43 O Er komt van alles voorbij bij tankstation Elsgeest Zomer 1999 bij nacht ontij nn nn uu uu nn nn uu uu Koudekerk MAANDAG 2 AUGUSTUS 1999 REDACTIE AD VAN KAAM, 071-5356429, ROB ONDERWATER. 071-53 's Nachts brood bakken. Voor dag en dauw opstaan om bloemen te rijden, 's Avonds een patiënt behandelen. Voor sommige mensen is dat onregelmatige leven de normaalste zaak van de wereld. Naam: Monique Bodijn Woonplaats: Leiden Leeftijd: 29 jaar Beroep: brandwacht Hoe ziet jouw dienst eruit? „Bij de brandweer wordt gewerkt volgens het schei 24 uur op, 48 uur af. Een werkdag loopt van 7.30 uur 's ochtends tot de volgende dag 7.30 uur. Tijdei de vakantieperiode kan er 24 uur op 24 uur af wor den gewerkt. Is dat niet saai, dag en nacht op een brand wach ten? „Niets is minder waar. Wij doen natuurlijk ook vei meer. Patiënten takelen die op een brancard liggen duikwerkzaamheden en beknellingen in auto's, on maar eens wat te noemen. Daarnaast zitten we in kazerne ook niet stil want in principe doen we on derhoud aan gebouw en materieel zelf. Er lopen hi een heleboel handige mensen rond. 's Ochtends wordt er onderhoudswerk gedaan en 's middags sporten we om fit te blijven en doen we brandweer training. En de maaltijden worden ook door ons o/ de kazerne klaargemaakt. Je bent aan de Gooimeerlaan de enige vrouwelijl brandwacht. Is het gezellig tussen al die kerels? „Ja, ik heb nog nooit iets gemerkt van vrouwon vriendelijkheid en heb het gevoel dat ik volledig word geaccepteerd. Ik ben hier in maart met mijn opleiding begonnen en heb veel steun gekregen var alle mannen. Niet trutten maar normaal doen, luit mijn devies. Je moet elkaar niet als man of vrouw zien maar als brandweermensen. Is het fysiek zwaar werk? „Ja, de eisen voor mannen en vrouwen zijn gelijk. Bijvoorbeeld 6 kilometer hardlopen in een halfuur buikspieroefeningen, bankdrukken en andere krachtoefeningen zoals touwklimmen. Dat was in het begin best wel zwaar. Ik heb 8 jaar met veel ple zier als asèisten te van dierenarts Helder gewerkt maar had altijd al in mijn achterhoofd dat ik ooit nog eens bij de politie, marechaussee of brandweer wilde. De maximumleeftijd om bij de brandweer te worden toegelaten is 28 dus vorig jaar was het nu o nóóit. Ik wist dat het lichamelijk zwaar zou wordei Dus toen ik nog bij de dierenarts werkte, heb ik elk vrij uurtje gebruikt om te trainen. Lopen, zwemmei en gewichttraining. Hoe was de selectie? „Er was eerst een voorlichtingsavond waar circa honderd mensen op afkwamen. Uiteindelijk werde er dertig geselecteerd. Vijfentwintig mannen en vijf vrouwen als ik me goed herinner. Vier mannen en zijn aangenomen. En daar ben ik best wel een beetj trots op." ERIC-JAN BERENDSEN De kassier werkt vijfeneenhalf jaar bij het tankstation, dat zes jaar bestaat. In het begin ook overdag, maar al jaren alleen 's nachts. Ouwehand werkt part time: vigr dagen werken, vier dagen vrij. De keuze is vooral praktisch van aard. Zijn vrouw heeft ook een parttime baan en zo kunnen ze samen hun kin deren opvoeden zonder een beroep te hoeven doen op kin deropvang. Het werken 's nachts gaat hem makkelijk af. Hij ligt rond kwart voor zes in bed en staat om elf uur weer op. Met mooi weer slaapt hij soms zelfs nog min der. „Morgen gaat om acht uur de wekker. Dan ga ik met mijn vrouw en kinderen naar het strand. Ga ik lekker onder de parasol liggen dommelen. Daarvan rust ik ook uit." Als hij niet werkt, slaapt hij van half twaalf tot zeven. Omschakelen gaat eigenlijk vanzelf. En mocht hij een keer moe zijn overdag, dan doet hij het thuis gewoon rustig aan. In slaap vallen tijdens zijn werk is nagenoeg onmogelijk. Deze late vrijdagavond is het een ko men en gaan van klanten. Er komt werkelijk van alles voor bij: een beer van een vent vol tatoeages, keurige dames op leeftijd, een agent in burger, een vrachtwagenchauffeur, een toeriste met piercings. „En het gaat de hele nacht door tegen woordig." Ouwehand constateert dat het de afgelopen jaren steeds druk ker is geworden. „Misschien wel twee of drie keer zo druk als in het begin. Vroeger had je na tweeën een rustige periode waarin er soms wel een half uur geen klant kwam, maar dat is er nu niet meer bij." Directeur Aad Olsthoom van Elsgeest wijt een belangrijk deel van die toegenomen klan dizie 's nachts aan de 24-uurs economie. „Meer mensen wer ken tegenwoordig in wissel diensten en vrachtwagens be voorraden bedrijven vaak 's nachts, omdat het dan rustig is op de weg." Maar, zegt hij, het station wordt ook steeds drukker van wege een toename van het aantal vaste klanten. Tankstati ons binden tegenwoordig klan ten aan zich door, naast benzi ne, allerlei extra's aan te bie den. Daarom worden de wc's in Elsgeest zes keer per dag schoongemaakt en neemt het aantal faciliteiten toe. In het begin verkocht het stati on alleen ijs, snoep, koek en chips, nu zijn er ook koffie, thee en fris, luxebroodjes en warme snacks verkrijgbaar. Verder een beperkt assorti ment 'overigen', variërend van vuilniszakken, tandenborstels en tampons tot speelgoedbe ren. Er zijn een telefoon en een fax en aan een hoge bartafel kunnen klanten hun koffie drinken. De klant vraagt daar om, volgens Olsthoom. .Alles moet steeds sneller en makkelijker tegenwoordig", vervolgt Olsthoom. „Tweever dieners komen bijvoorbeeld tijd tekort. Die vinden het han dig als ze bepaalde dingen on derweg kunnen doen. We mo gen hier geen winkelcentrum van vijfhonderd vierkante me ter neerzetten, want dat is wet telijk verboden. Maar je wilt als ondernemer de ruimte die je wel hebt zo goed mogelijk be nutten." Hij heeft plannen om ook een stomerij service en een fotoser vice te beginnen, collega's boe ken daar al goede resultaten mee. Een brievenbus voor de deur en een internetaanslui ting voor klanten staan ook op het verlanglijstje. Het is een heel verschil met vroeger, toen hij twee kleinere stations had en met een geld tas om buiten de klant bedien de. Die werkwijze kun je je nu al helemaal niet meer voorstel len. Elsgeest wordt met twaalf camera's bewaakt en 's nachts is er de wand van kogelvrij glas. Olsthoom heeft 'enorm veel geld gestoken' in de beveili ging. Toch, weet kassier Ouwe hand, vinden veel mensen het geen prettig idee om 's nachts alleen op een benzinestation te werken. Zelf schrikt hij niet snel van dingen die kunnen ge beuren, zoals diefstal uit de winkel en agressie. Temeer omdat hijzelf veilig zit. Boven dien komt de politie een paar keer per nacht even langs. Wel voelt hij zich soms machteloos omdat hij niet in kan grijpen. Zo maakte hij een keer een vechtpartij in de zaak mee. „Ik bel de politie en kan verder al leen maar zo goed mogelijk ob serveren wat er gebeurt, hoe die mensen er uit zien en in wat voor auto ze wegrijden." Het is tien over twaalf. Drie jongens van nog geen achttien komen binnen en verspreiden zich over dewinkel. „Waar schijnlijk uit het wijkje hier achter", zegt Ouwehand later. Ze hangen wat rond en roken een sigaret aan de bartafel. Ze pakken snoep en leggen het weer terug. Ze komen wat afre kenen, lopen nog wat rond, re kenen weer wat af. Een jongen belt mobiel. Het ziet er erg on overzichtelijk uit en Ouwehand houdt hen nauwlettend in de gaten. Maar ze gaan uiteinde lijk weg zonder dat er iets ge beurt. Als ze hier langer dan een kwartier zouden rondhan gen, had ik ze weggestuurd", zegt de kassier. Hij glimlacht: voor hem is dit dagelijkse kost. AAARIEKE DE WIT Zoals de Lagewaarders zijn, zo vertrouwen ze hun gasten. Deze Koudekerkers moeten veel fiducie hebben in mensen die langskomen. Iedere fietser en wandelaar die dit stukje ongereptheid aandoet, wordt gegroet. Door vogels en door mensen. Vrijwel overal staat de deur open. Er hangt net geen bordje 'uitgenodigd', maar elk erf, elke tuin, elk (bui- tenlhuis werkt uitnodigend. Dat kan ook niet anders in een omgeving waar het water luistert naar de poëtische naam Lutteke Rijn, waar je je te gast voelt in de natuur, waar ooievaars geen hoge palen, masten en gebouwen nodig hebben om zich thuis te voe len en waar automobilisten over het algemeen het woord snelheid tijdelijk uit hun woordenboek hebben geschrapt. De weg lijkt daardoor meestal te behoren bij het grote woonerf dat de Lagewaard vormt. Wie hier peddelt, of het nu op de weg is of op het water, neemt vanzelf afstand van de 24-uurseconomie. Alsof het om een massaal en vooral stilzwijgend protest gaat tegen haasten, hollen en vooral stressen. Lagewaarders tappen vooral rust. tekst: JAN PREENEN foto: WEM DIJKMAN Monique Bodijn: „Ik heb nog nooit iets gemerkt van vrouwonvriende lijkheid en heb het gevoel dat ik volle dig word geaccep teerd." FOTO HIÊLCO KUIPERS Het is vrijdagavond, 23: 45 uur. 'En deze ook nog.' Een bleke vrouw met wild, vettig blond haar legt een rolletje Mentos op de toonbank van het BP tankstation Elsgeest op de A44 bij Oegstgeest. Nonchalant vist ze met vieze handen een paar briefjes van honderd uit haar decolleté van haar zwarte jurkje en betaalt met een ervan. Het publiek 's nachts heeft minder vaak een keurige portemonnee dan de dagklanten, zegt kassier Dick Ouwehand, die dienst heeft tot vijf uur 's ochtends. „Ze zwaaien met bundels geld dat los in hun zak zit. Het is het nachtleven tegenover het dagleven." Ouwehand praat door een wand van kogelvrij glas. Zo'n afgesloten kassiersruimte is sinds1995 wettelijk verplicht voor tankstations die na negen uur 's avonds nog open zijn. Hij mag er onder geen beding uit en niemand mag naar binnen. Aad Olsthoom, directeur van tankstation Elsgeest: „Alles moet steeds sneller en makkelijker tegenwoordig".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1999 | | pagina 8