Sport
Een hete stoel
in Katwijk
Randje BUITENSPEL
ZATERDAG 23 OKTOBER 1999
0EF willem spierdijk, 071 -5356464, plv -chef janet van dijk, 071 -5356463
Ex-profvoetballer Cees Tempelaar (43) is bezig aan zijn derde
seizoen bij Quick Boys. De Katwijkse ploeg staat op een
troosteloze twaalfde plaats. De positie van de trainer - leraar
lichamelijke opvoeding op een gymnasium in Den Haag - is dus
niet te benijden. Of valt dat wel mee? „Quick Boys is gewoon
een heel mooie vereniging."
door JANET VAN DIJK
iliet nog wel leuk om trainer van Quick Boys te zijn?
Natuurlijk is het prettiger om trainer te zijn van
i elftal dat fier bovenaan staat. Dus is het duidelijk
het bij Quick Boys nu toch eventjes wat minder
ïuk is. Aan de andere kant: het blijft toch heel erg
tuk om 's avonds op het trainingsveld te staan.
Vervelend is dat er altijd mensen omheen zijn, die
de meest verschrikkelijke dingen toewensen, ter-
rijl ze niet weten hoe er gewerkt wordt. Zij rekenen
taf op het resultaat.
Wat ik het allerbelangrijkste vind, is dat er goed
ordt getraind en dat er behoorlijk goed verzorgd
oetbal wordt gespeeld, beter dan de laatste jaren,
n dat we te maken hebben met een groep die al
ten maar beter kan worden en die er straks voor
an gaan zorgen dat Quick Boys weer jaren de dienst
«maakt in het zaterdagvoetbal.
laar het publiek wacht daar al een paar jaar op en
ildat het nu gebeurt.
is zo. Maar je moet op een gegeven moment
mazzel hebben dat alle dubbeltjes eventjes de
lede kant op vallen. Ook al hebben we dit jaar een
tchte start gehad, ineens kun je zomaar een goede
eks neerzetten of een periodetitel pakken.
nd je dat die twaalfde plek veel heeft te maken met
n gebrek aan geluk?
In bepaalde wedstrijden hebben we de score niet
nnen openbreken, terwijl we zeker de kansen
arvoor kregen. En je moet ook de mazzel hebben
t belangrijke spelers niet geblesseerd raken of te-
n kaarten oplopen. Jurgen Faerber zou voor dit
lick Boys een heel goede speler kunnen zijn, maar
die is nog steeds geblesseerd.
Ilie hebben veel rode en gele kaarten gehad, dat is
li niet alleen maar pech.
lee, dat is ook onvolwassenheid en zakelijkheid,
praat nooit zoveel over geluk en pech, hoor. Het
i je in een bepaalde fase wel een keer lekker mee-
en, dat je een wedstrijd onterecht wint. Nou, op
moment zou dat voor ons heel veel schelen.
iar voor de rest denk ik dat het toch om kwaliteit
en dat je aan het einde van het seizoen eindigt
de plaats waar je hoort te staan.
sje maakt je nu nog niet zo druk?
a, ik maak me er wel druk om. Maar ik denk niet
de plek waar we nu staan een juiste afspiegeling
an de kwaliteit die wij hebben in de groep. En
;maals: ik denk dat er goed wordt gevoetbald, al-
i moeten we doelpunten maken -en als het een
tje tegenzit, moet iedereen zijn koppie erbij hou-
len zijn verantwoordelijkheden nemen.
Het kan jou ook verweten worden als dat niet ge
beurt.
Ik ben alleen maar bezig om duidelijk te maken
dat dat moet gebeuren. Maar het moet wel ingevuld
worden door spelers, die misschien nog niet die
kwaliteiten hebben. Want leiding geven en verant
woordelijkheid pakken is ook een voetbalkwaliteit.
Je constateert nu dat het daaraan ontbreekt. Dit is je
derde jaar bij Quick Boys, er zijn nieuwe spelers ge
haald.
Als ik mezelf een ding kwalijk neem - ik ben ge
noeg overtuigd van mijn kwaliteiten als trainer - dan
is het misschien dat ik geen volwassen spelers erbij
heb gehaald.
Maar sommige oudere spelers maak je al voor het
derde jaar mee.
Ja, ik ben daar wel mee bezig, maar je verandert
niet maar een, twee, drie persoonlijkheden.
Gelooft die groep er nog wel in? Soms gebeurt er in
een wedstrijd iets en dan zijn ze meteen van slag.
Dat is toch een logisch gevolg als je een jonge, on
ervaren groep hebt.
Nou, een jonge groep...
Ja, dat is het wel. Ik heb het uitgerekend, de ge
middelde leeftijd is 22,5 jaar. En je moet ook beden
ken: welke jongens spelen voor het eerst op dit ni
veau.
In de derby tegen Katwijk was je zelf ook niet het
toonbeeld van volwassen gedrag.
Ik denk dat ik me als trainer altijd keurig netjes ge
draag in en langs het veld. Bij Katwijk heb ik hele
maal niks lelijks gezegd, ik ben alleen eventjes het
veld ingelopen, ik liet me leiden door emoties na een
scheidsrechtelijke dwaling, waar vriend en vijand het
over eens was. Nou, ik vind dat ik dat heus een keer
tje mag doen. Het is niet goed te praten en het ge
beurt ook niet meer, maar ik vind dat er zo zwaar
aan getild wordt en dan komen er van die kinder
achtige stukkies in de krant, en dan denk ik: jeetje-
mina, daar sta ik ver boven, hoor.
Je windt je soms ook vreselijk op op de bank. Ook te
gen je eigen spelers, die toch ook veel te veel rode
kaarten krijgen.
Ik wind me niet op, ik ben gedreven met het elftal
bezig. Natuurlijk geef ik toe dat we veel te veel kaar
ten hebben. Maar dat komt omdat we niet genoeg
bikkelaars hebben, zoals Raymond Flaton, jongens
die de strijd een beetje durven aan te gaan. We heb
ben te veel technische spelers, die als het niet loopt
dat proberen te compenseren door extra hard te
Cees Tempelaar, de trainer van Quick Boys.
werken. Zij maken soms heel vreemde overtredin
gen.
Twee jaar geleden zei je in een interview ook al dat er
te weinig strijd werd geleverd.
Ik had misschien èn wat meer volwassen voetbal
lers èn misschien wat meer bikkelaars erbij moeten
halen. Maar dat is de aard van het beestje: ik kies
toch altijd voor voetballende voetballers.
Kun je je er iets bij voorstellen dat mensen over jou
zeggen: hij is te aardig?
Nee, daar kan ik niet in komen. Waarom dan? Om
dat ik af en toe eens mensen te woord sta en mensen
eens aankijk?"
Nee, omdat je bijvoorbeeld een speler die zijn voetbal
schoenen vergeet toch opstelt.
O, dat verhaal weer van Raymond Flaton van vorig
jaar. Nou, als er één voor het team is gegaan, dan is
hij het wel. Hij heeft altijd zijn spullen goed ver
zorgd, hij is er altijd op de trEiiningen en bij oefen
wedstrijden. Dit was gewoon een incident. Ik vind
het kinderachtig dat dit als voorbeeld wordt ge
noemd.
Maar daarom vinden mensen je te aardig, niet streng
genoeg.
Dat is gewoon gelul, het was een heel rommelige
situatie. Hij had afgesproken met iemand mee te rij
den en zijn tas stond nog in de auto. Maar ik heb ei
genlijk niet eens zin om erover te praten.
Ik heb wel liever dat ze me respecteren en een aar
dig mens vinden dan dat ze me een of andere rotzak
vinden.
Op basis van mijn leraarschap en mijn ervaring als
speler in het betaalde voetbal, en de achttien jaar er
varing als trainer, weet ik dat er discipline moet zijn.
En die is er ook. Ik denk dat er nu juist meer discipli
ne is dan ooit bij Quick Boys. Ik vind ook dat ik con
sequent ben in mijn doen en laten als trainer.
Je was optimistisch aan het begin van het seizoen.
Ben je dat nog steeds?
Ja, maar ik ben altijd wel optimistisch.
Je kunt ook moeilijk zeggen: ik zie het niet meer zit
ten.
Nee, maar als ik het echt niet meer zie zitten dan is
gewoon de tijd aangebroken om daarover te praten.
Denk je daar wel eens aan?
Voetbal is belangrijk en voetbal is leuk. En je moet
je er inderdaad zorgen over maken als het niet goed
gaat, omdat er toch heel veel mensen inspanningen
leveren binnen de vereniging. Je bent het ook ver
plicht tegenover de supporters. Maar aan de andere
kant: het moet niet ten koste van je gezondheid
gaan.
Heb je soms het gevoel dat dat zo is?
Als ik eerlijk ben: soms heb ik dat gevoel wel eens.
Zeker in een mindere periode zoals nu. Je bent er
dan gewoon te veel mee bezig. Lichamelijk valt het
allemaal wel mee, het is vooral dat je veel aan het
nadenken bent over opstellingen, over oefenstof op
de trainingen over tactische praatjes, dat soort za
ken. Dat is denk ik ook logisch.
Wanneer zou jij nou zeggen: ja dag?
Op een gegeven moment gaan we denk ik weer
om de tafel zitten voor de contractbesprekingen. Als
je twee matige jaren hebt gehad en je bent met je
derde matige jaar bezig, dan zal er waarschijnlijk
geen contractverlenging in zitten, dus dan loopt
mijn contract tot 30 juni.
Kun je je voorstellen dat je zelf voor die tijd weg zou
FOTO KEES VAN HOOGDALEM
gaan?
Nee, niet zoals het er nu voor staat. Daarvoor ben
ik toch te veel een vechter. Maar als de druk op het
bestuur te groot wordt en het bestuur zegt dat ik weg
moet, dan hoor ik dat wel.
Dan stort niet je wereld in?
O nee, absoluut niet. Dan ga ik lekker die tijd vul
len met fotograferen en weet ik het wat voor dingen:
fietsen, schaatsen, hardlopen, zeilen, lekker wande
len, lekker de natuur in. Ja! Ik heb genoeg kennissen
en vrienden waar ik soms te weinig tijd aan kan be
steden. Je weet dat dat hoort bij het hoofdtrainer
schap van Quick Boys en dat heb je er voor over.
Maar als het weg zou vallen, dan denk ik dat ik een
jaartje uit de voetballerij ga. Tenzij er misschien
weer wat leuks en interessants komt.
Zou je wel bij Quick Boys willen blijven
Ja. Ik vind Quick Boy een hartstikke mooie vereni
ging en er lopen heel veel mensen rond die juist in
deze mindere periode superpositief blijven, ook in
de begeleiding. En de organisatie gaat er steeds beter
uit zien, dat zeg ik zonder na te schoppen naar de
mensen uit het verleden, die ontzettend veel neer
hebben gezet. Daar heb ik ook veel respect voor.
Het is een mooie vereniging, maar toch ook een heel
nare vereniging?
Ik zit denk ik wel op de heetste trainersstoel in de
Bollenstreek. Maar ik denk dat je je in het leven niet
te veel moet laten leiden door negatieve dingen,
maar vooral door positieve dingen. Quick Boys heeft
een schitterende accommodatie, ik heb veel goede
sportjongens in het eerste elftal zitten, die nog jong
zijn en onervaren, maar die wel hartstikke goed met
hun sport bezig zijn. En als ik praat over dingen als
verantwoordelijkheid pakken, dan zijn dat kleine
dingen die meespelen."
tplc:
MOOIER dan GOUD
Na de finale op de Olympische Spelen in Atlanta.werd
aan mij gevraagd of ik de Nederlandse vlag wilde dragen
op de sluitingsceremonie. Dat vond ik heel leuk, en op het
moment dat ik daar stond leek het me leuk om die vlag
mee naar huis te nemen als souvenier. Het was een heel
probleem om die vlag het stadion uit-te krijgen en de volgende dag liep
ik op het vliegveld met dat ding onder mijn arm. Bij de controle moest -
ie ook door het röntgenapparaat. Iedereen zat maar: wat moet je met
dat ding. In een krant stond dat ik de vlag had ontvreemd. Dat las ik in
het vliegtuig, dat was wel lachen. Ik dacht: als ze 'm terug willen, dan
komen ze 'm maar halen.
Die vlag staat voor mij symbool voor de periode dat we daar zaten, een
kleine maand, en de fantastische ontknoping daarvan: de spannende fi
nale die we wonnen. De sluitingsceremonie was direct daarna. Ik had
geen tijd om te douchen, ben met een auto van het NOC naar het stadi
on gereden en stond daar te tollen op mijn benen, omdat ik al iets had
gedronken om het goud te vieren en bijna niets had gegeten vanwege de
spanning, 's Avonds hebben we een groot feest gehad in het Holland
House, we hebben niet geslapen en op de terugiveg was het eigenlijk ook
alleen maar feest. De vlag staat ook symbool voor twee dagen ononder
broken feesten na het absolute hoogtepunt van mijn sportcarrière.
Hij staat gewoon op zolder. Ik ben niet zo iemand die de vlag uithangt
op koninginnedag, maar ik heb zeker iets met Nederland. Ik voel me
Nederlander in hart en nieren. Door mijn sport heb ik de hele wereld
zo'h beetje gezien, en daardoor zijn mijn ogen geopend. Ik weet nu in
uiat voor mooi, welvarend en georganiseerd land wij leven. Je zal mij
nooit horen klagen dat we het in Nederland slecht hebben. We hadden
ook in Italië kunnen blijven wonen, dat is het walhalla van het volley
bal. Maar uiteindelijk hebben we toch een huis in Nederland gebouwd.
IVe hebben ervoor gekozen om hier ons leven te slijten, en hadden geen
onigratiedrang.
Ik vind de vlag mooi en kleurrijk. En ik ben er trots op dat
ik die vlag heb mogen vertegenwoordigen, dat ik heb mo-
ion helpen om Nederland, hoe klein het ook is, op de kaart
ie zetten.
- IEKST
I* FOTO:
janet van duk
AH
>t0: hielco kuipers
Volleyballer Peter Blangé (34) won in 1996 olympisch goud met de
Nederlandse ploeg in Atlanta. Deze zomer keerde hij terug in
oranje, dat probeert zich te kwalificeren voor Sydney 2000. Dat
zouden de vièrde en laatste Spelen worden voor Blangé, die sinds
dit seizoen weer competitie speelt in Nederland, bij Geové/Vrevok
t Nieuwegein. Hij volleybalde een jaar in Duitsland en acht jaar in
Italië. Sinds de zomer van 1997 woont Peter Blangé in Oegstgeest.
Hij heeft een vriendin en een dochter van bijna twee, Dionne.
Is jongste bediende op de
7l sportredactie van het Leidsch
Dagblad zat ik op een zondag
avond in het redactielokaal aan
de Witte Singel te zwoegen op
mijn verslag van het tweede
klasseduel Lugdunum- West-
landia (1-0). Er werd gebeld.
Een bestuurslid van Lugdunum.
'Ik wil weten wie er morgen als
maker van ons doelpunt in de
krant staat', zei hij op bitse
toon. Ik noemde de naam van
de schutter die ik hier niet zal
herhalen en u begrijpt straks
wel waarom. 'Die heeft dus niet
gescoord', werd vanuit de be
stuurskamer van Lugdunum ge
roepen. Dat heeft hij wel', wierp
ik tegen. Hier, het staat duide
lijk in mijn aantekeningen.'
'Dat kan wel zijn, maar toch
heeft hij niet gescoord. Die jon
gen loopt in de ziektewet, dus
zijn naam kan niet in de krant.
Begrepen?
'Nee, eerlijk gezegd niet. Ik be
doel, als je ziek bent...'Ik merk
het al. Jij begrijpt niet dat zulke
zaken geregeld kunnen worden.
Geef je baas maar even. Als hij
dit hoort, zal hij wel niet zo blij
met je zijn.
En dat klopte.
Paul de Tombe zat als een ra
zende zijn stuk over Feyenoord
te tikken en als de baas in een
wolk van sigarettenrook en
mompelend in zichzelf met
Feyenoord bezig was, kon je
maar beter uitzijn buurt blij
ven. Maar dat wist ik toen nog
niet. Geërgerd vroeg hij of ik
soms van de ratten was besnuf
feld dat ik hem lastig durfde te
vallen met een bestuurslid van
Lugdunum. Wat moet die vent?
Ik legde uit wat die vent wilde,
dat we de maker van het doel
punt een andere naam zouden
geven omdat hij eigenlijk ziek
thuis hoorde te zitten. De Tom
be liep rood aan en ik dacht:
We gaan toch niet beleven dat
ik nu op mijn lazer krijg omdat
ik niet mee wil helpen de boel te
tillen?
De Tombe greep de hoorn. 'Zijn
jullie nou helemaal van de pot
Die jongen loopt
in de ziektewet,
dus zijn naam kan
niet in de krant.
Begrepen?
gerukt?', diende hij die vent van
Lugdunum van repliek. Mis
schien dat de chef sport andere
woorden gebruikte, maar hier
kwam het wel op neer. In de be
stuurskamer in de Kikkerpolder
moet het hebben geknetterd.
'Natuurlijk gaat die naam in de
krant en we zetten er bij dat die
idoot weliswaar in de ziektewet
liep, maar dat hij niet te beroerd
was om te scoren.
Ik juichte van binnen en voor
dat hij zich weer over zijn type
machine boog, zei De Tombe te
gen mij: 'Dat zal ze leren, maar
dat van die ziektewet moet je er
toch maar niet bijzetten.
Toen ik van de week De Achter
lijn, het commentaarrubriekje
op de sportpagina van het
Leidsch Dagblad, las, moest ik
meteen aan dit voorval uit het
prille begin van mijn carrière
denken. In De Achterlijn hekel
de Janet van Dijk volkomen te
recht de sporters en bestuurders
die menen dat het de taak van
de krant is om hun sport te pro
moten. Het gejammer over ne
gativisme van het LD schijnt de
laatste tijd niet van de lucht te
zijn. Ook amateurvoetbal heet
tegenwoordig een product en de
krant moet meehelpen dat te
verkopen. Dit kleingeestige mar-
keting-denken kwam tweeën-
twintig jaar geleden, toen ze bij-
Lugdunum dachten een begin
nend verslaggevertje te kunnen
manipuleren, dus ook al voor.
Bij Vrij Nederland raak ik, net
als vroeger bij het Leidsch Dag
blad en de Volkskrant, geregeld
in conflict met verongelijkte ge-
interviewden. Die beklagen zich
dan over het geringe pr-gehalte
van mijn verhalen. Een frap
pant voorbeeld is mijn recente
aanvaring met de trainer van
Ajax. Jan Wouters was als voet
baller een realist. Hij schopte en
werd geschopt, hij leverde en
slikte kritiek. Zonder mankeren.
Maar nu hij in de staf van een
miljoenenbedrijf zit, moet Wou
ters vanwege het aandeel Ajax
op zijn woorden passen. Eind
vorig seizoen mocht ik hem in
terviewen, op voorwaarde dat
hij de weergave van ons gesprek
voor publicatie onder ogen
kreeg.
Toen ik hem het verhaal faxte,
was de Arena te klein. Hoe ik het
in mijn hoofd haalde om te
schrijven dat de hoogmoedige
Sunday Oliseh op de transferlijst
was geplaatst omdat hij zich
niets van zijn ploeggenoten
aantrok? Wouters had mij dat
weliswaar toevertrouwd, maar
ik kon toch op mijn klompen
aanvoelen dat die gevoelige in
formatie de verkoop van de Ni-
geriaan in gevaar zou brengen
De passage over Oliseh moest ik
schrappen, zo niet dan zou ik er
bij Wouters en Ajax uitliggen.
Ik ging door de knieën, maar
bezwoer een geïnterviewde nooit
meer de kans te geven zijn
woorden te herroepen. Dan
maar geen interview. Ik ben
geen pr-jongen.
Jaap Visser is verslaggever van
Vrij Nederland en centrale
verdediger van RCL 7.