Een stukje Hollandsche Ussel. Op de achtergrond de watertoren van Moordrecht Zeshonderd miljoen voor Hollandsche IJssel Na bijna tien jaar van bestuurlijk getreuzel wordt de Hollandsche IJssel eindelijk grootscheeps aangepakt. De meest vervuilde rivier van het land moet in de komende jaren aantrekkelijker en schoner worden. Belangrijke peilers onder het plan zijn woningbouw, natuurontivikkeling, en toerisme en recreatie. De opwaardering van een werkrivier. Wilde verhalen doen de ronde over de herkomst van het wrak. Het zijn de resten van een mijnenveger met een ongelukkige bemanning, weten oudere dorpelingen te vertellen. Anderen beweren dat het schip in de oorlogsjaren de spionage diende. Hoe het ook zij: even buiten Moordrecht, in een bocht van de rivier de IJssel, ligt een houten scheepswrak nu al tiental len jaren op z'n dooie gemak te vergaan. Door de ja ren heen hebben wuivend riet en wilde bloemen royaal bezit genomen van het schip, waardoor het mysterieuze wrak binnen het kerkelijke deel van de gemeenschap bekend is komen te staan als het Godsboeket. Anderen houden het, minder verheven maar met dezelfde mate van koestering, simpel op de Bloemenboot. Voor de kunstenares Anke Ligteringen uit Gouda vormt de vervallen schuit een bron van inspiratie. In de afgelopen jaren reed ze tientallen malen over de dijk naar Moordrecht om bij laag water het schip op de foto vast te leggen. Het resultaat ligt verspreid over de tafel in haar atelier. Elke prent toont hetzelf de schip, maar afhankelijk van de seizoenen is er uit bundige bloemenpracht, een waterig zonnetje of kruiend ijs te zien. „Elke keer is de sfeer toch weer anders", zegt Ligteringen over haar bezoeken aan het wrak. „Door het water en het licht. De rivier heeft elke dag een ander gezicht. Als je goed kijkt, kan de Hollandsche IJssel echt prachtig zijn." Maar dat is, geeft de kunstenares onmiddellijk toe, slechts een deel van het verhaal. Er komen andere foto's op tafel, geschoten tijdens boottochtjes tussen Gouda en Krimpen aan den IJssel. „Vanaf het water is duidelijk te zien hoe slecht de rivier er op sommige plekken aan toe is", vertelt Ligteringen over de ver vallen bedrijfspanden, de verontreinigde zellingen (ondiepe stroken grond tussen vaargeul en dijk) en de door sloopafval verstevigde oevers. „De IJssel is een echte werkrivier. Je kunt hier goed merken dat de zorg voor het milieu in het verleden geen grote rol speelde in het denken van de mensen. En daar beta len we nu de prijs voor. Als beeldend kunstenaar vind ik verval een reuze interessant thema, maar het is natuurlijk goed dat er nu eindelijk eens iets ge beurt om het tij te keren." Lange aanloop De Hollandsche IJssel gaat in reparatie. Na bijna tien jaar van onderhandelen is eerder deze maand einde lijk het contract ondertekend voor de aanpak van de meest vervuilde rivier van Nederland. Aan tafel zaten vertegenwoordigers van twee ministeries, een pro vincie, zes "gemeenten en vier waterschappen, wat meteen een deel van de verklaring is voor de lange aanloop naar de ondertekening van het contract. Voor de grote schoonmaak hebben de dertien orga nisaties een uitvoeringsprogramma van zeshonderd miljoen gulden opgesteld, en ook over dat geld is lang gesproken. „Zo werkt het poldermodel", ver klaart Jack Verschoor met een glimlach. „Het heeft inderdaad lang geduurd allemaal, maar alle partijen zijn nu bereid om samen de schouders onder het project te zetten." Verschoor geeft leiding aan het projectteam, dat vanuit het Provinciehuis in Den Haag de opknap beurt coördineert. Houvast biedt een kloek boek werk van tientallen grote en kleine projecten langs de rivier, variërend van de sanering van de beruchte Zellingwijk in Gouderak tot de plaatsing van speciale IJsselbankjes aan het water voor vermoeide fietsers en wandelaars. „Van de Waaiersluis in Gouda tot de stormvloed kering bij Capelle beslaat de Hollandsche IJssel ruim twintig kilometer. Dat lijkt weinig, maar ik vraag me af of we aan tien jaar genoeg hebben om alle werk zaamheden uit te voeren. Maar dat geeft niet. Het gaat er eerst en vooral om dat de 'herontwikkeling' van het gebied goed op gang komt. De rivier heeft snel een flinke oppepper nodig." Want de Hollandsche IJssel is verpauperd, vindt ook Ton Pikaar, rayonopzichter bij Rijkswaterstaat. Pikaar streek in 1967 neer bij de rivier en is er nooit meer weggegaan. Na dertig jaar kent hij de IJssel als geen ander. „De aftakeling is twintig jaar geleden in gezet. Een slepend en slopend proces. Ik heb het ene na het andere bedrijf op de fles zien gaan. De scheepswerven, de baggerbedrijven, de constructie bedrijven. Met die typische bedrijvigheid verdween wat mij betreft ook de charme van de rivier." Veel onderhoud Naast een werkrivier is het ook een probleemrivier, voegt Pikaar daar aan toe. „De Hollandsche IJssel is een getijdenrivier zonder doorstroming. Hij loopt als het ware dood op de sluizen bij Gouda. Dat zorgt er voor dat er veel slib bezinkt. De Hollandsche IJssel vergt daarom veel onderhoud. Twee jaar terug heb ben we de hele vaargeul nog eens uitgebaggerd. Er is toen 600.000 kuub zwaar verontreinigd slib naar de Maasvlakte overgebracht. Maar ik moet zeggen: het water is er zichtbaar op vooruitgegaan." En dat is nog maar een begin. In de komende tien jaar wordt voor zeshonderd miljoen gulden aan de rivier en omgeving verspijkerd. Een indrukwekkende som geld, waarvan het leeuwendeel opgaat aan de sanering van vervuilde grond. Alleen voor de aanpak van de Gouderakse Zellingwijk is al tachtig miljoen gereserveerd. „Gouderak is door zijn omvang een hoofdstuk apart, maar de Hollandsche IJssel telt nog veertig zwaar en minder zwaar vervuilde zellingen. Het is onmogelijk al die locaties af te graven", aldus Verschoor. „Daar hebben we domweg het geld niet voor." De tientallen giflocaties langs de rivier vormen een onzalige erfenis uit het verleden, toen de Holland sche IJssel nog een stortplaats was voor het afval en baggerslib van bedrijven uit Rotterdam. In de jaren '50 en '60, zo kwam later aan het licht, werd met het huisvuil ook chemisch afval op de zellingen ge dumpt. „Achteraf is het gemakkelijk daar een oor deel over te vellen", vindt Verschoor. „Maar in die tijd deed niemand er moeilijk over, ook de overheid niet. Het gebeurde gewoon." Een volledige sanering van de vervuilde zellingen langs de rivier zou ruim anderhalf miljard kosten. Het beleid van de overheid is er daarom op gericht om alleen die giflocaties af te graven waar mensen moeten wonen. Op de andere plekken wordt de ver vuilde grond stevig ingepakt, zodat het chemisch af val geen risico vormt voor de omgeving. Verschoor: „Woningbouw is voor veel vervuilde locaties een aantrekkelijke bestemming. Op die manier komt er namelijk nog wat geld terug. Sommige gemeenten verkopen stukken vervuilde grond voor een appel en een ei aan een projectontwikkelaar, waarna die de kosten van de bodemsanering voor zijn rekening neemt. De projectontwikkelaar kan die kosten ver volgens verdisconteren in de prijs van de wonin gen." De sanering van vervuilde grond slokt weliswaar het grootste deel van het budget op, maar de op knapbeurt van de Hollandsche IJssel is méér dan een grote schoonmaak. De plannenmakers hebben een belangrijke plaats ingeruimd voor de ontwikkeling van nieuwe natuurgebieden bij de rivier. Na de zo mer gaan medewerkers van Rijkswaterstaat van start om tussen Moordrecht en Gouda een stuk van de IJsselboorden om te toveren tot een natuurlijke oe ver. Met de aanplant van enkele hectaren wilgen, biezen en riet hoopt men de waterkant geschikt te maken voor veelal verdwenen karakteristieke plan ten en dieren. Ook bij Nieuwerkerk en Capelle moe ten in de komende jaren zulke kleine natuurgebie den ontstaan. Toerisme en recreatie In het toekomstbeeld van de Hollandsche IJssel is PATRICK MEERSHOEK ook veel ruimte gemaakt voor toerisme en recreatie. Hoewel op mooie dagen veel omwonenden de fiets nemen voor een tochtje over de dijk, zijn toerisme en recreatie langs en op de rivier nog braakliggend ter rein. Verbazingwekkend noemt Jack Verschoor het dat er langs de hele rivier nauwelijks een uitspanning te vinden is voor een kop koffie met appelpunt. „Hetzelfde geldt voor de pleziervaart. De Holland sche IJssel maakt deel uit van de zogeheten staande- mastroute, waarlangs de watersporters van het IJs- selmeer naar Zeeland kunnen varen zonder de mast te strijken. Gastvrij is de rivier echter niet, de meeste mensen gaan er zo snel mogelijk doorheen. Met een paar mooie aanlegplaatsen tussen Gouda en Capelle willen we proberen de toeristen wat langer vast te houden. Dat is ook goed voor de lokale economie." Meer villawoningen, meer natuur, meer recreatie: het lijkt alsof de werkrivier zijn langste tijd heeft ge had. Maar dat is een misvatting, bezweert Verschoor. „Het karakter van de Hollandsche IJssel blijft hetzelf de. De rivier wordt in de komende jaren aantrekkelij ker en schoner, maar het blijft een rivier met een in dustrieel accent. Er zitten tweehonderd bedrijven langs de IJssel, met in totaal 3700 werknemers. We hebben een lijst je gemaakt van tien tot vijftien bedrijven die in aan merking komen voor verplaatsing. De reden is mi lieuhinder of geluidoverlast. Maar of dat allemaal lukt, is nog de vraag. Wij zijn voorstander van een verplaatsing van de asfaltcentrale bij Gouda, maar het is niet gelukt voor dat bedrijf een alternatieve lo catie te vinden. Daar hebben we onze ambities dus moeten bijstellen. En dat zal misschien nog wel een keer gebeuren." Een goede verstandhouding met de bewoners van het riviergebied ziet de projectleiding als een voor waarde voor het slagen van de opknapbeurt. Er wordt veel geld en moeite gestoken in allerlei vor men van voorlichting, zoals een serie tentoonstellin gen over de geschiedenis van het gebied en een re gelmatig verschijnende informatiekrant. Verschoor: „De IJssel heeft het imago van Neder lands meest vervuilde rivier. De mensen in het ge bied hebben lang moeten wachten op een beetje perspectief. Een paar jaar geleden hebben we een peiling gehouden onder de bevolking. De uitslag was ronduit negatief: de mensen hadden de hoop op ver betering verloren. De teneur was: de bestuurders praten en praten, maar er gebeurt niets. Gelukkig kunnen we nu wat laten zien. Er wordt gewerkt aan de rivier. En ik merk dat de mensen weer wat meer vertrouwen krijgen, soms zelfs enthousiast worden. Een groepje particulieren bijvoorbeeld heeft de mo len Windlust in Nieuwerkerk geadopteerd om het monument op te knappen. Fantastisch! Ik durf te be weren dat zonder het IJssel-project zo'n initiatief minder snel van de grond was gekomen." Veiliggesteld In hetzelfde straatje past de bescherming van het 'beroemde' wrak van Moordrecht. Hoewel aanvan kelijk de vrees bestond dat het houten scheepje zou sneuvelen bij de schoonmaak van de rivier, heeft Rijkswaterstaat het wrak inmiddels met houtwerk en stenen een zekere toekomst geschonken - zodat de indianenverhalen nog even door kunnen gaan. Hoe wel, kunstenares Anke Ligteringen kreeg nog niet zo lang geleden een verhelderend telefoontje van de weduwe van de eigenaar. Deze ondernemer had het wrak aangekocht als brandhout, ergens in de jaren '60. Op weg naar huis maakte het schip steeds meer water, zodat de opvarenden ter hoogte van Moor drecht besloten een veilig heenkomen te zoeken. Ligteringen: „De vrouw vertelde dat haar man nooit met anderen over de schipbreuk had gesproken, uit vrees dat hij zou moeten opdraaien voor de kosten van de verwijdering van het wrak."

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1999 | | pagina 36