ben een schoolmeester die verhalen wil vertellen
Mensenlief
Belcanto-Festival Dordrecht met tegenvallend koor en orkest
hoopvol op zoek naar die
ene elpee
Leiden Regio
Poolse archieven in Leiden
WDAG 6 SEPTEMBER 1999
Steven Engelsjnan, directeur Museum voor Volkenkunde
oeilijk lei
recensie peter visser
iitgeveriif> Festival Dordrecht: de opera's
Hn di Teolinda' van Meyerbeer en
'copio' van Bizet door het Belcan-
'al Orkest en het Koor van de Rot-
Opera o.l.v. Massimo de Bern-
n: 3/9, 't Hof, Dordrecht. Nog te
zien aldaar: 7,9 en 11/9.
eergoden waren gunstig
litgezofnd. En dat betekent voor
ordtse Belcanto Festival al
ndiens^31- Dan is men namelijk
kerd van de optimale sfeer
e sprookjesachtige locatie
4c t Hof, een droom van een
binnenplein met een wat droge
maar verder goede akoestiek.
Maar om twee korte, onbeken
de opera's van Meyerbeer en
Bizet nieuw leven in te blazen is
meer nodig dan sfeer alleen.
Vooropgesteld: het Belcanto
Festival voldoet duidelijk aan
een behoefte. De belangstelling
is groot. Dat belooft nog veel
voor de komende evenemen
ten, waaronder nog twee her
halingen van genoemde opera's
maar ook een uniek vocalise-
concert op woensdag 8 septem
ber, een combinatie van Bellini
en zijn bewonderaar Chopin op
de avond daarna, op zaterdag
avond 11 september een koor-
wedstrijd en een slotconcert op
zondagavond 12 september dat
geheel gewijd is aan Rossini.
Belcanto: de schone zang. Dit
element was vrijdagavond in
overvloed aanwezig, daar lag
het absoluut niet aan. Maar de
ze stroming in de zangkunst
betekent voor de opera, dat de
regie een flinke stap terug doet.
Daarvan was men zich tijdens
de opening van dit zevende fes
tival wat al te nadrukkelijk be
wust geweest. Met name tijdens
de korte eenakter 'Gli Amori di
Teolinda' van Meyerbeer leek
de regie in feite afwezig. En je
moet ook op het toneel wel iets
meer bieden dan een radeloos
heen en weer snellende herde
rin, hoe fraai die ook zingt. Nu
moest sopraan Yvette Dekker
het vooral van haar mooie lich
te stem hebben, waarbij ze ove
rigens bewonderenswaardig
werd gesteund door de jonge
klarinettiste Karin Fierloos, wier
obligate solo even gevaarlijk is
als een aan deze stijl verwant
Weber-concert. Geen slechte
muziek, deze Meyerbeer -vroe
ger even beroemd als nu ver
guisd, en de waarheid lijkt er
gens in het midden te liggen -
maar wel muziek die om kwali
teit vraagt.
Die kwaliteit kwam ditmaal
beslist niet van het Belcanto
Opera Orkest, dat soms heel
onwennig en soms helemaal
niet reageerde op dirigent Mas
simo de Bemart, hoe goed
diens bedoelingen ook waren.
Nog trager reageerde het on
zichtbaar opgestelde koor, dat
voor een paar hachelijke mo
menten zorgde.
Biedt Meyerbeer aardige mu
ziek, ronduit geniaal is de twin
tigjarige Georges Bizet bij vla
gen in zijn komische opera
'Don Procopio'. Dit korte werk
in twee aktes bruist van leven,
heeft eerder te veel dan te wei
nig invallen en biedt met zijn
harmonische subtiliteiten en
onverwachte wendingen haast
teveel voor de wat clichématige
handeling: mooie jonge meid
wil niet trouwen met lelijke gie
rigaard, maar krijgt uiteindelijk
haar mooie jonge tenor (Ales-
sandro Codeluppi). Die mooie
meid Bettina werd overigens
met een fraaie lyriek en pittig
spel neergezet door de Italiaan
se sopraan Maria Luigia Borsi.
De basstem van haar landge
noot Carlo Cigni was wat min
der overtuigend dan zijn spel,
maar daartegenover stonden
weer uitstekende vocale presta
ties van bijvoorbeeld de Deense
sopraan Kristine Becker Lund
en de Italiaanse briton Lorenzo
Castelluccio.
Hoe onbekend deze opera
ook is: oplettende luisteraars
zullen even een glimp van her
kenning hebben gehad. Op be
paalde momenten duikt name
lijk opeens een thema uit de fi
nale van Bizets geniale jeugd-
symfonie op, een bewijs, hoe
na dit werk hem aan het hart
lag. Helaas kon het voor een
belangrijk deel uit conservatori
umstudenten bestaande orkesl
ook hier niet alle raffinemenl
van Bizets schrijfwijze realise
ren; vooral de violen hadden
het soms erg moeilijk met hui'
capriolen. Ook het koor maakte
het belcanto-element niet erj
geloofwaardig. Gelukkig was ei
hier soms wel sprake van eer
duidelijke regie, waardoor he1
geheel veel meer vaart had dar
de tragisch verliefde herderir
van Meyerbeer.
Dr. Steven Boudewijn
Engelsman (nog een
maand 49 jaar) is sinds
1992 directeur van het
Rijksmuseum voor
Volkenkunde. Een
museum waar
momenteel niet alleen
de bezoeker, maar ook
de timmerman en de
loodgieter meer dan
welkom zijn. Want
tijdens een verbouwing
die 62 miljoen kost,
blijven de deuren open
opdat de loop naar het
museum er niet uitgaat.
Want de klant is koning,
is het museale
gedachtengoed van
Engelsman. „De tijd is
voorbij datje in een
museum alleen met
liefde voor je vak kunt
werken."
lianmilMfflHlil'IFKH
k
k liaar 1992 betekende voor Steven En-
nfcan het keerpunt in zijn leven. Als
ontnemend directeur van het Museum
ictfcaave las hij in maart van dat jaar met
b gstelling de advertentie voor directeur
ohet Rijksmuseum voor Volkenkunde,
oe; benieuwd welke gek dat wordt",
niet-ie. „Geen haar op m'n hoofd dacht
i vfa om te solliciteren."
hij eind april werd gebeld door een
[ambtenaar van het ministerie, was hij
ler<;r binnen vijf minuten om. „Als hij zo-
in me heeft, moet het goed
ügfïk kende die persoon als iemand die
sou wat hij doet. Ik heb nadien ervaren
energie krijgt, als mensen je vertrou-
Ik hoefde die beslissing ook
bhet m'n vrouw te bespreken, want wat
ch |is, moet gewoon gebeuren."
«zelfde dag hoorde hij dat z'n vader
jn korte tijd zou sterven. .Alsof een
i- en een eindpunt in elkaar over gin-
[loeien. Ik zag dat als een soort voor-
gheid die niet toevallig kon zijn. Maar
A nog wel de gelegenheid om met hem
"I/mijn nieuwe baan te spreken en dat
I Ipn we allebei als positief ervaren."
eraard kwamen er nog allerlei ge-
ken om de zakelijke kanten van de be-
ïg te bespreken, maar op 1 juli 1992
i hij daadwerkelijk. Dat hij een dag la-
i 2 juli, vrij moest nemen om z'n va-
laatste eer te bewijzen, ziet hij zoveel
flater in een breder perspectief. „Soms
lar *n je *even h°8e toppen en ga je
door diepe dalen. Soms vullen
iten elkaar naadloos aan."
jelsman kijkt niet terug op een har-
uze jeugd. Moeder kwam uit Zwit-
.io3ulc* en va<^er had zijn roots in Fries-
was natuurlijk een unieke com-
van genen, die symbiose van het
platteland en de Zwitserse bergen."
hadden een antroposofische be-
ielling, - Rudolf Steiner was huis
van moeders ouders. Maar de strub-
in de beweging leidden eveneens
schisma in het huwelijk. Zijn ouders
~^pden toen hij vijf jaar oud was. Hij
in allerlei pleeggezinnen. „Och je
maar je onthecht ook snel", is zijn
lien wel grootste relativering van het
oudste zoon ben je, volgens Engels-
/er gedoemd om een 'brave jongen' te
ovep was zelf de oudste van drie kinde
aar [et was knokken om zich door de wir-
l - van maatschappelijke regels te ma-
Jreren. Thuis speelde dat uiteraard bij
,geen rol, maar op kostschool kwam
regeld met zichzelf in conflict omdat
l| autoriteit 'in principe' respecteerde.
V dan wel ontzettend braaf, maar het
Ide en kookte van binnen."
jelsman wil, mede door de indoctri-
Van zijn jeugd, niets meer met ideolo-
groepen te maken te hebben. „Vaak
ïl de inhoud gebruikt om macht uit te
Jpn. De inhoud is veelal niet meer dan
nouflage voor eigenbelang en wordt
inde misbruikt voor particulier gewin.
Üsdiensten en spirituele bewegingen
dat ook. Ik heb wel een beetje religi-
I égevoelens, maar ik vind dat zo ver-
Lfkelijk privé, dat ik er zelfs met mijn
en niet over spreek. En och, het heeft
mate van urgentie", is zijn
i e relatievering.
museumdirecteur zet zich liever in
rfcijn museum. Alhoewel hij zegt geen
'connaisseur' te zijn van zijn 180.000 muse
umstukken, Is hij met hart en ziel verbon
den aan de 'werkelijk fabuleuze collectie'
van zijn museum. Over de Japanse collectie
is hij zelfs 'laaiend' enthousiast. „Nergens
in de wereld is een dergelijke collectie, ook
in Japan niet. We vinden het geweldig dat
een groot deel naar het Sieboldhuis gaat.
Bij de eerste plannenmakerij daarvoor,
werd ik voor gek verklaard, maar wat aan
vankelijk onmogelijk leek, is toch gelukt.
Het is natuurlijk niet alleen mijn prestatie.
Oud-burgemeester Cees Goekoop en wet
houder Alexander Pechtold hebben zich
ook enorm voor de realisatie van het Sie
boldhuis ingespannen. Als ze zich nu ook
voor de bomenrij aan de andere kant van
de Singel inzetten, is het beeld weer com
pleet."
Engelsman zegt vooral geïnteresseerd te
zijn in de verhalen achter de schatten. „Ik
ben eigenlijk ook veel meer auditief dan vi
sueel ingesteld. Och, ik ben gewoon in hart
en nieren een schoolmeester gebleven die
verhalen wil vertellen." De basis van deze
missie is gelegd tijdens zijn school- en stu
dententijd. „Vooral voor wiskunde had ik al
heel vroeg een fascinatie. Ik wist het altijd
beter, was wat je nu een nerd noemt en
nam de lessen van de leraar over. Ik vond
het heerlijk anderen te informeren."
In de wiskunde, heeft hij ondervonden, is
het leven op z'n simpelst. Als je in deze ma
terie gelijk hebt, krijg je ook gelijk. In de
museumwereld heeft hij die wetenschap af
moeten leren. „In deze wereld moet je
voortdurend anderen zien te overtuigen
van je gelijk en soms toegeven dat je het
mis hebt. Dat is mijn achilleshiel, want ik
vind dat een museumstructuur niet demo
cratisch kan werken. Maar ik heb het lang
zamerhand wel afgeleerd om alleen beslis
singen te nemen. Ik kan anderen nu meer
dan vroeger de ruimte geven, al ben ik niet
altijd even tactisch."
,Ik heb geleerd dat de museumwereld
keihard is. Organisatiedeskundigen zeggen
niet voor niets dat hoe softer een organisa
tie is, hoe harder de conflicten binnen die
instelling zijn. In een 'gewoon' bedrijf wor
den er meetlatten, waarlangs je de resulta
ten kunt afmeten, opgesteld. Op die resul
taten kun je dan worden afgerekend. In de
museumwereld ligt dat ingewikkelder."
Engelsman heeft om die materie inzich-
terlijker te maken allerlei zaken bedacht.
Een daarvan is de instelling van een visita
tiecommissie, een club van professionele
buitenstaanders die het museum regelma
tig bezoekt en beoordeelt. Daarnaast is er
de instelling van de zogeheten ISO9001-
norm, een kwaliteitsmerk, van zijn hand.
„Ik ben hartstikke trots op deze zaken."
Echt euforisch blij was hij met de toestem
ming voor de verbouwing van Volkenkun
de. „Toen dat bericht afkwam, overspoelde
me een intens geluk. Ik zie die verbouwing
ook als de absolute kroon op mijn werk.
Vooral ook met die prachtige kunst die om
het museum heen komt."
Maar hij kent meerdere geluksmomen
ten. De directeur had een tijdje een column
voor Radio West. „Als ik zo'n stukje afhad,
voelde ik die vreugde ook." In zijn per
soonlijk leven voelt hij zich eveneens spek-
koper. „Ik heb een relatie waarin we elkaar
grenzeloos vertrouwen. Een relatie moet
ook altijd wat te bieden hebben. En als de
ander je af en toe de blinde vlekken over je
zelf duidelijk maakt, is dat een goede zaak.
En... er moet natuurlijk wel veel gelachen
kunnen worden."
Hij zegt zelf ontroerd te worden door
kunst die emotie oproept. Zoals de video
kunst van een Zuid-Afrikaanse kunstenaar,
die de kwetsbaarheid van een oude, blanke
man liet zien. „Op een" gegeven moment
zie je dat die oude man staat te plassen.
Het - letterlijk - flinterdunne laagje van be
scherming is dan verdwenen. Je ervaart als
kijker hoe sterk mensen in de meest kwets
bare situaties kunnen zijn. Op het moment
dus dat elk wapentuig is afgelegd. Ik ben
zelf ook op m'n sterkst als ik me kwetsbaar
toon. Als ik me moet beroepen op proce
dures, voel ik op me m'n zwakst."
Dat hij ook onderzoek heeft laten doen
naar de profielschets van 'zijn' museumbe
zoeker, ligt voor de hand. „Een museumbe
zoeker moet plezier beleven aan zijn be
zoek. Dat staat voor mij altijd bovenaan.
Daarnaast kan hij er iets informatiefs op
steken en tot slot, en let vooral op de volg
orde, kan het zijn visie op andere culturen
veranderen. Het kan dan het stereotype
beeld doen verdwijnen. Niet alle Indianen
hebben een hoofdtooi en zijn nobel."
De gemiddelde museumbezoekers van
Volkenkunde zijn ouders met kinderen.
„Eigenlijk draaien we op kinderen en vijftig
procent van onze bezoekers is nieuw."
Daarnaast zijn de echte kenners en weten
schappers zijn tweede groep bezoekers. De
derde groep breidt zich steeds uit. De nieu
we Nederlanders, noemt Engelsman ze.
„Het is tenslotte hun culturele erfgoed dat
hier is opgesteld. Het valt niet mee om ze
binnen te krijgen, maar soms lukt het zoals
bijvoorbeeld met de tentoonstelling over
de sluiers. We hebben toen een half jaar
een Marokkaanse jongen in dienst geno
men en die heeft het voor elkaar gekregen
een grote stroom bezoekers met een isla
mitische achtergrond hierheen te krijgen.
Ook de tentoonstelling over de Molukken
trok veel Molukkers."
De collectie is uitgebreid. Zeer uitge
breid, het museum bezit 180.000 stukken.
Een klein deel is opgesteld. Veel ervan is
dus in depot. Staatssecretaris Rick van der
Ploeg vindt dat die 'verborgen' schatten
meer rendabel moeten worden. 'Cultureel
ondernemersschap', de term die de staats
secretaris heeft bedacht om de musea een
meer eigentijds elan te geven, vindt hij zo
gek nog niet. „We zijn allerlei wegen aan
het zoeken om een deel van die stukken die
miljarden vertegenwoordigen een andere
bestemming te geven. Per 1 oktobér komt
de hele collectie op onze eigen website. Ab
soluut uniek, want nu kunnen alle musea
zien wat we in huis hebben. Hierdoor zal
het toch al liberale uitleenbeleid alleen nog
maar toenemen."
„Ik ben echt hartstikke trots op dit soort
nieuwe wegen. We zijn het enige museum
dat al zo werkt. Een organisatie als deze
moet helder zijn. Mensen die op hun acht
tiende in een museum komen en denken
dat ze daar voor eeuwig op dezelfde wijze
kunnen werken, zijn bij mij aan het ver
keerde adres. De tijd is voorbij dat je hier
alleen nog komt met liefde voor het vak.
Maar het valt niet mee een dergelijke cul
tuuromslag te bewerkstelligen." Op de sug
gestie of die stukken dan niet beter terug
kunnen naar het land van herkomst, raakt
hij geïriteerd. „Ons museum bestaat 160
jaar en ons bezit is verkregen volgens de
weten die toen heersten, dus volgens de
ideeën van 150 en 100 jaar geleden. Kijk als
we in de jaren zeventig een Afrikaanse col
lectie hadden gevormd, is dat een ander
verhaal. Ik vind dat alleen stukken terug
moeten die illegaal zijn verkregen." Hij zegt
daarom een 'broertje dood' te hebben aan
kritiek op het verkrijgen van het museaal
bezit van Volkenkunde. „We worden ook
veel meer in de wielen gereden door kriti
sche pers dan door de landen van her
komst."
leiden De watersnoodramp die zich in juli 1997
in Polen heeft voltrokken had ook grote gevolgen
voor de Poolse archieven. In de media ging uiter
aard de aandacht vooral uit naar de ellende van
mens en dier en niet naar de archieven die ten
prooi waren gevallen aan het water.
Over die archieven gaat een tentoonstelling die
vanaf 16 september te zien is in het Gemeentear
chief Leiden. Bij de watersnoodramp heeft zeker
drie kilometer archief schade opgelopen. Het gaat
om documentatie van instituten, bedrijven, kanto
ren en bureaus. Ook zijn veel juridische akten en
bankdocumenten verloren gegaan. De schade is
nauwelijks te beramen.
In het Gemeentearchief aan de Boisotkade zijn
tot 9 november zo'n 80 foto's te zien over de ramp
en de gevolgen. Ook is te zien hoe er, dankzij een
samenwerking tussen de Nederlandse archieven,
een hulpactie op gang is gebracht. De toegang is
gratis. foto cal
het hier veelal te gaan om heb- items: promotiemateriaal, be- luxe uitgave. Een van de stand-
bedingetjes, ofwel collector's perkt uitgebracht werk of een houders legt uit dat de cd een
Speuren in de bakken om die ene elpee, dat ene nummer of die ene artiest te vinden, foto henk bouwman
ani
ledegang
r Thj
aar Qnd houdt hij een singletje
vèe Creedence Clearwater
vanal in de lucht. 'Susie Q'.
vraag of hij die nog niet
intwoordt Hans de Knegt.
aregrfpaanse uitgave nog niet,
k^^nWelke uitgaven hij al wel
sn kast heeft staan weet hij
lijk niet. De Knegt verza
ad jaren.
!n rijen wachtenden, afge-
elefaX" zaterdagmorgen tien uur,
5323jhet Antonius Zalencen-
023_5 ondanks dat het verza-
32192i*van geluidsdragers en al-
71_53fat daar mee te maken
ertent zich mag verheugen in
populariteit. Maar
'ater begint de zaal
ag van£ 'open met mensen die
ji die ene elpee, dat ene
of die ene artiest uit
kken te vissen.
ouc^e e'Pees het
jtgiro) Ide verbeelding spre-
d) geniet de cd op 'Hollands
i machti} record fair' niet minder
ontvan#Ste^n?- te maken
1 te krijgen met schijfjes
iding PElchtstreeks uit de 'cd-shop
dieperrfe hoek' komen heeft het
verechrnf naher onderzoek blijkt
steeds grotere rol speelt op dit
soort beurzen. Tussen de enor
me hoeveelheden cd's die op
de markt worden gebracht zit
weliswaar veel prullaria, maar
er verschijnen ook bijzondere
of unieke dingen. Genoeg om
een beurs mee te vullen, in ie
der geval.
Bezoeker Eric Meijer zal het
een worst zijn. Hij is hier voor
het vinyl. Meijer, fan van Run
DMC, werkt zich door een sta
pel rap- en hiphop-elpees heen.
Glunderend laat hij een exem
plaar door zijn handen gaan.
„De allereerste elpee van Run
DMC die ik ooit gezien heb",
zegt hij enthousiast. „Ik heb al
vaker gezocht in tweedehands-
zaakjes, maar Run DMC is nau
welijks op plaat te krijgen."
Zorgvuldig zet hij zijn vondst
even achter in de bale met in
zijn achterhoofd: 'wie weet kan
ik het nog goedkoper vinden'
wil hij nog wél even verder zoe
ken. Of alleen geïnteresseerd is
in andere rap en hiphop? „Nee,
ik spurt zo naar de Beatles-bak.
Mijn muzieksmaak is vrij di
vers. En het is natuurlijk de
sport om zo goedkoop mogelijk
elpee's van het viertal te sco
ren."