lossen door het klooster met de zuster op je nek INGEN VOORBIJGAAN Leiden Regio STADSGEZICHT 18 DECEMBER 1999 egstraaten werd in 1920 geboren 1 Havenkade 4 in een zeer katholiek J Zijn ouders waren vaste ii ngers, zijn tante was non in een »rin Breda, zijn broer koster in de Hartebrugkerk. Het kon dus niet i of Piet werd op zijn zesde 15 misdienaar in het inmiddels verdwenen klooster van de Zusters van Liefde in de Pelikaanstraat. In deze aflevering van 'De dingen die voorbijgaan' vertelt Piet Biegstraaten over het katholieke leven in Leiden in de eerste helft van deze eeuw. Leidenaars blikken terug op hun verleden het klooster van de van Liefde geen eigen had. werd de mis door li ters van andere paro- j, igedragen. De ene keer -""ster van de Onze Pe Hemelvaart-kerk lemmerstraat, de Keer door de priester -".efkerk aan de Heren dienst begon elke om half zeven. De ene :nde ik de mis, de an- ek een andere jongen, r we geen telefoon had- lurde het klooster, als ik ichts de volgende dag »as, 's avonds iemand jjn ouders om te vragen i komen. >er die tien jaar ouder ik was eveneens mis- geweest en mijn mid- roer, met wie ik zeven ïelde, ook. Het was heel dat zonen en dochters f'ieke gezinnen res- c misdienaar en rden. Bruidjes waren es die in de katholieke ies meeliepen. lolieke geloof kent een ntal feesten per jaar, - t feest van de Heilige rtaria, van de Heilige k s of het Heilig Hart. Zo'n feest werd gevierd met een plechtig lof, een feestelijke kerkdienst in de avonduren en daarna een processie in de kerk of in de kloostertuin. In Noord- Nederland, dus ook in Leiden, was en is het nog steeds verbo den processies op straat in het openbaar te houden. Alleen in het zuiden, in Brabant en Lim burg, van oudsher katholieke provincies, mocht dat. De pro cessies zagen eruit zoals je het nu nog steeds ziet in zuidelijke landen zoals Spanje en Italië. Een stoet die een groot beeld van bijvoorbeeld Maria of het Heilig Hart draagt. De meisjes, de bruidjes, in witte jurken met bloemen in hun handen. De jongens, mooi in pak, met een kaars. De huidige mis verschilt op veel punten van de mis in de tijd dat ik misdienaar was. De priester droeg grote delen van de mis op met zijn rug naar de kerk gangers. Alleen de preek en de zegen gaf hij met zijn gezicht naar de mensen. Veel liederen en gebeden die nu in het Ne derlands uitgesproken worden, waren toen in het Latijn. Of je Latijn kende of niet, je zong net zo hard mee. Tegenwoordig is de kerk ook anders ingericht. In plaats van achterin de kerk staan het al taar en de preekstoel nu meest al in het midden met de kerk gangers aan drie kanten erom heen. In die tijd waren de mis dienaars trouwens ook nooit meisjes. Tijdens de mis lag er een groot, loodzwaar boek op het altaar. Dat lag aan het begin van de dienst aan de linkerkant. Als de priester daaruit het epistel had gelezen, pakte ik het op, liep langs het altaar achter de pries ter om en legde het aan de rechterkant van de altaar neer, omdat de priester het evangelie aan die kant las. Verder goot ik voor de consecratie met een kannetje water over de vingers van de priester - de handwas sing. Tijdens de geloofsbelijdenis aan het begin van de dienst, was er een aantal gebeden dat bestond uit vraag en antwoord. De priester stelde een vraag en de misdienaars of de parochianen antwoordden. Er was eens een priester die nogal vlot van de tong was. Die schoot zo snel door het gebed dat niemand hem kon bijhouden. Ik had daar iets op gevonden. Terwijl hij nog de vraag stelde, ant- Piet Biegstraaten (midden) als misdienaartje. woordde ik al, waardoor wij voortdurend door elkaar spra ken en tegelijkertijd eindigden. Hij heeft er nooit wat van ge- zegd. Net als de priester droeg ik een zwarte toog, met daarover een kanten hemd tol aan de knie: de superplie. Tegenwoordig dragen de misdienaars een grij ze pij en een kruis. De kleding werd door de kerk verstrekt. Om kwart over zes kwamen we naar het klooster en kleedden we ons aan. Omdat wij nuchter moesten zijn, mochten wij niets eten voor de mis. Maar na de kerk, om half acht, kregen wij van de zusters een boterham. Omdat we meestal vleeswaren kregen en ik dat niet lustte, gaf mijn moeder een puntje suiker mee voor op brood. Daarna, om negen uur, gingen we naar school. We kenden de nonnen en zij kenden ons. Met Sint Nicolaas gaven ze ons dikwijls een cho coladeletter. We mochten over al in het klooster komen, behal ve in de refter, de gezelschaps kamer waar de zusters bij el kaar kwamen. Ik lijk een hele brave jongen als ik dit vertel. Maar dat is niet zo, hoor. Ik ben een sodemieter. Later, wanneer ik - inmiddels volwassen - met mijn familie voor een verjaardag of een jubi leum bij mijn tante in het klooster in Breda was uitgeno- .digd, ging het er wel eens wild aan toe. Na de feestmis borgen we de religieuze muziek op en kwamen de rijmpjes over tante en de andere zusters te voor schijn. Dat vonden ze prachtig. Die avonden eindigden meestal hossend door te gangen van het klooster met tante en de andere zusters op onze nek. Buiten het misdienaarschap was ik een gewone jongen die op zondagmiddag voetbalde. Maar het dagelijkse leven was veel meer dan nu doorspekt met religieuze handelingen. El ke avond als ik naar bed ging, zei ik een avondgebedje en maakte mijn moeder een kruis je op mijn voorhoofd met haar duim. Elke ochtend zei ik een ochtendgebedje om de Lieve Heer te bedanken dat ik fijn had geslapen en dat ik weer wakker worden mocht. Eén keer in de vier weken gin gen we met de school naar de biecht. Om de beurt kropen we in de biechtstoel om te biecht en dat we hadden gevloekt of uit de suikerpot hadden ge snoept. Alles werd in die tijd als een zonde gezien. Op mijn twaalfde liep mijn mis dienaarschap ten einde en ging ik bij het zangkoor van de Onze Lieve Vrouwe Hemelvaart-kerk. Dat was althans de officiële naam van de kerk, maar in de volksmond heette ze de Mon Père-kerk. Ze stond in het korte stuk van de Haarlemmerstraat vlakbij de Haven. In 1933 moes ten de parochianen uitwijken naar de Herensingelkerk, want de Mon Père-kerk werd geslo ten. Later heeft deze kerk nog als overdekt zwembad. Waar eerst het altaar stond, lag toen het kikkerbadje. Nog later is ze gesloopt. Nu staat er, geloof ik, een bejaardentehuis. Vanaf mijn zestiende ben ik op zondagmiddag op dansles ge gaan bij de katholieke dans school Evert Castelein. Na de eerste cursus kon ik al redelijk dansen, maar ik wilde de tango leren. Dus deed ik een tweede cursus en daar ontmoette ik mijn huidige vrouw Rietje Roe- ters. Zij was er met een andere jongen, maar ik was er zonder vriendin. Ik vroeg haar elke keer ten dans en die jongen was blijkbaar niet bijdehand genoeg om daar iets tegen te doen. In 1939 tijdens een dansfeest ter ere van de verjaardag van Prins Bernhard in Oegstgeest hebben wij ons verloofd. Verkering was in die tijd heel anders dan nu. Als wij elkaar buiten de dansles wilden ont moeten, deden we of we naar het plechtig lof gingen. Dan ontmoetten we elkaar in de kerk, keken welke priester de mis gaf (want dat moesten we thuis wel kunnen vertellen) en gingen een blokje om. Door het uitbreken van de oor log heeft onze verkering lang geduurd. In februari 1944 zijn we voor de wet getrouwd, om dat we dan bonnen voor voed sel en verduisteringsgordijnen kregen. Pas op 3 mei 1945, de dag voor de bevrijding, zijn we voor de kerk getrouwd. Dat lijkt FOTO FAMILIEARCHIEF BIEGSTRAATEN een feestelijke dag om te trou wen, maar eigenlijk was het een hele angstige tijd. De Duitsers wisten dat het bijna afgelopen was, maar ze gaven zich niet gewonnen. Iedereen die ze be trapten op iets strafbaars, werd gefusilleerd. Toen ik dwangarbeid in Duits land deed, mocht ik vroegtijdig naar Nederland, omdat mijn moeder was gestorven. Ik ben toen ondergedoken om niet te rug te hoeven gaan. Als de Duitsers me tijdens de laatste maanden van de oorlog hadden gevonden, had ik hier nu niet gezeten. Mensen vragen me weieens: 'Waarom nam je het risico om te trouwen in zo'n ge vaarlijke tijd?' Ik kan daarop al leen maar zeggen: we waren jong! We wisten dat de oorlog ten einde liep en we wilden al vast ons gewone leven opbou wen. We hadden lang genoeg gewacht. We trouwden in de Petrus aan de Lammenschansweg. We hadden drie koetsjes gehuurd om naar de kerk te rijden. De verhuurder had ons gewaar schuwd niet achter elkaar te rij den vanwege het gevaar dat we beschoten zouden worden. Ge durende de trouwdienst hoor den we de geallieerde vliegtui gen die voedselpakketten gooi den. De bloemen in de kerk hadden we van bloemenkweker uit Roelofsarendsveen gekre gen, waar ik ondergedoken had gezeten. Net als het eten. Op het feestje na de inzegening aten we aardappelpuree, salade met eieren en oranje worteltjes om de aankomende bevrijding te vieren. Als huwelijkscadeau kregen we voedselbonnen, een brood en tweedehands vitrage gordijnen van mijn zus. Tijdens de felicitaties klonk in eens een luide toeter. De kape laan, een vaderlandslievende man, stormde naar buiten en riep: 'We zijn bevrijd, we zijn bevrijd!' Het was maar een scheepstoeter in de haven en er ontstond een levensgevaarlijk situatie doordat hij midden op straat stond te schreeuwen. Ze ker ik, als onderduiker, kon geen aandacht van de Duitsers gebruiken. Dus we riepen ge schrokken: 'Kom naar binnen!' 's Avonds toen het feest afgelo pen was, moesten we hollen om op tijd binnen te zijn, want de spertijd was nog steeds van kracht. Toen we net de deur achter ons hadden dichtgetrok ken, ging de bel. Met de schrik in de benen keken we elkaar aan; zouden de Duitsers mij nou op de valreep hebben ge vonden? Gelukkig was het de buurvrouw met een boeket bloemen. Ze had de hele dag gewacht om ze ons te kunnen overhandigen. In 1999 waren we voor de wet 55 jaar getrouwd, maar we zijn het straal vergeten. Mijn vrouw lag namelijk in het ziekenhuis. Volkomen verrast waren we door het boeket en de brief van het stadhuis. Daarentegen kij ken we nu al uit naar ons 55-ja- rige kerkelijke huwelijk dat we het komende voorjaar vieren. Want dat zien we toch als ons officiële huwelijk: de kerkelijke inzegening." ESTHER BARFOOT FOTO HICLCO KUIPERS I.eidsch Dagblad 1 U 11 1 V ANNO 1899 Maandag 18 December LEIDEN - Wij waren heden in de gelegenheid gesteld het nieuwe kerkgebouw der Ned.-Herv. Gem. aan de Heerengracht te bezichtigen. Reeds dadelijk moet het ons van het hart, dat het inwendige dier nieuwe Oosterkerk, waarvan het uitwendige reeds geruimen tijd voor elk zichtbaar was, een uitstekenden in druk op ons maakte. Het is een net, practisch ingericht, vriendelijk kerkgebouw, dat 744 rui me zitplaatsen bevat, alsmede 100 staanplaat sen. Het gekleurde kathedraalglas verhoogt zeer het lieflijk aanzien van het hooge gebouw. De flinke looppaden zijn met cocos bedekt. De fraai geschilderde 'Amerikaansche' banken (hier te lande gemaakt, om de binnenlandsche industrie te bevorderen), met nikkelen leunin gen, bieden ruime, zeer gemakkelijk zitplaat sen aan. De verlichting wordt door middel van gas verkregen. De kronen, thans van het mooi betimmerde plafond afhangende, zijn slechts voor tijdelijk gebruik aangebracht; dit is ook het geval met de wandarmen. De preekstoel en het flinke klankbord zien er zeer netjes uit. Het nieuwe orgel voor deze kerk is nog niet gereed. ANNO 1974 FOTO ARCHIEF LEIDSCH DAGBLAD Woensdag 18 december NOORDWIJK - De gemeenteraad van Noord- wijk heeft gisteravond lange tijd gesproken over een brief van de stichting Oekumenische Vredeswerkgroep Noordwijk, waarin de ge meente attent werd gemaakt op de woning nood onder buitenlandse werknemers. De sug gestie van burgemeester en wethouders om de brief voor kennisgeving aan te nemen, vond L. Voorham (PvdA) wat magertjes. Hij meende dat de verantwoordelijkheid van het college verder moet gaan en dat het college druk moet gaan uitoefenen op de werkgevers van deze ar beiders om hen behoorlijke woonruimte te ver schaffen. Voorham vond dat deze, aan Noord- wijk economisch gebonden, buitenlandse werknemers op gelijke voet moeten worden be handeld, gewoon als Noordwijkse woningzoe kenden. Hierna bleek dat eigenlijk de hele raad zich zorgen maakte over dit woningpro bleem. Verweij (PPR) zei: Begin januari staan er weer vijfentwintig van deze mensen op straat. Wat doen wij eraan?". Benschop (CDA) noemde het een trieste zaak en hij zou graag een initiatief willen zien voor de oplossing van dit probleem. Hij zei: ..Deze mensen zijn naar Nederland gekomen om zoveel mogelijk geld te verdienen voor hun familie. Daarom is het maar de vraag of zij bereid zijn een hoge huur te betalen voor een goede woning." LONDEN - Werknemers van de vestiging van ICI in Engeland zijn schriftelijk verzocht, kan toormeisjes 'voorzichting' te omhelzen op kerst- en nieuwjaarspartijtjes, omdat ribben van vrouwen eerder kneuzen dan sommige mannen denken. "Elk fors omhelsd kantoorm eisje loopt het gevaar daarbij een of meer rib ben te kneuzen. Dit kost het bedrijf tenminste twee weken ziekteverzuim", aldus de brief van de ICI-directie aan de mannelijke werknemers. ICI verschaft in Engeland aan enige tiendui zenden mensen werk. ingevulde cheque fawn zwart wit) op ie uun-n naar het LrkJwJi a te betaling aan de balie van het lekUch dc Koosrveltstraal 82. U ontvangt de foto binnen i Foto's In deze rubriek kunnen worden nabesteld door binnen veertien «lagen na p ovrrxehrijvingskaart) ter waarde van vijf gulden (voor een exemplaar van 13 bij 18 in Dagblad. La.v. Leidsch Dagblad Archieven, postbus v-t, 2300 AB Leiden of door contante betaling aai Dagblad aan dc Rooarvcltstraaf 82. U ontvangt de foto binnen drie weken.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1999 | | pagina 15