'Strips zijn gewoon om te lachen'
zaterdag 25 september 1999
Eddie de Jong (links) en René Windig: „Vroeger hadden we nog wel die discipline, maar die is nu sterk verwaterd. Ja, stérk verwaterd. Maar het komt toch altijd af."
FOTO UNITED PHOTOS DE BOER MERISSA BERETTA
Windig en de Jong voelen zich na twintig albums 'dinosaurussen'
In de studio van de Amsterdamse firma Gezellig Leuk
heerst rond het middaguur een wat matte stemming.
Na de drukte de afgelopen dagen rond de opening van
de Heinzexpositie in galerie Lambiek zitten de twee firmanten
er wat afgemat bij. Eddie de Jong, met een blikje lauw bier in
de handen: „We hebben een beetje een kater, sorry. Godjemig,
even bijkomen hoor." En dan moeten ze ook nog met hun 'on
geschoren haar .en hun puisten en alles' op de foto. René
Windig: „Er komt een heleboel over ons heen deze dagen.
Eerst naar die opening, dan weer mensen die een boekje onder
je neus duwen - of je er maar een tekeningetje in wil zetten. Er
was zelfs een dame die vroeg of ik mijn Heinz-shirt uit wilde
trekken. Nou, dat vraagt mijn eigen vrouw nog niet eens."
Het verschijnen van het twintigste Heinz-album is de directe
aanleiding voor de expositie in Lambiek. Op de eerste strook
van het album vertelt een scheel konijn, een pijp achter de tan
den, wat vooraf ging, 'en nu zitten ze samen in de kroeg om
dat te vieren!' Het zet meteen de toon voor het jubileumalbum
Proost, Heinz! waarin bier een grote rol speelt. De koper krijgt
ongevraagd een bierposter bijgeleverd en de achterflap meldt
dat moderne mensen bier drinken. Een grote rol is in het al
bum ook weggelegd voor de zee en zij die haar bevaren. Pijp
rokende zeemannen met morsige baarden, zeemannencafés,
drankliederen, scheepsbeschuit, godlasterende papegaaien, ta
toeages, het dek zwabberen, aardappels schillen in het vooron
der, alle hens aan dek; er is geen cliché rond de zeevaart dat
blijft liggen. Ook vertellen de personages elkaar eindeloos on
zinnige verhalen als ze weer eens niets te doen hebben.
Als de irritatie van de kapitein hem uiteindelijk te machtig
wordt en hij Heinz in een dichtgetimmerde kist overboord zet,
spoelt deze aan op het onvermijdelijke onbewoonde eiland.
Tot zijn verdriet blijkt dit toch bewoond. Een onuitstaanbaar
tweetal, Jan en Jaap, heeft hier een eigen staat gesticht met ei
gen regeltjes die Heinz tot wanhoop drijven. Heinz: 'Zeg, ik
heb al dagen niets gegeten. Hebben jullie wat in huis?' Jan en
Jaap: 'Ja, maar op Janjapië wordt pas om acht uur 's avonds
gegeten. Als iedereen maar ging eten wanneer het hem belieft,
zou het gauw gedaan zijn met de democratie. Zeg dan maar
dag met je handje.'
Eddie: „Jan en Jaap, dat zijn wij zelf een beetje. Zelf zijn we
ook dol op regeltjes. Dat komt een beetje door het golf spelen.
Dat stikt gewoon van de regels. Die je dan ook nog allemaal uit
je kop moet kennen."
René: „We hebbep zo'n instructieboek met leipe tekenin
gen."
Eddie: „Heel erg belachelijk, dat je onder bepaalde omstan
digheden een balletje niet mag aanraken, bijvoorbeeld. Maar
het klopt wel allemaal."
Donald Duck
Zowel Eddie de Jong als René Windig begonnen hun professio
nele carrière als tekenaar bij Donald Duck. Sporen hiervan zijn
nog terug te vinden in een zeldzaam album met de titel Ouwe
troep. René: „Dat heeft nu een cataloguswaarde van 200 gul
den!" We zien in dit boek een Donald Duck, die dingen doet
die niet in het vrolijke weekblad zijn te zien, zoals zuipen en
vloeken. Ook de avonturen van Dick Bosch, getekend in jaren-
dertigstijl en bijbehorend archaïsch Nederlands, behoren tot
het vroege werk.
Tegenwoordig leggen Windig en De Jong zich bijna uitslui
tend toe op de dagelijkse strook Heinz. De twintig verschenen
albums zijn bundelingen van de dagstrips die al ruim tien jaar
in een groot aantal dagbladen verschijnen. Heinz begon zijn
carrière in 1987 op de Itinderpagina van het Parool, in een bij
rol. Inmiddels is Nederland veroverd. Heinz verschijnt dage
lijks in tientallen kranten.
René: „En België! En Zweden! En Curasao!"
Eddie: „Maar die krant is alweer over de kop. 'Beurs- en
Nieuwsberichten' heette die, de NRC van Curasao. We krijgen
in elk geval niet meer betaald."
René: „We hebben wel eens een tournee door Amerika ge
maakt. Langs kranten. Maar hoofdredacteuren willen alleen
met een agentschap praten, niet met de tekenaars zelf. Tegen
agentschappen kunnen ze tenminste eerlijk zijn en zeggen wat
ze ervan vinden."
£A/ roe* KWAM mrrs KSM
ZEOPev KW W£RP
/AS££M SOO&r
V£JSAA/D£&D
MAA& AUSS KWAM W££K OOeD
£/VA/tS Z/77KV Z£ /MOS
OM DAT 7£ W£J3£N.'
Het twintigste Heinz-album is uit. Al twaalf jaar leggen tekenaars René
Windig (47) en Eddie de Jong (48) de stompzinnige belevenissen van deze
kat vast. Reden voor stripgalerie Lambiek in Amsterdam om een expositie
rond het chagrijnige dier in te richten. Een hoop drukte: de makers
worden er bijna overspannen van.
Eddie: „Misschien vonden ze Heinz niet Amerikaans
Onverkwikkelijke zaken
Ook in Duitsland is nog geen resultaat bereikt. René, somber:
„Onze uitgever gaat dan weer naar de Buchmesse toe. Dan zijn
er weer wat moffen geïnteresseerd maar dat leidt allemaal ner
gens toe. Zo hebben we nóg een hele lijst van onverkwikkelijke
zaken waar we het niet over willen hebben."
Eddie: „Bovenaan die lijst staat een reclamebureau in Bever
wijk dat originelen van ons gebruikt heeft maar nooit terugge
bracht. Die reagerfen pas als je een advocaat in de arm neemt.
Maar liever gooien we een steen door de ruit."
De tekenaars zijn erg gehecht aan hun tekeningen. In Lam
biek moeten er dan ook flinke bedragen op tafel gelegd worden
voor originele strookjes of schetsen. De echte liefhebber kan
zich de oorspronkelijke cover van één van de Heinzalbums
aanschaffen. Ook zijn gesigneerde litho's te koop. Speciaal
voor de expositie vervaardigden Windig en De Jong een hyste
risch tafereel: een onnatuurlijk vrolijk grijnzende Heinz en
Frits, een grote bos fel gekleurde bloemen in de hand. René:
„Mensen zeggen dat Heinz altijd zo somber kijkt. Dat hij zo'n
donkere streep heeft op de plaats van zijn ogen. Maar wij vin
den hem helemaal geen chagrijnige kat. Heinz is eigenlijk het
enige normale personage dat daar rondloopt. Verder zijn het
louter idioten en mafkezen."
Heinz heeft als huisdier werkelijk geleefd. Hij was blind aan
één oog - dat er later uit moest - en overleed in 1985. Ook
Heinz' bravige vriend Frits was de huiskat van één van de teke
naars. De schildpad Jodocus, die iedereen altijd verveelt en ir
riteert met zijn lage spreek- en handeltempo, leeft nog.
René: „Schildpadden leven echt fucking lang! Ieder najaar
graaft Jodocus zich in, in de min. Als het gaat vriezen denken
we elke keer: dat overleeft-ie niet. In april komt hij er dan weer
uit. Gaat-ie eerst vreselijk gapen. Dan in bad. Mijn vader wreef
hem dan altijd in met olijfolie, zodat hij weer ging glimmen."
Eddie: „Of met tijgerbalsem."
René: „Hij werd altijd heel erg dof, en dat was niet mooi."
Slagveld
De studio van Windig De Jong oogt als een slagveld. Gomsel,
onoverzichtelijke stapels paperassen, schetsen en faxen. Volle
asbakken, lege inktpotten en blikjes verschaald bier. Een met
inkt bespatte tekentafel, foto's van Dolly Parton aan de muur.
Eddie zoekt een album. „Het moet hier ergens onder de
troep liggen."
René: „We hebben namelijk net opgeruimd."
Eén wand is bedekt met een boekenkast vol strips. Eén plank
buigt door onder het gewicht van uitsluitend Suske en Wiskes.
Eddie:„Suske en Wiske, Nero, Guust Flater zijn onze voor
beelden geweest. We hebben ons lang laten inspireren door
België en de Belgische cartoons."
René: „Maar daar is geen ene moer meer van over. Net als
van het Belgische voetbal. De hele stripwereld is tijden
lang op België georiënteerd geweest. Maar te
genwoordig is de Nederlandse stripcultuur
beter dan de Vlaamse. In Nederland is veel
jong talent. De Belgen beginnen veel te
Frans te worden. Die lekkere Vlaam
se volkshumor, zoals je die ziet
in bijvoorbeeld de eerste twin
tig albums van Willy Van-
dersteen begint te ver
dwijnen. De tekenaars
trekken naar Brussel, ze
doen allemaal heel be
langrijk maar er is niks
meer aan."
Eddie: „In België
doen de tekenaars heel
artistiek tegenwoordig,
met pompeuze tentoon
stellingen. Strips zijn ge
woon om te lachen."
René: „Het moet een gein
tje blijven."
Lol
Het duo Windig en de Jong
kent geen onderscheid tus
sen scenarist en tekenaar.
René: „We werken in elk
onderdeel samen. Het be
denken, het schetsen en
inkten."
Eddie: „We geven de
strookjes gewoon aan
elkaar door. Als één
van ons ziek is of op
vakantie doet de ander
het in zijn eentje."
René: „Dat kan ja,
dat is handig, maar
leuk is het niet. Als we
samenwerken hebben
we veel meer lol."
Hoewel er elke dag
een Heinz uit moet,
zitten de makers niet
in een ritme van negen tot vijf. Eddie: „Vroeger hadden we nog
wel die discipline, maar die is nu sterk verwaterd. Ja, stérk ver
waterd. Maar het komt toch altijd af."
René: „Soms rollen er drie of vier op een dag uit. De andere
dagen ben je er ook mee bezig, in je hoofd. Waar je je kwaad
over maakt."
Eddie, fanatiek: .Alles wat je tegenkomt op straat, dat ver
werkje ook. Mafkezen, postkantoren."
René: „Vaak zitten we elke ochtend voor we beginnen alle
rottigheid van onderweg hier naartoe te verwerken. Regelmatig
zitten daar al goede grappen tussen."
De tekenaars weten zich gesteund van een groeiende groep
van doorgewinterde fans. René: „We krijgen veel brieven van
mensen die helemaal in de Heinzwereld leven." Eddie: „Of die
schrijven dat ze zich gesteund voelen in hun wereldbeeld door
Heinz."
René: „We zijn toch langzamerhand een soort dinosaurus
sen. Dat we nog strips tekenen. Het laatste landelijke Neder
landse stripblad is opgeheven. Hoe dat komt? Alles moet te
genwoordig veel geld opleveren. En de jeugd zit te kloten met
internet. In plaats van gewoon in stripbladen te lezen."
SILVAN SCHOONHOVEN
De expositie is tot eind oktober te zien in stripgalerie
Lambiek, Kerkstraat 78 in Amsterdam. Openingstijden:
maandag t/m vrijdag van 11.00 tot 18.00 uur. Zaterdag
tot 17.00 uur. Zondag van 12.00 tot 17.00.
De Heinzalbums verschijnen bij uitgeverij Het Raadsel.