligen oplever de. Of dat de erfenis is van de nogal afwij zende opstelling tegenover gelovigen door de jaren heen, Iaat Mulder in het midden. Maar hoe leuk zou het, Mulder biecht het eerlijk op, niet zijn als de hele aardbol zou worden bewoond met humanisten. „Want ik vlei me met de illusie dat er dan minder oor logen zouden worden uitgevochten. Uit naam van het humanisme is er tenslotte nooit naar de wapens gegrepen." Ondertussen flirten tal van tegenwoordig buitenkerkelijken met new age-goeroes of met vermeende zieners uit de paranormale wereld. Ten opzichte van de leeglopende kerken kan Mulder nog troost putten uit het gegeven dat het humanistische ledenbestand al jaren stabiel is met rond 15.000 personen. „Op zich vind ik dat al een gunstige ont wikkeling. Het is een bekend feit dat in ver slagen van het Sociaal Cultureel Planbureau valt te lezen dat heel véél mensen zich onbe wust humanist noemen. Tegelijkertijd is het zo dat in den brede mensen zich veel minder dan vroeger willen binden aan één club. De neiging om van het een naar het ander te shoppen is vandaag de dag heel groot." GERARD VAN PUTTEN Toen ik een jaar of zes was, was er een woord en ik kon er niet op ko men. 's Nachts lag ik in mijn bedje te denken en te denken, maar nee, het wilde me niet te binnen schie ten. Het betekende iets als 'vrese lijk', 'verschrikkelijk', 'afschuwelijk', maar het was anders en ik kon het niet meer bedenken. Ik vroeg er mijn moeder naar, en mijn vader, en mijn beide oudere broers, en ie dereen noemde enkele woorden, maar het gezochte woord was er niet bij. Ik werd daar erg boos om; dat herinner ik me nog. Het leek er waarachtig op dat ze dat ene woord voor mij verborgen wilden houden. Een jaar later schoot het me ineens te binnen. Juist ja, het was het woord 'verschreselijk'. Toen ik dat opgetogen aan mijn moeder vertel de, bleek ze totaal vergeten dat ik er een jaar eerder zo hopeloos naar gezocht had, en ze zei alleen maar dat 'verschreselijk' niet bestond. Welke woorden kent een zesjarig kind? Dat is natuurlijk erg ongelijk. Het ene kind kent er meer dan het andere. Maar ge middeld, hoe ziet de woordenschat van zesjarigen eruit? Is het normaal dat een kind van die leeftijd het woord 'appelboor' kent? Het kan geen kwaad, maar we hoe ven, dunkt me, niet ongerust te zijn als het kind er nog nooit van gehoord heeft. Het woord 'appelmoes' daarentegen, dat zal wel bekend zijn. Ik zeg dat nu wel, en 't zal voor 'appel moes' ook wel waar wezen, maar de meeste mensen hebben er geen flauw be nul van hoeveel woorden ze gebruiken die een ander niet kent. Je kunt toch aardig met elkaar babbelen? Dan zal je ook wel ongeveer dezelfde woorden kennen. Wel nu, dat is een ernstige vergissing. Iedereen kent, en gebruikt, massa's woorden die zijn buurman niet kent. En omgekeerd. En dat geldt in nog sterker mate tegenover kinde ren. Er is werkelijk wel enige reden om eens te onderzoeken welke woorden een kind van zes, gemiddeld, kent. Dat wordt dan ook onderzocht. Voor on ze taal is het voor het eerst gedaan in 1969. Toen nog alleen voor Nederlandse kinderen. In 1981 is het opnieuw gedaan, en toen ook voor Vlaamse kinderen. En kort geleden is het is het nog eens gedaan, want de wereld verandert snel en de woor denschat van zesjarige kinderen eveneens. Het resultaat is nu de 'Streeflijst Woorden schat Zesjarigen' van Annemarie Schaer- laekens, Dolph Kohnstamm en Maryline Lejaegere (uitg. Swets Zeitlinger, Lisse 1999; ISBN 90 265 1572 3; www.uitgeverij.s- wets.nl). Hoe maak je zo'n lijst? Het mooiste zou zijn: ga luisteren naar minstens hon derd Nederlandse en honderd Vlaamse kinderen, noteer alles wat ze zeggen, maanden en maanden achtereen. Maar 't zal duidelijk zijn dat zoiets niet haalbaar is. Andere mogelijkheid: vraag aan de leer krachten kleuterschool, groep 2, groep 3, le leerjaar lagere school welke woorden de kinderen volgens hen kennen. U denkt wel licht: die lui kunnen zich vergissen, maar dat valt heel erg mee. Als men ter controle eens wat woorden nagaat bij de kinderen zelf, blijken de leerkrachten het globaal toch meestal bij het rechte eind te hebben. Vandaar dat de lijst tot stand is gekomen volgens de tweede methode. Boeiend om te zien is dat de Nederlandse en de Vlaamse zesjarige kinderen voor het overgrote deel dezelfde woorden ken nen. Ik had dat eerlijk gezegd ook ver wacht. Maar omdat ik geregeld dingen ver wacht die niet blijken te kloppen, is het ook wel eens aardig dat sommige dingen inder daad zo zijn als ik dacht. De overeenkom sten zijn veel groter dan de verschillen. Appelmoes staat er ook bij. En een lange, lange lijst van woorden. Wie kinderboe ken schrijft, wie bij radio of televisie werkt voor kinderprogramma's, al wie in het on derwijs met kleine kinderen te doen heeft, wie logopedielessen geeft en wie psycholo gische tests maakt voor zesjarige kinderen, al diegenen zouden dit boekje af en toe eens moeten inzien. Er zijn ook lijstjes met verschillen. Welke woorden kennen de meeste kleine Vla- minkjes die hun Nederlandse leeftijdgeno ten doorgaans niet kennen? En omgekeerd? Aan Vlaamse kant: bijvoorbeeld nieuw jaarsbrief, tumpantoffel, pillamp, voort doen, vijs, triestig en schuifaf. Aan Neder landse kant bijvoorbeeld drop, geintje, uk, zielig, vliegeren, voordringen en pindakaas. Wat er niet in staat, ik heb het speciaal even nagekeken, is het woord 'ver schreselijk'. JOOP VAN DER HORST universitair docent Nederlands

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2000 | | pagina 57