Met beleid langs rivier bouwen De grote lichtshow In Natura Natte assen voor moerassen WOENSDAG 29 SEPTEMBER 1999 Terwijl.de aarde om de zon cirkelt, draait hij ook nog eens om zijn ei gen as. Vreemd genoeg staat die niet loodrecht op de baan die rond de zon wordt gemaakt. Het gevolg van deze schuine stand is dat nu eens de noordpool naar de zon is gewend, dan weer de zuidpool. Staat de noordpool richting zon, dan is het zomer op het noordelijk halfrond en winter op het zuidelijk. In het andere geval is de situatie juist andersom. Op twee punten van de omwentelingsbaan moet dus een moment liggen waarop dag en nacht op beide halfronden even lang duren. Dit gebeurt telkens rond 21 maart en 22 september: de tijdstippen waarop onze lente en herfst beginnen. Vanaf de dag waarop de herfst aanbreekt duurt de nacht dus langer dan de dag. De dagelijkse hoeveelheid zonlicht wordt dan dus steeds minder en ook de temperatuur daalt. De invloeden hiervan zijn groot. Mens, dier en plant reageren immers scherp op veranderingen in licht en temperatuur. De lengte en de kracht van het daglicht wor den via de ogen en alle waarnemingscellen aan de hersenen doorge geven, die ogenblikkelijk het lichaam opdracht geven passende maat regelen te nemen. Wanneer het herfst wordt, krijgen dieren een dik kere vacht en gaan de soorten die een winterslaap houden, een ge schikt onderkomen zoeken. In de lente daarentegen zullen de herse nen instructie geven aan de geslachtsklieren om een ferme stroom hormonen te produceren, die de jaarlijkse voortplantingscyclus in gang moeten zetten. De plantenwereld moet het weliswaar zonder hersenen doen, maar reageert al even adequaat op veranderingen in licht. In het najaar wordt ervoor gezorgd dat alle nog bruikbare stof fen uit de bladeren worden weggezogen naar de houtachtige delen. Wat aan stoffen achterblijft in de bladeren doet ze bruin en rood kleuren, waarna deze afgestoten worden. Het zijn maar een paar voorbeelden die moeten aangeven dat licht de belangrijkste factor is van het leven op aarde. Het is de voorwaarde van leven. Zonder licht geen leven. Hooggespannen waren dan ook de verwachtingen omtrent de reactie van dieren op de zonsverduistering die in augustus plaatsvond. Flink aangedikte verhalen deden de ronde over het vreemde gedrag dat door hen vertoond zou gaan worden, wanneer het ritme van dag en nacht verstoord werd. Voorzien werd dat in onze dierentuinen de gnoe's op hol zouden slaan, de olifanten angstig zouden gaan trom petteren en de bavianen onthutst onder hun apenrots zouden weg kruipen. Elders zouden de honden het op een blaffen zetten, de kip pen zouden op stok gaan en de vogels zouden, nadat ze hun avond concert ten gehore hadden gebracht, meteen daama beginnen met de ochtendhymne. Niets van dit alles gebeurde echter. De zonsverduistering vond plaats en het enige wat de chimpansees in Burgers' Dierenpark deden was op een rijtje langs het water gaan zitten, dat hun schiereiland om geeft, om in opperste verbazing naar al die mensen te kijken, die zich zo vreemd gedroegen en allemaal tegelijk een brilletje opzetten. Ook buiten de dierentuin bleek de eclips de dieren worst te wezen. Vleer muizen en uilen kwamen niet tevoorschijn en de dagdieren kropen niet in hun holen. Alleen de mens vertoonde volstrekt gestoord ge drag. Met z'n brilletje op of met een stapeltje cd's voor de neus zat hij naar New Age-muziek te luisteren, wrong hij zich in een vliegtuig in de gekste bochten of nipte hij bij de televisie aan zijn champagne, nadat hij zijn al even opgefokte soortgenoten bestookt had met de vraag hoe hij of zij ging 'eclipsen'. Voer voor psychologen! Nee, zo'n klein moment van daglichtvermindering heeft geen merk bare invloed op de levende natuur. Het is de gestage afname, zoals die in de herfst plaatsvindt, die jaarlijks ingrijpende gevolgen heeft. Dat is pas iets om verwonderd over te zijn! Terwijl heel Europa op z'n kop stond vanwege de zonsverduistering, verbaast bijna geen sterve ling zich over bijvoorbeeld een fenomeen als de vogeltrek, die toch een regelrecht gevolg is van de invloed van de zon op de aarde. Het is de vermindering van de hoeveelheid daglicht, die de hormonenhuis houding van de vogels reguleert. De veranderingen in het vogelli chaam brengen teweeg dat de vogels zomaar ineens op de vleugels gaan om een tocht te ondernemen van soms wel tienduizend kilome ters, een reis die dikwijls anderhalf tot twee maanden in beslag neemt! En wijwij merken vaak niet eens op dat een groot aantal vogelsoorten uit onze tuin verrfwijnt. Dat dit aan ons voorbij gaat, heeft dezelfde oorzaak als waarom de zonsverduistering ons zo te genviel. We zijn zo gewend aan grote, spectaculaire shows, op de te levisie en overal in het land, dat al hetgeen in de natuur gebeurt on beduidend en saai lijkt. De natuur heeft te weinig toeters en bellen. Zouden zonsverduistering en vogeltrek door Steven Spielberg of zelfs door Joop van den Ende worden geregiseerd, dan zou iedereen be slist helemaal uit z'n dak gaan! THEO SCHILDKAMP Europees alarmsysteem moet overstromingen voorzien Rampzalige overstromingen, zoals hier bi} de Maas, moeten in Europees verband veel beter worden voorspeld. JOHAN LAMORAL» Rampzalige overstromingen zo als die van de Maas in januari 1995 - met de massale evacua tie van de Maasvallei - en van de Oder in juli 1997, zullen in de toekomst tijdig kunnen voorspeld worden door een Eu ropees alarmsysteem. Dat moet de overheid in staat stellen aan gepaste voorzorgsmaatregelen te nemen. Althans, dat is de op zet van het wetenschappelijk Lisflood-informaticaproject dat de Europese Commissie voor de grote Europese stroombek- kens aan het uitwerken is. De Nederlandse partners in dit project zijn de Vrije Universiteit van Amsterdam en de universi teit van Utrecht. West-Europa is de afgelopen ja ren geteisterd door een aantal overstromingen die aanzienlij ke economische gevolgen heb ben gehad en heel wat mense lijk leed hebben veroorzaakt. Om dit soort rampen in de toe komst te vermijden volstaat het niet langer meer de hoogste waterstand van een wassende rivier en de daaruit volgende ri sico's te berekenen. Men wil ook op langere termijn over stromingen kunnen voorspel len en plannen voor rampenbe heersing kunnen opstellen. Het Lisflood-project zoekt naar realistische simulatiemodellen die rekening houden met alle mogelijke parameters die bij overstromingen een rol spelen. Dat zijn op de eerste plaats zeer precieze weersvoorspellingen op lange en korte termijn, de topografische gegevens van de Europese stroombekkens, de reeds bestaande waterwerken zoals dammen, indijkingen, sluizen en potpolders, en de bodemtypes langs de rivieren. Lisflood zal de nationale weers voorspellingen van elk land co- ordineren en evalueren aan de hand van satellietobservaties. Op die manier hoopt men eventueel overstromingsgevaar in de afzonderlijke Europese re gio's ten minste twee weken op voorhand te kunnen voorspel len. Vervolgens zal men met be hulp van de parameters de om vang en de duur van de over stromingen berekenen en de plaatsen aanwijzen waar kritie ke situaties als dijk- en dam breuken kunnen ontstaan. Mens en milieu Het uiteindelijk doel van Lis flood is een goede alarmfunctie en schadebeheersing. Men wil daarbij ook leren van het verle den. Door een grondige studie van de voorbije overstromingen hoopt men een beter inzicht te verkrijgen in de oorzaken en het mechanisme van overstro mingen. Een belangrijk element zal ongetwijfeld een evaluatie van de milieu-ingrepen door de mens zijn. Zo zullen langs een aantal rivieren de potpolders moeten worden hersteld of aangelegd, te strakke indijking dient te wbrden veranderd, bosgebieden zullen niet langer ontgonnen mogen worden om de voortschrijdende erosie te gen te gaan, en op sommige plaatsen zal men de inplanting van woon-, landbouw- en indu striegebieden moeten herzien. Dat laatste is alvast een eerste les uit de voorbije Maas- en Oderoverstromingen. Toen werden langs de rivieren niet alleen de veestapel en boerde rijen bedreigd, maar ook ener gievoorzieningen, scheikundige bedrijven en opslagplaatsen met hoogtoxische risico's. Naast de waterellende kunnen dus ook ernstige milieucata strofen ontstaan. Om overstro mingen echt beter te gaan be- heersen is dus niet alleen een goed functionerende water huishouding nodig, maar ook een ander milieubeleid. Door de complexiteit van het probleem en de noodzakelijke medewerking van allerlei Euro pese partners, is een algemeen Europees alarmsysteem als het Lisflood-project er dan ook een van lange adem. Lisflood maakt deel uit van het overkoepelende project 'Gevaren voor het Euro pese milieu' en wordt gefinan cierd door het Vijfde Kaderpro gramma van de Europese Ge meenschap. REDACTIE AAARGOT KLOMPMAKER EN SASKIA STOELINGA 023-5 Nutteloze bestrijding aaltjes De grond barst van het bodemleven. Sommige organismen zoals nematoden of aaltjes, zijn ziekteverwekkend en wordd6.0( daarom bestreden. Maar Franse onderzoekers komen tot di 6.01 verrassende conclusie dat de opbrengst van een landbouw gewas juist toeneemt als er niet wordt gespoten tegen deze I kleine wormpjes. De onderzoekers in Montpellier vergelekt de groei van gierst in een pot gevuld met landbouwgrond d al jaren lang wordt gebruikt met die in een pot met aarde vj 6.5{ een stuk braakliggend land. De plantengroei in de pot met braakland was veel beter, ondanks dat hierin veel meer ne matoden zaten. Hoe kan dat? De vele nematoden in het braakland veroorzaken geen ziekten, omdat nuttige aaltjes de pathogene (ziekteverwekkende) soortgenoten onder de duim houden. Hierdoor profiteert de plant van de standaardreactie op bo demparasieten, namelijk de aanmaak van extra wortels, waardoor de plant meer voeding kan opnemen en sneller groeit. Alleen als de populatie aaltjes in cultuurgrond besta uit louter ziekteverwekkers die de nieuwe wortels vernieti gen, blijft de plantengroei achter. De wetenschappers heb ben aangetoond dat niet het aantal aaltjes in de grond telt, f maar de soort. Hoe meer verschillende soorten aaltjes in d( grond, hoe kleiner de kans op ziekten., De ongestoorde ge meenschap van nematoden zorgt zelf voor een gezond bo- demevenwicht. Dit opent volgens de onderzoekers een nieuw perspectief voor biologische bestrijding. Minpunt voor de boer is wel dat de bodem eerst een of meer jaren braak moet liggen. Gepasteuriseerde mest Door koeienmest te pasteuriseren gaan de ziekteverwekker9.29 dood en is het veilig om de mest over het land te spreiden. Dat blijkt uit een experiment van onderzoekers van het An rikaanse ministerie van landbouw in Beltsville, Maryland. D.00 mengden gebluste kalk, as uit steenkoolcentrales en gipsal D.31 met de mest. Als kalk of gips in aanraking komen met mest ontstaat een 1 chemische reactie. Die levert warmte op, ammoniak en eei zuur milieu dat de ziekteverwekkers, zoals de giftige E-coli acteriën, doodt. Het eindproduct is niet alleen vrij van ziek tekiemen, maar tevens reukloos. Door dë pasteurisatie woi de fosfor uit de mest niet omgezet in het milieuvervuilend* fosfaat, maar in een vorm die minder makkelijk doorlekt naar het grondwater. De fosfor kan nog verder worden ge neutraliseerd door toevoeging van aluin uit afvalwater aan het mengsel. Er is ook geëxperimenteerd met een mix van havenslib en kippenmest. Door deze cocktail te pasteurise ren ontstaat een vruchtbare compost die bijvoorbeeld als toplaag kan worden aangebracht op gesaneerde bodems. 6.3( 8.0C 8.28 8.57 Koraal geeft rood licht Russische wetenschappers hebben nieuwe kleurstoffen on-- dekt in koralen in de Indische Oceaan. Dé gevonden oplicl tende eivVitten zijn belangrijk gereedschap bij de studie va levende cellen. De vondst wordt gemeld in Nature Biotech'-34 nology van oktober. Tot nu toe waren alleen in diersoortei zoals kwallen en zeeveren (op een veer lijkende koraaldie- ren), fluorescerende eiwitten gevonden. De Russen troffen echter zes lichtgevende eiwitten aan in koraalriffen. Bijzon der is een eiwit dat een rode gloed geeft, een eigenschap d nog nooit eerder is gevonden bij eiwitten. Alle bekende ei\ ten zenden blauw, groen en geel licht uit. De nieuwe eiwit kunnen door celbiologen onder meer worden gebruikt om de moleculaire opbouw van levende cellen verder te ontra len. De koraaleiwitten worden hierbij als een verklikker ge bruikt. Zo is dankzij oplichting van de koraaleiwitten te zie aan welke eiwitten ze zich binden in een cel. !.02 .45 PETER DE JAEGER Het gaat slecht met moerasvogels als wouwaapje en snor. Volgens on derzoekers is in ons land niet meer moeras nodig, maar dienen bestaan de gebieden met elkaar te worden verbonden. Ook kan een ander wa terbeheer de levensvatbaarheid ver hogen. Van de zeventien moerasvogels staan er inmiddels dertien op de ro de lijst, dat wil zeggen dat hun voortbestaan wordt bedreigd. In op dracht van de Vogelbescherming keek het Wageningse Instituut voor Bos en Natuurbeheer naar mogelij ke oplossingen om verdere achter uitgang te keren. De lepelaar en de purperreiger heb-' ben veel oppervlakte nodig. Daarom vallen die als eerste af. De grote ka- rekiet en de roerdomp hebben het eveneens moeilijk, omdat die speci fieke eisen aan hun leefgebied stel len. Zo zweren deze moerasbewo ners bij jong waterriet. Dat sneuvelt echter in toenemende mate door het proces van verlanding. „De achter uitgang van de moerasvogels komt dus door te weinig opjjervlakte moeras en door slecht onderhoud van wat er nog over is," zo vat on derzoeker Ruud Foppen de situatie bondig samen. Op dit moment is er nog ongeveer honderdduizend hectare moeras in ons land. De belangrijkste natte ge bieden zijn de Weerribben/De Wie den in Overijssel, de Oostvaarders- plassen in Flevoland en de Utrecht se Vechtplassen. „Het mooiste zou Tot onze spijt is afgelopen zaterdag de puzzel van vrijdag afgedrukt. Hierbij alsnog het kruiswoordraadsel van zaterdag. U Z Z E L Kruiswoordraadsel HORIZONTAAL: 1. Geladen atoom; 5. bejaard; 7. giststof; 10. voorzetsel; 12. familielid; 14. bevel; 15. deel v.e. vuurwapen; 17. dwergbuffel, 19. dierengeluid; 20. geliefde van Zeus; 21. smeermiddel; 23. god v.d. liefde; 25. voorzetsel; 26. kloosterlinge; 28. persoonlijk vnw.; 31. aanschaffen; 33. in orde; 34. achterzijde. VERTICAAL: 2. Voegwoord; 3. landtong; 4. hoofd v.e. moskee; 5. gewicht; 6. grondtoon; 8. min of meer bolvormig; 9. balspel; 11rivier in Italië; 11op elkaar; 13. strelen; 14. Japans bordspel; 16. Japanse gordelband; 18. gevangenis; 22. deel v.e. bureau; 24. voorzetsel; 27. verrijkte zuurstof; 29. een zekere; 30. Europeaan; 31. persoonlijk vnw.; 32. thans. Oplossing van vrijdag en zaterdag: Horizontaal: 1. Oder; 4. ophef; 7. rijkaard; 8. eik; 9. bal; 10. demonie; 12. moliere. Verticaal: 2. Diva; 3. roedel; 4. ouderdom; 5. hark; 6. fikken; 9. bede; 11. mol. zijn om naast deze kerngebieden nog enkele andere grote moerassen aan te leggen. Maar dan spreek je over enkele tienduizenden hectare nieuw moeras. Gezien de schaarse ruimte is dat niet reëel. Daarom kie zen we voor de aanleg van natte as sen die de grote kernmoerassen ver binden met die in de rest van het Als voorbeeld noemt Foppen de verbinding van de Oostvaarders- plassen met het Land van Saeftinghe in Zeeuws Vlaanderen via een corridor door Zuid-Holland. Een andere 'slimme plek' is de ont wikkeling van moeras in de Gelder se riviergebieden om oostelijk Ne derland erbij te betrekken. Door aansluiting op deze versnipperde gebieden ontstaan er oppervlakten van elk vijf a tienduizend hectare, groot genoeg voor in standhouding van zogenoemde sleutelpopulaties. „Een sleutelpopulatie is zo groot dat de kans op uitsterven van die soort klein is. De omvang van die popula tie is voor elke vogel uiteraard an ders. Uitgaande van een duurzame, stabiele situatie komen we op die manier tot tien sleutelpopulatiege- bieden", aldus Foppen. Deze ruimtelijke benadering is vol gens Foppen kansrijk, omdat die he lemaal past binnen de koqrs die de overheid heeft uitgezet in haar Na tuurbeleidsplan en de bijbehorende Ecologische Hoofdstructuur. Maar met de aanleg van een netwerk al leen zijn de moerasvogels nog niet gered. Andere voorwaarde is dat de kwaliteit van het milieu wordt gega randeerd. Dat is vooral een kwestie van peilbeheer. Nu wordt in het be lang van de landbouw het waterpeil 's zomers hoog gehouden en 's win ters laag. Het natuurlijk leven in een moeras is juist gebaat bij het omge- Een zeldzaam geworden purperreigernest in het rietmoeras van het gebied (Z-H). Vier kuikens die nog maar net uit het ei zijn gekropen. Het vijfde zit keerde: dus hoog water in de winter en laag in de zomer. Dat is vooral nodig om de moerasvegetatie conti nu te laten verjongen. Jong waterriet is onmisbaar voor veel moerasvo gels. „Een onafhankelijk watersys teem is een oplossing, maar een der gelijk beheer is alleen bij moerassen van een bepaalde omvang renda bel". zegt Foppen. Voor de kleinere moerassen biedt een actief natuurbeheer uitkomst om waterriet een kans te geven. Als de natuur ongestoord haar gang mag gaan wordt het riet verdrongen door grassen die gedijen op drogere grond. Op den duur komen er wil gen en ontstaat een dicht struweel 'De Zouwe boezem' in Me nog in het ei. fo\ dat uiteindelijk overgaat in ming. Foppen: „Om verboss de rietoevers te voorkomen het riet regelmatig wórden g of afgebrand. Dat kost wel v maar als het niet gebeurt ve langzaam de moerasvogels landschap." ADI •fWTh greei sentii Dl WÊÊÊm mm Cryptogram Horizontaal: 1. Goed vervuild (4); 4. Jacht op een toneelstuk (5); 7. Eén van de twaalf die meer ongelukken veroorzaken (7); 8. Hond die in brand staat (3); 9. Drink maar flink, want het is een hele sjouw! (3); 10 Broodje militair (7); 12. Kostuumstof ter verzending (7). Verticaal: 2. Foefje waarin een wagen hoorbaar wordt (4); 3. Hiermee is een aanstaande moeder nog niet uitgeteld (6); 4. Opgewonden figuur aan het hoofd van de kudde (8); 5. Van drank heeft mijn kameraad geen lucht gekregen (4); 6. Danspartij in een varkenshok van metaal (6); 9. Geen prettig kledingstuk om in te staan (4); 11Betalingsbevel in de haven (3). Oplossing van dinsdag: glas-slaag-Afslag sier-serie-Reisje stek-steek-Rekest veen zeven Evenzo erts-stere-Sedert leer-teler-Teller paar-apart-Aftrap meer-treem-Temmer niet-trein-lntern pret-troep-Export Gevraagd woord: ARRESTATIE

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1999 | | pagina 10