'Michael is geen monster' 132 ZATERDAG 13 NOVEMBER 1999 Ouders strijden al vijjtien maanden voor opvang ADHD-kind hyperactief werden ze vroeger genoemd. Tegenwoordig hebben de deskundigen het over kinderen met ADHD f^ttention-deficit/hyperactivity disorder). Ze zijn druk, igressief, onrustig en kunnen zich niet concentreren. Kinderen met deze stoornis kunnen, als ze niet goed m\prden begeleid, tussen de wal en het schip terechtkomen, wal voor de ernstige vormen n deze stoornis schiet de zorg kort, erkennen onderwijs- en hulpinstanties. Dat is ook de waring van Agnes en Marco iel uit Alphen aan den Rijn. Zoon Michael (12) heeftal vijftien maanden vrij. Noodgedwongen. Er is geen school die hem wil hebben. Maar het is geen strontvervelend joch, zeggen zijn ouders. Als bij aanvang m het interview blijkt dat de fotograaf een uur later komt, at Michael volledig door het if. ,,We hadden om twee uur afgesproken", schreeuwt hij terwijl hij de kat van zijn schoot gooit en de trap op stampt. „Dat is Michael", zuchten zijn ouders. i\ Michael Vogel is een kind met een probleem, maar volgens zijn ouders zeker 'geen rotjong'. FOTO HIELCO KUIPERS Ik voelde het al in mijn buik. De zwanger- schap van Michael was heel anders dan die- van zijn zus Denise. Michael was voortdurend aan het voetballen, ik heb nachten wakker gelegen van zijn geschop. Als baby was hij ook altijd druk of aan het huilen. Hij wilde niet spelen, alleen maar bij je zijn. Ik stond te koken, af te wassen en ging naar de wc met Mi chael op mijn heup. Op een zeker moment dachten we: dit klppt niet. Bij het consultatiebureau zeiden ze dat we niet moesten toegeven aan zijn gevraag. 'Wees maar streng', zeiden ze. De basisschool bevestigde wat wij al dachten: Mi chael heeft een concentratieprobleem. Hij werd ge test en is hier in Alphen aan den Rijn naar de lom school gegaan toen hij vijf jaar was. Hij kwam in een klas voor 'in ontwikkeling bedreigde kleuters'. Daar ging het spelenderwijs en dat ging goed. Totdat hij moest gaan leren. De lom-school overschatte zijn niveau. Hoe verder hij kwam, hoe moeilijker hij werd. Hij werd drukker, agressief en had constant ruzie. Op dat mojnent begon met school een discussie die jarenlang heeft geduurd. De directeur zag hem als een strontvervelend kind en sprak Michael heel autoritair aan op zijn fouten. Elke keer als hij wat had uitgehaald werden wij ontboden. We moesten ons kind een keer gaan opvoeden, anders moest hij naar de zmok-school voor zeer moeilijk opvoedbare kinderen. Het was bijna een dreigement. We gingen boeken lezen over moeilijke kinderen en toen we een hoofdstuk over ADHD tegenkwa men, wisten we: verdomd, dit is Michael. We her kenden zijn hele gedrag, alsof het puur over hem ging. Op school geloofden ze het niet. 'We hebben hier heel wat kinderen met ADHD en we weten pre cies hoe we die moeten aanpakken, dit kind is ge woon stronteigenwijs', kregen we te horen. ADHD is een contactstoornis, weten we nu. Er is iets mis in de hersenen waardoor een kind zich niet kan concentreren, niet in logische stappen kan den ken, niet stil kan zitten. Een gewoon mens geniet van een ritselende boom na een regenbui. Of fietst er gewoon voorbij zonder hem op te merken. Maar een kind met ADHD krijgt alle signalen apart bin nen: de aanblik, de geur, het geluid. Het kan er geen geheel van maken en wordt vreselijk onrustig. En dat gaat heel de dag zo door. We wilden Michael laten testen om te zien wie er gelijk had en zijn met hem naar het AMC gegaan toen hij zeven jaar was. Daar bleek dat hij een zeer zware vorm van ADHD heeft, dyslectisch is, anti-so ciaal gedrag vertoont en een laag IQ heeft. Hij is nu twaalf, maar heeft de intelligentie van een kind van acht. Toen we de directeur met deze uitslagen confron teerden en hem vroegen of hij Michael nu anders zou benaderen, zei hij glashard nee. De school vond zichzelf kundig genoeg om hem lesstof bij te bren gen en goed gedrag aan te leren. Ze wilden hem in een hogere groep plaatsen, dachten dat hij met een strenge, veeleisende aanpak wel zou bijdraaien. Maar het ging steeds slechter met Michael. Hij werd onzeker, want hij werd voortdurend gestraft voor gedrag waar hij zelf niets aan kon doen. Hij moest letterlijk vechten om het bij te benen. Drie jaar heeft hij op de lom-school gezeten. Daarna kwam hij terecht op de Parkschool voor zeer moeilijk opvoedbare kinderen. Dat was tegen onze zin, maar op de school voor moeilijk lerende kinderen lukte het niet. We hebben gezegd dat wij dachten dat hij niet tussen moeilijk opvoedbare en zelfs criminele kinderen moest zitten. We hadden gelijk. Want binnen één jaar tijd stond hij tien keer bij de politie in de computer. Hij hobbelde gewoon achter de anderen aan als zij wegliepen van school en snoep gingen stelen. De school noemt zichzelf deskundig, maar liet Michael in dat ene jaar drie keer van klas verande ren. Hij kreeg drie verschillende leraren, met ieder hun eigen aanpak. Terwijl een kind met ADHD juist regelmaat en duidelijkheid nodig heeft. Thuis deden we alles om dat goed te regelen: vaste eet- en bedtij den, duidelijke afspraken, een consequente aanpak. Maar op school verprutsten ze het. Je ziet je kind ge woon naar de kloten gaan. In de zomer van 1998 kregen we een telefoontje van school dat het vermoeden bestond dat hij als drugskoerier werd gebruikt. Ze wisten dat al gerui me tijd, zonder ons daarvan te verwittigen. Dat was de druppel. Toen hebben we Michael van school ge haald. Dat is nu vijftien maanden geleden. De school is wettelijk verplicht om binnen acht weken een alter natief te zoeken. Maar we hebben niets van de Park school vernomen. Op ons initiatief is de Raad voor de Kinderbescherming naar de school gestapt. Die kreeg toen te horen dat de zmok-school Michael misschien iets kon bieden met een of ander nieuw project. Maar daar zijn we niet op ingegaan. De me dewerker van de kinderbescherming was het met ons eens dat het een slechte zaak is om zo lang niets te laten horen en de relatie met ons naar de malle moer te laten gaan. Van familie hebben we goed lesmateriaal gekre gen en Michael zeven maanden zelf les gegeven. Daar zijn we mee gestopt. Het is zo zwaar om alles tegelijk te zijn: ouder, leraar, dokter, psycholoog, be zigheidstherapeut. We hebben ons hele leven moe ten omgooien sinds Michael dag en nacht thuis is. We werken geen van beiden. Ik ben blij dat we ook een ander kind hebben, want je gaat toch aan jezelf twijfelen. Voor Denise is het ook moeilijk, ze komt best veel aandacht tekort. Daarom gaan we af en toe een dag samen winkelen. Ze kunnen niet goed met elkaar overweg. Toen Mi chael nog naar school ging, had Denise nog wel eens rust voor zichzelf. Maar als ze nu thuiskomt, is hij altijd aanwezig. Gelukkig gaat het met haar per fect op school. Ze doet eindexamen vbo/mavo en is druk aan het puberen. Zelf moeten we ook stevig in onze schoenen staan. We zijn zeventien jaar getrouwd en hebben een heel goede band. Spijt van dit kind hebben we absoluut niet. We zijn dol op hem en zien het als een taak om hem naar een zelfstandig leven te lei den. Daar put je steeds weer energie uit. Verder gaan we elke avond een uur met de hond wandelen bij het meer. Dan praten we over van alles, behalve over Michael. Je moet hem niet als een monster zien. Michael is heel gul, spontaan en behulpzaam. Als we hem op de basisschool ophaalden, kwam hij als laatste naar buiten omdat hij alle kleuters hielp met veters strik ken. Als hij een rotjong was geweest hadden we hem allang de deur uitgesodemieterd, dan hadden we het niet volgehouden. Maar het is geen rotjong. Het is een kind met een probleem en we willen hem niet in een internaat stoppen, alleen maar omdat er op deze wereld geen plekje is voor kinderen zoals Mi chael. Het is te gek voor woorden dat je kind zo lang thuiszit. Je hebt in Nederland zorg voor alcohol- en drugsverslaafden en voor allerlei soorten gehandi capten, maar voor Michael is er niets. Ja, totdat het straks verkeerd gaat en hij in de criminaliteit be landt. Dan grijpen ze hem in z'n nek en is er wel een plek: in de gevangenis. We hopen dat ons verhaal in de media de gouden tip oplevert. Het ergste is dat het kind steeds op z'n bek gaat. Hij wil dolgraag naar school en doet elke keer enorm zijn best. Maar steeds weer klapt de deur achter hem dicht. Het valt de mensen om ons heen ondertussen ook op dat hij heel erg aan ons hangt. Het is logisch dat hij dat doet, want wij staan onvoorwaardelijk achter hem, wij laten hem niet vallen. Hij is tot rust gekomen nu hij thuis is, er wordt niet meer aan hem getrokken. Hij is ook veel socia ler geworden. Als er bezoek is, komt hij keurig een hand en een kus geven voordat hij naar buiten gaat. Dat hoefden we vroeger niet te verwachten. Of we er vertrouwen in hebben dat hij goed te recht komt? Nee, we zijn afwachtend geworden en houden ons hart vast voor er met hem gebeurt als hij ouder wordt. Als je daar te veel over nadenkt, houd je het niet SASKIA BUITELAAR Voormalig directeur lom-school: „Michael had een vrij negatieve invloed op de klas. Bedreigend is een groot woord, maar bij veel klasgenoten heerste angst voor hem. Dat was trouwens pas in het laatste half jaar op school toen hij in een klas met een vrijere orde kwam. Daarvoor ging het redelijk goed. We hebben onnoemelijk veel gedaan. Keer op keer heb ik geprobeerd met hem te praten en een voor hem acceptabele manier te vinden om de lessen te volgen. Maar op een zeker moment verstoorde hij de klas dusdanig dat ik hem regelma tig moest meenemen naar mijn kamer, zodat iedereen in rust kon werken. De school hield wel degelijk rekening met de ADHD-kinderen in de klas. Er was een duidelijke structuur en een hoge tolerantie. Er waren nog vier jongens met gediagnostiseerd ADHD, die wél goed functioneerden. Maar bij Michael lag het moeilijker. Hij ging steeds tegen de regels in. We hebben van Michael heel veel door de vingers gezien en konden onze strategie dus niet verder veranderen, nadat de diagnose ADHD bij hem was gesteld. Het is niet waar dat we hem als strontvervelend kind zagen. Dan hadden we al veel eerder gezegd dat hij niet op school kon blijven. Waar Michael nu nog terechtkan? Wist ik het maar. Hij is steeds verder afgegle den. Zijn ouders zouden er wel eens gelijk in kunnen hebben dat er bij de zmok- scholen en het speciaal onderwijs in de regio geen oplossing te vinden is." Directeur zmok-school: „Vanuit mijn beroepsethiek vind ik het moeilijk om over een specifiek geval te praten. Wij hebben met alle middelen en mogelijkheden geprobeerd Michael een plek te geven op school. Maar daarbij ben je afhankelijk van een heleboel facto ren in de directe omgeving van het kind. Ja, ook van de ouders, alhoewel dat geen diskwalificatie is. Michael is sterk beïnvloedbaar en wij zijn ons natuurlijk bewust van de invloed die een zmok-school heeft. Op een school voor moeilijk lerende kinderen is dat misschien minder, maar daar valt hij gedragsmatig huiten de boot, is hij onhan teerbaar. Daarom moet je prioriteiten stellen in de behandeling: richt je je op het leren of op het gedrag. Destijds was zijn gedrag het meest bepalende element en was hij dus op de zmok-school aangewezen. Eigenlijk is voor hem één-op-éénbegeleiding nodig. Maar er zijn grenzen aan de hulpverlening. Kennelijk is er niet voor ieder kind een oplossing. Daar ben ik ook niet gelukkig mee. Over de drugsaffaire wil ik alleen zeggen dat wij de ouders hebben ingelicht zo dra wij erachter kwamen dat Michael als koerier werd gebruikt. Ik denk dat de zmok-school nog steeds de beste plek voor hem is. Intern of in combinatie met intensieve begeleiding voor Michael én het gezin. Hij zou goed passen in ons nieuwe project 'centrale opvang', waarin we zoeken naar de beste verwijsplek voor deze kinderen. We hebben dat aangeboden, maar de ouders willen er op dit moment niets van weten. Ik kan me hun woede en teleurstelling goed voorstellen. Ook wij hebben in dit proces foutjes gemaakt. We zijn absoluut niet heilig." Sociaal Pedagogische Dienst: „De ouders willen het beste voor hun kind en nemen geen genoegen met een se cond best oplossing. Dat is hun goed recht. Ze hebben de mogelijkheid afgewe zen om Michael twee dagen per week individuele begeleiding te geven bij een in stelling voor bijzondere jeugdzorg, omdat ze dat te weinig vinden. Maar dat is het maximaal haalbare wat de jeugdzorg kan bieden. Hun ideale oplossing is vijf dagen per week naar school, maar daarvoor zijn ze aangewezen op de Parkschool of een internaat. Aan beide oplossingen kleeft het bezwaar dat Michael wordt geconfronteerd met andere kinderen met gedrags problemen. Hij heeft veel negatieve ervaringen achter de rug, omdat hij voortdurend is af gewezen. Er is nu méér nodig dan alleen een goede school om hem weer zelfver trouwen te geven en om op school te slagen. Bijvoorbeeld individuele spelthera pie en sociale-vaardigheidstraining." Leerplichtambtenaar: „Michael heeft vrijstelling van schoolbezoek. Het is een ingelaste rustperiode om naar een alternatief te zoeken. Maar dat is moeilijk. Er is geen aanbod voor dit soort kinderen en het reguliere circuit kent lange wachtlijsten. Naar aanleiding van recent onderzoek naar zulke extreme gevallen is binnenkort een gesprek tus sen staatssecretaris Adelmund, de onderwijsinspectie, de bonden en de leer plichtambtenaren. Maar zelfs als dit gat in de hulpverlening wordt onderkend, duurt het nog jaren voordat er onderwijs is voor dit soort kinderen." Landelijke oudervereniging Balans voor kinderen met ontwikkelings-leer-en gedragsproblematiek: „De zorg schiet tekort. Er is onvoldoende zicht op deze groep ernstig gehandi capte kinderen. Er zijn twee alternatieven die misschien uitkomst bieden, dis het tenminste niet al te laat is: een school voor langdurig zieke kinderen óf de pedo logische instituten. Daar worden kinderen, intern of in dagopvang, heel goed on derzocht om uit te vinden welke behandeling ze nodig hebben. Dat duurt zo'n twee jaar."

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1999 | | pagina 45