ZATER Nederland is aan het klungelen' c DAGS BIJVOEGSEL 'Het beroemdste nieuwe gebouw op aarde' 130 Officieel is er geen symbool bij de over gang naar het nieuwe millennium, maar dit bouwwerk begint langzaam en erg zeker die status voor zich op te eisen: de Millennium Dome in Greenwich (Lon den). Onder het dak van een kolossaal soort circustent (omtrek: één kilometer) begint op 31 december een spektakel dat 'de grootsheid van het Verenigd Konink rijk' moet uitdrukken. In reusachtige pa viljoens worden thema's als 'geest', 'werk', en 'communicatie' tot leven gebracht met behulp van de allernieuwste zegeningen der techniek. Er komt een centraal podi um waarop volgens de programmering 'adembenemende shows' worden opge voerd. In een spelruimte die Rupert Mur doch overeind gaat zetten met een inves tering van ruim 40 miljoen gulden, kan de bezoeker zich uitleven op het gebied van simulatietechnieken. Samenvattend: een bolwerk van tentoonstellingen en attrac ties met een prognose van 12 miljoen be zoekers in 2000. Het geheel staat onder regie van de re gering Blair, die de inmiddels afgetreden minister Peter Mandelson (Handel en In dustrie) benoemde tot voorzitter van het organisatiecomité. Kosten van het project: 2,5 miljard gulden, op te hoesten door sponsors. En bezoekers natuurlijk; een en treebewijs gaat zo'n 60 gulden kosten. Premier Blair heeft de Millennium Do- me uitgeroepen tot 'het beroemdste nieu we gebouw op aarde in het jaar 2000'. Hij spreekt in louter superlatieven, maar krijgt regelmatig de wind van voren. Kran ten schrijven smalend over het feit dat waar de regering de Engelse identiteit wil benadrukken, voor de uitvoering van het gebouw een ontwerp is gekozen van een Franse architect. En tegenstanders heb ben uitgerekend dat voor het bedrag dat de Millennium Dome kost, het achterstal lig onderhoud aan alle Engelse scholen weggewerkt had kunnen worden. Of - stellen ze aanschouwelijk voor - 15 zie kenhuizen gebouwd. Blair bfijft onverstoorbaar. 'Wij gaan de wereld voor op het gebied van creativiteit. Dus waarom zullen we dat niet laten zien...? Ie kunt hier straks een fantastisch dagje uit. Het kent zijn weerga in de we reld niet'. De kritiek en verbazing van socioloog Kees Paling ocioloog Kees Paling, werkzaam bij V J het Sociaal en Cultureel Planbu- reau in Den Haag, begrijpt het niet. Hij doet er alles aan om Nederland wakker te schudden. Met boeken, artikelen, een millen nium-kalender, -agenda en -bordspel. Maar veel weerklank lijkt hij (nog) niet te vinden. „Een gewone jaarwisseling is al bijzonder. Mensen kijken terug op het achterliggende jaar, maken goede voornemens. Hoe bijzon der is dan niet een eeuwwisseling? En hele maal als het om een millennium gaat, een duizendjarig tijdperk." „Je zou verwachten dat de boekwinkels een plank vol millennium-boeken hebben staan. Maar nee." De omroepen laten het ook afwe ten. „De tv moet nog helemaal beginnen met zijn millenniumviering. Een jaar geleden heb ik al plannen geopperd. Mogelijkheden ge noeg. Elke maand een reportage, steeds in een andere tijdzone. Stuur desnoods Boud- wijn Büch naar Oceanië, waar de eerste zon nestraal van het nieuwe millennium opkomt. Of maak een programma rond de millenni um-vereniging van de maand. Er is toch van alles te bedenken. Ik had een idee voor een grote millenniumshow. Had ik leuk gevon den om te doen. Een show met inhoud. Maar niemand heeft belangstelling. Natuurlijk zal, naarmate het moment su prème nadert, de belangstelling aantrekken. En zullen kranten, radio en televisie over el kaar heen buitelen om de op zijn laatste be nen strompelende eeuw met terugblikken en archiefbeelden uitgeleide te doen. Paling: „Je moet je alleen afvragen of het inhoudelijk dan nog iets betekent. Wat je straks krijgt is armoe troef, ik zie dat met vrees tegemoet. Terugslag Zo klungelig - vindt Kees Paling - als Neder land met de eeuwwende omspringt, zo en thousiast is het buitenland erop gedoken. „In Engeland", signaleert hij, „zijn veel projec ten, die houden er straks mooie dingen aan over. Een hangbrug over de Theems, een mil- lenniumdome. In Parijs wordt de obelisk op het Place de La Concorde een zonnewijzer, ze maken van de straten rond de Are de Tri- omph een ster. Wat doet Nederland? Een ijs baan op de Dam. Zijn we eindelijk van die kaasmeisjes verlost, komen we hier mee." Laat Nederland het als geheel afweten, ook individueel lijken velen nog niet warm te lo pen voor de historische datum. Enkele jaren geleden enthousiast begonnen initiatieven hebben het moeilijk. Wilde plannen om grote zalen te huren en met zoveel mogelijk men sen het millennium te begroeten, worden ge leidelijk teruggeschroefd, als ze al niet hele maal worden geschrapt. Kees Paling: „Blijk baar zijn wij een te nuchter volkje voor dat soort gebeurtenissen." Nederlanders, zo lijkt Hij heeft nog geen idee hoe hij het zelf gaat vieren. Op een mega-festijn waarde wereld nog jaren over napraat? Of gewoon thuis bij de eigen haard. Millennium-goeroe Kees Paling twijfelt. En hij niet alleen. Het heeft er alle schijn van dat Nederland de grens naar het millennium passeert alsof het de gewoonste zaak van de wereld is Fen iaarwisselinv z;in teleurstelling (nog) geen initiatieven wor- u/c/ ctti tö. JZCtl jcu.ll LI löStUlrlg jgp genomen om er rond de 2000-viering iets i j bijzonders van te maken. 'Ze doen er niets Cl IS ülle andere, mee'. foto gpd phil nijhuis Millennium-goeroe Kees Paling op het Bin nenhof, het politieke bolwerk van waaruit tot het, zitten met de jaarwisseling toch het liefst thuis, in een niet al te groot gezelschap. Zelfs als die jaarwisseling een nieuw millennium inluidt. Paling: „Wij zijn er bij mij thuis ook nog niet uit. Het zou Los Angeles kunnen worden. Ik was dit jaar in de Verenigde Sta ten en kreeg daarvoor een uitnodiging. Party 2000, drie dagen lang feest. Maar waar ik op die datum ook ben, de tv moet aanstaan. Je krijgt toch 24 uur lang uitzendingen, vanuit de hele wereld." Twee jaar geleden publiceerde uitgeverij Am bo Het fin de siècle als uitdaging, cultuur aan de vooravond van het derde millennium, ge schreven door Kees Paling. „Het was een op roep tot discussie." Ruim twee jaar later moet hij vaststellen dat de overgang van het tweede naar het derde millennium weinig in spiratie losmaakt bij de gemiddelde Neder lander. Weinigen gaan de door hem gesigna leerde uitdaging aan. Zijn hoop op een cultu rele revival, een soort tweede renaissance, lijkt ijdel. „Dit is toch het moment om je met elkaar te bezinnen op de toekomst. Die grens van 2000 is een prachtig ijkmoment. Hoe gaan we in Nederland straks met elkaar om?" De overheid zou het voortouw moeten ne men, meent Paling. Met enkele verwante geesten schreef hij een open brief aan 'Den Haag' om - zonder veel hoop op succes ove rigens - de volksvertegenwoordigers op hun verantwoordelijkheid te wijzen. De overheid doet niets, en zal niets doen, klinkt het gela ten. „De Europese leiders willen er voor zor gen dat zij vooral degenen zijn die hun land de nieuwe eeuw binnenleidt. Voor Kok en Blair is dat net zo belangrijk als het voor Hel mut Kohl was om de kanselier te zijn die Duitsland herenigde." Dus gebeurt er niets. „En als die datum straks overschreden is, worden we wakker met het besef dat we een unieke kans voorbij hebben laten gaan." Als latere generaties terugkijken hoe de we reld anno 2000 met dat historische moment omsprong, zullen ze weinig verheffends aan treffen, vreest Paling. „Terwijl je nu dingen zou kunnen realiseren die alleen op die dag kunnen. Omdat het zo'n bijzondere dag is. Twee jaar geleden bleek uit een onderzoek dat zestig procent van de Nederlanders zich zorgen maakt over de toekomst. Je had de resterende jaren tot het millennium kunnen gebruiken voor een openbaar debat. 'Waar willen we heen in Europa.' De kans om zoiets op gang te krijgen is al voorbij." Vergelijkingen Voor Het fin de siècle als uitdaging bekeek Kees Paling de manier waarop Europa de vo rige eeuwwende (het jaar 1000) tegemoet ging en trok hij vergelijkingen met de laatste eeuwwisseling (1900). „Doemschrijvers willen ons vaak doen ge loven dat duizend jaar geleden de kerken uit puilden met mensen die trillend van angst op het einde van de wereld zaten te wachten. Waarschijnlijker is het dat voor de meeste mensen de overgang naar een nieuw millen nium weinig betekende. De wisseling van de seizoenen was veel belangrijker voor ze." Met de vorige eeuwwisseling was het an ders. De mensheid werd op het eind van de negentiende eeuw heen en weer geslingerd tussen twee uitersten. „Aan de ene kant was er het vooruitgangsdenken. De gedachte dat de voortschrijdende techniek, nieuwe weten schappelijke ontdekkingen meer welvaart zou brengen, meer geluk. Vol verwachting werd daar naar uitgekeken. Je vindt dat ge loof in de modernisering terug in de Wereld tentoonstellingen; de verwachting bij voor beeld dat iedereen binnen afzienbare tijd elektriciteit in huis zou hebben." Aan de andere kant leefde het ondergangs- denken. Er was sprake van snel toenemende criminaliteit, verval van zeden, oorlogsdrei ging. .Anders dan nu was dat niet alleen een uiting van hoe mensen dat beleefden. Er was werkelijk sprake van een fors stijgende lijn in bijvoorbeeld de criminaliteit." Europa wordt aan de vooravond van een nieuwe eeuw opnieuw met deze twee uiter sten geconfronteerd. Aan de ene kant de ver wachting dat (computer) technologie, nieuwe ontdekkingen, de elektronische snelweg, de levensstandaard zullen verhogen. Daartegen over de doemdenkers die een onomkeerbaar verval van normen en waarden als voorbode van totale anarchie zien. Het lijkt wel of de naderende eeuwgrens het uitzicht van de mensheid op wat daarachter ligt, blokkeert. Paling: „Naarmate die datum nadert, zullen meer eindtijdvoorspellingen doorklinken. Het woord apocalyps duikt niet voor niets steeds vaker op." Misschien niet helemaal zonder reden. „Zekerheden vallen weg; ziektes waartegen de medici niets kunnen beginnen. En de we reld is klein geworden. Met die opgeklopte berichten in de media kun je elkaar een hoop onzin aanpraten. En waarom zou er zich geen ramp voltrek ken? „Je kunt de dingen niet zien aankomen. Een verschuiving van de aardas, een meteo riet uit het heelal. We zitten nog met een voorspelling van Nostradamus dat de wereld vergaat, 1999 plus zeven maanden. Dat zou op 1 augustus zijn. Op 11 augustus is er een totale zonsverduistering. Genoeg aanleiding voor iemand die in alles tekenen van het naderende einde der wereld ontwaart om een fatalistische filosofie te ont vouwen. „Het is een ideale datum voor zelf moordsekten. Je hebt er die bij elkaar gaan zitten en alleen zichzelf iets aan doen, maar er zijn er ook die graag anderen meenemen." Maar zelfs al vergaat de wereld niet, dan nog kan de eeuwwisseling voor grote proble men zorgen. „Politiemensen krijgen nu al te horen dat ze rond die datum geen vrij kun nen krijgen. Datzelfde gefdt voor het leger, ziekenhuizen. Je kunt misschien beter niet op vakantie gaan of met een vliegtuig reizen. Canada vreest een run op de banken omdat de cashautomaten het niet zullen doen. Ze laten daarom extra geld drukken. Je kunt dat Enschedé niet aandoen, die moet nog miljar den euro's drukken." Genoeg ingrediënten voor chaos. „Oude- jaarsvieringen verlopen gewoonlijk al rumoe rig. Er zijn altijd wel rellen, mensen die op eens denken dat het geoorloofd is rotzooi te trappen. Dat zal volgend jaar alleen maar op grotere schaal plaatsvinden." Wereldwijd zullen enorme mensenstromen op gang komen, verwacht Paling. „Het is een psychologische datum. Er komen allerlei eindtijdvoorspellingen, groepen die op een bepaalde plaats het einde van de werld gaan afwachten." Alsof dat nog niet genoeg zal zijn, is 2000 een feestjaar voor de rooms-katholieke kerk. „De tweeduizendste herdenking van Chris tus" geboortejaar. Stel dat honderdduizenden katholieken naar het Heilige Land willen, of naar Rome. Het Vaticaan heeft grootse plan nen voor een feestelijke viering. Daar komen massa's mensen op af. Hoe die opgevangen moeten worden, daar houdt niemand zich mee bezig." Een beetje hoop Maar uiteindelijk zal de rust in de wereld weerkeren. En dan? „Dan moeten we mis schien vaststellen dat Nederland een unieke kans voorbij heeft laten gaan." Is het dan nu te laat om nog iets te onder nemen? Paling blijft optimistisch. „Je hebt nog een kleine vierhonderd dagen om iets leuks te verzinnen. Maar we zullen het zelf moeten doen. Ach, het wordt even zo goed een heel vrolijk jaar. Naarmate het dichter bij komt. zal de belangstelling toch toenemen. Kranten die gaan aftellen, terugblikken, dan krijgen veel mensen toch de kriebels." NICO VOLKERTS ZATERDAG 2 JANUAR11998

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1999 | | pagina 31