I
'Realiteit begrenst je bewogenheid'
234
ZATERDAG 12 FEBRUARI 2000
I
Gedreven bestuurder Elizabeth Schmitz nu ombudsman zorgverzekeraars
Als staatssecretaris van Justitie raakte zij volledig moe-bestuurd. Alleen al daarom brandde
Elizabeth Schmitz (61het 'nee' op de lippen, toen zij werd gevraagd als ombudsvrouw bij
Zorgverzekeraars Nederland, Nooit meer dossiers, nooit meer 'moeilijke gevallen', had ze zich
voorgenomen. Maar de vonk was nog niet helemaal gedoofd. Dus ligt een keurig stapeltje
moeilijke gevallen in gekleurde cahiers al op haar eerste ombudsvrouw-werkdag in Zeist op haar
bureau. Portret van een bestuurlijke die-hard.
Vluchten kan niet meer, weet Elizabeth
Schmitz inmiddels, na een louterend
sabbatical year. Premier Kok noemde
haar baan - staatssecretaris van justitie belast met
het asielbeleid - het vagevuur. Nadat ze op 3 au
gustus 1998 de landspolitiek vaarwel zei, koos ze
voor de rust van het IJsseldal. En voor 'achterstal
lig onderhoud'. Het huis in Wezep was verslonst,
de administratie behoefde, net als de eigen vrien
denschaar, even alle aandacht.
Ze loopt er tiptop bij, in een krap bemeten kan
toor in een bedrijvenpark in het midden van het
land. Uitgerust is ze, fit for the next job, klaar om
het verleden zijn plaats te geven. „Ik heb echt tijd
nodig gehad om emotioneel afstand te nemen
van de problematiek waarmee je als staatssecre
taris dag in dag uit bezig was. Er zijn maanden
geweest dat ik bewust krantenartikelen over deze
materie oversloeg. Het kost geweldig veel moeite
om de knop om te draaien. En nog. als ik aan be
paalde episodes denk. dan hoop ik dat Job Cohen
er op een andere manier uitkomt dan ik."
Elizabeth Schmitz heeft er een carrière van 24
jaar in het openbaar bestuur opzitten, maar meer
dan het burgemeesterschap van Haarlem of het
wethouderschap sociale zaken en volksgezond
heid in Rotterdam was Justitie een beproeving. Ze
spreekt van tropenjaren en een hondenbaan.
„Het is een ervaring geweest om tegen je eigen
grenzen op te lopen. De grenzen van wat wil ik en
wat kan ik? Waar je constateert dat je ondanks je
hoge verwachtingspatroon ook niks bereikt, ter
wijl je misschien wel kritisch naar je voorganger
keek en dacht: dat kan beter, dan kan anders, dat
zullen we even snel oplossen."
Liep het staatssecretariaat op een grote teleurstel
ling uit?
Schmitz: „Lastig, dat is best lastig."
Dat is een eufemisme van jewelste.
Schmitz: „Ja. Het is een fascinerende baan, maar
er zijn momenten geweest dat ik dacht: waarom
zet je je zo in, want je bereikt niet wat je werkelijk
wilt. Kijk naar Oostenrijk van vandaag, Frankrijk
dat weer reageert. Het is heel teleurstellend dat je
in Europees verband niets bereikt:. Dat je er sa
men niet in slaagt om naar het probleem van de
asielzoekers te kijken en er de schoüders onder
zet. Dan krijg je scheve situaties en als gevolg
daarvan nieuwe frustraties. Deze week las ik nog
ergens dat Nederland 49 procent van de gevluch
te Afghanen opvangt. Dat werkt niet.'"
Elisabeth Schmitz hanteert sinds kort een min
der zenuwslopende en allesvergende werkweek.
Als Ombudsman Zorgverzekeringen bemiddelt ze
tussen teleurgestelde consumenten en hun assu
radeurs. Pieter van Vollenhove strikte haar voor
het presidium van zijn nieuwe Raad voor de
Transportveiligheid, die alle advisering op ver-
voers- en verkeersterreinen voor zijn rekening
neemt. „Daarnaast ben ik actief als voorzitter van
het curatorium van het Afrika Studiecentrum. Op
verzoek van prof. Kooymans, de oud-minister van
buitenlandse zaken. Ik beschouw hem als een van
de meest hoogstaande mensen die ik ken. Hij kon
het om gezondheidsredenen zelf niet meer doen.
Als je van hem een brief krijgt: wil je mij opvol
gen? Dan heb je zoiets van: wie ben ik dat ik dat ik
dat mag doen?"
Ze praat op momenten van zekerheid met grote
gretigheid. Onderstreept de accenten in haar zin
nen met een hoofdknikje of met een gebalde
vuist. „Het zijn allemaal nieuwe terreinen voor
me. Al in mijn hoofd zat: als ik stop in Den Haag,
dan wil ik kijken of een part-time rechterschap
mogelijk is. Ik ben nu rechter-plaatsvervanger in
Zwolle. Dat was een ouwe wens. Ik heb rechten
gestudeerd. Als wethouder heb ik nog overwogen:
wil ik wel verder met openbaar bestuur of... Het
leven leidde me eigenlijk toch naar het burge
meesterschap en het kabinet. Nu heb ik gedacht:
dat laat ik me niet ontnemen. Na een heel lange
procedure ben ik toch maar rechter-plaatsvervan
ger. Vreselijk leuk, een heel nieuwe wereld. Op
Justitie zie je wel achter de schermen wetten en
regeltjes ontstaan, een rechterlijke organisatie,
maar het is toch wat anders dan de praktijk."
Gespreid bed
En dan is er de hoofdtaak als ombudsvrouw
volksverzekeringen, als opvolgster van Til Garde
niers. Eveneens een door de wol geverfde oud
politica, die net als Schmitz in de voetsporen van
Marga Klompé trad. Sociaal-bewogen vrouwen,
die geloven in het openbaar bestuur. „Ik geloof
niet dat mevrouw Gardeniers gerept heeft over
een old girls network, nee. Ze zei dat ik op deze
post echt iets voor individuele mensen kon bete
kenen. Ik kom in een aardig gespreid bedje. Til
Gardeniers heeft de functie ingevuld."
In Zeist heeft Schmitz een staf van zes 'door de
wol geverfde mensen die echt van wanten weet
en die hopelijk wel een bevredigende oplossing
voor een uit de hand gelopen conflict tussen as
suradeur en verzekerde kan bedenken'. Soms
trekken advocaten of patiëntenorganisaties aan
de bel om een reeks voorvallen aanhangig te ma
ken. Schmitz: „Het is echt een bemiddelende rol.
Je hebt geen sanctie, maar je publiceert wel op
een gegeven moment een jaarverslag waarin na
men en resultaten in staan. Ik moet zeggen: zorg
verzekeraars hebben zelf een onafhankelijk insti
tuut gecreëerd dat onafhankelijk toezicht houdt
op hun handel en wandel. Ik kan aantekeningen,
zelf kritische noten kraken in het jaarverslag,
waardoor je toch veranderingen in gedrag kunt
verwezenlijken."
Bewogenheid
Maximaal vier dagen per week wil ze voortaan
werken. Als ze nu zeggen: blijf je eten, zeg ik: oh.
ja, wel zin in. Vroeger was het meestal: wegwezen.
Liep je als een dolleman achter je agenda aan.
Het is niet zo dat ik al die jaren in Den Haag geen
boek las, maar je moet daar toch tijd voor hebben
en maken. Rust. Nu, met dat rechterschap merk
je hoe je dat gemist hebt. Je inlezen, dingen eigen
maken, je ergens in verdiepen. Verder wil ik de
tuin in, hout hakken, de natuur inademen."
Het klinkt als een escape, een veiligheidsklep
om stress te mijden. Maar Elizabeth Schmitz is zo
niet. De bottom line van haar handelen is altijd
weer bewogenheid. Of het nu als staatssecretaris
van justitie is of als ombudsvrouw, als vice-voor-
zitter van Pax Christi of als topman van het Afrika
Instituut: het is compassie wat haar drijft.
„Ik maak me echt zorgen over het ontbreken
van een gezamenlijke Europese aanpak van het
vluchtelingenvraagstuk. Dit probleem kun je niet
op nationale schaal oplossen. We krijgen hier bij
voorbeeld het grootste deel van de minderjarige
alleenstaande vluchtelingen te gast. Alleen omdat
andere landen voor hen mindere regelingen erop
nahouden. Dan moet je onderkennen: we kun
nen niet royaler zijn dan onze buren. We kunnen
niet ongestraft uitstralen: we kunnen de proble
men zelfde baas."
Heeft bewogenheid dan een numerus clausus?
Schmitz: „Nee. Bewogenheid kent geen numerus
clausus, maar wel: afwegen wat je bewogenheid
echt moet inspireren. En wat je moet doen om
die om te zetten in daadkracht. Het is niet reëel
om alles daaraan ondergeschikt te maken. Je
moet erkennen dat je bewogenheid wordt be
grensd door de realiteit. Het is zo dat mensen
misbruik maken van je goedertierenheid. Boven
dien kunnen we in Nederland niet de wereldpro
blematiek oplossen. Mijn voorganger Aad Kosto,
mijn opvolger Job Cohen en ook ik kwamen tot
de conclusie dat het goed hanteren van mensen
rechten betekent dat je ook mensen moet uitwij
zen. Waar je de een op grond van die rechten toe
laat, moet je tegen de ander, die zich daar niet op
kan laten voorstaan, nee durven zeggen. Als je
vanuit bewogenheid bezig bent, is dat een van de
belastendste factoren, natuurlijk. Maar je moet
het wel doen."
U bent bij de burger vooral bekend vanwege de
affaire-Giimüs. De strenge staatssecretaris die de
witte illegaal uitzette. Maar uw Werdegang was de
Iran-affaire, waarin u in maart 1997 de Tweede
Kamer verzekerde dat het ministerie van buiten
landse zaken uitgewezen asielzoekers in de gaten
hield met behulp van monitoring. Drie maanden
later bleek dat aan die praktijk al een jaar eerder
een einde was gekomen onder druk van het be
wind in Teheran. Volgens het kerkelijke bureau
voor vluchtelingenhulp Inlia zouden vier uitgewe
zen Iraniërs onder verdachte omstandigheden de
dood te hebben gevonden.
Schmitz: „Dit interview gaat toch niet alleen over
asielzoekers...?"
U werd in uw hemd gezet door ambtenaren van
Buitenlandse Zaken en de Immigratie- en natura
lisatiedienst (IND) die precies wisten hoe de vork
in de steel zat.
Schmitz: „De ambtenaren die het beter wisten
waren aanwezig, toen ik mijn beladen verklaring
aflegde in de Kamer. Dat zal je altijd meemaken
in de politiek: het gaat om de vraag of er voldoen
de communicatie is tussen ambtenaren en de po
litiek verantwoordelijke bewindspersoon. Of je
mensen niet een beter 'plaatje' over hun eigen
functioneren wensten op te houden. Je krijgt daar
vroeg of laat mee te maken. Ik heb in alle situaties
in het openbaar bestuur mensen om me heen ge
had die uitstekend wisten wat ze me konden en
moesten vertellen. Maar er komen natuurlijk ook
situaties voor dat er in de ambtelijke organisatie
dusdanig lange lijnen zijn of dat een leiding mooi
weer speelt.
Dat monitoring-incident is echt een vervelende
affaire geweest omdat ik de Kamer mijn woord
had gegeven dat we er op zouden toezien hoe het
uitgewezen asielzoekers in het land van herkomst
zou vergaan. Liepen ze gevaar of niet? Toen ach
teraf gezien bleek dat er ambtenaren of anderen
waren die me verkeerde feiten voorspiegelden of
bewust incomplete informatie doorgaven, kortom
mij op het verkeerde been hadden gezet, ja, dat is
misleiding. Ik heb daar last van gehad, niet alleen
om de ethische kant van de zaak, maar omdat het
mijn beleid was dat je de Kamer altijd zo open
mogelijk moest informeren. Niet dingen achter
houden, of mooier voorwenden dan in werkelijk
heid is. Achteraf heb ik het boetekleed aangetrok
ken. Dat moest ook. Ik wist het niet, maar in de
politiek ben je ook verantwoordelijk voor wat je
had moeten weten. Zo is dat. Dus alle consequen
ties."
Is de zaak tot de bodem toe uitgezocht?
Schmitz, naar buiten starend: „Daar hebben we
uiteraard met de betrokkenen veel over gespro
ken. Eigenlijk tot vervelens toe. Maar dat krijg je
de situatie dat de ene overheidsdienst de andere
verwijten gaat zitten maken en dat je helemaal
niets opschiet. Op een gegeven moment kom je
uit zo'n status quo alleen maar als je je afvraagt:
hoe kunnen we voor de toekomst voorkomen dat
zich zulke kwesties afspelen? Hoe voorkom je dat
je vastloopt in mist en achterdocht.
In mijn geval heeft de leiding misschien wel ge
dacht: we repareren de zaak nog wel na de uit
spraken van Schmitz. Of de soep wordt niet zo
heet gegeten. Of: we moeten in elk geval de dienst
zelf beschermen tegen verdachtmakingen. Je
moet van deze affaire leren dat je aan korpschefs
en bij de departementale leiding duidelijk maakt
dat je liever kennis neemt van de grootste mis
kleunen dan dat je niet op de hoogte van dergelij
ke missers zou zijn."
Pati ntenbelang
Schmitz weet dat het beleid van een overheid,
van een instelling, van een ministerie of - om het
even - van een ombudsman altijd wordt afgewo
gen aan de wijze waarop er met de rechten van
ieder afzonderlijk individu wordt omgesprongen.
Gümüs staat model voor hoe Nederland de rech
ten van witte illegalen weegt. De affaire Nils Mae-
sen kan dienen ter illustratie van de wijze waarop
een bekend ziekenhuis met patiëntenbelangen
omspringt.
In een bed van het Amsterdamse Academisch
Medisch Centrum blies Nils - de tweejarige zoon
van het Zwanenburgse echtpaar Erwin en Saskia
Maesen - eind april 1997 zijn laatste adem uit.
Nils had leukemie. Toch menen zijn ouders dat
niet de gevreesde ziekte, maar een in het AMC
opgelopen pseudomonas-infectie de dood van
hun zoon veroorzaakte. De behandelend kinder
oncoloog Jan de Kraker schreef hen enkele weken
later nog wel een 'troostbrief. Hij repte echter
met geen woord over de volgens het echtpaar
door het ziekenhuis gemaakte fouten. Niets over
de verprutste lumbaalpunctie. Niets over de -
waarschijnlijk daardoor - ontstane infectie, waar
bij andere verpleegkundigen en AMC-artsen te
laat ingrepen. Maar dat het AMC nooit 'sorry'
heeft gezegd, dat steekt hen eigenlijk nog het
meest.
Tot een procedure of schadeclaim kwam het
niet, maar dergelijke zaken komen wel voor in de
dossiers van de Ombudsman Zorgverzekeringen.
Schmitz trekt zelf de vergelijking tussen haar vori
ge en huidige werkkring. „We hadden destijds op
het ministerie moeten inzien dat we dat hele sys
teem van monitoring niet konden waarmaken.
Het was veel eerlijker geweest om dat gewoon toe
te geven. We waren uiteindelijk toch idealisti
scher bezig dan we ons konden permitteren. Ik zit
nu ook weer in een positie dat ik te maken heb
met de tegenstelling individu-apparaat. Bij justitie
was het burger tegenover overheid, in mijn nieu
we baan staat de verzekerde tegenover de grote
verzekeringsmaatschappij. Daarmee is het na
tuurlijk niet zo dat de kleine man, het individu, de
burger altijd in zijn recht staat.
Ik heb nog maar een paar dossiers ingezien,
maar veel klachten komen niet neer op de vraag
of je zaak is opgelost, maar hoe je behandeld
bent. Het komt verbluffend vaak voor dat <le
mensen die hier een zaak aanhangig maken, ac
cepteren dat hen 'nee' wordt verkocht, zolang je
hen maar vertelt hoe de affaire in elkaar zit en
waarom de beslissing valt zoals ze valt. Dan kun
nen ze zich er bij neerleggen. Mensen hebben
vaak de illusie dat ze wel hun premie mogen be
talen, maar verder hun mond moeten dichthou
den. Als ze klagen dan gaat het over de manier
waarop er door grote kantoren met hun klacht
wordt omgesprongen. Ze worden vaak van het
kastje naar de muur gestuurd. Zelf dingen regelen
vergt een grote mate van flexibiliteit, die veel bur
gers niet kunnen opbrengen."
Asielzoekers zijn geen economische kostenplaat
jes, net zomin als iemand in de gezondheidszorg
geen nummer is.
Schmitz: „Die uitspraak over asielzoekers komt
van een spandoek. Het is hoe dan ook gewenst:
duidelijk moet je zijn. Je moet hij mensen die hij
je aankloppen geen verwachtingen wekken die je
niet waar kunt maken. Als ik vrees dat ik niets kan
doen voor een klant, dan laat ik dat meteen we
ten. In die zin draagt deze nieuwe functie ook
trekjes in zich van mijn vorige: je moet asielzoe
kers ook kunnen laten weten dat er geen plek
voor hen is, dat je geen opvang hebt kunnen rege
len, dat je niet in iemands basisnoden kunt voor
zien. Dat geldt ook hier: als je het maar uitlegt,
kan er veel.
Voor mij ligt de kern om in beweging te blijven
bij de medeverantwoordelijkheid die ik voor de
samenleving voel, de christelijke moraal. Wat doe
jij er eigenlijk aan? Ik had nogal wat kritiek gehad
op Aad Kosto en toen werd mij het staatssecreta
riaat van justitie aangereikt. En eigenlijk dacht ik
toen: wat doe jij er eigenlijk zelf aan? Ik moest ja
zeggen of ophouden met mijn kritiek. Dat besef
van verantwoordelijkheid betekent volgens mij
niet dat je tot het einde der dagen allerlei functies
moet vervullen en je moet inspannen totdat je er
bij neervalt. Maar je houdt wel rekening met de
mensen om je heen."
CARLO NIJVEEN
JOHN 00MKES
Elizabeth Schmitz: „Zelf dingen regelen vergt een grote mate van flexibiliteit, die veel burgers niet kunnen opbrengen.
FOTO OLAF KRAAK