De verloedering van 'Coronation Street' TT Omlijsting ZATERDAG 17 JULI 1999 Stilte en leegte in Langworthy, de wijk die model stond voor de tv-serie Coronation Street. FOTO GPD HARM HARKEMA Engelse arbeiderswijken in snel tempo dichtgetimmerd et zijn piepkleine rijtjeshuizen, begin deze eeuw gebouwd -M. A voor de arbeiders in de ka toenindustrie en de haven die hun geld niet verzopen, maar een bestaan in de midden klasse probeerden op te bouwen. In de wo ninkjes is geen ruimte verspild. Vanaf de straat leidt de voordeur rechtstreeks de klei ne woonkamer in. Daarachter een keukentje, met een wc en tegenwoordig een douche en boven twee slaapkamertjes. Geen voortuin, achter een klein plaatsje. De meeste huisjes, van baksteen, zijn keu rig geschilderd. Donkerrood overheerst. Me nigeen heeft er een paradijsje van gemaakt met hang- en sluitwerk van nepgoud, en een sjieke voordeur van de doe-het-zelfmarkt. Vanouds namelijk bestaat het overgrote deel van de wijk uit koopwoningen. Aider Street is er het toonbeeld van. Het straatje heeft iets snoezigs, met achter menig ruit nog de ha gelwitte vitrages. Dichtgespijkerd In de straatjes daarachter openbaart het pro bleem zich echter in zijn volle omvang. Van enige afstand zien de straten er nog keurig en onderhouden uit. Maar wat opvalt, zijn de stilte en de leegte. Er staan nauwelijks au to's geparkeerd. In Reservoir Street blijkt zo'n driekwart van de tachtig woningen dichtgespijkerd. Sommige zijn uitgebrand. „Jeugdbendes steken ze in de fik, laatst zelfs zeven op één dag", zegt een bewoonster. In braken zijn aan de orde van de dag, de laat ste was een uur geleden, om de hoek bij een oude baas die hier al zijn hele leven woont. Het troosteloze beeld herhaalt zich in La burnum Street. Tussen de vele dichtgetim merde huisjes valt hier en daar nog een en kele kraakheldere koopwoning op. In één daarvan woont Julie Kay met man en zoontje Jordan van zes. Ze zucht: „Negen jaar gele den hebben we dit huis gekocht voor 29.000 pond. Het was een enige straat, allemaal koopwoningen, allemaal nette mensen, we hadden het hier geweldig naar de zin. De vraag naar deze woningen was toen nog groot. Nu krijgen we er helemaal niets meer voor. We raken het aan de straatstenen niet kwijt. Omdat we een hypotheek hebben, kunnen we nu geen kant op." Het verval grijpt razendsnel om zich heen. In Langworthy en de aangrenzende wijk Seedley stonden in' april zo'n driehonderd woningen leeg, nu zijn het er al weer enkele tientallen meer. Nog een half jaar, zo wordt al voorspeld, en de helft van alle woningen in beide wijken wordt niet meer bewoond. In de straat van Julie Kay wordt nu gemid deld één woning per week dichtgetimmerd. Pogingen tot verkoop zijn gedoemd te mis lukken. Kortgeleden nog was de prijs van een van de huisjes gezakt tot negenhonderd pond. Er was geen enkele belangstelling voor. Het verhaal in de buurt gaat dat in een café laatst nog drie huisjes zijn aangeboden voor de prijs van twee, eveneens zonder suc ces. Aan een van de huisjes in Laburnum Street hangt een nog vrij nieuw bord met de mededeling dat het met onmiddellijke in gang te huur is. Het pand ziet er goed onder houden uit, de muren zitten fris in de verf. Er is slechts één probleem: deur en ruiten zijn dichtgemetseld. Nadat eerder al vele wijken met huurwonin gen in de oude Midden- en Noord-Engelse Begin jaren zestig stonden de smalle straatjes en de grauwe rijtjeshuizen met de monotone rijen schoorstenen en leien daken van de arbeiderswijk Langworthy in de Midden-Engelse industriestad Salford model voor 'Coronation Street', een televisieserie over veel geruzie en gekanker in een arme, maar levendige en, trotse wijk, waar iedereen elkaar kent en waar, als puntje bij paaltje komt, een grote onderlinge solidariteit heerst. Zo'n vijf jaar geleden begon het in Langivorthy mis te gaan, de laatste tijd zelfs in duizelingwekkende vaart. Sommige straten zijn al voor driekwart dichtgetimmerd. De achterblijvers, die acht jaar geleden nog een ton voor hun huisje neertelden, krijgen er nu geen cent meer voor. De buurt staat model voor een toenemend aantal oude wijken in het arme noorden en midden van het land die in hoog tempo naar de barbiesjes gaan. Barbara Kelly: Tot een paar jaar geleden was het hier inderdaad als Co ronation Street. industriegebieden waren bezocht door het leegstandsspook, betalen nu de armere koopwijken de tol van de teloorgang van de zware industrie in de afgelopen dertig jaar. Engelands overkoepelende huisvestingsinsti tuut The Housing Corporation heeft voor die verlate reactie een verklaring. „Mensen die de afgelopen decennia hun banen verloren, hebben het gebied niet verlaten. Het zijn hun zoons en dochters die vertrekken." Peter Lee van de Universiteit van Birming ham bevestigt dat: „Het probleem ontstaat als de ouderen sterven en hun kinderen ver trokken zijn om elders werk te zoeken. In het verleden erfden de kinderen het huis om er in te gaan wonen, maar die tijd is voorbij. De huisjes worden vervolgens te koop aangebo den. Terwijl er nauwelijks nog vraag naar is." Uit onderzoek van de Joseph Rowntree Foundation, in samenwerking met de uni versiteit van Cambridge, bleek onlangs dat de migratie van het noorden naar Londen en omgeving de aflopen vier jaar meer dan ver dubbeld is. Het migratie-overschot bedraagt nu jaarlijks zo'n 25.000 mensen, een gevolg FOTO GPD HARM HARKEMA van de veel sterkere economie in het zuiden. Met als gevolg een overschot aan woningen in het noorden. Toen vijf jaar geleden de huizenmarkt lan delijk een dip vertoonde, stortte zij in wijken als Langworthy volledig in. De vraag viel vol ledig weg, op die van huisjesmelkers na, die 'foute' huurders in de wijk dropten, waar door het proces onomkeerbaar werd. Binnen de kortste keren vertrokken nog meer oude bewoners. En was van het Coronation Street- gevoel niet veel meer over. Geboren en getogen Alle cijfers en rapporten zijn onbekend aan de 52-jarige arbeidsongeschikte en vrijgezel le ex-verpleegster Barbara Kelly. Zij is, zoals dat heet, 'ervaringsdeskundige'. Ze is gebo ren en getogen in Langworthy. Drie keer in haar leven is zij verhuisd, altijd binnen de wijk. Zij bevestigt in grote lijnen het verhaal uit de rapporten: de weggevallen industrie, de werkloosheid als gevolg daarvan, de kin deren die niet meer zoals vroeger bij hun ou ders om de hoek zijn blijven wonen, maar naar de suburbs zijn vertrokken, waar de wo ningen ruimer zijn, en naar Londen, waar de banen voor het opscheppen liggen. „Ach, weet u, tot voor een paar jaar heers te hier inderdaad de sfeer uit Coronation Street. Dan ging je boodschappen doen in Langworthy Road, driehonderd meter hier vandaan, en dan kwam je om de honderd meter een bekende tegen. Dan duurde het uren voordat je weer thuis was, omdat je steeds met iedereen stond te kleppen. Ieder een kende iedereen. En nu Barbara Kelly zit nu voornamelijk binnen televisie te kijken. De meeste oude bekenden zijn de wijk al ontvlucht en voor veel van de nieuwelingen die er een paar jaar geleden voor in de plaats kwamen, loop je het liefst een blokje om. Langworthy Road is ook al voor driekwart dichtgespijkerd en de weinige huizen die nog 'open' zijn, zien er uit als ge barricadeerde vestingen. Smith's kinderwa gen-, speelgoed- en fietsenzaak bijvoorbeeld is van links tot rechts en van top tot teen zwaar betralied. Alleen California Wine, de drankwinkel, floreert. Paar maanden Barbara Kelly woont in Framstreet, zes stra ten verder dan Reservoir Street waar het ver val is begonnen en het ergst is. Framstreet ziet er nog keurig uit, met van huis tot huis verschillende imponerende voordeuren. Nog slechts een paar maanden, dan is het hier ook gebeurd, voorspelt Barbara. Van de veertien woningen in het korte straatje staan, er nu vijf te koop. De famile Bowman, recht tegenover Barbara, betaalde twaalf jaar geleden 33.000 pond voor haar huis. Ze zijn het zo zat in de wijk, dat ze nu in arren moede een bod van vierduizend pond hebben geaccepteerd. Over een paar weken vertrekken ze naar een suburb van Manchester. Van de nieuwe bewoners verwacht Barba ra weinig goeds. Last zal ze er overigens niet van hebben, want ook haar eigen huisje staat te koop. Ze heeft, aan de rand van de wijk, verder weg nog van de verloedering, het huisje geërfd van haar pas overleden moe der. Voor haar huidige woninkje heeft ze zes jaar geleden 15.000 pond neergeteld. Dat was toen zo weinig omdat het slecht onder houden was. Ze heeft het nu twee maanden te koop staan, maar er is nog geen enkele ge gadigde voor geweest. „Ik kan er hooguit nog een paar duizend pond voor krijgen van een huisjesmelker en over een paar maanden misschien zelfs dat niet meer", zegt ze. Het grote verlies dat ze gaat lijden heeft ze in middels geaccepteerd. Had Barbara Kelly maar in Londen ge woond. Omdat de economie er draait als een tierelier, is de druk op de huizenmarkt er enorm. Ook in de oude arme wijken stijgen daar de prijzen en is leegstand een zeld zaamheid. Om nog maar te zwijgen over de gewilde wijken in de metropool. In Hampstead verwisselde kortgeleden een souterrain van eigenaar voor drie miljoen gulden. En een smerige werkplaats van nog geen veertig vierkante meter in Kensington bracht 1,5 miljoen op. Barbara Kelly slaat haar handen voor haar mond. Ze kan het bij na niet geloven. HARM HARKEMA Onze Taal Geen feest zonder muziek. Een trouwerij, een belangrijke verjaar dag, een jubileum, de opening van de verbouwde kleuterschool of zo maar een braderie in Koudekerk of Winksele, muziek hoort erbij. Liefst levende muziek. Een trekharmoni- ca, een trommel en een bas, een strijkje of een band. Een paar dagen later lezen we het verslag in een huis-aan-huiskrantje. De kans is groot dat er in dat verslag iets staat over de muzikale omlijsting. Ik druk mij nog voorzichtig uit. Het is na melijk bijna zeker dat die muzikale om lijsting ter sprake komt. Het zou erg onge woon zijn om te lezen dat er iemand met zijn accordeon vrolijke muziek speelde. Of dat er viool gespeeld werd. Of dat twee mannen en een vrouw respectievelijk met een doedelzak, een trom en een draailier voor opgewekte deuntjes zorgden. Die din gen gebeuren wel, maar ze worden niet zo opgeschreven. In het verslag zal altijd staan dat het feest 'muzikaal omlijst werd door... of dat 'de muzikale omlijsting be stond uit...'. Altijd. Toen ik enkele jaren geleden van Neder land verhuisde naar België, hoopte ik voor eeuwig verlost te zijn van de muzikale omlijstingen. Intussen heb ik in mijn nieu we woonplaats genoeg dorpsfeesten en braderieën aangekondigd gezien, of het verslag ervan gelezen, om te weten dat mijn hoop ijdel was. Allemaal waren ze muzikaal omlijst. Ooit eens moet iemand die uitdrukking voor het eerst gebruikt hebben. Toen was ze fris en origineel. Goed gevonden. Je moet maar op het idee komen, om de mu ziek voor te stellen als een lijst, een kader of raam, waarbinnen het feest zich afspeelt. Zoals een schilderij beter tot zijn recht komt als er een mooie lijst omheen is, zo wordt een feest pas echt een feest als het helemaal IN de muziek zit. Vervolgens was er iemand anders en die las dat en die dacht, verdomd, dat zal ik ook eens zo gebruiken. Niet origineel, niet helemaal fris, maar vooruit, de meeste le zers merken niet dat het gegapt is. En dat werd gelezen door weer tien anderen, die ook allemaal niet zo origineel waren, en die dachten dat zoiets goed van pas kon ko men als ze straks een verslag moesten schrijven van het volgende dorpsfeest. Want alleen maar opschrijven dat er een man was die tuba speelde of glasharmoni ca, ach dat is zo gewoon. Het wordt meteen een beter verslag als daarin iets staat over de muzikale omlijsting. Tot zover kan ik mijn medemensen be grijpen. Ik keur het niet goed, maar ik begrijp het tenminste. Ondertussen is de wereld een paar jaar ouder, we schrijven 1999, en iedereen kent het cliché. Zodra we tromgeroffel horen, gitaren of een dames koor, denken we niet: he, tromgeroffel: of nee, het zijn gitaren; of eigenlijk lijkt het wel een dameskoor. Nee, niets van dat al. We denken: warempel, daar zal je de muzi kale omlijsting hebben, 't Is waarachtig moeilijk om na tienduizend muzikale om lijstingen nog iets anders te denken. En zo komt het dan in het verslag: de muzikale omlijsting werd verzorgd door... Niet om dat het origineel en fris is, want niets is minder origineel. Waarom dan wél? Tsja, kijk, dat is dus een van die dingen die ik niet begrijp. Je zou haast nog respect krij gen voor de eerste tien letterdieven, die tenminste nog de goede smaak hadden om een originele uitdrukking te willen gebrui ken, ook al was ze gestolen. Ik begrijp het niet, waarom zoveel mensen zoiets stoms keer op keer kunnen op schrijven. Maar ik moet er tegelijk aan toe voegen, dat het me ook geen bal interes seert. Ze doen maar. Ik wil het niet eens weten. Wat ik daarentegen wel dolgraag zou wil len weten, is dit: wie was die originele en sprankelende geest die voor het eerst deze uitdrukking gebruikte? Wie heeft haar bedacht? Was het in het Nederlands? Of is het vertaald uit een andere taal? En als we de bedenker misschien niet meer kunnen achterhalen, hoe lang bestaat deze uitdruk king al? Werden aan het begin van de eeuw de feesten ook al 'muzikaal omlijst'? Is het een vinding van de jaren vijftig? Of deden de oude Grieken al aan muzikale omlijstin gen? Mijn vraagveisterke van deze week is daarom een uitnodiging mij citaten te sturen (met bronvermelding! van muzikale omlijstingen van, pak 'm beet, 1950, 1923 of 1897. JOOP VAN DER HORST universitair docent Nederlands

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1999 | | pagina 47