Opmars gemanipuleerde voeding niet te stuiten
Zon slaat komende tijd op tilt
In Natura
Onzichtbaar
Nieuwe aanpak Varraomij
WOENSDAG 26 JANUARI 2000
REDACTIE MARGOT KLOMPMAKER EN SASKIA STOELINGA 023-5'
Zo nu en dan onzichtbaar zijn - dat lijkt me wel wat! Je kunt
dan gewoon een huis binnenwandelen en tussen de mensen
gaan zitten om hun gesprekken af te luisteren; je loopt de bad
kamer of de slaapkamer in om te kijken wat daar zoal gaande
is. En op je werk zou je je eens op de hoogte kunnen stéllen
van wat je chef uitvoert achter z'n bureau en hoe het nu pre
cies zit tussen hem en z'n secretaresse. Ja, dat lijkt me wel wat
en het lijkt u ook wel wat, geef dat maar gewoon toe. Als wij
met z'n allen het niet leuk zouden vinden mensen te bekijken
zonder zelf te worden gezien, was Big Brother niet zo'n succes
geweest.
Neiging tot voyeurisme kan inderdaad ten grondslag liggen
aan onze wens onzichtbaar te zijn. Angst kan een ander argu
ment vormen. Wanneer diezelfde baas zich verheft achter zijn
bureau en u op een donderpreek trakteert, zou u graag on
zichtbaar wallen zijn. Zo werkt het bij ons en zo werkt het bij
dieren. Dieren willen zo weinig mogelijk zichtbaar zijn.
Dat komt heel goed van pas als je een ander dier gaat beslui
pen dat je van plan bent op te eten, maar het komt nog veel
beter van pas indien je zelf zo'n prooidier bent. De tijger wil
ongezien blijven bij het benaderen van een hert en daarom
vertoont zijn vacht hetzelfde roodbruin gestreepte, verticale
patroon als het lange gras waardoorheen hij zich beweegt.
Dankzij deze camouflage kan hij het hert onverhoeds besprin
gen. Het hert op zijn beurt is er zeer mee gediend dat zijn
grijsbruine kleur versmelt met die van de dorre bomen en
struiken, zodat hij niet de aandacht 'van tijgers trekt.
De allerbeste manier van onzichtbaar zijn is doorzichtig te
zijn. Transparante dieren kunnen niet worden gezien. Slechts
bij een paar diersoorten is dit min of meer gelukt: er bestaan
bijna transparante vissen. In het algemeen maakt echter het
volume en de constructie van een dier doorzichtigheid onmo
gelijk. Dan is het behelpen. In verreweg de meeste gevallen zal
het dier namelijk altijd zichtbaar zijn als een aparte kleurvlek
met een herkenbare omtrek. Maar de natuur is uitermate vin
dingrijk. Ze heeft ervoor gezorgd dat bij veel dieren de eenheid
van oppervlak en omtrek wordt doorbroken.
Dit wordt meestal bewerkstelligd doordat de vacht of huid
voorzien is van onregelmatige strepen of vlekken in contraste
rende kleuren. De vorm ervan heeft niets te maken met de
vorm van het dier zelf en suggereert dat er überhaupt geen
dier is. Omdat de vlekken of strepen in tekening, patroon en
kleur overeenstemmen met de kleur en de structuur van de di
recte omgeving, lijkt het dier daar geheel in op te gaan, zodat
je hem simpelweg niet ziet. Het dier is er wel, maar je ziet hem
niet: hij is onzichtbaar. Een adder valt tegen een egale achter
grond sterk op, maar is te midden van dorre bladeren en vege
tatie nauwelijks zichtbaar vanwege zijn grillige en contrastrijke
patroon van lichte en bruinzwarte tinten.
Van welke perfecte camouflage een dier ook is voorzien, er is
en blijft altijd een zwakke plek: de ogen. Ogen zijn min of meer
rond met in het midden een ronde pupil en pr is geen opval
lender patroon dan concentrische cirkels in contrasterende
kleuren. Niet voor niets is op een schietschijf juist dit patroon
aangebracht. Door dit patroon en door het feit dat ogen glin
steren vallen ze ogenblikkelijk op. Maar op dit camouflagepro
bleem is een briljante oplossing gevonden.
Bij veel - overigens van uitstekende schutkleuren voorziene -
kikkers, hagedissen en slangen is de pupil niet meer dan een
dun horizontaal of verticaal streepje, zodat het schietschijf-ef
fect minder is. Bij andere dieren heeft de iris dezelfde kleur als
de huid, met hetzelfde gevolg. Weer andere dieren hebben
oogleden in de kleur van de omringende huid. Bij gevaar wor
den de ogen bijna geheel gesloten, zodat ze vrijwel onzicht
baar zijn. Helemaal sluiten is natuurlijk onverstandig, omdat
dan de belager niet meer in het oog gehouden kan worden.
Nachtzwaluwen zijn een prima voorbeeld van dieren die hun
ogen tot op een spleetje na sluiten.
De meest voorkomende oogcamouflage berust op hetzelfde
principe als dat wat we zojuist hebben besproken: vlekken of
strepen. Door middel van een donkere lijn wordt het oog let
terlijk doorgestreept. De streep betekent: er is geen oog. Het is
weggestreept. Een duidelijke oogstreep zien we bij talloze kik
kers, slangen, vissen, insecten en vogels. Snippen, mezen,
boomklevers, ze hebben allemaal zo'n donkere oogstreep, die
overigens niet alleen de camouflage dient, maar bovendien
een sociale functie voor soortgenoten als herkenning van de
soort en het individu.
Wat bij veel vlinders, maar ook bij vissen voorkomt is het ver
schijnsel nep-ogen. Zo ver mogelijk verwijderd van de werke
lijke ogen - en dus de kwetsbare kop - bevinden zich tekenin
gen die op ogen lijken. In het algemeen zijn het donkere rin
gen met een lichte kern, maar soms ook zijn ze in bonte kleu
ren uitgevoerd, zoals bijvoorbeeld bij de dagpauwoog het ge
val is.
Omdat roofdieren hun aanval vrijwel altijd op de kop richten
en daarbij de ogen als schietschijven gebruiken, zullen ze zich
bij dieren met nep-ogen vergissen. Op het verkeerde been ge
zet, halen ze uit naar de namaakogen en treffen dan niet-vitale
delen, zoals bij vlinders de uiteinden van de vleugels. Welis
waar gehavend kan dan het slachtoffer de benen nemen voor
dat hem de volgende stoot wordt toegebracht. Er fladderen 's
zomers heel wat vlinders rond met beschadigde vleugels, die
het bewijs leveren van de werkzaamheid van de truc.
Nep-ogen zullen in de mensenwereld niet werken, daarvoor
zijn we te Slim, maar het effect van zonnebrillen zou ik wel
eens willen kennen. Geen betere oogstreep dan de zonnebril.
THEO SCH1LDKAMP
Consument krijgt biotechnologie door de strot geduwd
00
Ontbijt: broodje kaas met een
glas vruchtensap. Koffie met
een zoetje. Bij de lunch: brood
je gezond met tomaat, wat sla
en maïs. Diner: vegetarische
maaltijd met gele rijst, een soja-
burger en lof. Toetje met vla en
banaan.
Dat ziet er gezond uit. Maar bij
al deze producten loopt de con
sument steeds meer kans dat
hij genetisch gemodificeerd
voedsel eet. Eten waar ergens
gentechnologie aan te pas is ge
komen, waar een eigenschap
genetisch aan toe is gevoegd of
juist verwijderd.
De ontwikkelingen zijn niet
meer te stuiten. Dit wordt de
eeuw van de biotechnologie.
De vraag is niet of, maar hóe we
zullen omgaan met de techniek.
Want terwijl de wetenschap
voortraast, heerst er twijfel, heel
veel twijfel. Zeker, er zijn waar
schijnlijk fantastische nieuwe
medicijnen te maken. En we
zijn met meer dan zes miljard,
dus de voedselproductie kan el
ke impuls gebruiken.
Maar is het echt nodig? Emotio
neel zijn we nog niet allemaal
toe aan hightech food. En wat
zijn de risico's op de langere
termijn? Eenmaal gemanipu
leerde gewassen kun je niet
meer uit het milieu verwijde
ren. Hoe reageren andere ge
wassen en dieren op de nieuw
komers?
Afgelopen dagen staken knappe
koppen uit de Verenigde Staten
en Europa de koppen bij elkaar
in Den Haag.
Het Nederlands Platform Gen
technologie, dat de ontwikke
ling van de gentechnologie kri
tisch volgt, omschreef het con
gres als 'Big Business Bad
Science'. Woordvoerster Trix
Kruger: „De toegepaste weten
schap van gentechnologie is uit
de hand gelopen, onder meer
door de financiële afhankelijk
heid van het bedrijfsleven. Veel
wetenschappers staren zich ook
blind op hun eigen, kleine vak
gebied en hebben onvoldoende
aandacht voor de echte oorza
ken van de problemen." Vol
gens haar bieden biologische
en geïntegreerde landbouw ge
noeg alternatieven.
Prof. dr. Eric Claassen van het
Instituut voor Dierhouderij en
Diergezondheid in Lelystad
(vroeger beter bekend als de
dienst Landbouwkundig On
derzoek) relativeert de ontwik
kelingen. „Er wordt overal een
etiket van biotechnologie opge
plakt. De klassieke veredelings-
methode bij gewassen is al
10.000 jaar oud. En het gebeurt
natuurlijk ook al jaren bij huis
dieren. Maar het begrip bio
technologie is vervuild geraakt
door genetische modificatie.
Van wat er aan gewassen wordt
geteeld, is nu één tot twee pro
cent genetisch veranderd."
Claassen hamert erop dat er
een groot verschil is tussen de
belevingswereld van de consu
ment en de werkelijkheid. Een
kipfilet wordt beoordeeld op
kleur en er mogen vooral geen
bloedvaatjes zichtbaar zijn. Ook
al maakt dat niets uit voor de
kwaliteit. Hij noemt het voor
beeld van onderzoek in Enge
land, waar tijdens de BSE-crisis
de biefstukken in de schappen
bleven liggen. „De prijs ging
toen drastisch omlaag. Het ge
volg was dat de verkoop weer
omhoog schoot. Men nam
blijkbaar het risico om dood te
gaan omdat het vlees in de aan
bieding was."
Claassen ziet grote voordelen
als de nieuwe genetische tech
nieken breed geaccepteerd
worden. Hij wijst op de 'gele'
rijstkorrel, die een Zwitsers-
/Duits team van onderzoekers
heeft ontwikkeld. De transgene
rijst bevat in tegenstelling tot de
gewone rijstkorrel provitamine
A. Het gebrek aan vitamine A in
de Derde Wereld is groot. Jaar
lijks sterven 1 tot 2 miljoen kin
deren door het tekort en velen
worden blind. Overigens duurt
het nog wel even voordat de 'vi-
taminerijst' zal worden ver
bouwd.
Wordt 'farmavoedsel' de vlees
geworden droom van de WHO
(Wereldgezondheidsorganisa
tie)? Want het kan nóg specta
culairder. Claassen: „We gaan
naar supergoedkope vaccins
voor de Derde Wereld die via
een lokaal verbouwde plant
worden verspreid. De vraag is
hoe en wanneer, niet óf. Ik
voorspel vaccins tegen het rota-
virus (buikgriep met diarree,
red.), griep en malaria. De eer
ste verwacht ik over vijf jaar op
de markt. Maar er zijn nog wel
veel technische problemen op
te lossen. Een vaccin in een ba
naan moet wel een 'geheugen'
voor de ziekte laten opbouwen.
Als het ontspoort, kun je nooit
meer banaan eten."
Blijft de acceptatie van gene
tisch gemanipuleerde produc
ten op het dierlijke vlak. „We
kunnen een varken maken dat
resistent is tegen de varkens
pest, of een koe die resistent is
tegen BSE. Als persoon kan ik
best leven met zo'n 'knockout -
varken'. Maar het is een goede
vraag of we dit soort dingen wel
willen." Voorlopig lijkt de wes
terse consument toch wel rijp
voor genetisch gemodificeerd
voedsel. Het gaat voor de mees
te mensen in de eerste plaats
om de prijs. Over de techniek is
nog emotionele twijfel, maar
iets als het welzijn van dieren
komt veruit op de laatste plaats.
De voorstanders van alternatie
ve landbouw en veeteelt zien de
belangstelling voor biologisch
en ecologisch natuurlijke pro
ducten weliswaar langzaam
stijgen, maar de harde verkoop
cijfers zijn nog uiterst beschei
den. Het Nederlands Voorlich
tingsbureau Vlees meldt dat
slechts 1,4 procent van de huis
houdelijke aankoop van var
kensvlees in 1998 uit scharrel-
varken bestond. Voor scharrel
kip werd een ontluisterende 0,7
procent genoteerd. In totaal
ging er dat jaar 418.000 ton
vlees over de toonbank. Vlees
vervangers stonden in slechts
0,6 procent van alle maaltijden
op het menu.
Het aandeel van gemodificeer
de plantaardige gewassen mag
dan nog klein zijn, inmiddels
zijn ze in veel producten terug
te vinden. In enzymen bijvoor
beeld, die verwerkt worden in
alledaagse voeding als brood,
zoetstoffen, fruitsappen, kaas
en ook veevoeder. In de land
bouwgewassen is de genetisch
aangepaste soja (resistent ge
maakt tegen het onkruidbestrij
dingsmiddel Roundup) al bijna
berucht, maar er zijn ook maïs-
gewassen, tomaten en 'roodlof
waar genetisch aan is gesleu
teld.
In Spanje is onlangs de eerste
•25.000 hectare genetisch gema
nipuleerde soja uitgezaaid.
Maar in de VS is. praktisch de
helft van alle soja al genetisi
aangepast. Wereldwijd staat
nu 15 miljoen hectare 'nieui
soja op het land.
Op het congres in Den Haa|
sprak Benedikt Haerlin van
Greenpeace zijn bezorgdhei
over dit soort massale ont\v 6
kelingen uit. „Hoe kunnen
weten wat-zulke gewassen c
de lange termijn in het milii
veroorzaken? Je kunt nooit
gen dat het veilig is. We mo
meer letten op wat we nieti
ten en minder op wat we wi
weten", stelde Haerlin. „En
zijn nog zo onwetend overi H
werkelijke processen van h<
ven."
Dat er gevaren zijn, ontkent
de wetenschap niet. Zo is ei
maïssoort ontwikkeld die di
zij een ingebracht bacterie-
een insectengif aanmaakt. 1
het 'doelinsect' is in korte ti
resistent daarvoor geworde 0
En effecten van het gif op a 0
re insecten is inmiddels aai
toond.
De introductie van genetisc
gemodificeerd voedsel op d
Europese markt verloopt in
middels desastreus, melddi
Murray van de Europese G 0
sumenten Organisatie op h
congres. Hij is niet tegen de
nieuwe technieken, maar v
tegen de regelgeving en de
sentatie. „De consument ra
een keuze tussen wel en nie
gemanipuleerd voedsel kui
maken en alle produkten w
genetisch gemanipuleerd n
riaal in is verwerkt, moeten
etiketteerd worden.
Hij ziet het wat dit betreft s
ber in na het voorstel van d
Europese Commissie vorig
maand, waarin op voedsel
minder dan één procent g
dificeerd materiaal bevat, g
apart etiketje geplakt zou h
ven worden. Ook het Eurof
Parlement heeft hier al bezp
tegen geuit.
We zullen nog heel wat ma
den moeten wegwerken vo
dat we weten wat we eten.
De zon raakt dit voorjaar en zo
mer flink in de stress. Dat ver
oorzaakt straling die schade
kan opleveren aan satellieten,
communicatiesystemen en
stroomvoorzieningen. De scha
de kan weliswaar niet worden
voorkomen, maar wel beperkt.
Bovendien kan nieuwe kennis
worden opgedaan over de ener
giehuishouding van de zon.
De waarnemingen worden ge
daan door universiteiten, de
NASA, zonnesatellieten en -ob
servatoria. De coördinatie is in
handen van het Space Environ
ment Center van de universiteit
van Iowa. „Noem ons maar een
virtueel ruimteweerstation",
zegt dr. Jack Scudder, als astro-
fysicus aan het SEC verbonden.
„We houden de zon al vele ja
ren in de gaten en daarbij is,
vooral de laatste jaren, geble
ken dat er ingrijpende verande
ringen kunnen optreden in de
energiehuishouding, zonder
dat we weten waarom."
„De zonneactiviteit bereikt dit
voorjaar en zomer een waar
schijnlijk heel intens maxi
mum. Voor de aarde en haar di
recte omgeving levert dat risico
op. Daarom houden we de zon
vanaf eind januari extra goed in
het oog. We willen kunnen
voorspellen in plaats van af
wachten. Maar iets voorkomen
kunnen we niet."
Volgens Scudder voltrekken er
zich plotselinge veranderingen
op en in de zon waar men ab
soluut geen verklaring voor
heeft. „Een voorbeeld daarvan
is een plotselinge afzwakking
van de zonnewind tot bijna nul
in mei vorig jaar", zegt hij. „Dat
duurde twee volle dagen en we
hebben toen deeltjes kunnen
meten, 'Strahl'-elektronen ge
noemd, die rechtstreeks afkom
stig waren uit de zonneat
mosfeer. Normaal gaan die
sterk geladen deeltjes in de
zonnewind verloren."
„Door de plotselinge verande-
De speciale zonnesatelliet Solar Heliospheric Observatory maakt deel
uit van het netwerk dat de zon in de gaten houdt. foto gpd
ring zette de aardse magneto-
sfeer uit tot zes keer de oor
spronkelijke afmetingen. En
boven de Noordpool trad sterk
noorderlicht op als gevolg van
de wisselwerking met de zon-
ne-elektronen."
Waardoor de zonnewind zo
plotseling ging liggen is nog
steeds een raadsel. Dat geldt
ook voor de beroemde activitei
tencyclus van de zon. Gemid
deld neemt zo'n cyclus elf jaar
in beslag. Tijdens een mini
mum is de zon 'rustig'. Maar
tijdens een maximum is het
zonneoppervlak net een borre
lende soepketel. Machtige uit
barstingen, in omvang groter
dan de aarde, slingeren ontel
bare tonnen zonnematerie en
pakketten van allerlei stralings
soorten de ruimte in.
Soms zijn de tekenen van zo'n
maximum met het blote oog te
zien bij ondergaande of opko
mende zon. We spreken van
zonnevlekken, maar eigenlijk
zijn het geen vlekken. Het zijn
gebieden waar de temperatuur
ongeveer 1500 graden lager is
dan op de rest van het opper
vlak. Ze steken dus alleen don
ker af. Als je ze met het blote
oog kunt zien, en de oude Grie
ken en Babyloniërs maakten er
al melding van, dan zijn ze mi
nimaal vijf tot tien maal groter
dan de aarde.
Tijdens een maximum zit de
zonneschijf onder de vlekken.
Over een maand of zes is het
weer zo ver. „De heftige proces
sen tijdens zo'n maximum kun
nen gevoelige hardware zand
stralen, bijvoorbeeld chips in
satellieten die onbeschermd
boven de dampkring hun rond
jes draaien", zegt Scudder.
„Daarnaast kunnen de storin
gen op het aardmagnetische
veld plaatselijk zo intens zijn
dat transformatorhuisjes spon
taan uitbranden en hele gebie
den zonder elektriciteit komen
te zitten. Het noorderlicht dat
gepaard gaat met dergelijke, zo
geheten magnetische stormen,
is dan soms uitzonderlijk mooi
en urenlang te zien, zelfs tot op
gematigde breedten, 's Nachts
wel te verstaan."
Als het virtuele ruimteweersta
tion erin slaagt een uitbarsting
op de zon te registreren, kan
men voorspellen wanneer de
daarbij vrijkomende deeltjes
pakketten de aarde bereiken en
ook hoe sterk de storingen dan
bij benadering zijn.
BEN APELDOORN
Imkers kunnen via natuurlijke
selectie zelf hun bijenvolken
ongevoelig maken voor de var-
roamijt, de grootste vijand van
de honingbij. Hierdoor kan
spuiten achterwege blijven. Dat
blijkt uit onderzoek aan de uni
versiteit van Arizona in Tucson
(VS).
De varroamijt stak half de jaren
tachtig in Amerika en Europa
vrijwel tegelijk de kop op. Deze
parasiet zuigt de bij leeg en
plant zich voort in de kast. Als
de imker niets doet, is zijn bij
envolk verloren. Vanaf het be
gin wordt er gespoten met aca-
raciden, een selectief middel
dat funest is voor de mijten,
maar onschadelijk voor insec
ten, zoals de bij.
Deze bestrijding heeft steeds
minder effect, omdat de mijten
ongevoelig zijn geworden voor
de meeste van deze chemische
middelen. En ondanks dat al
leen gespoten mag worden na
dat de honing uit de k^st is ge
haald, is toepassing van acara-
ciden niet goed voor het imago
van honing als natuurlijk pro
duct. Mede daarom wordt,
naarstig gezocht naar biologi
sche methoden.
De Amerikaanse wetenschap
pers bevolkten drie bijenstallen
met bijenvolken die van nature
deels ongevoelig waren voor
mijten. De zwermen die het
meeste werden aangevallen,
werden het andere jaar ge
ruimd en vervangen door nako
melingen van de tolerante bij
en. Na vier jaar telde de gemid
delde bijenkorf slechts zeven
mijten op de honderd bijen. Er
waren zelfs bijenvolken die vol
ledig vrij waren van mijten.
De onderzoekers adviseren bij
enhouders hun kolonies te in
specteren op mijtresistentie en
hun koninginnen voor de broed
te kiezen uit kolonies met de
minste mijten. Door deze aan
pak ontstaan er mijtresistente
kolonies en hoeft er niet te wor
den gespoten met acaracid
Nederlandse bijenexpert Ja
van den Eijnde heeft echte
twijfels. „Natuurlijke select
biedt onvoldoende perspei i
tiefmeent de onderzoekt
aan de Ambrosiushoeve te
kenswaard. „De koningin
die resistentie namelijk not
volledig over. maar slechts
een deel. Hierdoor wordt h
probleem nooit blijvpnd o[
lost."
Hij voelt daarom meer voo
toepassing van organische
ren in de kast. Door verdai
ping van mierenzuur of sp )lai
en met melkzuur gaan de
meeste mijten kapot, terwi
honingbij er geen last van 1
De zuren zijn onschadelijk het
de honingproductie.
Op de Ambrosiushoeve is i ng.
een andere methode ontwi 4oi
keld die nu op kleine schaa igs
de praktijk wordt toegepas 'as
Van den Eijnde: „Je kunt diar.
mijten bestrijden als ze op
bijen in de kast zitten, maa Ie
kunt ze ook al eerder aanp
ken, namelijk in de broedfi e S
De varroamijt heeft voorke ;d
voor darrenbroedcellen. Djen
legt de parasiet zijn eitjes,
hebben een manier gevoni
om de mijt te foppen. Als
geen werksterbroed in de 1
zit, meestal in mei-juni, lat
we de mijt broeden. Het bi j
halen we er dan acuut uit, j
dat er geen nakomelingen j p
van de mijt. Op deze manii
kun je zonder bestrijding 9 j
procent van de mijten uit
volk verwijderen."
Deze biotechnische methoj
eist echter veel kennis van
imker. Niet alleen over del
ningbij, maar ook over dei
roamijt. De Ambrosiushoe j T,
heeft een EG-subsidie geki j
om Europese imkers deze
thode te leren via voorlicht p
PETER DE JAEGER
HEINZ
Cryptogram
Horizontaal: 1. Insect voor het slechte aanhangsel (6);
4. Opgepept kind? (8); 6. Stof die de huid afstroopt (4);
8. Brood voor de laatste grap (4); 9. Stukje voor stukje
een hele opgave voor een kip (9).
Verticaal: 1 Daarin slaapt een roos als een roos (3);
2. Van beide kanten een opschepper (5); 3 Water in de
auto (4); 5. Bouwstijl van een spelletjeswinkel (6);
6. De natuur van een valsaard is bedrieglijk (4);
7. Die aanwijzingen voel je weer in je rug (4);
8 Die manier getuigt van kennis (4).
Oplossing van dinsdag:
leda-laden-Handel
raat-aorta-Aastor
mier-immer-Rammei
bora-borat-Tarbot
nier-diner-Eirond
karn-drank-Nadruk
aard-waard-Waarde
stek-sterk-Ekster
naar-snaar-Nagras
lust-tulsa-Saluut
Gevraagd woord: HARTENWENS
het
l'*