DINGEN VOORBIJGAAN Met een pistool door de boop weg naar huis Leiden Regio :ie r üirni4v [tRDAC 19 FEBRUARI 2000 1 d jBorsboom werd op 7 januari 1921 oren aan de Uiterstegracht in de - hiapoort. Sindsdien heeft hij heel wat :h lopen en afgereden. Als jongeman 'm kte hij als loopjongen voor hillende bedrijven. En ook in de og legde hij flinke afstanden af. Van Leiden naar Duitsland en vice versa. Dat gebeurde een paar maal, omdat hij steeds probeerde te vluchten, om weer bij zijn vrouw te kunnen zijn. In deze aflevering van 'De dingen die voorbijgaan' vertelt hij over die oorlogstijd en over zijn jeugdjaren. Leidenaars blikken terug op hun verleden Ja cd hadden we het vroeger ad We waren thuis met drie d ns en drie meiden. Met 1 essen lagen we op zolder, vader, die metselaar was, daar ook duiven. Voor het dc raam op zolder had hij de 10k gemaakt. Licht was er iet bij voor ons. Als we de wc moesten, moesten buiten. De wc stond in een hoek. 's Winters «was dat natuurlijk wel eens ver velend. We deelden hem met nog zes andere huisjes in de poort. Een houten plee met een deksel. Zo werden we grootge bracht, we wisten niet beter. Maar de zondag was voor ons kinderen een feestdag. Dan gin gen wij naar het patronaat in de Nieuwstraat, want we waren katholiek. Daar kregen we een krentenbol en een kop chocola. lorsboom: „Bij de Grofsmederij was ik voorslaander. Daar sloeg een voorhamer blokken heet ijzer plat op een aambeeld." FOTO HIELCO KUIPERS En 's avonds gingen we dan naar het lof, ook in het patro naat. Van half zes totzes uur. kwart over zes. Voor elke keer dat je kwam, kreeg je een punt. En als je een bepaald aantal punten had kreeg je een film. Had je geen punten, of niet ge noeg punten, dan werd je naar huis gestuurd. Na het lof ging je spelen met je kameraadjes. Van alles stond er. Niet van die moderne spul len die je nu hebt, maar allerlei spelletjes: schaken, dammen. Thuis hadden we die spelletjes niet. Thuis hadden we niks. Maar ik heb toch wel een pretti ge jeugd gehad, hoor. Op mijn dertiende begon ik voor het eerst met werken. Na schooltijd. Hoeden wegbrengen voor Sasburg op de Haarlem merstraat. Dozen vol hoeden, op een kruiwagen. Naar Oegst- geest bijvoorbeeld, waar een of andere mevrouw die hoeden dan paste. Zo ging dat. Op mijn veertiende werkte ik voor Bots, de banketbakker op de Hoge- woerd, waar nu bakker Dijssel- bloem zit. Daar was ik ook loopjongen: bracht ik bestellin gen weg met de bakfiets. Dan werd er bijvoorbeeld zaterdag avond om acht uur nog even gebeld. Of ik nog even vijftig ge bakjes naar Voorhout wilde brengen. Tot tien uur 's avonds werkte ik op zaterdag. En door deweeks tot acht uur. Dat wa ren lange werkdagen. Maar ja, dat wou je, je verdiende er zo je geld mee. Zes gulden per week. Toen ging ik naar de Grofsme derij. Daar was ik geen loopjon gen, maar voorslaander. Ze maakten daar ankers. Als een blok ijzer uit het vuur kwam, stonden we met z'n vieren dat hete ijzer met een voorhamer plat te slaan qp een aambeeld. Mijn oudste broer werkte bij de Technika, een zaak in onder andere fietsbanden en sleutels. In de Haarlemmerstraat, waar nu Halfords zit. En mijn andere broer was leerling-kelner. Die verdienden toen zo weinig, die twee. De oudste vier gulden en de andere broer een knaak per week. Ik verdiende negentien gulden. Dat was veel natuurlijk, 1M De plek waar de Uiterstegracht uitmondt in de Oude Rijn. Hier vlakbij bevond zich de Willemshof v doken. r Kees Borsboom in de oorlog zat onderge- FOTO GEMEENTEARCHIEF ik was nota bene jonger dan zij. Maar nu, achteraf, kan ik zeg gen dat zij het beter hebben ge had. Mijn oudste broer, Jan, is later nog boeken gaan verko pen op de markt. Was de boe kenman van de beurs. En zijn vrouw had een snoepkraam. Maar goed, na een tijdje was het afgelopen bij de Grofsme derij. De oorlog was uitgebro ken en op een gegeven moment werden er geen ankers meer ge maakt. Ja, voor de Duitsers. Dus ging ik weg. In 1942 moest ik naar Duitsland, naar Berlijn. Werken. Ik vond dat toen niet eens zo erg. Ik had opgegeven dat ik automonteur was, maar ik was het niet. Ik deed maar wat in de garage, een beetje kloten met die Wehrmachtau- to's. Vooral schoonmaken. Ik had voor ik een keer met ver lof ging een weddenschap afge sloten, met een van de kamera den: 'als ik terugkom, ben ik ge trouwd'. Ze stonden me een beetje belazerd aan te kijken. Maar ik won mijn wedden schap wel. Ik was haar in de bioscoop tegengekomen, in de Lido. 's Middags. Ze werkte in de bioscoop, in Trianon. Wie in de bioscoop werkte, mocht naar alle andere bioscopen in de stad voor half geld. Het was liefde op het eerste gezicht. We trouwden al na zes weken. Ik wilde niet meer terug naar Duitsland. Maar toen we trouwden, liep ik natuurlijk te gen de lamp. Dat was immers een officiële gebeurtenis. Dus ik werd teruggestuurd. Dit keer naar Hamburg. Mijn vrouw is van juni tot okto ber 1943 bij me geweest in Hamburg. Omdat we dachten dat ze zwanger was - maar dat bleek later niet zo te zijn - mocht ze naar huis. Ik niet, ik mocht haar niet eens wegbren gen naar het station, zo bang waren ze dat ik zou vluchten. Ik ben toen toch gevlucht. Nou, bij de grens hadden ze me te pakken. Ik werd teruggestuurd naar Hamburg en ik heb zes weken in een kamp gezeten. We lagen met z'n dertigen in een bunker. Met stapelbedden, driehoog. Als die bunker werd gebombardeerd, lag je met z'n allen te schudden. In een van de hoeken stond een kubel, een ton om in te plassen. Als je dan 's nachts je bed uit ging om te plassen, liep je een meter van die ton af al in de plas. Met dertig man stroomde dat ding op een gegeven mo ment natuurlijk over. Nadat ik uit dat kamp kwam, ben ik na een week of vier, vijf weer gevlucht. Heb ik weer de kuierlatten genomen. Toen luk te het wel om thuis te komen, in Leiden. Was ik weer bij mijn vrouw. Ik heb toen een tijd on dergedoken gezeten. In de Looierstraat bij de meelfabriek, de Willemshof, het huis van mijn zuster. Ik heb er een hele tijd gewoond, ze hebben me al die tijd niet gepakt. Dat gebeur de pas tegen het eind van de oorlog, op de Haarlemmer straat, toen mijn vrouw al acht maanden zwanger was. We werden bijeengebracht in cafetaria Rutecks, op de Sta tionsweg. En vanaf het station werden we met goederenwa gons naar Amsterdam gereden. Ruim zeshonderd man. Waar het daarna heen zou gaan, wist ik niet. In een loods in Amster dam waar we met z'n allen wer den vastgehouden, kwam ik mijn oudste broer Jan tegen. Ook opgepakt. Het kwam er op neer dat ik naar Leipzig werd gebracht. Weer als automon teur. Toen de Amerikanen doorbra ken bij Bonn, ben ik weer ge vlucht. Maar ik kwam niet ver der dan Keulen. Alleen de Rijn brug was nog over, daar kon den we overheen. Naar de Amerikanen, die zaten om zo maar te zeggen voor de Rijn. De Duitsers zaten achter de Rijn. Ik heb me als vrijwilliger aange meld bij de Amerikanen. Kort daar op vroeg ik of ik naar huis kon. Naar mijn vrouw. Ik mocht een week weg. Kwam ik bij Nijmegen, kon ik de brug niet over. Ik teruggegaan met een Amerikaanse wagen naar Arnhem, daar kon ik wel verder. Vandaar ben ik gaan lopen op Leiden. Dat was nogal link ook. Want hier en daar waren na tuurlijk nog wel wat SS'ers in burgerkleding en ik liep ge woon in mijn Amerikaanse sol datenpak. Liep ik daar met mijn revolver door de bossen bij Ede. In Gouda kon ik meerijden met paard en wagen naar Leiden. Toen ik thuiskwam, in mei, was mijn dochter al geboren: Lenie. Ze was toen drie maanden. Toen ik aankwam, zaten er een man of zeven, acht op de brug bij de Waardgracht. Ze hadden me niet in de gaten. Ook mijn vader zat er erbij. Zeg ik zo ach ter zijn rug: 'ik wil jou effe ar resteren'. Toen pas had-ie door dat ik terug was. Toen was het gelijk: 'heb je een sigaretje voor me?'. Die waren schaars in die tijd. En ik zat vol met chocola en sigaretten. Ik zeg tegen mijn vader: waar is Rika dan, waar is moeders dan? Nou, mijn vrouw stond te kijken bij de NSB'ers. Die stonden kaakjes te lossen bij de touwfabriek. Die blikken die we van de Amerikanen en Canadezen hadden gekregen, om een beetje bij te eten. Die gooiden ze uit de lucht. Ik had maar een week verlof en die was in de tussentijd op. Ik ben niet meer teruggegaan, ook al zat ik nog in dienst. Ik wou niet. Maar op een gegeven mo ment zei ik tegen haar: joh, ik ga toch terug hoor, dit wordt te gek. Toen kwam ik terecht in Steenwijk, waar mijn bataljon heen was gedirigeerd. Kon ik gelijk de bak in voor een paar weken. Ik was natuurlijk deser teur. Overdag dienst doen, 's a- vonds de riem af en de petoet in. Afijn er was nog even sprake van dat ik naar Indië gestuurd zou worden. Toen zei mijn vrouw: als je gaat, kun je wel wegblijven. Toen heb ik me la ten afkeuren. Heb gezegd dat ik in bed plaste, dat ik dat niet wilde weten voor de andere jongens. Ik kreeg verlof in af wachting van een definitief ont slag. Dat ontslag heb ik nooit meer gekregen. En ik ben niet meer bij mijn vrouw wegge gaan, we zijn nu al 57 jaar ge trouwd." HERMAN JOUSTRA t de Leidsch Dagblad ANNO 1900 FOTO HIELCO KUIPERS Maandag 19 Februari N00RDWIJKERH0UT - Volgens de gehouden volkstelling bestaat de bevolking dezer ge meente uit 2085 zielen, nl. 1062 mannen en 1023 vrouwen. Zelden heeft Noordwijkerhout zooveel op Si berië geleken (zoo wordt het in de wandeling wel eens genoemd) als in de laatste dagen. Wat een sneeuwboel! Wat men in Siberië, in het eigenlijke, stellig niet doet, is zooveel zand strooien. Maar het doel was goed, al bleek het ijdel. Wel moet worden vermeld, dat van ge meentewege met prijzenswaard igen spoed zóó met den sneeuwploeg werd geëxerceerd, dat gistermorgen reeds vóór acht uren een behoor lijk pad door het dorp was verkregen. LEIDEN Sedert veel jaren bestond hier ter stede, op zeer bescheiden voet ingericht, een gelegenheid tot tijdelijk verblijf van vrouwen, die om de een of andere reden niet in een hotel wenschten te overnachten. Aangezien zich echter de behoefte deed gevoelen aan meerde re ruimte, hebben zich eenige dames ver- eenigd om dit doel te bereiken en een inrich ting gevestigd in het Wijkgebouw op de Oude Vest 91. ANNO 1975 LEIDEN - Leerlinge- tjes van de derde klas van de kleuterschool 'Prinses Marijke' (Ant. Duycklaan) hebben gisteren een bezoek gebracht aan bakker De Groot aan de De Kempenaer- straat. Ze zagen daar wat er allemaal moet gebeuren voordat het brood op de plank komt. Het bezoek aan de bakker was onder deel van een project waar de kleuters deze hele week mee bezig zijn. En dat project heet 'De Bakker*. FOTO ARCHIEF LEIDSCH DAGBLAD Woensdag 19 februari LEIDEN - De universiteitsraad heeft gister avond de herziene begroting voor 1975 van de Leidse universiteit vastgesteld. Deze begroting is geënt op een begrotingsbrief van staatsse cretaris Klein (onderwijs en wetenschappen) waarin deze toezegt wat Leiden voor dit jaar o.m. aan personeel en geld mag verwachten. Ten opzichte van voorgaande jaren betekent dat in elk geval meer, maar blijkens een be leidsnota van het college van bestuur van de Leidse universiteit is het minder dan werd ver wacht. Het totale budget van de Leidse univer siteit bedraagt voor dit jaar ongeveer 250 mil joen gulden. Onder het hoofdstuk nieuw-, aan- en verbouw en eerste inrichtingskosten heeft Klein 6 miljoen gulden extra beschikbaar ge steld. Uit de begrotingsbrief van de staatsse cretaris blijkt verder dat het Witte Singelplan (voor de faculteit der letteren) aan de Wasse- naarseweg inmiddels in principe zijn aanvaard om dit jaar in uitvoering te worden genomen. Gebeurt dat niet dan kan de staatssecretaris in plaats daarvan andere projecten inpassen. Overigens voorziet de herziene begroting van de Leidse universiteit ook in een uitbreiding van wat genoemd wordt het huurareaal, d.w.z. panden die de universiteit in huur heeft, Er is een bedrag van 180.000 aan de jaarlijkse huurlast toegevoegd, waarmee dan (uitgaande van een huurprijs van 200 per vierkante me ter) een uitbreiding mogelijk zou worden van ongeveer 900 vierkante meter. Deze uitbrei ding zou met name in de komende vijf jaar no dig kunnen zijn voor de faculteit der letteren die zit te wachten op het Witte Singelplan en de plannen voor het Doelenterrein. Voor wat het voormalige St. Elisabeth Ziekenhu.s aan de Hooigracht betreft, wordt in de beleidsnota herziene begroting melding gemaakt van het plan om dit pand te verbouwen voor de subfa culteit psychologie en de faculteit der letteren. Foto's in de/c rubriek kunnen worden nabesteld door binnen veertien dagen nu plaatsing een ingevulde cheque (geen overschrijvingskaart) ter waarde van vijf gulden (voor een exemplaar van 13 bij IK in /wart wit) op te sturen naar het leidsch Dagblad, t.a.v. Leidsch Dagblad Archieven, postbus 54, 2300 /VB Leiden of door contante betaling aan de balie van het Icidsch Dagblad aan de Rooseveltstraat 82. U ontvangt de foto binnen drie weken.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2000 | | pagina 15