chterblijvers op Tiengemeten voelen zich niet eenzaam 'Ruzie over sociale zekerheid moet snel worden bijgelegd' Dierentuinen worden steeds speelser Binnenland JDERDAG 30 DECEMBER 1999 346 5 ANP Algemeen Nederlands Persbureau GPD Geassocieerde Pers Diensten ngemeten als natuurgebied: het idee begint te wennen...' it wervend geschreven in de eerste aflevering van Henge len Nieuws, de nieuwsbrief over het eiland in het Haring- t. Bij wie? vragen Leen en Mariska Vos zich af. „Niet bij ons >r. En ook niet bij degenen die weg zijn gegaan." In 1996 d het eiland verkocht aan de Vereniging Natuurmonu- iten. De zes agrariërs moesten weg. Voor hen is geen ats meer, terwijl de weekeinders, de opzichter en de ratten- iger wèl mogen blijven. Vier boeren zijn inmiddels ver- sd, komend voorjaar volgt het vijfde gezin. Vanaf dan zijn Vosjes - Leen, zijn broer Jaap, zijn vrouw Mariska en hun n Merijn - het enige boerengezin op het eiland. Eenzaam? Inee, verwerpt Mariska, die een baan heeft op 'het vaste- d'. „Elke keer als ik na mijn werk met het pontje terug r, denk ik 'jip, ik ben weer thuis'." nlang verkeerden ze in onzeker- I, de kleine groep bewoners van igemeten, het enige nog echte ld in de Zeeuwse en Zuid-Hol- Ise archipel; een stukje akkerland niet door dammen en bruggen de rest van de wereld werd ver den. Jaar in, jaar uit werden al- i plannen gesmeed die op den r toch weer diep in een bureaula Iwenen. Maar in 1996 was de ko- dan toch door de kerk. Er was definitief besluit genomen. Het ld zou worden verkocht ten be- ve van de Vereniging Natuurmo- ïenten en ingericht als natuurge- I. De boeren moesten hun stek aten en in overleg met de Dienst delijk Gebied zou naar vervan- de grond worden gezocht, p dat moment verwachtten de roners niet dat het zo n vaart zou »n. 'Dat kan nog wel drie tot vier duren', was een veel geuite reac- Het jaar daarop hadden de eer- i echter al een agrarisch bedrijf :rs in Nederland gevonden; een eling dichtbij, in de Hoeksche ard, anderen verder weg bijvoor- Id in de Wieringermeer. Is één van de laatsten is vorige ter de buurman van de familie vertrokken en in het voorjaar en de ouders van Mariska Vos, en Adske Verlinde, Tiengemeten aten. Van de weekeinders heeft aantal hun huisje opgezegd; imigen hebben een regeling ge- fen met de Vereniging Natuur- numenten en een schadevergoe- geïnd, anderen zijn opgestapt, omdat zij niet wilden blijven nu de boer van wie zij huurden, het eiland heeft verlaten. De vaste bewoners tenslotte, opzichter Paul Veerman en rattenvanger Hugo Schortinghuis, blijven er wonen. Zij kunnen er ge woon blijven nu het eiland wordt in gericht als natuurgebied. Maar voorlopig is Tiengemeten nog intact. De betrokken organisa ties - de Vereniging Natuurmonu menten, de Dienst Landelijk Gebied, Rijkswaterstaat, de provincie Zuid- Holland en de ministeries van ver keer en waterstaat en van landbouw, natuurbeheer en visserij - wachten met de uitvoering van hun plannen tot de laatste boer is vertrokken. Dat kan eigenlijk niet anders, omdat de gemeente Korendijk pas dan bereid is de agrarische bestemming van het eiland te wijzigen in 'natuur'. Tot die tijd wordt de grond van de boeren die inmiddels weg zijn, bewerkt door een loonwerker. De inrichtingsplannen zijn ook nog niet af. De bedoeling is dat het eiland gedeeltelijk onder water komt te staan. Hiervoor worden openin gen in de dijk gemaakt, zodat bij vloed het Haringvlietwater het ei land kan opstromen. Op de hoger gelegen gebieden komen onder meer vogelkijkplaatsen en een na tuurkampeerterrein. Inmiddels heeft Natuurmonumenten al wandelrou tes uitgezet. Of het toeval is, blijft gissen, maar opmerkelijk is het wel, dat juist Leén (31) en Mariska (29) Vos straks de laatste boeren op het eiland zijn. Hoewel ze de jongsten waren, heb ben zij er van alle (oud-) bewoners De laatste boeren van Tiengemeten: „Er zijn mensen die veel eenzamer zijn dan wij". foto cpd jaaprozema ongetwijfeld de diepste herinnerin gen. Mariska kwam als 12-jarige op Tiengemeten, toen haar vader zijn bedrijf in de Biesbosch moest opge ven, omdat hun grond nodig was als spaarbekken voor de drinkwater voorziening. Mariska raakte al snel verknocht aan het eiland èn aan Leen, met wie zij inmiddels zes jaar is getrouwd. Leen en zijn broer laap zijn op Ti engemeten geboren. Hun familiebe drijf is meer dan zestig jaar oud en werd door hun opgebouwd. Zo'n tien jaar geleden namen de broers het bedrijf over van hun vader. Ze verbouwen aardappelen, suikerbie ten, wintertarwe, plantuien en af en toe zomergerst. De gedwongen verplaatsing valt hen zwaar. „Mensen kunnen soms makkelijk verkassen", vindt Mariska, „maar agrariërs zijn sterk gebonden aan hun omgeving. Ze zijn heel in tensief met het land bezig. Natuur mag je het niet noemen, maar het zit er niet ver vanaf. Het idee dat de boer vervuilt, is allang achterhaald. In de jaren vijftig gebeurde dat mis schien, tegenwoordig niet meer. Je kün niet eens meer knoeien, met al die milieuwetgeving." Terwijl een aantal bewoners het destijds luchtig opvatte, zagen Leen en Mariska de donkere bui al han gen toen het eiland in 1996 definitief tot natuurgebied werd bestempeld. Elk jaar met kerst vroegen ze zich af: 'zouden we hier volgend jaar nog zitten?' De onzekerheid van toen heeft plaatsgemaakt voor berusting. „In die tijd waren we er veel meer mee bezig", zegt Leen Vos nu. „Tel kens als ergens grond vrij kwam. gingen we kijken. We dachten 'we moeten zorgen dat we wegkomen'." Ze hebben zelfs Canada overwo gen, vertelt Mariska. „We zijn er een paar keer geweest om te kijken, maar dat is ook niet alles. Voor ons ligt het anders dan voor iemand als Evert van Benthem, die zich in Nederland beperkt voelde omdat hij niet kon uitbreiden. Wij hebben een rendabel bedrijf, wij kunnen hier prima boe ren." Leen: „Nu hebben we er geen spijt van dat we nog niet weg zijn. Het is maar goed dat we het niet hebben gedaan, want de twee bedrijven die we aangeboden hebben gekregen, waren niet gelijkwaardig." Hij wil straks kunnen zeggen 'ik zit hier ook naar mijn zin'. Met de tot nu toe aangeboden bedrijven heeft hij dat gevoel niet gehad. Stelt hij zijn eisen niet wat hoog? „Ze bestaan wel," weet hij. „Ze hadden allang van ons af kunnen zijn als ze iets fatsoenlijks hadden aangeboden", zegt Mariska zakelijk. „Maar als ze komen met iets dat tweederde beslaat van wat we nu hebben, is dat niet reëel." Nu gaan ze er anders mee om, ver volgt Leen. „We zijn er veel rustiger onder. Het is hun probleem, niet het onze." Inmiddels is hij er stellig van overtuigd dat ze er de volgende kerst ook nog zullen zijn. „Voor komend jaar heb ik alles klaargemaakt, het land is geploegd, ingezaaid. Vóór volgende winter zijn we hier dus niet weg." Zien ze er niet tegenop, vrijwel al leen op het eiland? Welnee, verwerpt Mariska. „Elke keer als ik na mijn werk op het eiland terug kom, denk ik 'jip, ik ben weer thuis'. Dan zie ik die bomen, en alle andere dingen hier. Soms roept iemand 'Jullie zijn zo eenzaam!' Maar ik voel me niet eenzaam, ook niet 's avonds. Er is een verschil tussen eenzaam en al leen. Er zijn mensen in de stad met heel veel anderen om zich heen, die veel eenzamer zijn dan wij." 'Als ze geld hebben, gaan ze liever naar de bioscoop V-bestuurster Agnes Jongerius vindt het onzinnig dat iedereen blijft vasthouden aan de eigen standpunten. foto cpd HAAG RIXT ALBERTSMA S VAN SOEST ruzie over de sociale zeker- d moet snel worden bijge- 1. FNV-bestuurster Agnes gerius vindt het onzinnig iedereen blijft vasthouden de eigen standpunten. Ze wacht dat minister De Vries i sociale zaken na de kerstva- itie wéér met werkgevers- en rknemersorganisaties rond tafel gaat zitten om te over- gen over hun compromis- irstel. „We moeten snel uit impasse komen. De stam- nstrijd heeft lang genoeg ge- ird." Het is moeilijk aan werkne- rs uit te leggen waar de ruzie precies over gaat", zegt ze. j denken er niet over na wat voor hen kan betekenen dat sociale-zekerheidsstelsel andert. Maar voor uitke- jsgerechtigden is het wel delijk. Zij begrijpen dat het er aan het werk helpen van rklozen en arbeidsonge- likten niet alleen mag wor- i overgelaten aan werkge- 8." )e FNV loopt al sinds de pre- itatie van de kabinetsplan- i te hoop tegen dit onder- el van de voorstellen. AO'ers merken nu al dat ze steeds langer moeten wachten voordat ze in aanmerking ko men voor bijvoorbeeld een scholingsproject. Ze merken ook dat de keuringen niet veel voorstellen. Als de plannen doorgaan wordt het nog veel erger." Jongerius heeft ook kritiek op de vorming van de Centra voor Werk en Inkomen (CWI's), waar in de toekomst iedereen die werk zoekt of een uitkering aanvraagt eerst naartoe moet. „Het CW1 wordt anders dan oorspronkelijk is bedacht. Het was de bedoeling dat iedereen nog maar naar één loket hoef de. Maar het CWI is nu slechts een detectiepoortje waar je ge gevens worden opgenomen. Vervolgens word je doorverwe zen naar een andere instelling (het UWV). waar wordt gekeken of je recht hebt op een WW of WAO-uitkering. Een scholings- of werkervaringsplaats wordt dan weer overgelaten aan een reïntegratiebedrijf zoals een uit zendbureau, waarmee je vroe gere baas een contract heeft ge sloten." Juist dit laatste is voor de vak bonden het belangrijkste pijn punt. Jongerius: .Als de baas onvoldoende geld uittrekt voor een goed contract, bieden de uitzendbureaus minder service aan de WAO'er. Nu gebeurt dat al bij Arbo-diensten. waar iede re individuele werkgever een contract mee moet aangaan. Tachtig procent van de bedrij ven sluit gewoon het goed koopste contract af. Bij de rein- tegratiebedrijven zal dat straks hetzelfde gaan. Ze gaan elkaar beconcurreren op goedkope contracten, daar zijn uitke ringsgerechtigden niet bij ge baat. Hoe minder geld er voor ze wordt uitgetrokken, hoe minder hulp ze krijgen bij het vinden van een fatsoenlijke baan." De vakbonden willen dan ook inspraak bij de keuze van de reïntegratiebedrijven. „Dat is in de kabinetsplannen niet het ge val". constateert Jongerius. „Wij zijn de belangenbehartiger van de uitkeringsgerechtigde. Maar iedere werkgever mag af zonderlijk beslissen met welke beunhaas ze in zee gaan. De Vries zegt dan dat we per CAO afspraken kunnen maken met welk reïntegratiebureau wordt gewerkt. In de praktijk kunnen wij werkgevers echter niet dwingen met een beter, dus duurder bedrijf in zee te gaan. Zo worden de belangen van uit keringsgerechtigden wisselgeld bij CAO-onderhandelingen. /Ms moet worden gekozen tussen betere kinderopvang, minder werkdruk of betere reïntegratie van WAO'ers, dan sneuvelt dit laatste in de praktijk." De werkgevers- en werkne mersorganisaties stellen in hun compromisvoorstel aan De Vries dan ook voor om niet per bedrijf contracten met reïnte gratiebedrijven af te sluiten, maar per sector. Op die manier kunnen vakbonden meebeslis sen. „Het bedrijfsleven in Ne derland is opgedeeld in zeven tig sectoren, zoals de bouw en de chemie. Laat per sector de werknemers en werkgevers af spraken maken over dit belang rijke punt. Dit voorstel is mak kelijk in te passen in de stelsel wijziging die het kabinet voor stelt", benadrukt Jongerius. ,Als De Vries ons voorstel goed leest, ziet hij dat we een opening bieden in het conflict. Alleen maar zeggen dat je niet met elkaar wilt praten, lost niets op. De hoofdlijn in de politieke discussie was steeds dat de keuringen van WAO'ers door de overheid moesten worden ge daan. Daar stemmen we nu mee in. De angel is daarmee uit de discussie. De problemen zijn nu te overbruggen. Ik hoop dat De Vries onze handreiking ac cepteert." De lunch is een kleurrijk gebeuren bij IPC Dier in Barneveld. De bedrijfscatering van dit kenniscentrum zetelt in het statige kasteel De Schaffelaar in Barneveld, een oase van rust op een steenworp afstand van het uitgestrekte IPC Diercomplex waar de kippen kakelen en de tractors grommen. Onder het hoge plafond lepelt een culturele mix van cursisten van diver se continenten geanimeerd stevige soep naar binnen. Educatief medewerkster van de Budapest Zoo, Zsófia Dukat, schuift aan bij een groepje cursisten uit Afrika. Met dieren tuinen hebben de goedlachse negers dui delijk niets van doen. Dukat presenteert zich opgewekt als 'zoo-educator'. Maar dat beroep roept slechts een glazige blik op bij de Afrikanen. Nooit van gehoord. Logisch, als je tussen de olifanten leeft, realiseert Dukat zich. „Voor hen is een olifant net zo normaal als voor ons een koe. Afrikanen hebben een veel hechtere relatie met de natuur dan wij in Europa. In Boedapest zitten de kinderen de hele dag voor de televisie of de computer. Ik zie onze dierentuin als een schakel tussen de cultuur en de natuur." Vier weken lang hebben tien educatief medewerkers van dierentuinen uit Hon garije. Roemenië, Tsjechië, Slowakijke, Li touwen. en Polen zich verdiept in hun vakgebied. Naast lessen hebben de deel nemers tien Nederlandse dierenparken bezocht. Vooral Emmen en Rotterdam maakten indruk vanwege het doordachte educatieve concept. „Zoo-education gaat veel verder dan het bordje bij het hok." legt cursusleidster Liset van Geldermalsen van IPC-Dier uit. De doorsnee Oost-Euro- pese dierentuin is nog te veel een 'postze- gelverzameling'. „Vrij traditioneel. Een verzameling dieren achter tralies, zoals wij dat vroeger ook kenden." De Neder landse dierenparken streven ernaar de natuurlijke omgeving van dieren zoveel mogelijk na te bootsen. Bovendien gaat het er niet meer om zoveel mogelijk soor ten te laten zien. Beter één soort goed, dan tien soorten half. Liset van Geldermalsen ziet dierentuin- dieren als de ambassadeurs van hun wil de soortgenoten. „In de dierentuin kun nen mensen iets over ze leren. Een goede presentatie draagt bij aan waardering. En als je iets waardeert, ben je ook bereid het te beschermen." In Oost-Europa zijn veel dierentuinen in het woelige water van de privatisering te rechtgekomen. In Barneveld maakten veel cursisten voor het eerst kennis met het begrip 'zoo-missie'. Van Geldermalsen: „Nadenken wat je wilt als dierentuin, dat gebeurde nauwelijks. Een bedrijfsstrategie is een kapitalistisch begrip. Een dieren tuin is er gewoon." De insteek van Oost-Europese tuinen is vaak wat schoolmeester-achtig. „Het mag gerust een beetje speelser. Je bent tenslot te een dagje uit. Dan wil je best wat opste ken, maar wel op een leuke manier. Een bordje met gedegen informatie over de soort en het leefgebied lopen de meeste mensen snel voorbij. Maar je kunt ook proberen de aandacht te vangen, bijvoor beeld door alleen iets geks over de vacht te vertellen." De Budapest Zoo heeft de 'zoolympics' omarmd, een vondst van de Rotterdamse diergaarde Blijdorp. In de zoolympics worden kinderen uitgedaagd zich met de dieren te meten. Net zo hard lopen als een cheetah, bijvoorbeeld. Bij voorbaat een verloren race. maar dat maakt niet uit. Het gaat erom dat je mensen dwingt even stil te staan bij een aspect van een dier. Het liefst een onvermoed aspect. Volgens Zsófia Dukat heeft de Budapest Zoo met meer dan een miljoen bezoekers per jaar over belangstelling niet te klagen. „Wij hebben geld en we zijn relatief rijk. We zijn in heel Europa bekend vanwege de monumentale gebouwen in onze uit 1866 stammende dierentuin." Budapest doet ook mee aan internationale fokpro- gramma's, maak veel werk van het recrea tieve aspect en ziet de toekomst in het re latief welvarende Hongarije zonnig tege moet. Haar collega Bogdan Matei van de Buka- rest Zoo in de Roemeense hoofdstad Boe karest is zorgelijker. De Bukarest Zoo. de trotse bezitter van de enige olifant van Roemenië, trekt amper 100.000 bezoe kers. De dierentuin is eigendom van de gemeente en die geeft haar zeer beperkte recreatieve budget liever uit aan voetbal, betreurt Matei. Hij runt zijn educatieve afdeling met vrijwilligers. De levensstan daard in Roemenië is laag. Velen kunnen zich een bezoek aan de dierentuin, on danks de in onze ogen te verwaarlozen entreeprijs, niet veroorloven. „En als ze geld hebben, gaan ze liever naar de bio scoop." 'Emmen' maakte op medewerkers van dierentuinen in Oost-Europa veel indruk vanwege de doordachte, educatieve opzet foto anp FNV'er Jongerius verwacht dat kabinet op compromis ingaat

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1999 | | pagina 5