'We redden het echt wel'
Gevoel voor water raak je nooit meer kwijt'
De KWESTIE
Sporter van de eeuw?
Sport
r
De verkiezing van de
'Sporter van de
eeuw' in Leiden
heeft nogal wat dis
cussie opgeleverd.
Niet alleen over de
keuze van de jury
(Gerben Karstens
eindigde als eerste),
maar ook over de
entourage en het feit
dat de gemeente de
gasten geen hapjes
voorschotelde...
Har Meijer, huisarts, voorzitter van voetbal
en cricketvereniging ASC
,,Ik heb alle waardering voor de mensen die dit
hebben georganiseerd, maar je kon duidelijk
zien dat er maar een korte voorbereidingstijd
was voor deze avond. Het was de titel de 'sporter
van de eeuw' niet waardig. Er was erg weinig
van gemaakt. Het viel me tegen dat het grootste
gedeelte van het gemeentebestuur niet aanwezig
was. Maar misschien krijgt de Leidse sport wel
de avond die hij verdient. Over de keuze van de
jury kan je discussiëren, maar dat is altijd als er
een jury aan de gang gaat.
Ruud Paauw, voormalig sportjournalist en lid
van de jury
„Ik kijk tevreden terug op deze avond. Ik heb me
geërgerd aan opmerkingen dat dit een dorpsni
veau had, dat er te weinig captains of industry
waren, niemand van de universiteit. Nou, de
universiteit leeft in Leiden al jaren in een ivoren
toren en de industrie heeft nog nooit een cent in
de sport willen steken. Het is het dédain waar
over ik me opwind. Het zijn wel de Van Duiven-
bodes die het sportcafé organiseren en de Rietho-
vetis die de Tour de France naar Leiden halen.
Gerard Bakker, voormalig toptafeltennisser,
tafeltenniscoach, eindigde bij de verkiezing
ex-aequo als zevende.
„Ronald Florijn had 100 procent winnaar moe
ten worden. Hij heeft tivee keer goud gewonnen,
ook nog in de tijd dat de Oostbloklanden nog
meededen. En bovendien in een tak van sport
waar je niet wegkomt met een uurtje trainen,
nee waarin je elke dag vier, vijf uur bezig moet
zijn. Het is een jongen met een geweldige sport-
mentaliteit. Ik gun het Gerben Karstens van har
te, maar ja, van hem werd op z'n erelijst zelfs de
Ronde van Drenthe vermeld. Ja, ik heb ook wel
dertig ereklasse-toernooien gewonnen. Het gaat
erom dat je hebt gepresteerd op het allerhoogste
niveau, de Olympische Spelen.
De avond had ook niet erg veel cachet. Ik vind
het jammer da t er niet veel meer sporters waren.
Bovendien was het een afgang dat er niets te eten
was. Zoiets wordt eens in de eeuw gehouden,
maak er dan wat van. Gooi er als gemeente niet
5000 gulden, maar eens 50.000 gulden tegenaan,
er had een geweldig koud buffet moeten staan.
Toen Gerben Karstens wegging zei hij: 'eerst even
langs de snack.Ook op dit gebied was Leiden
weer het Biafra van de sport.
Aad van Polanen, judoka, eindigde op een ge
deelde zevende plaats:
„Het is jammer dat niet mijn complete erelijst is
vermeld. Ik ben bijvoorbeeld nog Europees
jeugdkampioen geweest en derde bij de Europese
kampioenschappen. Het was zelfs zo dat mijn
leerlingen me vroegen: Aad, is dat allemaal wel
waar wat je hebt gehaald. Nou, iedereen kan de
oorkondes zien hangen in mijn sportschool.
Gerard van den Berg, zesmaal Nederlands
kampioen taekwondo, vijfde op de WK, werd
niet genomineerd.
„In het begin sta je er niet bij stil dat je niet bent
genomineerd. Maar als mensen je er op aanspre
ken, ga je jezelf toch afvragen waarom je er niet
bijzit. Er zijn meer mensen naar mijn mening
onterecht gepasseerd. Edward Maasdijk, de
zwemmer die wel vijftien keer Nederlands kam
pioen werd, er hadden meer gewichtheffen bij
kunnen zitten. DIOKzou genomineerd kunnen
worden. Ik zit er niet echt mee, ik ben wel het
een en ander gewend. Mijn pupil Mandyde
Jongh, die wereldkampioen werd, viel ook altijd
buiten de prijzen. Dan was er weer een regeltje
waarom ze geen prijs kon krijgen. Maar ik ben
niet boos hoor, hooguit een beetje teleurgesteld.
TEKST WILLEM SPIERDIJK FOTO HENK BOUWMAN
'Etterbak' Tim van der Horst gaat met Sporting Trigon belangrijke weken tegemoet
oen Sprinkhuizen heeft accent verlegd naar waterpolo bij De Zijl/LGB
Jeroen Sprinkhuizen is
)rwater een eerste levens-
tefte. Zoals Sjors Sjimmie-
g heeft, kan hij niet buiten
cwembad. Hoewel Sprink-
n het accent heeft verlegd
waterpolo, blijft hij zijn
itrijden nog zwemmen als
ijl/LGB hem nodig denkt te
ten. Vanavond komt er
een bal aan te pas tijdens
erby in de eerste klasse te-
'ivax.
'emmen. De gedachten op
:etten en er lekker keihard
laan gaan. Het was jaren-
de ultieme leefwijze voor
m Sprinkhuizen (19). Hij
een begenadigd zwemmer,
chien niet zo getalenteerd
roer Robin, maar toch. Hij
deel aan menig regionale
lationale finale. „Maar op
langrijke momenten ging
looit goed", zegt hij vooraf -
d aan de woensdagavond-
ing in de kantine van het
deibad. „Dan was er weer
met mijn brilletje aan de
dan weer wat anders. Het
n erop neer dat ik gewoon
it zwom."
rklaringen zijn er wel te ge-
Sprinkhuizen liet zich snel
len door de randzaken bij
kampioenschap. Hij geeft
choorvoetend toe. „Eigen-
ing ik er meer heen om te
Als ik er eenmaal was,
iet toch altijd snel lachen."
gebrek aan trainingsinten-
lag het in ieder geval niet.
mijn doorzettingsvermo-
at het wel goed. Ik heb al-
eihard getraind. Ik ga zelfs
;en hardlopen om te trai-
terwijl dat zeker niet mijn
ste kant is. Maar als ik bij-
>eeld op school drie kilo-
r op tijd moet lopen, haal
1 een voldoende."
liefde voor het water heb-
de broers Sprinkhuizen
/an huis uit meegekregen,
ouders zwemmen heie
niet. Mijn opa heeft wa-
ilo gespeeld. Ik moet het
vel van hem hebben", zegt
Den Haag woonachtige
int aan de Haagse Acade-
voor Lichamelijke Opvoe-
Als kleine jongen volgde
erder zijn broer naar het
ïbad. Pas toen Robin het
rlijk huis in Rijnsburg ver-
kwam de klad erin. „Je
in zwemmen heel veel tijd
len. Voor de ochtendtrai-
reed ik altijd met mijn
mee. Nu is het geen doen
meer, tenzij ik naar een club in
Den Haag ga. Maar daar heb ik
geen zin in en ik heb er nu door
mijn studie ook geen tijd meer
voor."
De Zijl/LGB verlaten is sowie
so al geen optie voor Sprinkhui
zen. „De loyaliteit bij de club is
heel sterk. Dat zit in de mentali
teit van de leden. Natuurlijk
zou het logischer zijn als ik naar
HZ/Zian zou gaan. Maar er
heerst hier zo'n sfeer dat je
blijft."
Hoewel Sprinkhuizen ook
nog af en toe in het tweede
meespeelt, is zijn derde jaar in
de hoofdmacht het jaar van de
doorbraak. Door zijn sterke fy-
siek en zijn snelheid is Sprink
huizen levensgevaarlijk in de
contra-aanval vanaf de midach-
terplek. In zijn eerste seizoen,
toen De Zijl nog in de hoofd
klasse acteerde, scoorde hij een
keer, vorig jaar zes keer en dit
jaar staat hij halverwege al bo
ven dat aantal. „Op dit moment
gaat het gewoon lekker. Ik leer
per training veel dingen bij. Ik
denk nog niet aan verdere mo
gelijkheden. Zo lang ik nog niet
de beste ben in het team, kan ik
me verbeterenj"
In zijn jeugdjaren zat Sprink
huizen tegen de nationale se
lectie aan. Twee keer viel hij
vlak voor een groot toernooi
buiten de selectie. Ook nu de
bond een jeugdteam als speer
punt heeft genomen om toe te
werken naar de Olympische
Spelen van 2008, valt hij er bui
ten. Teamgenoot Twan Martijn
zit wel de kerngroep, maar die
is een jaar jonger. „Ik wilde ook
naar de Olympische Spelen
toen ik klein was. Nu ben ik wat
realistischer, weet dat ik weinig
kans heb. Ik denk ook niet of ik
er alles voor opzij wil zetten. Ik
ben bewust van het feit dat er
meer is naast waterpolo. Ik wil
in ieder geval eerst mijn school
afmaken."
De Zijl/LGB staat er goed
voor in de eerste klasse. Met
BZPC en VZC, beide ploegen
hebben twee punten meer,
strijden de Leidenaars om het
kampioenschap. Mocht het zo
ver komen, dan keert de club
sneller dan verwacht terug op
het hoogste niveau. Sprinkhui
zen vraagt zich af of het in dat
geval niet te snel gaat. ,,Als de
kans zich voordoet moet je ge
woon gaan. Natuurlijk wil ik in
de hoofdklasse spelen, maar of
het nou zo slim is met zo'n jong
team, vraag ik me af. We zou
den een sterspeler erbij moeten
hebben. Iemand die het spel
naar zich toe kan trekken. An
ders vliegen we er zo weer uit."
Niettemin is De Zijl/LGB ook
het afgelopen halfjaar weer dui
delijk gegroeid. „Tegen BZPC
thuis hadden we het heel moei
lijk. We werden verrast door het
harde spel en verloren. Wij
houden niet zo van fysiek spel,
doen het liever op techniek. Als
midachter spring ik er liever
overheen om de bal te verove
ren, dan dat ik ga hangen, trek
ken en duwen. Maar we heb
ben nu wel meer getraind op
het zware verdedigen en heb
ben het daardoor minder moei
lijk dan in het begin. We zijn
constanter geworden al moeten
we uitkijken dat we in uitwed
strijden niet te veel onder ons
niveau spelen."
Als aanstaand gymleraar zal
hij minder snel het water kun
nen opzoeken. Voor de zeker
heid heeft hij dus maar op
school het papiertje waterpolo-
trainer A gehaald. Naast pupil-
lentrainer bij De Zijl/LGB is hij
ook een paar uur per week
zwemtrainer voor de allerklein
sten in Den Haag. „Je ziet al
aan die kinderen van vier of ze
voor water geboren zijn. Die
zijn niet bang, ook al zitten er
bij die in het diepe springen en
als een baksteen naar de bo
dem zinken. Dan moet ik er
toch induiken om ze naar bo
ven te halen. Maar dat gevoel
voor water hebben ze. En dat
gevoel raak je nooit meer
kwijt."
Jeroen Sprinkhuizen: „Zo lang ik nog niet de beste ben in het team, kan ik me verbeteren."
terwijl de kracht van de ploeg juist lag in de
gevarieerdheid van de aanvalsopzet. Het mo
derne korfbal, waarin veel ruimte is voor sco
rende dames en waarmee Trigon vorig jaar zo
veel respect vergaarde, komt nu minder uit de
verf. „Het nadeel is van het sterke verdedigen
is dat we minder energie over hebben om aan
te vallen. In de hoofdklasse wordt beter verde
digd. We hebben altijd veel doelpunten ge
maakt, maar als het even niet lukt en we ge
dwongen worden om andere oplossingen te
zoeken, zijn we te beperkt. Tactisch kunnen
we aardig mee, maar als bepaalde mensen
lamgelegd worden, weten we het niet meer.
Vroeger dwongen we de tegenstander om keu
zes te maken, waardoor andere spelers vrij
kwamen. Het was een soort kettingreactie. Nu
zijn we kwetsbaarder. Dat komt ook doordat
we gedwongen worden tot statisch spel. Het is
net breien dat is niet onze kracht. Je moet ge
woon drie keer kijken anders ben je de bal
kwijt. Er wordt in de hoofdklasse tien keer na
gedacht, voordat er een schot wordt gelost.
Dat gaat ten koste van onze creativiteit."
Van der Horst, die gisteren zijn afstudeer
project in het kader van zijn studie informatie
kunde aan de Haagse Hogeschool bij De Zijl
Bedrijven in Leiden afsloot, had het graag an
ders gezien. De kille feiten stellen, dat Spor
ting Trigon aan een nieuw leerjaar bezig is.
Schallenberg stelde na de wedstrijd tegen For-
tuna zelfs, dat een eventuele teruggang naar
de overgangsklasse geen rampzalige gevolgen
hoeft te hebben voor de vereniging. Van der
Horst onderschrijft die stelling. „Voor de club
is het geen ramp. Er zijn genoeg dingen gaan
de binnen de club, die ervoor zorgen dat we
op topniveau blijven."
Niettemin kan een eventuele degradatie lei
den tot een uitstroom van spelers. Enkele top
clubs hebben al regelmatig interesse getoond.
Naast Van der Horst staan ook Chantal van
Duijn en Bianca Joustra elders in de belang
stelling. Van der Horst: „Maar je praat nu over
het hypothetische geval dat we degraderen.
Het zou een reden kunnen zijn om te vertrek
ken ook al heb ik het altijd afgehouden. Ik wil
toch het maximale eruit halen. Ik heb een
snelcursus van anderhalf jaar gehad en ik heb
aan mezelf gemerkt dat het niet boven mijn
pet gaat als ik tegen internationals speel."
Vanavond kan Sporting Trigon tegen Meeu
wen aan het zelfvertrouwen werken en een
belangrijke stap richting lijfsbehoud zetten.
Van der Horst voorziet geen problemen, maar
beseft dat de denkwijze over dit soort wed
strijden is veranderd. „Voorheen zou je zeg
gen: we walsen eroverheen. Dat gevoel is wat
getemperd. We voelden ons verheven boven
de degradatiekandidaten, maar de realiteit is
anders. We gaan het heus wel redden. Daar
ben ik niet bang voor. Maar dat we geen rol
van betekenis hebben gespeeld, is de grootste
domper van dit seizoen."
Begonnen als ploeg waarmee elke korfbaltopper serieus rekening zou moeten
houden, vecht Sporting Trigon de komende weken tegen degradatie. De tweede
jaars hoofdklasser krijgt links en rechts complimentjes, maar is tot nu toe weinig
gelukkig geweest. Sporting Trigon won tot nu twee keer - van Meeuwen en Fortu-
na - en moet vandaag tegen het puntloze Meeuwen winnen om de degradatiezor-
gen iets te verlichten. Tim van der Horst weet dat de Leidse ploeg niet hoeft af te
dalen, maar hij had zich het zaalseizoen anders voorgesteld. „In de voorbeschou
wing zag alles er nog rooskleurig uit. Maar als je naar de stand kijkt, is daar niet
veel van terecht gekomen."
spel, maar door over de rooie te gaan, kan ik
wel een wedstrijd laten kenteren en voor een
schokeffect bij mijn teamgenoten zorgen.
Mijn vader zegt wel eens: 'Ieder team heeft
een etterbak nodig'. Nou dan ben ik die etter
bak maar."
Dat 'etteren' heeft overigens zijn grenzen.
Hoewel in de hoofdklasse op het vocale vlak
flink wordt geïntimideerd, houdt Van der
Horst zich afzijdig van dergelijke praktijken.
„Ik heb een keer iemand uitgemaakt voor 'ar
rogante teringhond', maar dat is ongeveer het
ergste wat ik ooit gezegd heb. Er wordt wel
met de meest vreselijke ziektes gesmeten,
maar het grote k-woord of dergelijk 'Haags'
vocabulaire, zal je nooit uit mijn mond ho
ren."
Hij begint al ver voor het beginsignaal met
het opladen. „Ik ben ruim anderhalf uur voor
de wedstrijd in de zaal. Ik drink een kopje
thee, laat me intapen, maak een praatje met
de verzorger en dan gaan de oren dicht. Er
gaat een schuif voor en ik ben voor niemand,
behalve mijn teamgenoten, meer bereikbaar.
Het is mijn manier. Tot zeker een half uur na
de wedstrijd moet je me niet aanspreken op
dingen die in het veld gebeurd zijn. Ik moet
eerst nog helemaal terugschakelen, voordat ik
het kan verwoorden", zegt de man die vier
jaar geleden na onenigheid vertrok bij het Sas-
senheimse TOP.
Na het zo succesvol verlopen leerjaar zagen
vriend en vijand in Sporting Trigon op korte
termijn een kandidaat voor de topplaatsen.
Nu sinds dit jaar de beste vier ploegen aan het
eind van het zaalseizoen strijden om de twee
finaleplaatsen voor Ahoy', leek Trigon zelfs de
gevaarlijkste outsider om in de hoofdklasse B
te stunten. Topploegen kwamen nog net niet
met knikkende knieën naar de Vijf Meihal,
maar elke coach hield en houdt serieus reke
ning met de Leidenaars, die vooral gevreesd
worden vanwege de solide verdediging. Van
der Horst, 2,01 meter lang: „Afgelopen zondag
hoorde iemand de coach van Die Haghe in de
bespreking zeggen dat wij verdedigend zo
sterk zijn. Zo'n opmerking wordt niet voor
niets gemaakt. Het accent in de training ligt
nu op de defensie en die zit ook goed in el
kaar. We krijgen weinig goals tegen."
Niettemin schiet Trigon aanvallend tekort,
De resultaten van Sporting Trigon houden
niet altijd gelijke tred met het vertoonde spel.
Nog niet een keer werden de Leidenaars, in te
genstelling tot de mededegradatiekandidaten,
weggespeeld. Tegen de 'zekere' kruisfinalisten
Die Haghe en Nic. behoorde punt(en)winst
zelfs tot de reële mogelijkheden. Maar de
stand liegt niet en dus is de dagelijkse werke
lijkheid dat de fusieclub zwaar in de proble
men zit als er niet snel weer een keer gewon
nen wordt.
Van der Horst (26) overziet het gevaar dat
boven Trigon hangt, maar stelt dat er geen
sprake is van paniek bij de vereniging of bin
nen de selectie. „We spelen niet verkrampt of
zo. De gedachte aan het lage puntenaantal
overheerst niet. Het komt erop neer, dat som
mige spelers om onverklaarbare oorzaken niet
in vorm zijn en hun niveau niet halen. Je
vraagt je wel eens af waarom zo veel dingen
niet lulcken die vroeger wel lukten. Daarbij
hebben we ook werkelijk alle pech gehad, die
je maar kunt tegenkomen. We hebben twee
keer door een doelpunt in de laatste minuut
verloren. Het zijn zwakke excuses, je moet het
tenslotte zelf afdwingen, maar het kan natuur
lijk ook een keer in ons voordeel omkeren."
Hij formuleert rustig en bedachtzaam en is
daardoor de tegenpool van de korfballer Tim
van der Horst, die ongekend fanatiek in het
veld staat. Tijdens de wedstrijd verwordt hij
tot een beest, dat teamgenoten en arbitrage in
woord en gebaar duidelijk laat merken, dat hij
het met bepaalde zaken niet eens is. Trainer
Peter Schallenberg houdt wel van zo'n type
speler, dat het vuurtje flink kan opstoken en
de boel op scherp zet. Van der Horst: „Men
sen in mijn omgeving zeggen ook dat ik tij
dens de wedstrijd een ander mens ben. Ik ben
vrij agressief in het veld. De helft van de tijd
moet ik me echt beheersen. Dan haal ik even
adem en slik dingen in, die ik eigenlijk wil zeg
gen. Anders kost het te veel energie en kracht.
Het is een beetje een golfbeweging. Ik neem
normaal ook geen blad voor de mond, maar
dat is ongeveer de enige overeenkomst tussen
hoe ik privé ben - vrij rustig - en hoe ik in het
veld ben. Er zijn momenten dat ik me voor
neem om alleen maar bezig te zijn met het
/an der Horst: „Ik heb aan mezelf gemerkt dat het niet boven mijn pet gaat als ik tegen internationals speel."
ARCHIEFFOTO LOEK ZUYDERDUIN
tf* leiose 'rol
F SI'ORl ER jftl
- VAN DE EEUW j.yl
.Gei6enKarstery.fi