'Het wemelt van mooie opdrachten' Nu vette vingerafdruk, straks hi-tech oersoep Annie M.G. Schmidthuis hangt aan een zijden draa. Cultuur&Kunst Elle Eggels signeert roman in Noordwijk Doek van Jacob Ma weer terug in Utred Leiden-gevoel Gitaarwonder met kanselboodschap VKIJUML.23 UMUBcK 1^8 CHEF JAN RIJSDAM, 071 -5356444, PLV CHEF ANNET VAN AARSEN Na een carrière als modejour naliste besloot Elle Eggels alles op te geven om haar droom te verwezenlijken: reizen en in een ver land een boek schrij ven. Dat is inmiddels gelukt en aanstaande zaterdag 24 okto ber signeert ze haar romande buut 'Het huis van de zeven zusters' van 15.00 tot 16.00 uur in Boekhandel van Der Meer in Noordwijk. Het boek schreef ze in Guatemala en Mexico. Het verhaalt over de levens van zeven bakkers dochters in het katholieke Limburg van de naoorlogse ja ren. Boekhandel van der Meer is gevestigd aan het Vuurto renplein 10. :er Inktzwarte wolken hangen boven het Annie M.G. Schmidthuis, het Utrechtse cultuurcentrum voor kinderen. Gisteren werd bekend dat het zeer de vraag is of het cehtrum er komt. De uitgifte van obligaties, een laatste redmiddel, heeft niet ge noeg geld opgebracht om de komst van het Annie M.G. Schmidthuis zeker te stellen. Ook de haal baarheidvan de exploitatie lijkt dubieus. Het streefbedrag van drie miljoen gulden, no dig voor verbouwing en inrichting van het voor malige pand van het Universiteitsmuseum, is niet gehaald. Hoeveel geld er precies ontbreekt, wil de stichting Annie M.G. Schmidt niet bekendmaken. Het bestuur beraadt zich de komende weken of het zinvol is om verder te gaan. Eén van de opties lijkt een Schmidthuis in sterk afgeslankte vorm. „Het ziet er niet vrolijk uit", zegt T. Zeijlema- ker, woordvoerder *van de afdeling culturele za ken van de gemeente Utrecht. De gemeente heeft een half miljoen subsidie op de plank liggen voor het Schmidthuis. Die subsidie, bestemd voor ver bouwing en inrichting, wordt gegeven 'onder de gebruikelijke voorwaarden'. Dat wil z een deugdelijk bedrijfsplan moet liL_ inkomsten en uitgaven verantwoord Zéijlemaker: ,Als de exploitatie in d< loopt, zoals in het geval van het Schi moet de sponsoring expliciet verantvvcx En het vinden van sponsors is nu juisl bleem. 'Niet hoe veel, maar hoe eel', een schilderij van de zeventien- de-eeuwse Utrechtse meester Jacob Marell, hangt na een af wezigheid van vier jaar binnen kort weer in het Centraal Muse um in Utrecht. Langs een bui tengewone omweg krijgt het museum dit bijzondere schilde rij opnieuw in bruikleen nadat het de afgelopen vier jaar in een museum in Frankfurt hing. Het stilleven werd tijdens de kunst en antiekbeurs PAN in Amster dam gekocht door een Ameri kaan van Nederlandse komaf, die het direct aanbood aan het Centraal Museum. Vele jaren hing het stilleven van Jacob Marell (1613-1681) in het Utrechtse museum, totdat de toenmalige eigenaar besloot de bruikleen te beëindigen. In 1994 kwam de oude meester in Frankfurt terecht. De Amster damse kunsthandelaar Charles Roelofsz tipte enkele maandèn geleden de conservator oude kunst van het Centraal Muse um, Liesbeth Helmus, dat hij het werk te koop zou aanbieden tijdens PAN. Voor het museum behoorde aankoop echter niet tot de mogelijkheden. bij Toen vervolgens di kaan Ernst Krijgers Jan JSV student in Utrecht, toonde meldde Roel» de belangstelling van traal Museum voor Waarop Krijgersz aankoop besloot het alsnog in langdurige aan het museum Daarmee heeft het mi weer twee werken van de collectie. 'Niet hoe veel, maai wat merkwaardige de titel van het schild op het spreekwoord zeventiende eeuw veel ian de Nederlandse literati komt. 'Niet hoeveel, edel' betekent in mi derlands: het gaat ni(jbe« kwantiteit, maar om teit. Marell schilderde omstreeks 1655. Jacob Marell werd gi id Frankenthal en vestj i van 1630 tot 1650 in Ufib; 1659 keerde hij er 1679. Hij stierfin 1681i furt. Marell werd sie vloed door Utrechtse p. als Bosschaert de Jong hu en later vooral door aangevende stilleven It Jan Davidsz. De Heem ibi] !ar Koekkoek domineert dag van 19de ik AMSTERDAM ANP De schildersfamilie Koekkoek is dominant van de partij 0 van de 19de eeuw, dinsdag 27 oktober in het Amsterdams huis Christie's. Topstuk is Zomerlandschap van Barend Koekkoek (1803-1862). De opbrengst, die naar de Ineke F( ting gaat, wordt geraamd op drie tot vijf ton. Verder is vertegenwoordigd met werken van Hermanus Sen., Marin nus, Hermanus Jr., Willem, Hendrik Barend, Hendrik Pie fn hannes Hermanus Barend. Giny Vos leeft zich uit op toren van Naturalis Aioloz blij met Manteau-bibliotheek Het Leidse antiquariaat Aioloz heeft een cruciale rol ge speeld bij de overdracht van het persoonlijke en literaire archief van uitgeefster Angèle Manteau aan de Koninklij ke Bibliotheek (KB) in Den Haag. Zelf heeft Aioloz de be langrijke bibliotheek van deze grande dame aangekocht. Piet van Winden, eigenaar van het Leidse antiquariaat, heeft daarmee de hand weten te leggen op een collectie boeken van onschatbare waarde, een verzameling waar binnen de golfbewegingen van de Vlaamse en Neder landse literatuur bijna seismografisch zijn geregistreerd. Piet van Winden: "Angèle heeft in het begin van deze eeuw ge werkt als hulpje bij Jan Gres- hoff, de bekende literator. Hij heeft haar geïntroduceerd bij uitgeverij A.A.M. Stols, waarvan ze de Brusselse vestiging na een tijdje heeft overgenomen. In haar bibliotheek bevindt zich een grote schat aan boeken die de ontwikkeling van de Neder landse en Vlaamse literatuur goed laten zien. Curieus is een exemplaar van Du Perrons 'Het land van herkomst', waarin zich allerlei correcties voor een tweede druk bevinden. Zo'n boek is voor kenners iets heel aparts." „Het is de bedoeling dat al die boeken worden gecatalogiseerd. Een heel werk. Het wemelt van de mooie en komische op drachten. Zo is er bijvoorbeeld een hele warme opdracht van Gerard Reve in een boek dat hij Angèle in 1973 heeft toege stuurd, tesamen met een hand geschreven gedicht. Hij tekent met 'De Nederlandse Curtz-Ma- hler'. Let op dat Curtz. Het ge dicht werd verzonden in dezelf de koker als die waarin hij de oorkonde ontving voor zijn rid derschap in de Orde van Oranje Nassau." „De handschriften en brieven heeft Angèle aan de Koninklijke Bibiliotheek in Den Haag ge- schoinken. Het letterkundig museum in Vlaanderen sprong volgens de uitgeefster nogal slordig om bij de raadpleging van handschriften en brieven. Hield zich niet aan de verja ringstermijn. En met het Neder lands Letterkundig Museum in Den Haag had ze geen positieve ervaringen. De mensen daar la gen haar niet." „Kijk, ik ga dan op zo'n mo ment geen lans breken voor het Nederlands Letterkundig Muse um. Ik ben dan wel geen Jeho- vah-getuige die na het eerste vriendelijke woord meteen zijn voet tussen de deur zet, maar als iemand een aanbod doet en zijn mening over iets al heeft gevormd, ga ik daar wel zo tac tisch mogelijk op in." .Angèle Manteau is zeer be langrijk geweest voor de Neder landse literatuur. Zij heeft onder meer het gehele werk van Qod- fried Bomans uitgegeven. Bomans is lange tijd toch vooral beschouwd als een televisie persoonlijkheid, een columnist met veel humor. Niet als een echte schrijver. Toen hij te rechtkwam in het Manteau- fonds, tussen serieuze schrijvers als Gerard Reve en Jeroen Brou wers, had hij het gevoel dat hij er weer bij hoorde. En terecht." „Het is grappig om te zien hoe lief Jeroen Brouwers in het begin van zijn carrière is voor Angèle Manteau. Hij heeft haar op dat moment natuurlijk no dig. Later wordt de toon wat driester, worden de opdrachten in de boeken wat fermer. Daar aan kun je zien dat hij door breekt. Brouwers is maar één van de vele voorbeelden. Er zijn nog talloze andere mooie op drachten. De bibliotheek is een Fundgnibe voor liefhebbers van literatuur. Ik ben er dan ook erg blij mee." nvt Collega kunstenaar Frans de Wit uit Leiden belde Giny Vos enkele weken geleden op en vertelde dat de metisen in Lei den helemaal niets van 'die vlek' op Naturalis snapten. Niet zo verwonderlijk. Wie nu om hoogkijkt langs de toren van het natuurhistorisch museum in Leiden kan in de veronderstel ling verkeren dat een reus een vettige vingerafdruk heeft ach tergelaten op het gebouw. De grijze grilligheid hoog aan de toren is echter geen spoor van een gigant, maar een enorme vlakte van zo'n 100.000 led lampjes. Eenmaal aangeschakeld krioe len de lichtjes in een complexe choreografie die het drukke be staan van micro-organismen verbeelden. En dat doen ze van af het voorjaar 1999, 24 uur per dag in een nonstop beweging. Nu is er nog weinig te zien. Maar net als de evolutie zelf groeit het leven langzaam uit van enkele kronkelende 'cellen' tot een uiterst beweeglijke hi- tech oersoep. Alsof fluoresce rende amoebes en pantoffel- diertjes uit hun waterdruppel zijn gekomen om over de muur van het museum te kruipen, zich te vermenigvuldigen, op te bloeien en uit te sterven. Een beeldende metafoor voor alles dat krioelt en stoeit en altijd weer boeit. Wie het werk ziet kan niet an ders dan die associatie hebben. „Het is kunst in een publiek do mein en dat moet op verschil- lendè manieren te lezen zijn." verduidelijkt Vos de directheid en toegankelijkheid van het werk. Haar atelier is gevuld met ruimte, spaarzaam benut door beeldschermen en elegant klei ne elektronica. Het ademt een efficiëntie die inherent is aan al haar werk. Software neemt nu eenmaal minder plaats in dan linnen en verf en Vos veront schuldigt zich voor het ontbre ken van artistieke rotzooi. „Ik heb altijd een beetje het idee alsof ik plaatjes moet ophangen voor een ander, om aan dat beeld te voldoen dat mensen van kunstenaars hebben. Maar ik heb wel gemerkt dat het communiceert. Vandaar die an sichtkaartjes en die foto's." Op haar prikbord hangt een artikel uit het NRC met de titel 'Raamvertellingen'. Het had op haar eerdere projecten kunnen slaan. Joekels van transparante verhellen van licht en glas, on dubbelzinnige statements als commentaar op hun directe omgeving. Wat te denken van Manhattans skyline door een simpel gegeven als verlichting getransformeerd tot een ro buust kasteel? Vanaf een grote afstand gezien verschenen op magische wijze, als de zon on derging, transen en kantelen werk dan een vondst. Maar het is meer dan dat. Het werkt op diverse niveaus waarbij het con cept niet het belangrijkste is. Dat is uiteindelijke uitvoering. Die levert de ervaring." Bij het werk 'A Castle for Mi ke' is het helaas nog niet zo ver gekomen. Het lichtkasteel is voorlopig nog een luchtkasteel. Ze heeft er wel prints van ver kocht. „En wie weet, misschien komt het ooit nog eens tot stand." Nu heeft ze ter voorbereiding een groot schema opgehangen van de biologische koolstof stofwisseling. Maar dat was voor haarzelf, om te weten hoe beestjes werken. „Dat ging ei genlijk wel iets te ver. Maar soms moet je dat doen om te weten waar je naar op zoek bent. En ik wilde dat het juist was op een wetenschappelijke manier. Ik wil geen onzin ver kondigen." En dat betekent dat ze voor haar Naturalisopdracht in na tuurhistorische musea in Brus sel, in Londen en Parijs vorsde, biologische naslagwerken raad-- pleegde en door microscopen tuurde. Het onzichtbare leven moest zichtbaar worden ge maakt. De kronkelige lijnen op een groot stuk schetspapier te gen de muur zijn dan ook geen nerveuze uitbarstingen van cre ativiteit, maar de documentatie van het gedrag van microsco pisch kleine filmsterren. Vos trok de bewegingen over nadat ze de gefilmde microwereld op de muur had geprojecteerd. „Üc heb ze zelf namen gegeven." In eerste instantie was het de bedoeling dat de hele toren zou krioelen van de Arno's, Dio's en Panto's en ander elektronisch ongedierte maar dat bleek toch te kostbaar. Het moest kleiner. En toen speelde meteen de vorm waarin het zich allemaal zou afspelen een rol. „Een cirkel zou te veel associaties met een voetbal opleveren. Een water druppel is een organischer vorm, maar kan elke mogelijke vorm aannemen. Toen heb ik de atlas maar ter hand geno men op zoek naar mooi ge vormde meren." Wat nu te zien is op de toren van Naturalis is een gedigitali seerde versie van het Victoria- meer in Oost Afrika, uiteindelijk bewoond door een oplichtend ecosysteem uit Nederlandse sloten. Daarbij hielp het toeval nog een handje om alles kloppend te maken. „Wat bleek nou: in het Victoriameer hebben zich in korte tijd veel evolutionaire ver anderingen afgespeeld. Een beetje analoog aan mijn eigen meer. En precies op de hoogte van het meer op de toren, be vindt zich de vissencollectie van datzelfde Victoriameer. Dat is altijd zo bij goed werk; het geeft iets extra's." De wereld volgens Carlos Santana Op het Haagse Lange Voorhout staat sinds kort het door Kees Verkade gemaakte bronzen beeld van Louis Couperus (1863-1923). Onder het beeld van de schrijver staat zijn beken de uitspraak: Zoo ik iets ben, ben ik een Hage naar'. Couperus was geboren en getogen in 's Gra- venhage. Maar ook wie elders is geboren kan zich met een stad identificeren. De in Rotterdam ge boren schilder Willem de Koon ing (1904-1997) antwoordde op de vraag of hij een Nederlander of een Ameri kaan was: ik ben een New Yorker. In het begin van de jaren zestig solidariseerde de Amerikaanse president John F. Kennedy (1917- 1963) zich met de bevol king van Berlijn. Staande op het balkon naast burgemeester Willy Brandt riep hij onder veel bijval: 'Ich bin ein Berliner'. Nog steeds apen vele politici dit optreden van Kennedy na. Lfitde Verkenningen 1998 van het Sociaal Cultureel Planbu reau (SCP) valt op te maken dat Nederlanders zich minder be trokken voelen bij eigen stad en land, dan dat bij de medebur gers van de Europese'Unie het geval is. Algemeen wordt inge zien dat de 'liefde voor de stad' een belangrijke bindende factor in een stad is en sterk bijdraagt aan de sociale cohesie. Zo bezien is het dure reclamespotje op de tv om mensen een 'Almere-ge- voel' bij te brengen, best te verde digen. Uit Amerikaans onder zoek is bekend, dat burgers zich via hun wijk met een stad iden tificeren; alleen al om die reden is het toe te juichen dat ook in Leiden de aandacht voor de wijkgeschiedenis zo toeneemt. Gelukkig groeit het aantal histo rische verenigingen in Neder land nog steeds. Rond de vorige eeuwwisseling kwamen de historische vereni gingen op. In verband met haar eeuwfeest hield de Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond (KNOB) vorige week een wetenschappelijk congres in de Stadsgehoorzaal. Leiden was mede als congresstad gekozen als eerbetoon aan de oprichter van de KNOB, mr dr J.C. Over- voorde (1865-1930). Overvoorde was lange tijd archivn #c gemeente Leiden en 0. jc van het Stedelijk Aft Lakenhal i Met steun van Prt de £"1° en f t bek en jaarboekje een keur a digingen voor lezingen sies. Als je ziet hoe ster tv; den-gevoel' op 3 okteI t toch nog veel te weinif ren lid van de Vereng Leiden. Of geldt de co de Verkenningen van zelfs (een beetje) voorl De nieuwe Staat iaj voor Cultuur, Rick Ploeg, kwam ook nogt bij het Leidse KNO B-a had, gezien de concha SCP, natuurlijk de esst r van historische veren onze tijd moeten ben Deze kans heeft hij gen hij wel vaker doet, voorkeur aan om (dus aandacht in de k lingen te bestrijden dit verdedigd had. Over tenzorg bijvoorbeeld staatssecretaris vooral katuraal beeld te hebbt 0O Wel zinnig is het w 1()( van Rick van der Plot cultureel erfgoed voor beter toegankelijk u Hierbij ziet hij een rol 1 voor het ondenvijs. Er wel meer groepen die ben op een betere intr [n onze cultuur. Het geli voor alle nieuwkom aa het ondenvijs zijn verenigingen de vanzi |er; de bondgenoten van d en ders. Cultuur bindt nieuwe mensen aan dé beleid van ons stadsl p| geslaagd, indien ook ja e h nieuwkomers een 'Leid j] ontwikkelen en zich 'Leidenarennoemen. Idi We staan aan de vooravond van een nieuwe wereld. Met deze boodschap komt meester- gitarist Carlos Santana volgen de week vrijdag 30 oktober naar het Rotterdamse Ahoy'. De boodschap is verpakt in een aantal duizelingweldtende gi taarsolo's, want muziek is voor de Mexicaan het medium bij uitstek om met anderen te communiceren. En communi catie, daar draait alles om, vindt Carlos Santana.Als je als muzikant geen contact met je publiek zoekt, dan is er iets mis met je. Ik ben bezig met een nieuwe plaat en daarop werk ik samen met onder andere Prin ce en Lauryn Hill van de Fu- gees. Een geweldige kans voor mij om dus straks ook te com municeren met een andere ge neratie, jongeren van beneden de 25." Je kunt van het donkerhuidi- ge snarenwonder zeggen wat je wilt, maar niet dat het hem ontbreekt aan passie voor zijn vak. Al sinds de jaren zestig trekt hij onder de naam Santa na met zijn band de wereld rond en nog steeds slaagt hij er moeiteloos in om grote zalen en zelfs stadions uit te verko pen. Maar vingervlugge Carlos heeft dan ook altijd vakman schap aan een interessante muzikale visie weten te koppe len. Hij speelde eigenlijk al we reldmuziek lang voordat die term was uitgevonden. In zijn vroegste composities integreer de hij immers Cubaanse en Afrikaanse ritmes. En zelfs al verliest Carlos zich in Zuid- Amerikaanse ritmes, z'n blues- en rockroots blijven er altijd in doorklinken. Al die elementen bij elkaar zorgen ervoor dat Santana in het rijtje van 's we relds meest herkenbare sna- renplukkers thuishoort. Maar Carlos vindt dat er heel wat meer is in dit leven dan muziekmaken. Sterker nog: hij heeft een belangrijke bood schap voor deze wereld. Daar bij zijn z'n sleutelwoorden: vre de, liefde, licht en geluk. We le ven in het eind der tijden, laten we dat eerst even vooropstel len. Althans, volgens Carlos Santana. Niet dat d^ wereld vergaat, maar er komt wel een hele nieuwe tijdgeest. En die probeert de Mexicaan nu alvast te vangen in zijn gitaarspel. „De wereld is al jaren in be weging", stelt Santana. „En dankzij televisiezenders als CNN is iedereen in staat alle belangrijke ontwikkelingen te volgen. We hebben de Berlijnse Muur omver zien gaan, we Giny Vos studeert op duizenden 'eencelligen'. foto united photos poppe de boer achter de ramen van wolken krabbers. Je hoefde alleen maar de lampen in een bepaald pa troon aan te doen. New York droomde met weemoed en het licht aan over een geschiedenis die zij nooit heeft gehad. Het is werk dat, zoals zij zelf zegt, klopt. „Als het goed is dan is wat ik maak onlosmakelijk ver bonden met de omgeving waar het staat. Er moet een goede re den zijn waarom het daar staat. In het ergste geval noem je mijn hebben de veranderingen in Zuid-Afrika gezien. Dat waren al voortekenen van een grote omslag. Ik ben ervan overtuigd dat we op dit moment op de drempel staan van een totaal nieuw bewustzijn van de mensheid. Een bewustzijn waarin steeds minder plaats is voor haat en agressie en waarin het goede de overhand heeft. De mensheid zal steeds meer z'n hart laten spreken." „We leven nu nog in een tijd waarin geweld domineert. Maar dat loopt op z'n eind. Laat ik het zo zeggen: het is net alsof je naar een parade zit te kijken, waarvan de laatste deel nemers aan je ogen voorbij trekken. Die verandering vol trekt zich natuurlijk niet zon der dat je er wat voor hoeft te doen en het gebeurt ook niet van de ene op de andere dag. •Maar wie oren heeft, die hore. En het is mijn taak als gitarist om de mensen via mijn muziek die nieuwe wereld aan te kon digen. Met muziek kun je die per in iemand doordringen dan met een mes, als je begrijpt wat ik bedoel." Mensen moeten zich vereni gen, betoogt Carlos Santana als een vakbondsleider van de ou de stempel. „Samen hebben zé een enorme kracht. Nu wordt die nog te veel gebruikt voor negatieve dingen, maar dat wordt straks allemaal anders. Nee, ik ben niet een of andere godsdienstwaanzinnige of een geloofsfanaat. Noem het maar spiritualiteit. Want dat is het wat mij deze woorden ingeeft. En ik ben niet de enige die er mee bezig is. Prince, Sting en Dave Matthews hebben dezelf de spiritualiteit. We proberen ons publiek zo te raken dat hun ogen opengaan." „Ik ben niet bang om dóód te gaan zonder die nieuwe wereld te hebben gezien. Want als ik er niet meer ben, komt er ie mand anders voor mij in de plaats. Mijn zoon of wie dan ook en hij denkt mijn gedach ten. Zo blijf ik voortbestaan." Carlos Santana. „Ik ben ervan overtuigd dat we op dit moment op de drempel staan van een totaal nieuw bewustzijn van de mensheid." foto gpd

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1998 | | pagina 18