Besturen met de natte vingen
Gebrek aan deugdelijk
cijfermateriaal breekt
Leidse raadsleden op
Leiden Regio
DINSDAG 15 FEBRUARI 2000
945
FOTO HIELCO KL
>ngeg
lissie
ebes
Het stadsbestuur geeft
met de regelmaat van de
klok geld uit zonder te
controleren of het goed
wordt besteed. Ook heeft
het nauwelijks een idee
wat de effecten zijn van
uitgekeerde subsidies en
van het gevoerde beleid.
Zowel de oppositie klaagt
hierover als de partijen
die wethouders in het
college hebben. Vos, de
nieuwe WD-wethouder
van financiën en
automatiseringen,
bevestigt het probleem.
Hij werkt aan
oplossingen, zegt hij. Hij
verwacht daarbij veel van
de oprichting van een
ambtelijk bureau voor
onderzoek en statistiek.
door WIM KOEVOET
SP-fractievoorzitter Vergeer heeft een hard hoofd
in het heilzame effect van de oprichting van een
Leids bureau voor onderzoek en statistiek als dé
oplossing voor alle financiële malaise. Hij stelt dat
de Leidse gang van zaken 'op Haags niveau' al kop
pen zou hebben gekost. „Het ontijdig of onvol
doende informeren behoort toch een politieke
doodzonde te zijn. Ik heb het idee dat de gebrekki
ge informatie die raadsleden krijgen een kwestie
van onwil is. In dat geval helpen zelfs tien van zul
ke bureaus niet."
Ook andere raadsleden zien, ondanks de toezeg
gingen van wethouder Vos, nog geen licht aan het
einde van de tunnel. Zij missen al jaren belangrijk
cijfermateriaal in plannen, raadsvoorstellen, be
leidsnotities en zelfs in de gemeentebegroting.
„Leiden wordt met de natte vinger bestuurd", stelt
PvdA-raadslid Van der Veen onomwonden. En om
daarin verandering te brengen, zijn technische op
lossingen zoals Vos die voorstaat niet afdoende.
Van der Veen: „Het in ere herstellen van het in het
verleden wegbezuinigde bureau voor onderzoek en
statistiek is een stap in de goede richting. Maar een
en ander haalt nog niets uit als de mentaliteit de
zelfde blijft. Er wordt nog gedacht en gehandeld in
de sfeer van de jaren zeventig", zegt Van der Veen,
doelend op de periode dal Leiden een artikel 12-
gemeente was. „In die tijd was het binnenhalen
van geld veel belangrijker dan de controle op de
uitgaven en de evaluatie van het beleid. Anno 2000
moet ik constateren dat veel sectoren, vooral de so
ciaal-culturele hoek, zijn blijven steken in de tijd
geest van toen. Nog altijd werken ambtenaren niet
graag met cijfers, net zo min als wethouders en
raadsleden."
Ondanks zijn frustratie over het ontbreken van al
lerlei cijfermateriaal, ligt Van der Veen in de raads
zaal niet voortdurend dwars. „Ik geef toe dat dat
heeft te maken met de verhoudingen in het college,
waarin mijn partij twee wethouders heeft zitten.
Maar het is ook weer niet zo dat elk voorstel zonder
cijfers een slecht plan is. Verder kan ik ter verdedi
ging van mezelf nog aanvoeren dat ik het er niét bij
laat zitten als ik van het college bepaalde beleidsin
formatie niet krijg. Ik ga dan zelf op onderzoek uit.
Ik haal veel informatie uit het informele circuit.
Ook probeer ik - en daar heb ik soms succes mee -
achter de schermen toch mijn zin te krijgen. En het
gebeurt heus wel dat ik m'n kont tegen de krib
gooi. Dat heb ik bijvoorbeeld gedaan in de discus
sie over de Leidse Welzijnsorganisatie, ook zo'n in
stelling waar de gemeente jaarlijks een enorme
smak geld naartoe schuift, zonder dat ook maar
één raadslid inzicht heeft of de subsidie effectief
wordt besteed."
„Weetje", zegt Van der Veen, „het punt is eigenlijk
dat ik mijn voornaamste taak, het controleren van
burgemeester en wethouders, niet goed kan uitoe
fenen. Als het college zo weinig cijfers in zijn infor
matie stopt, moet ik de wethouders maar op de
kleur van hun ogen vertrouwen. Soms is het ook
wel verantwoord om dat te doen, uiteraard. Maar
als controleur kom ik op deze manier voor hooguit
een zesje in aanmerking. En voor minder dan een
acht moet je dit werk niet willen doen. Bovendien
wordt het werk van een raadslid er op deze manier
niet interessanter op."
Sterker nog, zegt SP-voorman Vergeer, je staat als
raadslid gewoon voor schut. Hij noemt het volledig
ontbreken van ge
gevens over de
wijkbezoeken van
de volledige Leidse
gemeenteraad aan
onder meer Mors
en Haagwegkwar-
tier als voorbeeld.
„We hebben toen
bij wijze van spre
ken elke scheve
lantaarnpaal geïn
ventariseerd, met
de bewoners alle
klachten doorge
nomen en beter
schap beloofd. De
gemeenteraad
heeft echter nooit
wat teruggezien van die bezoeken, laat staan de be
woners. We zijn daar dus voor Jan Lui geweest. Dat
is extra kwalijk omdat die wijkbezoeken destijds
met veel poeha over bestuurlijke vernieuwing en
het dichten van de kloof tussen bestuurders en
burgers zijn afgelegd. Als wijkbewoners je nu vra
gen wat er eigenlijk met al die gegevens is gebeurd,
sta je als raadslid met een mond vol tanden."
De Leidse gemeenteraad heeft onvoldoende moge
lijkheden om zijn controlerende taken waar te ma
ken, vindt ook D66-fractievoorzitter Welling. Hij
heeft een nota aan het onderwerp gewijd, 'Naar
een echte jaarverantwoording', die echter kort na
verschijnen in het vergeethoekje verdween. De ver
klaring hiervoor is in het stuk zelf te vinden. „Het is
voor een raadslid niet de hoogste ambitie om de
rekening te controleren", schrijft Welling. Hij ci
teert het Nijmeegse raadslid Trum: „Nieuwe raads
leden willen heldendaden verrichten. Ze willen een
zwembad mogelijk maken, een jaar later erin kun
nen zwemmen maai- niet nog weer een jaar later de
rekening controleren."
Niet alleen op het stadhuis is verantwoorden een
probleem maar ook bij de gesubsidieerde instellin
gen. WD-fractievoorzitter Van der Sande kent er
die al twee achtereenvolgende jaren niet aan de ge
meenteraad hebben gerapporteerd wat ze met hun
subsidiegelden hebben gedaan. Hij noemt geen
namen. Van der Veen wel: „Het Stedelijk Museum
De Lakenhal is er zo één. Dat kwam eind vorig jaar
nog met zijn jaarverslag over 1997. Aan zo'n stuk
heb je dan helemaal niets meer. Je kunt het beleid
voor 2000 toch moeilijk bijstellen omdat je in een
jaarverslag over 1997 bepaalde trends signaleert."
Ook De Zijl Bedrijven (sociale werkvoorziening)
zijn steevast te laat met hun rapportages, zeggen
raadsleden, evenals het Centrum voor de Beelden
de Kunst (CBK). Van der Veen: „De PvdA kwam
destijds zwaar onder vuur te liggen toen we met
het voorstel kwamen het CBK op te heffen. Direc
teur Van Driel sprak er schande van dat wij de sub
sidie wilden stopzetten. Hoe kan de PvdA nu weten
dat het CBK maar in een kleine behoefte voorziet,
riep ze. Wij moesten ons maar eens echt gaan ver
diepen in wat het CBK allemaal doet voordat we
zulke dingen riepen. Geloof me, ik zou niets liever
willen! Maar kom dan ook eens met die cijfers. Wat
zijn de bezoekersaantallen, hoe verhouden die zich
tot de dingen die het CBK zich heeft voorgenomen,
haalt het zijn doelen en zo niet: wat moet er gebeu
ren om te zorgen dat het CBK wél functioneert?"
Van der Veen noemt ook het LVC als voorbeeld.
„Dat heeft zijn gebouw en zijn programmering
voor een belangrijk deel aangepast aan de dance-
cultuur. Op bandjes komen te weinig bezoekers af,
poppodia moeten het van DJ's hebben. Begrijp me
goed, ik ben redelijk thuis in de popcultuur en ik
geloof ook best dat het LVC hiermee op de goede
weg is. Maar veel van mijn collega's weten als het
om popmuziek gaat van toeten noch blazen. Toch
gaan ze, zonder dat ze stukken te zien krijgen over
verschuivingen in bezoekersaantallen bij concerten
en dansavonden, gewoon akkoord met de subsidie
van ettelijke tonnen."
WD-fractievoorzitter Van der Sande brengt hierte
gen in dat de gemeenteraad geen andere keus
heeft. „Er zijn namelijk geen sanctiemogelijkhe
den. Je kunt toch moeilijk de geldkraan dichtdraai
en omdat een instelling zijn stukken niet in orde
heeft." Op het verweer dat een uitkeringsgerechtig
de toch ook naar zijn geld kan fluiten als hij zijn
briefje niet of te laat inlevert, zegt hij: „Ja, maar
daar zit een wezenlijk verschil tussen. Een uitke
ringsgerechtigde gebruikt zijn uitkering zélf als in
komen. Een instelling functioneert als intermediair
waarvan derden afhankelijk zijn. Als de gemeente
de subsidie voor bijvoorbeeld de bibliotheek niet
uitkeert, krijgt het personeel geen salaris en kun
nen de leden geen boeken meer lenen."
Volgens SP'er Vergeer was de gemeentelijke admi
nistratie al een 'zooitje' toen hij aantrad als raads
lid, zo'n 18 jaar geleden. „Ik heb meegemaakt dat
tussen een begrotingsjaar en de jaarrekening tien
jaar zat." Dat was nog in de periode van 25 jaar dat
Leiden de artikel 12-status had, een tijdperk waarin
de 'subsidiologie' tot kunst was verheven. Raadsle
den, wethouders en ambtenaren waren uiterst be
dreven om de rijksinspecteur ervan te overtuigen
dat de geldkraan voor Leiden nog verder open
moest. Dat de gemeente onder curatele stond bij
het rijk, werd niet als straf of als vernedering erva
ren maar als een buitenkans om er financieel weer
helemaal bovenop te komen. Controleren en eva
lueren stonden op het tweede plan.
WD-raadslid Geertsema: „Het was toen juist de
sport om de rijksinspecteur om de tuin te leiden.
Van groot belang bij het bepalen of je nog steeds
wel voor de artikel 12-status in aanmerking kwam,
wasje reservepositie. Niet dat die van Leiden sterk
was, maar er waren wel degelijk stille reserves, na
melijk het nutsbedrijf
EWR, het grondbedrijf
en de stadskabel. Die
werden dan echter zo
in de boeken wegge
schreven dat niet
meer was na te gaan
of er nu sprake was
van reserves of van
hogere boekhoudkun
de. Niemand protes
teerde tegen deze
gang van zaken. Het
was in het belang van
de stad om het tafel
zilver af te prijzen. En
als de inspecteur dan
even niet keek was er
opeens een meevaller,
die uiteraard direct werd uitgegeven."
SP'er Vergeer wijst de voormalige PvdA-wethouder
financiën De Vreeze, inmiddels burgemeester van
Enkhuizen, aan als degene die in het begin van de
jaren negentig, toen Leiden de artikel 12-status van
zich afschudde, met enig succes een 'cultuurom
slag' wist te bewerkstelligen. Onder zijn bewind
werd ineens 'financieel beheer' hoofdzaak.
Bij De Vreeze lagen begrippen als 'financiële disci
pline' en 'financieel bewustzijn' in de mond be
storven. Hij voerde een financieel informatiesys
teem in waarmee hij een einde maakte aan het on
gecontroleerde gegraai uit de gemeentekas. Ambte
lijke hoofden van dienst die hun budget overschre
den, werden ter verantwoording geroepen en kre
gen een stoomcursus over risico's, tegenvallers,
onderhoud, financieel beheer en reservevorming.
De fanatieke wethouder wilde de situatie bereiken
dat op het stadhuis de financiële verantwoordelijk
heid 'van hoog tot laag en van links naar rechts'
werd gevoeld, Bij De Vreeze waren niet zozeer
'mooie linkse dingen voor de stad' van belang,
maar moesten de cijfers kloppen.
Van dit uitgangspunt valt anno 2000 nog maar bit
ter weinig te merken. De Vreeze's opvolgers, allen
CDA'ers, hebben de teugels weer laten vieren, zeg
gen Van der Veen en Geertsema. Vergeer is nog
scherper. Hij vindt dat alle colleges na De Vreeze
zich aan 'crisismanagement' schuldig maken.
Vanuit Enkhuizen laat De Vreeze doorschemeren
dat hij de Leidse terugval betreurt. Daarover oorde
len doet hij liever niet. „Ik vind: weg is weg. Het is
zo gemakkelijk om achteraf mijn gelijk te halen, dat
kan worden uitgelegd als natrappen. Maar inder
daad, als ik dat zo hoor komen er weer allemaal
herinneringen boven. Het doet me veel als ik deze
verhalen beluister, want Leiden is me nog altijd
zeer dierbaar."
WD'er Geertsema: „Leiden krijgt de dingen al ja
ren niet goed op papier, met alle respect: ook niet
onder De Vreeze. In feite is er nog niet één pro
ductbegroting goed geweest. Sinds een jaar of zes
moeten bij alle door de gemeente geleverde 'pro
ducten' zogenaamde kengetallen staan. Dus achter
de post 'bestratingen' moet niet alleen het bedrag
staan, maar ook de prijs en de hoeveelheid. Zo
wordt duidelijk hoeveel vierkante meter bestrating
er is begroot. Pas met zulke gegevens erbij zegt dat
bedrag van een miljoen gulden iets. Ik begrijp dat
je aanloopproblemen hebt maar na een jaar of zes,
'ysam
•Ugv
I. Hl
voojF
'om
zeven, kun je toch daar nog moeilijk van spn 7-ja
Volgens Geertsema, die net als Van der Veen ;ees
Vergeer al wat langer meeloopt in het Leidse uur
tieke bedrijf, is minister Van Boxtel (D66/grc toei
denbeleid) eind vorig jaar in feite tegen hetz Ie g
probleem aangelopen als dat waarmee hij al
ren worstelt.
Van Boxtel gaf de Leidse plannen voor het gi
stedenbeleid, waarmee zo'n 300 miljoen gul dl
gemoeid, weer met de indieners mee terug v
het ontbreken van allerlei cijfermateriaal. V
se college heeft zich weer eens van alles voi
men, maar 'meetbare doelstellingen' en 'ond
bouwend en controleerbaar cijfermateriaal'
niet in de plannen verwerkt, moppert Geerts
„Ik maak dikwijls de vergelijking met het firn :ho
beheer van onze familieboerderij in het nooi enei
van het land, waarvoor ik verantwoordelijk b
vertelt hij. „Als ik daar constateer dat de ene toe
re meer aardappels oplevert dan de andere, en
uit hoe dat komt en doe ik er wat aan. Maan te t
Leidse plannen voor het grote-stedenbeleid T
niet aan nulmetingen gedaan (het vaststellei er
de oorspronkelijke situatie, red.). Als je bijv» ge
beeld wil dat meer allochtone jongeren in ve is
gingsverband gaan sporten, dan moet je tod ap'
z'n minst weten hoe groot je doelgroep is en ten
veel er nu al bij een club zitten. Vervolgens b teil
je een streefgetal, laten we zeggen honderd i t hi
jaar. Als je dan na twee jaar nog maar op tiec e 1
dan heb je nog twee jaar om die andere negf ooi
halen. Daarvoor moet je dan misschien ietsf
doen. Ook kan het zijn dat je je doelen en du tr
de subsidie moet bijstellen. Of dat je je geldl es
voor een ander project, waarop je tekort kon in
zet. Zulke discussies worden echter zelden gi 'ol
in de Leidse gemeenteraad." laa
Wethouder Pechtold (D66/grote-stedenbelei a
heeft inmiddels een ambtelijk rampenteamj i
meerd dat al het ontbrekende cijfermateriaal ferl
nog in de Leidse plannen voor grote-stedenb rsb
moet verwerken. |k
De wethouder zet alles op alles om de 300 m
gulden veilig te stellen voor Leiden. Het lijkti »nc
dat het Leidse college harder voor Van Boxtel rin
dan voor Leidse raadsleden. Pechtold, die he I jf
te-stedenbeleid sinds kort in zijn takenpakke ie 1
zitten, zegt zich te kunnen voorstellen dat 'de in
tenwacht' die indruk heeft. „Om te beginnen Ei
hij, „hebben Van der Veen en Geertsema gei n.
gelijk." ftf
Toch wil ook hij de betekenis van cijfers relai e i
ren.Al heb je nog zo veel cijfers, de vraag bl ak
ze allemaal wel kloppen. Met cijfers kun je c( eli
tiseren maar je kunt er ook mee sussen, toed h
De inhoud van het beleid moet voorop staan s
de cijfers. Bovendien compenseren onze con i
in alle geledingen van de Leidse samenleving >ta
gebrek aan cijfers. Het college krijgt in elk g? er
dig signalen binnen. Je zou kunnen zeggen d sk
voor het duiden van de signalen cijfers nodi! iel
en dat je met de cijfers de signalen kunt chei lij
Dat laatste is vooral belangrijk om te voorkot to
dat de grootste schreeuwerds vooraan zitten Jai
gens tussen de schreeuwerds en de cijfers zit :1e
waarheid." ft
„Precies", reageert Van der Veen, „en zo lap
geen cijfers hebt, ben je op je natte vinger aa al
Het ontbreekt de gemeente Leiden momenteel aan voldoende hulpmiddelen om te constateren of het geld goed wordt besteed.