O 03 Na een diepe reutel begint de martelgang opnieuw Zomer 1999 n ~i nn u i - uu bij nacht ontij In gelijst IStompwijk JONDERDAC 15 JULI 1999 REDACTIE AD VAN KAAM, 071-5356429, ROB ONDERWATER. 071-5356323 Overdag, tijdens theevisite, wekt de partner de lachlust op met haar verhalen. 'Nou, mijn man snurkt! Als die ligt te ronken, lijkt het wel of er een straaljager laag overvliegt.' Maar 's nachts wordt ze gillend gek. Uren ligt ze te woelen, terwijl hij vredig knort in de slaap der onschuldigen. Dommelt zij even in, dan schrikt ze vaak weer wakker omdat manlief opeens stopt met snurken en met ademen. 'Hij zal toch niet doodgaan?' Zodra hij met een diepe reutel weer tot leven komt, begint de martelgang van voorafaan. Tot overmaat van ramp kan hij overdag.zijn ogen nauwelijks open houden. Niet zelden springt hun huwelijk, want tja, met zo'n vent valt toch niet te leven. Snurken kan knap hinderlijk zijn. Door een verstopping van de luchtpijp, huig en tong komt de ademhaling in het nauw. Het geluid ontstaat doordat de lucht zich bij snurkers naar binnen moet wringen. Snurken is een levensgroot pro bleem. Snurkers houden niet alleen hun partner wakker, ze komen ook zelf niet goed in slaap. Het geluid dat ze maken, verstoort de 'slaapdiepte'. Dus rusten ze niet goed uit en gaan ze overdag zitten knikkebollen. Dat kan gevaarlijke gevolgen hebben. Bij auto-ongelukken blijken drie keer zoveel mensen met een snurk/slaapprobleem betrokken. Ook neemt de kans op hartritmestoomissen en herseninfarcten toe, als tijdens de slaap de ademhaling langer dan een halve minuut stokt en bijgevolg het zuurstofgehalte in het bloed sterk daalt. Meestal zijn het mannen. „Vrouwen snurken ook wel, maar zij hebben een veel klei nere klankkast", zegt 'slaappro- fessor' Hilbert Kamphuisen. „Vrouwen slapen slechter dan mannen err ze zijn ook minder heftige snurkers. Ik weet niet waarom." De Oegstgeester emeritis-hoogleraar neurofy siologie stond aan de basis van het slaapcentrum in het Haagse ziekenhuis Westeinde, waar mensen van heinde en verre naar toe komen om uit te zoe ken waarom ze slecht slapen. Snurken is maar één van de tientallen problemen. Een snurker slaapt niet goed. Door een verslapping van de luchtpijp, de huig en de tong komt de ademhaling in het nauw. „Knijp je in een water slang, dan kim je verder spui ten, maar er ontstaat ook een geluid", aldus Kamphuisen. „Dat gebeurt ook, wanneer de toevoer van lucht die je in ademt krapper wordt. Bij een goede ontspanning, zoals slaap, worden de weefsels rond de luchtpijp slap. Het geluid ontstaat doordat de lucht zich bij snurkers naar binnen nioet wrin- MNinnni— gen." Zo'n beetje één op de vier slapers snurkt in meer of min dere mate. Daar is op zichzelf niks mis mee. De partner die gek wordt van dat gezaag, duwt meneer op zijn zij omdat slapen op je rug de vernauwing van de luchtpijp bevordert. „Je kunt Vermageren is een heel goede remedie tegen dat gesnurk ook een tennisbal in je pyjama naaien", weet Kamphuisen. Dan ga je niet gemakkelijk op je rug liggen. Toezien op matig alcoholge bruik ('alcohol is een goede in- slaper, maar een slechte doorslaper'), minder roken en spaar zaam zijn met slaap middelen helpt ook. Net als ver mageren. „Zware snurkers zijn bijna allemaal mannen met te veel lichaamsgewicht. Het vet- weefsel hoopt zich op rond de huig en in het slijmweefsel van de keel en ver sterkt de ver- iijijLiiiMwiiM nauwing. Hel mut Kohl is volgens mij een heavy snorder. Een goede test is kijken hoe veel maten je boord de afge lopen jaar groter is geworden." Het zijn deze buikige snurkers die de slaapprofessor zorgen baren. Door de vernauwde luchtpijp valt soms de ademha ling even helemaal stil. Dat Eén op vier slapers snurkt in meer of mindere mate heet in medische termen apneu en het kan drie- tot vierhon derd keer per nacht gebeuren. Meestal duurt dat een paar se conden en dan is er niks aan de hand. Maar het kan ook minu ten duren. „Het record HMMH dat wij in Westeinde hebben geme ten is ruim drie minuten", aldus Kamp huisen. „In die tijd daalt het zuurstofgehalte in het bloed. Dat is een hele gevaarlijke situ atie. Blijft de apneu beperkt tot minder dan 25 seconden, dan is er niets om je zorgen over te maken. Maar bij de zware snur kers zijn maatregelen nodig." In medicijnen of operaties ziet Kamphuisen weinig heil. „Druppels helpen alleen maar als je verkouden bent en een pleister op de neus geeft mis schien een kick, maar het pro bleem zit in de luchtpijp. In Amerika zijn operaties in trek, waarbij het vetweefsel wordt weggehaald, plus de amande len, een stukje van de huig en soms een stukje van de tongba sis. Dat is allemaal bedoeld om de luchtpijp weer stug te ma- FOTO WIM DIJKMAN ken, als een plastic pijp eigen lijk. Werk voor loodgieters, ha- ha. Maar je gaat er wel anders door praten en je slikt moeilij ker. En de kans is groot dat de luchtpijp na een paar jaar weer verslapt." Vermageren is een heel goede remedie. Maar Kamphuisen begrijpt dat goede voornemens meestal niet leiden tot het ge wenste resultaat. Daarom is in het slaapcentrum een zuurstof masker ontwikkeld, dat tijdens de slaap met regelmaat lucht bij de apneupatiënt naar bin nen blaast. „Het is natuurlijk geen gezicht, zo'n slurf aan je neus. Je ligt als een olifantje in bed, verbonden met een appa raat op je nachtkastje. Maar het is wel efficiënt. Mensen slapen weer goed en daardoor zijn ze overdag actiever en minder de pressief. Geen saaie lummel meer, die achter zijn krant in slaap valt. Ze voelen zich vaak herboren." En daar vaart ook de partner wel bij. ONNO HAVERMANS 's Nachts brood bakken. Voor dag en dauw opstaan om bloemen te rijden, 's Avonds een patiënt behandelen. Voor sommige mensen is dat onregelmatige leven de normaalste zaak van de wereld. Naam: Henk-Jan Roest Woonplaats: Oegstgeest Leeftijd: 43 Beroep: huisarts Hoe onregelmatig is het bestaan van een huis arts? „Heel wisselend. Het is afhankelijk van de grootte van de waarneemgroep. Als je alleen of met zijn tweeën bent, is de belasting groter. Om de dag heb je dienst. In Oegstgeest zijn acht praktijken. Dat komt de dienstbelasting neer op één keer een week enddienst en een vrijdagdienst in de twee maanden en om de week een nachtdienst. Ik ervaar het regel matige onregelmatige leven als horend bij het vak. Nu vind ik het nog niet onplezierig maar bij oude- meer van invloed op het privéleven dan het werk- ritme. De diëtisten hebben wel invloed op het huis en gezin. Er zijn artsen die op hun thuisnummer gebeld kunnen u/orden en die hebben een achter- vang nodig. De meer moderne artsen doen dat via een gsm. Ja, ik ook. Zijn avonddiensten zwaar? Wisselend. In Oegstgeest is het niet zwaar, in Lei den wel. In Leiden zijn de cijfers hoger. Dat ligt aan het publiek. Leidenaars zijn laagdrempeliger, ze bellen voor de grootste onzin. In Oegstgeest word je vijf keer per avonddienst gebeld en één op de drie diensten moet ik uit bed. Maar voor een asperientje moeten ze mij niet bellen. In het weekend is het an ders. Dan heb ik 60 tot 80 patiëntencontacten. Hoe gaat zo'n patiëntencontact in zijn werk na het telefoongesprek? „Op basis van het verhaal screen je wat het is of kan zijn. Soms ga ik er meteen naartoe. Een buik of hart kan je telefonisch niet zien. Wordt er in de herfst meer een beroep gedaan op de avonddiensten? „Ik merk het niet in aantallen, maar wel in de ge vallen. In de herfst zijn er meer depressieve klach ten. Heeft u wel eens de behoefte aan een negen tot vijf baan? „Nee, ie hebt een negatieve invalshoek. Het positie ve is dat ik de ene seconde nog niet weet wat de an dere seconde brengt. FOTO HENK BOUWMAN Het is nog nooit zo donker geweest of de zon gaat weer schijnen. Deze variant op een bekende spreuk prijkt op een van de tiental len bruggetjes over de Stompwijkse Vaart in Stompwijk. Daar waar het leven uit de kunst is, is het geen kunst om je zo lyrisch uit te leven. Bewoners van de Dr. Van Noortstraat verkeren con stant in hoger sferen. En niet alleen omdat huizen, weg, water en bruggetjes zes tot zeven meter hoger liggen dan het polderland eromheen. Alleen de weg hoort niet in het rijtje thuis. Het zou een pad moe ten zijn, zodat auto's er niet meer kunnen komen. Net zoals in het Drentse Orvelte, het museumdorp. Daar zijn het Saksische boer derijen waarin de klok al zo lang weigert door te tikken. In Stomp wijk zijn het de brugpaadjes en -dammetjes die de bewoners van de spanningen van de moderne tijd naar de ontspanning van het verleden voeren. De hopelijk nog lang niet voltooid verleden tijd, waarin kwekers hun groenten per boot vervoerden naar de veiling in Veur, het gehucht dat in 1938 met Stompwijk samenvloeide tot Leidschendam. Toen moesten de oeververbindinkjes nog worden opgehaald of opengedraaid. In de meeste gevallen kan dat niet meer, omdat hout is vervangen door steen. Maar daarmee houdt dit deel van Stompwijk niet op museum te zijn. Ook in Orvelte is alles niet zo oud als het lijkt. Het Leidsch Dagblad geeft elke dag vijf afdrukken van 'Ingelijst' weg aan lezers uit de gemeente waar de foto is gemaakt. Aanvragen uitsluitend per briefkaart en uiterlijk een week na plaatsing - richten aan: Leidsch Dagblad, afdeling Promotie, postbus 54, 2300 AB Leiden. De vijf uitverkorenen krijgen 'Ingelijst' binnen drie weken thuisgestuurd tekst: JAN PREENEN foto: WIM DIJKMAN

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1999 | | pagina 15