Ik wil steeds wat anders, iets unieks' i ZATERDAG 10 JULI 1999 i ert Henny van der Most houdt het graag 'simpel' 'Mos' wil Nederland weer verrassen. De kerncentrale Kalkar is nog lang geen 'tpark, zijn watertoren moet nog omgebouwd tot tiurant, maar het hoofd van Henny van der Most (49) orrelt onverminderd van de ideeën die moeten worden revoerd. Volgend jaar kom k met iets unieks. Een keten vr kinderen. Te beginnen in Ierland en dan heel Europa r."De immense bunker van de Duitse regering in Bonn moet maar even wachten. Het gaat niet om geld. Geld inte- resseert mij niet. Ik heb ideeën in m'n hoofd die ik wil verwezenlij- ken. En als ze eenmaal af zijn, dan moet ik weer wat nieuws beginnen. Hoe zeggen ze dat ook al weer? Het hebben van de zaak is het einde van het vermaak." Neem nou de helikopter in zijn achtertuin. „Mensen denken dat je daar voor de lol mee gaat rondvliegen. Ik heb het ding welgeteld twee keer privé gebruikt. Mijn vrouw heeft er één keer in gezeten. Het is gewoon een heel praktisch vervoermiddel naar m'n bedrijven. In een half uurtje ben ik bij Kalkar. Met de auto doe je daar toch gauw anderhalf uur over." De kick van een Ferrari kende hij na een ritje. Hij heeft de sportwagen geparkeerd in zijn autoverhuurbedrijf voor bruiloften. Om kunst, antiek, sieraden of exclusief dine ren geeft hij niets. „Ik ben geen man om voor honderdvijftig gulden per persoon te gaan eten. Liever neem ik een frikadel of een visje aan de kraam dan dat officiële zitten." Een tweede huis? „Pffffff, daar moet je dan ook weer naar toe. Da's niks gedaan. Wij gaan eigenlijk nooit op vakantie. Soms neem ik de kinderen mee naar Kalkar en dan blij ven we een nachtje slapen. Het liefst ben ik thuis, met een potje bier erbij. Lekker rus tig." Thuis in het Overijsselse Rheezerveen heeft hij alles. Zijn vrouw, drie dochtertjes en tien hectare met tuinen, terrassen, speeltuin, zwembad, paarden ('van mijn zwager') en een groot comfortabel huis met een lui over hangende rieten hoed. „Dat huis heb ik zelf ontworpen. Niet getekend hoor, maar be dacht. Ik had de tuin al klaar toen ik het cas co heb laten bouwen. Pas daarna heb ik de binnenmuren erin laten zetten. Precies an dersom dan gebruikelijk. Daarom zit ik ook in die fabrieken. Het zijn allemaal bestaande gebouwen die ik zelf ga invullen. Het hoeft van buiten niet mooi te zijn, als het van bin nen maar super is." Massale complexen Van der Most kocht onder meer een bontwe verij (uitgaanscentrum De Bonte Wever in Slagharen), een kerncentrale (Kernwasser Wunderland), een aardappelzetmeelfabriek (Speelstad Oranje), een ziekenhuis (uit gaanscentrum Preston Palace), zwembad en watertoren en bouwden ze om tot speel-, sport- en eetcentra. Het zijn veelal massale complexen met all-in prijzen. Eenmaal voor bij de entree blijft de portemonnee dicht en mag er zoveel worden gegeten en gedronken als mensen willen. „Geen unieke formule hoor. Op cruiseschepen doen ze het ook zo." Honderdduizenden mensen vinden jaar lijks ontspanning en vermaak in de pretfa- brieken van Van der Most. Geheel tegen de verwachting van 'deskundigen' in. De onder nemer laat zich niet afleiden door markton derzoeken en adviesbureaus. „Ik kan me goed inleven in wat mensen willen. Toen ik de Bonte Wever ging bouwen, had ik nog nooit in een hotel geslapen. Sporten deed ik ook niet. Maar toen ik die hal zag, wist ik dat daar een zwembad en tennisbanen moesten komen. Speelstad Oranje heb ik bedacht nog voor ik kinderen had. Ik weet niet, het is een fingerspitzengefühl. Hij wordt niet gehinderd door enige ken nis. Hij is twee keer blijven zitten op de ba sisschool en heeft dê LTS niet afgemaakt. En dat is maar goed ook. „Mensen die hebben geleerd, laten zich afschrikken door risico's waar ik geen weet van heb. Als ik tevoren had geweten wat er allemaal bij komt kijken, was ik aan veel projecten niet begonnen. Ik ga voor het eindresultaat maar overzie niet wat er allemaal op me afkomt. Onderweg kom ik diepe putten tegen. Bij Kalkar bij voorbeeld. Ik had natuurlijk tevoren geïnfor meerd of ik onroerendgoed belasting moest betalen. Nee, zeiden ze bij de gemeente.. Maar twee jaar geleden kreeg ik vanuit Düs- seldorf een aanslag van 360.000 gulden en een jaar later één van een half miljoen met terugwerkende kracht. Als ik dat had gewe ten, had ik de kerncentrale helemaal niet ge kocht. Dus nu heb ik een advocaat ingescha keld en ben de strijd juridisch aangegaan." Verder gaat Kalkar 'super', zegt Van der Most. „Het is één grote bouwput. In septem ber moet een deel klaar zijn want dan heb ik vijfhonderd kamers verhuurd. En op 9 sep tember 1999 krijg ik duizend kinderen die al lemaal die dag 9 jaar zijn geworden." Tot nu toe kost Kalkar hem alleen maar geld. Hij kocht de centrale (die acht miljard gulden heeft gekost maar nooit in werking is ge weest) voor 3,5 miljoen gulden. Vervolgens sloopte hij er bruikbare spullen uit en ver kocht deze voor bijna twee miljoen. Op dit moment wordt voor 35 miljoen gulden aan de centrale verspijkerd. Dit geld hoopt hij op termijn terug te verdienen. Nu al komen elke zondag duizend tot tweeduizend mensen 'kerncentrale kijken' terwijl er nog niets is te beleven. Voor honderd mark mogen de gas ten er vergaderen, slapen, eten, drinken en rondkijken. Het vertier laat nog drie jaar op zich wachten. „Dan kun je zweven in het re actorvat, rijden in een ondergrondse trein, spelen in het binnen- of buitenpretpark en slapen in een van de twaalfhonderd kamers. Uniek." Ondeugend Eigenlijk had hij boer willen worden. Mgar zijn oudste broer nam het boerenbedrijf van zijn vader in Slagharen over. „Het eigen baas zijn trok me. Maar eigenlijk zijn boeren meer loondienstmensen dan ondernemers. Ze hebben de prijzen niet in de hand. De prijs van melk, graan, vlees, alles ligt vast. Je bent niet vrij. Ik zou me daar aan ergeren." Van der Most voelt zich wel vrij. Alle wetten en beperkende maatregelen ten spijt. „Daar ben ik wel eens beetje ondeugend in. Ik ga echt tot het uiterste om mijn ideaal te verwezen lijken. Destijds met mijn ijzerhandel was ik alvast met de uitbreiding begonnen voordat ik een vergunning binnen had. Maar ik heb ook vaak dingen moeten afbreken, hoor. Bij de Bonte Wever moest ik een complete eve nementenhal neerhalen. Ik had hem alvast gebouwd omdat ik twintigduizend Amerika nen op bezoek kreeg die ik moest huisvesten. Drie maanden later kreeg ik alsnog een ver gunning. Ja, de relatie met het toenmalige gemeentebestuur van Slagharen was al slecht. Nu is er een 'superburgemeester' die meedenkt en meegaat om bezwaren tegen uitbreidingsplannen te verdedigen. De vori ge burgemeester was een ijdeltuit die mij een ijzerboer vond en er genoegen in leek te scheppen om me de voet dwars te zetten." Van der Most was pompbediende, onder houdsmonteur en buiger van plastic buizen alvorens hij op 25-jarige leeftijd ondernemer werd. „Door beunhazen merk je dat je beter voor jezelf kunt beginnen. In het Westland kocht ik voor een gulden per meter ijzeren kaspijpen en verkocht ze hier voor twee gul den. Een partij oude dakpannen leverde me twintigduizend gulden op." Hij handelde in alles wat los en vast zat, maar vooral in ijzer. Op het terrein van zijn ijzerhandel had hij een schuur staan, waarin hij in 1980 een zwembad bouwde. „Ik hou zelf helemaal niet zo van zwemmen, maar ik had dat schuurtje nu eenmaal en tijd over. Dus heb ik er een zwembadje in gebouwd van zes bij vijftien meter, een sauna en barretje erbij. Die installateurs zeiden me dat ik jaarlijks achtduizend gulden kwijt zou zijn aan ener giekosten. Het bleek drie keer zoveel. Toen heb ik familie en kennissen uitgenodigd en later het hele dorp tegen drie, vier gulden en tree. De mensen kwamen van dertig, veertig kilometer weg. Vanwege die geklede sauna hè. De boerenmensen hier gingen toen niet in hun blote kont en bij ons mochten ze de zwembroek aanhouden." Onderzoeksbureau De drukte bij Van er Most bleef niet onopge merkt. Het gemeentebestuur sloot het clan destiene zwembad en trof de 'ijzerboer' kort daarna als kandidaat-koper voor de failliet verklaarde bontweverij. „Ik dacht eerst te kunnen helpen bij het leeghalen van de fa briekshal, maar toen ik die ruimte zag vond ik het een mooie hal voor een zwembad en tennisbanen. Dus ik naar de burgemeester. Die zag mij aankomen... Hij vond het hele maal niks en zei me dat ik een onderzoeks bureau in de arm moest nemen. Dat gere nommeerde bureau oordeelde heel negatief. Ik zou failliet gaan in een dorp met tweedui zend inwoners. Ik zag dat allemaal anders. Ik heb toen de onderzoekers bijbetaald, waarna er een positief rapport kwam en de gemeen te niet langer om mij heen kon." Van der Most neemt het niet zo nauw. „U moet niet denken dat hier een eerlijke man zit. Ik ben niet heilig. Maar zulke aanvarin gen als Van der Valk heeft gehad met de fis cus, die krijg ik niet. Vroeger, in de tijd van m'n ijzerhandel, heb ik ook wel wat met zwart geld gedaan, maar dat doe ik al tiental len jaren niet meer. Met zwart geld kun je geen bedrijf opbouwen. Nu heb ik een rustig geweten, een fijn gevoel. Als ik de belasting op bezoek krijg, hoef ik niet in zak en as te zitten. Er kan hooguit discussie zijn over de aftrekposten." Al met al heeft Van der Most zo'n vijftien honderd mensen in dienst en een jaaromzet van 110 miljoen gulden. „Ik stapel geen geld op maar investeer direct. Soms heb ik tekort. Rustig aan Mos, zegt de bank dan, en dan geef ik even wat minder uit en loop ik vanzelf weer in. Het ondernemen wordt steeds ge makkelijker. Ik heb inmiddels overal mijn mensen voor. Het is alleen nog maar een kwestie van beslissingen nemen. Het voor werk doen anderen. Zij zoeken bij voorbeeld bestek uit voor het restaurant in de waterto ren en zeggen dan: 'Mos, wat vind je ervan?' Ik onderhandel over de prijs en sluit de deal. We hebben het hier wel over driehonderd duizend gulden aan bestek." Draait een complex eenmaal, dan laat Van der Most de zaken graag over aan een mana ger. „Ik kan het goed loslaten, maar ik houd wel alles scherp in beeld. Ik weet precies hoe alles loopt. Kwestie van simpel. Anderen ma ken er vaak zo'n kermis van. Misschien om dat ze teveel hebben geleerd. Dan raak je de hoofdlijnen kwijt. Toen ik dat zwembad in Assen van de overheid overnam, zaten er twee boekhouders maar niemand die me kon vertellen wat het dagresultaat was. Ik ga een uurtje zitten en ik weet het." Eigen beheer Net als Van der Valk heeft Van der Most heel veel in eigen beheer. Ijzer uit voormalige fa brieken verkoopt hij via zijn eigen ijzerhan del. Zijn eigen kranen worden ingezet bij verbouwingen. Hij heeft een handelsonder neming, horecabedrijven en dertig mensen in dienst voor interieurbouw. Alleen het gro ve werk besteedt hij uit aan aannemers. „Van der Valk gaat verder. Die doet echt alles zelf." De Toekan is geen voorbeeld voor Van der Most. „Als je er één gezien hebt, heb je ze allemaal gezien. Ik wil steeds wat anders, iets unieks." Onlangs is hij op uitnodiging van de Duit se overheid naar Bonn afgereisd. Of hij niet iets kan met de bunker van de regering die nu in Berlijn zetelt. „Het is een heel grote berg met daarin een gangenstelsel en tal van ruimten om onder te duiken. Een soort on dergrondse stadje. Ik zal er eens over den ken. Er zijn nog twee Duitse gegadigden. Maar die willen alleen een stukje hebben voor archiefopslag. Dat bijt elkaar niet. Wat ik ervoor wil betalen? Ik wil geld toe! Dat heb ik op dat zwembad en die watertoren ook ge had. De mensen kennen me nu. Als die kern centrale nu te koop was, had ik ook geld toe gehad. Dat weet ik zeker." Van der Most is bekend tot ver over de grens. Een, twee keer in de week wordt hij gebeld door mensen die een complex te koop hebben. „Mensen uit Polen, Duitsland, Aruba of laatst België; of ik interesse had voor een kolenmijn. Nee dus. De meèste aanbiedingen zijn niet interessant. Dan zit ten er al projectontwikkelaars tussen en be taal je veel te veel. Ik wil er praktisch niets voor betalen. Het westen is me dus te duur. Bovendien willen de mensen eruit. Wij moe ten het hebben van de mensen die de rand stad willen ontvluchten. Bijna tachtig pro cent van de bezoekers van Speelstad Oranje bestaat uit campinggasten uit het westen van het land." Soms ziet hij een oude fabriek en bedenkt dan een idee. Dan weer heeft hij een idee en wacht geduldig op een passend complex. „Ik ontwikkel nu een formule voor jongeren van 15 tot 25 jaar. Dat is een moeilijke groep waar weinig voor is. Het moet iets zijn waar jongeren zich helemaal kunnen uitleven. Iets waar je kunt motorcrossen, kunt jetskiën en hutten bouwen. In Amerika heb je van die sprintauto's te koop. Och, hoe heten ze nou... Achter hebben ze brede wielen en voor zijn ze smal. Nou ja, die wil ik kopen. In een hal met kunstgras kunnen de jongeren zelf een tent opzetten en kamperen. Omdat alles gedisciplineerd moet verlopen, wordt pas vanaf een bepaalde tijd drank geschon ken en mag er niet meer worden gecrosst. Ie dereen draagt uniforme kleding. Deze park- kleding krijgen ze bij de entree. Ze moeten één zijn. Wie wat heeft uitgevreten gaat de bak in of wordt aan een schandpaal beko geld met tomaten." Natuurlijk heeft hij al een fabriek op het oog, maar hij slaat pas toe als het complex bijna niets meer kost. „Misschien is het eer der weg, maar dan komt er wel weer wat an ders. Ik heb nog zoveel onder handen. Ik ben ook nog bezig met iets voor kinderen tot twaalf jaar. Dat wordt een keten door heel Europa met drie, vier vestigingen in Neder land. Echt uniek. Volgend jaar start ik. Wat het is, vertel ik nog niet. Dan krijg ik zoveel over me heen. Al die journalisten, daar word je niet goed van." Het toegangshek tot zijn hoeve opent zich elektrisch. Een slagschip van een Mercedes rolt de bruggetjes over en wacht met draai ende motor en blazende airconditioning op zijn baas. Achter het stuur zit de chauffeur, tevens piloot en secretaris. Een kantoor heeft Van der Most niet. Niet eens een werkkamer thuis. „Dat is mijn auto. Wat moet ik met een kan- toor? Ik vergader nooit. MONIQUE DE KNEGT S Henny van der Most: „Mensen die hebben geleerd, laten zich afschrikken door risico's waar ik geen weet van heb. Als ik tevoren had geweten wat er allemaal bij komt kijken, was ik aan veel projecten niet begonnen. Ik ga voor het eindresul taat. Onderweg kom ik diepe putten tegen." foto cpd cees zorn

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1999 | | pagina 39