n De crisis in het Leidse CDA 932 ZATERDAG 11 SEPTEMBER 1999 Olympische gedachte en gezelligheid belangrijker dan politiek Voor de tweede keer in twee jaar tijd moest een CDA-wethoiider het veld ruimen. Is dat toeval? Het gestuntel van de christen-democaten rond het gedwongen vertrek van Huib Kriujt doet vermoeden dat er meer aan de hand is. Dat leert ook een rondgang langs betrokkenen, meest (oud) politici. Het eens zo grote Christen Democratisch Appèl verkeert in een crisis. Een reconstructie van wat er mis ging. Het bericht komt als een don derslag bij heldere hemel. 'PvdA wil af van wethouder Kruijt' kopt het Leidsch Dagblad op maan dag 5 juli. Terwijl bij PvdA-fractieleider Ron Hillebrand het besef doordringt dat er nu geen weg terug meer is, vallen CDA-voorzit ter Chantal Hoge en fractieleider Marjan de Jonge bijna van hun stoel van verbazing. Huib Kruijt in de problemen? Dat kan toch niet! In een spoedoverleg, waarvoor De Jon ge haar vakantie onderbreekt, besluit de fractie desondanks twee personen af te vaar digen om met de coalitiegenoten te gaan praten. Die gesprekken laten overigens nog meer dan een maand-op zich wachten. De vakantie komt eerst. Hoe zeer de "CDA-top wordt overvallen door de problemen waar de eigen wethou der in verstrikt is geraakt, blijkt uit het pers bericht dat de fractie in reactie op het aftre den van Kruijt doet uitgaan. Het is een me dedeling die leest als een detective. Hoe kan het gebeuren, zo vraagt de lezer zich halver wege af, dat de partij van niets wist? Waarom hebben die gesprekken met de coalitiepartij en pas medio augustus plaats? Je verwacht een spannende ontknoping, een overdonde rende complottheorie. Maar de opgebouwde spanningsboog knapt plots af met de zoetge vooisde opmerking dat gesprekken met de coalitiepartners in een goede sfeer zijn verlo pen. De frictie, zo haast de fractie zich te verkla ren, vloeit zeker niet voort uit 'onverenigbare inhoudelijke standpunten, noch uit de uit voering van het collegeprogramma, maar heeft daarentegen voornamelijk betrekking op de onderlinge persoonlijke verhoudingen en* geschaad vertrouwen'. Kortom: het ligt aan Kruijt. De coalitiepartners hebben een conflict met de CDA-wethouder, niet met de CDA-fractie. En dus, zo vervolgt het persbe richt, zal het CDA op zeer korte termijn be kijken op welke wijze de partij kan voorzien in de onstane vacature. Als deze interpretatie van het persbericht aan Chantal Hoge wordt voorgelegd, krijgt ze voor de tweede keer de schrik Van haar le ven. „Als u uit de CDA-verklaring leest dat we Huib laten vallen, dan raakt mij dat. Wel iswaar staat Marjan de Jonge's naam en tele foonnummer eronder maar ik hield de pen vast. U moet zich voorstellen hoe dat gaat. Iedereen roept dingen door elkaar. Er was tijdsdruk en chaos... Als de verklaring wordt uitgelegd als het laten vallen van Huib, dan komt dat wellicht door een ongelukkige for mulering." 'Grootste fout' Heeft de partijleiding haar reactie op het ge dwongen vertrek van Kruijt alleen maar wat onhandig opgeschreven? Wilbert Hettinga, die in 1990 zijn biezen moest pakken nadat hij vijf maanden voor het CDA op het pluche had gezeten, vindt dat er meer aan de hand is. „Die brief is de grootste fout die ze kon den maken. De collegepartijen hebben een groot probleem als het CDA opstapt. Maar wat doet de partij? Ze roept meteen dat ze wel met een ander komt. Ze zijn enorm ge schoffeerd door de coalitiepartners en dat accepteren ze dan ook nog eens!" Volgens de oud-wethouder heeft het CDA alle reden om uit het college te stappen na dat de andere partijen het vertrouwen in Kruijt hebben opgezegd. Ze hadden Kruijt toch al een jaar op proef meegemaakt? „Dat had de fractie ook harder moeten tam boereren. Zo van 'Wat is dit nu, jullie hebben het een jaar met hem gedaan, wisten wat jul lie in huis hadden en dan laten jullie hem na een jaar vallen!' Dat kan toch niet. De fractie had zich harder moeten opstellen en niet weer dat genadebrood moeten eten." Na de verkiezingen van maart vorig jaar mag het CDA in het college blijven. Dat heeft voor de andere collegepartijen een heel pragmatische achtergrond. Zonder christen democraten komen PvdA, Groenlinks en D66 net een zeteltje tekort voor een raadsmeerderheid. En alle alternatieve colle gepartners zijn een stuk minder aantrekke lijk. De WD en de onberekenbare SP stellen hoge eisen aan collegedeelname, terwijl het CDA bijna gratis aanschuift. Wie de invloed van het CDA op het collegeprogramma in kaart wil brengen, moet hard zoeken. Een typisch CDA-standpunt waarvoor de onderhandelaars zich bij de collegevorming hard maken, is de afwijzing van betaald par keren op zondagochtend. Kerkgangers moe ten gratis kunnen parkeren. Het CDA haalt dit punt ongewijzigd binnen. Maar dat komt toch vooral doordat geen van de andere par tijen brood ziet in betaald parkeren op zon dagochtend. Een ander punt waarin het CDA min of meer haar zin krijgt, ligt ook al op het parkeerterrein. De christen-democraten plei ten er in hun verkiezingsprogramma voor om binnenstadsbewoners van onder de 27 in bepaalde gevallen toch een parkeervergun- Oud-wethouder Huib Kruijt. Hij had geen vertrouwen van collegepartners en geen steun van de eigen CDA-fractie. ning te geven. De partij krijgt hier zelfs meer dan ze vraagt: de leeftijdsgrens voor parkeer- vergunningen wordt binnenkort volledig af geschaft.. Toevallig is dat precies de oplos sing uit het verkiezingsprogramma van D66. Opvallend De punten waarop het collegeprogramma afwijkt van het verkiezingsprogramma van het CDA springen des te meer in het oog. Pleit het CDA voor lastenverlaging, het colle ge gaat voor een verhoging met het inflatie cijfer. Wil het CDA toch vooral geen uitbrei ding van het aantal koopzondagen, het colle ge oppert de mogelijkheid om ook het stad huis op de Dag des Here open te gooien. Hoe zeer de CDA'ers toch vooral mee wil len doen, is de afgelopen weken weer eens mooi geïllustreerd door de reacties op het af treden van Kruijt. De suggestie dat de partij er misschien beter aan doet om uit het colle ge te stappen, wordt door CDA'ers afgedaan als absurd. Het CDA heeft het collegepro gramma ondertekend. Hoe kun je dan oppo sitie gaan voeren tegen een college dat werkt op grond van dat programma? Slechts een enkeling lijkt te beseffen dat er nogal wat ruimte zit tussen het programma van het college en dat van het CDA. En dan vergeten we voor het gemak nog dat er ongetwijfeld een nieuw collegeprogramma komt wanneer het CDA zich terugtrekt. Geen enkele partij Een beschouwing van de plannen voor zal immers bereid zijn om mee te besturen 2000 levert een vergelijkbaar beeld op. Daar in heeft het CDA één tastbaar onderwerp in weten te brengen. En dat hebben ze geweten ook. Filip van As (SGP/RPF/GPV) kwam bij de behandeling van de Perspectiefnota net voor het zomerreces, met het voorstel om geld dat bestemd is voor het opzetten van een 'kennisnetwerk' en het werven van nieu we bedrijven, in te zetten voor maatschappe lijke opvang. Prima idee, vond PvdA-fractie- leider Ron Hillebrand. Maar toch zou zijn fractie tegen het plan stemmen. Dat kennis netwerk was nou net de enige kruimel van de vijf miljoen aan extra uitgaven die het CDA ten deel was gevallen. Zonder veel om haal van woorden maakte de sociaal-demo craat duidelijk dat hij het eigenlijk onzin vond, maar dat hij de toch al zo mager be deelde coalitiegenoten hun laatste speeltje niet wilde afpikken. De andere onderhandelaars moeten zich verbaasd hebben over de bescheiden opstel ling van het CDA. Met een wat betere onder handelingstechniek had er zeker meer in ge zeten. Maar het ging de christen-democra ten om het spel, niet om de knikkers. De olympische gedachte viert hoogtij: meedoen is belangrijker dan winnen. Wat het CDA binnenhaalt is precies dat: ze mogen meedoen. Huib Kruijt mag het nog een keer proberen als wethouder op financi en, economische zaken en welzijn. Alleen vanuit de fractie van D66 komt er nog wat verzet tegen de kandidatuur van Kruijt, die zich in het kleine jaar dat hij dan wethouder is geweest niet heeft laten kennen als een be genadigd schatkistbewaarder. De andere fracties hebben geen problemen met de jon ge informaticus. Hij krijgt het voordeel van de twijfel. op basis van een programma waarop zij geen enkele invloed heeft gehad. Oorzaken Wat is er toch gebeurd met het CDA? Die vraag werpt allerlei theorieën op. Er is de ontkerkelijking waardoor het aantal potenti ële CDA-stemmers gestaag afneemt. Er zijn de problemen van het jarenlang oppositie voeren en later met een relatief kleine fractie achter de collegetafel aanschuiven. Er is het probleem dat het CDA een middenpartij is zonder uitgesproken eigen gezicht. Maar de grootste zorg van de partij is het ontbreken van een leider. Zonder Joop Walenkamp, die zestien jaar de partij bijeen hield, is het CDA een kruiwagen met kikkers. Walenkamp, de christen-democraat van roomse huize, laat een club achter die welis waar weer in het college van burgemeester en wethouders is toegelaten, maar waarin niemand te vinden is die de vaardigheden bezit om daar te overleven. Aart van Bochove is nog wel ondernemend, en hij weet wat hij wil. Maar hij vergeet bij zijn achterban vol doende steun te creëren voor zijn plannetjes - iets waar Walenkamp altijd veel tijd voor uit trok. Dat gebrek aan rugdekking wordt Van Bochove al na een jaar fataal. Een paar maanden na de plotselinge dood van Walen kamp grijpt fractieleider Paul Kluck zijn kans. Hij schuift Van Bochove aan de kant en presenteert zichzelf aan het college als de nieuwe wethouder. Dat dit pas na de dood van Walenkamp gebeurt, is geen toeval. Ook na zijn vertrek naar de Rabobank blijft hij de man die achter de schermen een heel belangrijke rol speelt in de partij. De oud-wethouder wordt voor van alles en nog wat geraadpleegd. Voor het CDA blijft Walenkamp tot zijn dood de grote man. Kluck is voor de PvdA onacceptabel als wethouder, en dat is heel goed te begrijpen. De CDA-fractieleider heeft de gave zich keer op keer onsterfelijk belachelijk te maken. Hij gaat de geschiedenis in als de man van 20 miljoen. Kluck pochte jaar in jaar uit op be langrijke momenten dat de gemeente ge makkelijk 20 miljoen gulden kon bezuinigen. Het lijstje met bezuinigingsvoorstellen zou hij in zijn borstzakje bij zich dragen. Maar niemand die het ooit heeft mogen inzien. Samenbindend element Het CDA ziet dit decennium drie wethouders op weinig elegante wijze vertrekken. Binnen de partij wordt dat veelal afgedaan als een vervelend toeval. De drie kwesties zouden niets met elkaar gemeen hebben. Maar bij Van Bochove en Kruijt is er ten minste één samenbindend element. Beide wethouders moeten opereren zonder enige steun van de fractie. Van Bochove wordt, in zijn eigen woorden, 'in de rug geschoten' door zijn fractie. Marjan de Jonge is aanvankelijk niet eens op de hoogte van de problemen waar opvolger Kruijt mee worstelt, en komt wan neer het haar wél duidelijk wordt, niet verder dan het accepteren van zijn vertrek. En zon der steun vanuit de fractie krijgt zelfs de bes te wethouder niets voor elkaar. „Het succes hangt af van de relatie tussen de wethouder en de fractievoorzitter", weet voormalig CDA-fractieleider Helmuth Driessen. Al in de tijd van Walenkamp is het CDA een verdeelde partij. Zijn enthousiasme voor de autoluwe binnenstad is voor het grootste deel van de achterban maar moeilijk te vér kroppen. De opstelling kost de partij in 1994 dan ook veel stemmen. Met name de mid denstanders - traditioneel voor een groot deel CDA-aanhang - lopen weg. Ook veel ka tholieke stemmers zoeken hun heil elders. Bij gebrek aan geloofsgenoten in de top van de CDA-lijst, komen veel stemmen wonder wel bij D66 terecht. Joke Sorgdrager, die zeer actief is in de katholieke kerk, werd vorig jaar met voorkeurstemmen in de raad gekozen. De behendige en charmante politicus Joop Walenkamp weet de club ondanks de slui merende onvrede nog bij elkaar te houden. Als hij wegvalt verliest het CDA niet alleen een bekwaam bestuurder, maar ook haar sa menbindende factor: de man die de partij na een bijna eindeloze periode in de oppositie weer naar een plaats in het college heeft ge leid. Terugkeer naar het college was erg belang rijk, omdat een partij na zestien jaar noodge dwongen oppositie voeren dreigt te ver schralen. „Het grootste nadeel van de oppo sitie is dat capabele mensen zich niet aange trokken voelen tot partijen die daarin verke ren", constateert Driessen, die jarenlang de oppositiepartij leidde. „Zij hebben vaak inte resse in het wethouderschap en dat heb je ze niet te bieden." Driessen ziet nog meer redenen waarom zijn partij toch vooral moet zorgen in het college te blijven. „Het CDA is hier een klei ne partij. De problematiek in een stad als Leiden is kleinschalig, de opvattingen liggen niet ver uiteen. Voor een partij in het midden van het politieke spectrum als het CDA is het dus moeilijk oppositie voeren. Ik zeg altijd maar zo: je hebt geen socialistische, liberale en christelijke lantaarnpalen." Het CDA zal dit weekeinde hoogstwaar schijnlijk Wim Bleijie aan de leden presente ren als de opvolger van Huib Kruijt. Daar mee is de wethouderscrisis opgelost. Maar de crisis in het CDA is daarmee nog aller minst ten einde. Want de fractie blijft de fractie. En ja... „Marjan de Jonge en Ton van Dijk zijn heel aardige mensen, maar ze heb ben niet de benodigde straatvechtersmenta liteit. Ruud Breedveld misschien wel, maar laten we eerlijk zijn, die is niet voor het poli tiek debat geboren", oordeelt Hettinga. „Bij het CDA kun je wel vriendelijke mensen ont moeten, daar niet van", bevestigt oud-fractievoorzitter van GroenLinks Rian- ne Peeters. „Maar dat is niet het doel van een politieke partij." En Van Bochove: „Het is een kiesvereniging waar gezelligheid voor op staat, die geen strategische doelen na streeft en dan ook nauwelijks impact heeft op de stad." Het CDA heeft nog een lange weg te gaan. WIM KOEVOET MARIJN KRAMP RUUD SEP Voor dit artikel is gesproken met: M. van Akkeren (CDA), W. Bleijie (CDA), A. van Bochove (CDA), W. Bonda (CDA), H. Driessen (CDA), H.van Eg- mond, A. Flippo (CDA), A. Geertsema (WD), S. ter Harmsel (GroenLinks), W. Hettinga (CDA), C. Hoge (CDA), C. Kramp (CDA), B. Leeuwenburgh (CDA), R. Pauw, R. Peeters (Groen Links), E. van der Veen (PvdA), L. van Velzen (CDA), C. Verplancke, O. Welling (D66). zetels 7e te is zetels riels zete s zetels zetels zetels zetels •Tussen 1970 en 1974: Twee KVP-wethouders; J. Lijten en M. Ham. Twee Protestant Christelijke Lijst-wethouders; A. Kret en J. Elsgeest •In 1981neemt J. Walenkamp het fractievoorzit terschap over van H. Driessen •Tussen 1990 en 1994: Twee CDA-wethouders; J. Walenkamp en W. Hettinga. Na vijf maanden, in oktober 1990, stapt Hettinga op neemt A. van Bo chove zijn taak over. •Tussen 1994 en 1998: Eén CDA-wethouder; J. Walenkamp. Walenkamp verruilt in maart 1996 de Leidse politiek voor een hoge functie bij de Rabobank. A. van Bochove neemt het wethou derschap over. •1997: J. Walenkamp komt op 22 januari plotse ling te overlijden CDA-fractievoorzitter P. Kluck dwingt Van Bo chove in april 1997 tot aftreden. De PvdA wijst H. Kruijt aan als enige acceptabele opvolger. •Tussen 1998 en heden. Eén CDA-wethouder; H. Kruijt. De collegepartijen hebben geen vertrou wen meer in Kruijt. De CDA-wethouder dient op 31 augustus 1999 zijn ontslag in.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1999 | | pagina 45