Bankieren zonder papieren 'Beste jongetje van de klas' ZATERDAG 24 JULI 1999: Verbazing en leedvermaak over escapades in Den Haag Met de Ceteco-crisis in Zuid-Holland openbaarde zich onbedoeld een dramatisch verlo pen, geheime bankiersmissie van topambtenaar Karei Baarspul. Gedeputeerde Staten in Den Haag lieten hem de grote broek aantrekken om woekerwinsten te behalen op de kapi taalmarkt. Het verlies van 47,5 miljoen gulden aan het handelshuis betekende echter de ontmanteling van een financiële maskerade aan de Koningskade. En wat blijkt: alle be trokkenen maakten amateuristische uitglijders in dit uit de hand gelopen bankavontuur met kapitalen die, zoals donderdag bleek, zijn gestegen tot 2,5 miljard: treasury-koning Baarspul, politici en niet het minst Commissaris Leemhuis-Stout zelf. Ook al verordon neerde zij vorige week nog als streng croupier het 'rien ne va plus' op het provinciehuis. Fi nanciële overheidsexperts maken verwonderd de balans op. ,,De geldmakelaars zaten ons ook constant op de hielen. Maar wij zeiden 'nee!'.... iet Kerkvliet: „Haarlemmermeer was een gemeente met veel geld. De lakeiaars zaten ons constant op de hielen." foto»archief De wereld van het grote geld spreekt eeneider tot de ver beelding. Smullen was het toen de jonge Brit Nick Leeson in z'n eentje de Baringsbank kon 'opblazen' vanwege de enorme risico's die hij met drie miljard gul den nam. Maar wie had kunnen bevroeden dat er in die wereld van de massa's zilverlin gen een ambtenaar fungeert die elke dag bij wijze van spreken op de Haagse tram 9 stapt, gewassen appeltje in de attachékoffer. Op zijn kamer trekt hij zijn spencer uit en hop pa, opeens heeft hij, kasbeheerder Karei Baarspul, alle vrijheid om tweehonderd mil joen gulden uit de kas te halen of bij te le- Bankieren zonder papieren mocht hij van de politieke bazen. Steeds meer makelaars cirkelden de laatste tijd als gieren van het geld boven het Malieveld. In totaal mocht de ambtenaar meer dan 1,7 miljard gulden aan ze uitlenen. Klinkende munten die hij eerst bij dezelfde bemiddelaars goedkoop leende. In 1998 verdiende hij zo voor de provincie zeven miljoen gulden. Tot vorige week han delshuis Ceteco op zijn bek ging en de pro vincie naar 47,5 miljoen gulden kon fluiten. Hoe ontstond deze regelrechte ramp? Avonturieren Natuurlijk, door de jaren heen vloog menig gemeent? of provincie uit de bocht met be leggingen. Zo staat de AA-deal van Hillegom menigeen nog vers voor de ogen. In 1981 leende de gemeente zes ton eigen geld uit aan de Amsterdam American Bank, een paar dagen later ging die bank failliet. Maar nooit werd het zo gortig dat de desbetreffende ambtenaar een carte blanche kreeg als de vrijbrief die Leemhuis-Stout en Gedeputeer de Staten hem gaven: 'Gaat heen en verme nigvuldig al dit aardse slijk'. Op de markt is je gulden een daalder waard. Ter vergelijking: In hetzelfde straatje als dat van de Brit Leeson lagen de avonturen van de Cowboy van Haarlemmermeer, brandweercommandant Van Egmond. Hij trok met 350.000 gulden in zijn zak naar de Verenigde Staten om daar drie ambulances en vier brandweerwagens te kopen. De leve ring liet op zich wachten en Van Egmond be legde het geld in dollars. Toen de auto's op de stoep stonden, vond Van Egmond het zonde om de belegde guldens weer van de rekening te halen. De dollar stond immers zo laag... Uiteindelijk bleek dat de brandweer man voor de gemeente 16.000 gulden winst had gemaakt met de speculatie. Toch kielhaalde de politiek Van Egmond bij thuiskomst. Hij vertrok uiteindelijk met een wachtgeldregeling die kan oplopen tot een miljoen gulden. Een mooi illustratief voorbeeld ten tijde van de Ceteco-kwestie. „Zijn handelwijze was slim, maar hij ging zijn boekje als ambtenaar ver te buiten. Daar zit 'm de kneep. Als je als overheidsdienaar aan de grenzen van het toelaatbare zit, moet je iets gewoon niet doen. En zeker niet in het geheim. Dan krijg je het terecht lastig", meent Piet Kerkvliet, tot voor kort het hoofd financiën en directeur grondbedrijf in Haar lemmermeer. De inwoner, en voormalig D66-raadslid, van de gemeente Rijnwoude is dan ook ui terst verbaasd over de geheime bankiers praktijken van de provincie Zuid-Holland die nooit met de Provinciale Staten zijn bespro ken. Dat de dagelijkse leiding besloot om bankje te spelen, verwondert hem 't meest. Want dat gemeenten en andere overheden onder druk liggen van geldmakelaars is hem genoegzaam bekend. Kerkvliet: „Acht tot ne gen jaar geleden overwogen we in Haarlem mermeer ook om te gaan bankieren. We wa ren een snelgroeiende gemeente met veel geld en de makelaars zaten ons constant op de hielen." Bijverdiensten Piet Kerkvliet, tegenwoordig bestuurder van woningbedrijf Amsterdam, schetst het beeld van makelaars die de gemeente 100 miljoen gulden lenen, om vervolgens aan te bieden de pecunia tegen een hogere rente weg te zetten. „Maar de marges waren voor ons te klein. De winst was te beperkt. Kijk maar naar die zeven miljoen gulden winst op 1,7 miljard bij Zuid-Holland, dat is te weinig, daar wegen de risico's niet tegen op. De toenmalige wethouder Kroon zei dat we er maar niet aan moesten beginnen. Ik was het met hem eens. Ik wilde nooit risicovolle din gen doen met geld van de gemeente. Het is geen kerntaak van de overheid om bankje te spelen." Maar toch verdienen gemeenten regelma tig een zakcentje bij. Kerkvliet: „Je kan per jaar zo'n drie procent van je kasgeld bijver dienen. Maar dat is legitiem en valt binnen de voorschriften." Als Haarlemmermeer in vesteerde in grote projecten, moest ze een bepaald percentage van de poen voor korte termijn, met een goedkopere rente van twee tot drie procent, aantrekken. Daar zijn lan delijke voorschriften voor. Een gemeente als Haarlemmermeer mag bijvoorbeeld maxi maal 50 miljoen gulden aan goedkoop dag- of maandgeld lenen. Kerkvliet: „Als je daar slim mee omgaat, en dat weet je altijd pas achteraf, dan kan je winst maken. Dat doet elke gemeente en dat is nu nog zo in Haar- .CTöt vaste TirrancïtS lemmermeer." Elke maand rapporteerde hij de geldroutes aan B en W. „Ik snap de con sternatie in Zuid-Holland daarom ook niet. GS zeggen dat ze niet wisten dat er 1,7 mil jard was 'uitgezet', maar dan hebben ze toch echt niet op zitten letten." En Kerkvliet ziet meer amateuristische fouten. Zo weet hij zeker dat hij, in tegenstel ling tot de leden van de Provinciale Staten, de handel en wandel van treasury-ambte- naar Baarspul vroegtijdig in de smiezen had gehad. In Rijnwoude zat het D66-raadslid de ambtenaren voortdurend op de huid. Het kan volgens Kerkvliet niet zo zijn dat de Leidse gedeputeerde De Jong (PvdA) of an dere politici opeens verrast zijn over het uit de hand gelopen bankieren. In de toelichting op de balans van de provincie over 1998 staat in boekhouderstaai immers bijna letter lijk dat de provincie bankiert. „Dat had ik wel gezien, geen twijfel over mogelijk. Dat klinkt misschien arrogant... Maar het zegt veel over know-how onder de PS dat ze dit niet eens zagen." Grote verwondering Ook de Leidse WD-fractiespecialist financi ën in de gemeenteraad, Alexander Geertse- ma, geeft de Provinciale Statenleden daarom een draai om de oren. „De meeste politici zagen de bedragen en de risico's niet. Dan moet je je toch afvragen wat voor vlees je daar in de kuip hebt. Je bent aan je stand als politicus verplicht om vragen te stellen, want fk had het niet laten passeren." De financiële expert deed naast zijn raadswerk ervaring op als Hoofdingeland bij het Hoogheemraad schap van Rijnland - in het gebied van het Noordzeekanaal tot ver onder Leiden - en heeft nu dezelfde functie bij het Waterschap Wilck en Wiericke, het zuidelijke deel van Rijnland. Begrotingen lezen kan hij als geen ander. In Leiden viel Geertsema de week bijvoorbeeld een verschil van r miljoen gulden in de zogeheten perspectief nota '99 op. Dat zou de opbrengst zijn voor Leiden na de overname van energiebedrijf EZH door het Duitse bedrijf Preussen Elek tra. „'Maar' vier miljoen gulden en de raad heeft het al niet laten passeren." Bij de pro vincie steeg de waarde op de balans met meer dan vierhonderd miljoen zonder dat een politicus vragen stelde. Geertsema: „In de Leidse raad is financiële kennis genoeg..." Een tip heeft de expert daarom voor de Pro vinciale Staten: „Tegen nieuwe raadsleden zeg ik altijd dat ze met de vinger langs de be grotingsposten moeten glijden. Bij elke af wijking moeten ze vragen stellen. Zo leer je een begroting goed te lezen..." Geertsema verwondert zich met de dag meer over de bankierspraktijken op het pro vinciehuis. „Uit ervaring kan ik zeggen dat, voor zover ik het weet, nergens zulke zaken plaatsvinden. Daar ben ik van overtuigd. Niet bij het hoogheemraadschap, niet bij het waterschap en niet in Leiden." Overheden hebben na het innnen van belastingen op eens een bulk aan kasgeld en het is volgens Geertsema een 'normale zaak' dat dat geld wordt weggezet of gebruikt om minder te hoeven te lenen. Maar risico lopen door te speculeren is uit den boze. „Beleggingsana listen weten niet eens hoe de beurs werkt. Met zulke specialistische zaken mag je je als overheid simpelweg niet bezighouden. „Je kan als overheid een deel van je reke ningen betalen met de inkomsten uit de OZB-belastingen. Beter is het om je langlo pende schulden sneller af te lossen. Maar dat bij de provincie een meneer zat die 1,7 mil jard gulden uitleende aan bedrijven en over heden... Hij was waarschijnlijk een goede partij voor al die geldmakelaars, als je be grijpt wat ik bedoel. Schoenmaker blijf bij je leest, zou ik tegen de provincie willen zeg gen. Want het is toch geld van de belasting betaler. Het is leuk voor die man dat hij ze ven miljoen winst maakte, maar nu is er ook een verlies van 47,5 miljoen." 'Stroppenpot' In de bankwereld is de reactie op de Ceteco- affaire en de rol van de 'bankier' al net zo verbaasd, maar de bankiers zijn zeker ook erg geamuseerd. Een topdirecteur bij een van de nationale banken wil best reageren, zij het anoniem. Zijn boodschap: Zo'n klap als het verlies aan het handelshuis Ceteco valt bij banken regelmatig. Alleen zij weten zich verzekerd van een 'stroppenpot'. kortlopende schulden 463 784 NW**'v' 43 O overlopende passiva 12 28 13 totaal vlottende passiva 475 812 369 totaal generaal 1.325 1.756 797 -gewaarborgde geldleningen 558 511 232 Toelichting De balans per 31 december 1998 sluit met een totaalbedrag van 1.756 miljoen gulden.j Ten opzichte van de balans per 31 december 1997, met een totaalbedrag van 1.325 miljoen gulden betekent dit een toename van het totale vermogen met 431 miljoen gulden. De belangrijkste oorzaak hiervan is de toename van opgenomen en uitgezet kort en lang geil stijging van de uitgezette geldmiddelen bedraagt 408 miljoen gulden; de opgenomen ddmiddelen zijn met 384 miljoen gulden toegenomen. f - ^^9.b]ijkende Fragment uit de begroting van de Provincie Zuid-Holland. Bij echte boekhouders gaan de bellen rinkelen als ze deze passage zouden tegenkomen. In Den Haag gebeurde dat niet. Een stijging van 408 miljoen gulden is voor goed ingevoerde politici reden genoeg om vragen te gaan stel len. Ook dat werd op het Provinciehuis nagelaten... illustratie jaarverslag provincie zuid-holland 1998 Alexander Geertsema: „Je bent aan je stand als politicus verplicht om vragen te stellen. Het bankieren had ik nooit laten passeren." foto'archief Baarspul in Den Haag verzuimde zo'n buffer aan te leggen. „De provincie is gaan bankie ren. Een slimme zet, want de overheid kan geld goedkoop krijgen en vervolgens met winst weer uitlenen", aldus de bankman. „Maar de grap is dat banken altijd een risico lopen. Om dat op te vangen moet je uit je winsten geld reserven. Om het risico te dek ken. In de bankwereld noemen we dat een stroppenpot. Dat de provincie dat niet heeft is, voor een bank, uiterst onprofessioneel." Volgens de bankier geldt in de bancaire wereld een aantal oerwetten. 'Negenenne gentig op de honderd leningen worden te rugbetaald', is er een. En voor elke type le ning reserveer je een speciaal percentage voor de stroppenpot. Internationale bankre- gels schrijven voor welk percentage een bank moet wegzetten. Als banken aan overheden lenen, rekenen ze nul procent risico. „Bij overheden kijk je niet eens naar balansen als ze geld willen lenen. Je hoeft immers geen ri sico weg te zetten in de pot. Je weet dat zelfs als een gemeente failliet gaat, je van het rijk het geld nog terugkrijgt." Het amateurisme in Den Haag leidt vooral tot leedvermaak. „Tsja, bankieren blijft toch een vak", zegt de bankier. „We hebben hele afdelingen waar ze risico-analyseren. Als de provincie zo'n stroppenpot had, kon het Ce- teco-verlies in één keer afgeboekt worden. Dan hadden ze nu nog steeds bankje kun nen spelen." Geertsema en Kerkvliet zijn blij dat Baarspul nooit op het idee is gekomen, want dan zou de nu al enorme ellende op het pro vinciehuis van Zuid-Holland nog groteskere proporties hebben aangenomen. Conclusies Een onafhankelijke commissie buigt zich de komende maanden over het bankieren op het provinciehuis. Of er nog meer zeperds optreden zal blijken als de lijst met bedrijven waaraan is geleend, openbaar wordt ge maakt. Geertsema en Kerkvliet hebben hun conclusies al getrokken. Kerkvliet keihard: „Het feit dat Leemhuis en de gedeputeerden niet wilden dat het bankieren bekend werd in de Provinciale Staten, betekent al dat ze beseften dat deze zaken op het randje waren. Leemhuis en de gedeputeerden gedroegen zich uiterst vreemd." Geertsema heeft het vooral gemunt op zijn partijgenote Leemhuis. „Dat die ambtenaar zoveel autonomie kreeg en tegelijk zoveel ge brek aan expertise had, kun je hem niet ver wijten zolang Leemhuis bewust al die para fen heeft gezet." Leemhuis speelde een te passieve rol volgens het raadslid. „Ze had in dertijd het voorstel om te bankieren ter ver nietiging voor kunnen leggen aan het minis terie van binnenlandse zaken. Tenminste, éls ze daadwerkelijk zo tegen was als ze nu zegt dat ze is. Ze heeft er geen halszaak van ge maakt en dus heeft ze zich er aan verbon den. Leemhuis moet zich mede verantwoor den en collegiale verantwoordelijkheid op brengen. Het is flauw om alleen gedeputeer de De Jong aan te wijzen en te straffen." DIMITRI WALBEEK In tegenstelling tot de zuiderburen kreeg pro vincie Noord-Holland onlangs de handen op elkaar toen het ministerie van binnenlandse zaken de afdeling financiën en het beheer van ge meenschapsgeld doorlichtte. In een landelijke sco- relijst van BiZa stond de provincie vervolgens zelfs met stip op de eerste plaats. Saillant detail in het nu onduikende bankiersdrama: Zuid-Holland eindigde op die lijst als twaalfde troosteloos onderaan. Het beste jongetje van de klas, Noord-Hollands topambtenaar van financiën Arne Brentjes, geeft toe dat hij vanwege die uitmuntende rapportcijfers het af en toe niet kan laten te mijmeren over hoe hij de Nick Leeson van Noord-Holland zou kunnen wor den. 'Hoeveel zou flc verdienen?', denkt hij stiekem als de Ceteco-affaire de revue passeert. Maar in het echt heeft hij nooit bankje gespeeld, bezweert hij, abosluut geen geld geleend om bij der den, overheden of bedrijven, uit te zetten. Deze week schreef hij dat in een geruststellende notitie aan de Provinciale Statenleden: „Gelden worden hier op veilige wijze belegd. Risico's zoals in Zuid- Holland kennelijk zijn genomen, nemen wij niet." Brentjes wijst er in dezelfde notitie, met een knip oog naar de buren in Den Haag, fijntjes op dat er een nog geheime, nieuwe versie van de wet Finan ciën voor lagere overheden (Filo) in de pen zit waar in staat dat 'inkomen genereren zonder dat er spra ke is van een publieke taak niet meer is toegestaan'. Brentjes heeft zich ook verdiept in de Provincie wet. En wat bleek: Provinciale Staten moeten altijd op de hoogte zijn als Gedeputeerde Staten willen le nen en uitlenen van gelden zoals in Zuid-Holland gebeurde. Brentjes in de notitie: „Het zou dus kun nen blijken dat het handelen in Zuid-Holland on wettig is geweest." De topambtenaar volgt het 'actieve kasbeheer' van zijn collega in Zuid-Holland rustig op een af standje. Maar nog voordat er naar wordt gevraagd laat hij weten dat ook Noord-Holland een keertje actief de geldmarkt op is geweest. In 1990. De pro vincie had goedkope hypotheken verstrekt aan ei gen ambtenaren en verzekeraar Centraal Beheer wilde deze leningen overkopen. Met de opbrengst van 85 miljoen gulden in de hand zocht de provin cie naar de hoogste bieder. Dat werd de Nederlandse Investeringsbank voor Ontwikkelingslanden, die jaarlijks een torenhoge rente van 9,24 procent overmaakt. Wederom een opmerkelijk vergelijking: Deze rente levert de pro vincie jaarlijks 7,3 miljoen gulden op. En dat is pre cies evenveel als de winst die de bankiers in Zuid- Holland met hun 1,7 miljard gulden konden maken. Noord-Holland kon vanwege de riante financiële positie het afgelopen jaar bijna 300 miljoen gulden uitschrijven aan leningen. 250 miljoen ging naar de ING-bank, 25 miljoen naar ABN-Amro en 23 mil joen opvallenderwijs naar Zuid-Holland, waar de ambtenaren op 15 maart van dit jaar opeens geld nodig hadden. Tot 2001 heeft Zuid-Holland de tijd om het geld terug te betalen. Brentjes over het verschil tussen Noord- en Zuid- Holland: „Zuid telt veel steden die hun eigen ener- gievoorzienigen hadden en daardoor nu profiteren van de verkoop ervan. De provincie merkt daar nietsvan. In Noord daarentegen vielen de energie bedrijven grotendeels onder het beheer van de pro vincie. Aan de geprivatiseerde bedrijven Energie Noord West en de Provinciale Waterleidingbedrijf Noord-Holland leende de provincie respectievelijk 290 en 330 miljoen gulden. Met de afschrijving en de rente hebben we voldoende kasgeld om onze projecten te financieren."

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1999 | | pagina 37