Aalsmeerder werf De Vries bestaat 75 jaar 133 ZATERDAG 10 OKTOBER 1998 ijken der aarde varen op \Uandse schepen. Jachten l vijftig, zestig meter, met 1 vakmanschap gemaakt li voorzien van alle luxe. jet leeuwendeel daarvan mt van de scheepswerven ■Trés in Aalsmeer en Van (if/if op Kaag-eiland die br de naam 'Feadship' al jen nau w samen werken. ?mddv Heineken, Malcolm niet onze ambachtelijkheid. Italianen maken wel heel mooie dingen, maar la ten het er bij zitten in de uitvoering. Duitsers kunnen het wel, maar zijn weer minder soepel. Ons uitgangspunt is dat onze mensen eventuele problemen zelf op de werkvloer oplossen. Ik ben er in de loop der jaren achtergekomen dat het ar beidsethos hier één van de sleutels is van ons succes." Dat succes blijkt uit de orderportefeuil le. De werf kan per jaar twee schepen bouwen. Gewoonlijk zijn er vijf, zes op drachten in portefeuille. „Bij een voorbe reidingstijd van anderhalf jaar krijgt, wie nu bestelt, zijn schip in 2001. Dat is nog net acceptabel voor opdrachtgevers." Henk de Vries, opgeleid als bedrijfs kundige en zelf vooral bezig met de ver koop, onderhoudt nauwe contacten met die opdrachtgevers. Over hun identiteit is hij de discretie zelve. „Het zijn de tien duizend rijkste mensen op aarde. Van mij zul je alleen iets horen over mensen die er zelf geen geheim van maken dat ze een Feadship hebben. Iedereen weet dat de Prince de Lignac, Abraham van Leeu wen, een schip van ons heeft, dat zal ik dus niet ontkennen. Freddy Heineken heeft er ook al jaren één. Vooral om de koningin te ontvangen, Af en toe spreek ik hem en dan komt wel eens ter sprake of het niet tijd is voor iets nieuws. Dan klopt hij op m'n knie, kijkt me eens aan en zegt hoofdschuddend dat dèt toch veel te veel geld kost." Toch heeft De Vries ook klanten die wèl regelmatig een nieuw schip laten bouwen. „De uitgeverij van het zaken blad Forbes, heeft nu zijn derde. De Amerikaanse Toyota-importeur heeft in middels zijn zevende. Die bestelt steeds een groter schip. Hij gebruikt zijn jacht onder meer om dealers die goed preste ren een beloning te bieden." Puur emotie Maar de meeste klanten kopen een schip vooral om zichzelf een plezier te doen. „Het aanschaffen van een jacht is puur emotie. Ik onderhandel bijna nooit met een financieel directeur, maar meestal met de gebruikers zelf. Die willen ook zelf zien hoe het met hun jacht gaat. Als ze in Europa zijn, maken opdrachtgevers vaak een tussenlanding op Schiphol om bij ons een kijkje te nemen. Dat kan makke lijk ze hebben meestal een eigen jet. Vaak kennen ze onze mensen bij naam. Ze we ten wie aan hun schip heeft gewerkt. Juist de'topmensen, die zelf een groot be drijf hebben opgebouwd, hebben enor me waardering voor de ambachtelijke ijtes, de Prince de Lignac, M Allen van Microsoft en Ijlen Henry Ford II horen itde bekendste eigenaren van Feadships. De Vries taatdeze maand 75 jaar. Ileiding voor een gesprek et Henk de Vries (40), één 7 van de vier directeuren. \dereen vraagt hier altijd par naar gouden kranen. Dat is voor ons helemaal niet bijzonder. Een van de jachten van De Vries op volle zee. manier waarop hier wordt gewerkt." Daarmee typeert De Vries ook zijn doelgroep. „Het zijn meestal onderne mers. De groep wordt nu wat jonger. Vaak zijn het veertigers, vijftigers met ge zinnen. Die blijven niet in de haven van Saint Tropez liggen, maar trekken er op uit. Soms maken ze complete ontdek kingsreizen. Oliesheiks komen hier wel, maar dat zijn uitzonderingen. Die kopen liever een bestaand schip, dan zien ze di rect wat ze krijgen. De tweedehands- markt is onze grootste concurrent." Elk schip dat de werf verlaat is uniek. Elke opdrachtgever heeft andere wensen. De buitenwereld vergaapt zich aan de ui terlijke schijn: de gouden badkranen. De Vries reageert daarop als door een wesp gestoken. „Dat is dus helemaal niet inte ressant. Verguldsel op kranen is op deze schepen niet bijzonder, net zomin als in dure huizen. Voor ons zijn de James Bond-achtige dingen, de gadgets, veel aardiger om te maken." Hij somt op: een jacht met een deur in de wand om een auto uit te rijden, een speciaal kraantje om de Harley Davidson op de kade te zetten, een schip met een bioscoopzaal met surround-systeem, een jacht met een complete geluidsstudio. Henk de Vries is zich ervan bewust dat de sfeer rond dit soort miljoenen kosten de luxe producten in Nederland met zijn doe- maar- gewoon- dan- doe - je- al- gek- genoeg- mentaliteit nog wel eens beladen is. „Ja, er is afgunst, maar dat is ook alleen in Nederland zo. De mensen zouden er ook iets anders tegenaan kun nen kijken. We maken hier heel mooie dingen, waar ook nog eens veel families van leven. Doordat wij die dingen kun nen maken, houden we ambachten in stand die anders misschien gedoemd zouden zijn te verdwijnen." Al voor de oorlog bouwde De Vries luxe jachten, zij het van bescheidener afmetingen. Dit is de ruim tien meter metende Stem uit 1934. foto pr in de verkoop. Onze klanten kopen in de eerste plaats een 'Feadship'. Dat is we reldwijd een begrip, veel meer dan de na men De Vries of Van Lent. Toch zijn we nog steeds aparte familiebedrijven, elk met een eigen sfeer. Van Lent is van oor sprong katholiek, dat merk je in allerlei kleine dingen. Misschien zijn zij wat uit bundiger. Wij zijn van oorsprong gerefor meerd, net even wat steiler en ernstiger. Maar die grenzen vervagen. Eén van mijn neven is onlangs bij Van Lent begon nen." Hecht verbond rots stapt Henk de Vries door het schip in aanbouw op de werf in Aalsmeer. Hij wijst op de aluminium opbouw en romp van de 49 meter lange 'Sussurro' (Italiaans voor 'Fluistering'). Maar hij geeft ook alle aan dacht aan de glanzende lampjes - een soort patrijspoortjes - naast de traptre den. Dan laat hij de wanden zien van lichtgewicht honingraatmateriaal - dat ook in de vliegtuigbouw wordt gebruikt. Ook de loopplank van koolstofvezel ont snapt niet aan zijn aandacht. Henk de Vries: „Dit is de formule I in de scheepsbouw, met zestienduizend pk, waarvan negenduizend afkomstig van turbines. Dit schip kan straks tachtig ki lometer per uur varen, maar blijft vyend- baar. Het is voor het eerst dat we zo'n schip bouwen. Nu al zie je dat andere klanten vragen of we niet ook zoiets voor hun kunnen maken. Zo werkt dat dus." Nieuwe werf De SussuRro is een voorbeeld van de trend in de luxe jachtbouw: 'steeds mooh er, steeds duurder.' Opdrachtgevers vra gen ook om steeds grotere schepen. „We bouwen nu schepen die tussen de dertig en zestig meter lang zijn. Dat is het maxi mum wat we hier aan kunnen. Daarom zijn we samen met Van Lent op zoek naar een locatie in Nederland waar we schepen van tachtig tot honderd meter kunnen bouwen. We denken daarbij on der meer aan de regio Rotterdam. Daar zijn veel werven verdwenen. We willen een volwaardige werf opzetten. Naast de huidige bedrijven in Aalsmeer en op De Kaag." De Vries sluit niet uit dat met de komst van zo'n nieuwe werf de samenwerking met van Lent verder wordt gëintensi- veerd en misschien wel tot een fusie leidt. „We werken al jaren nauw samen Wie nu het glanzende kleurendrukwerk van Feadship ziet met plaatjes van jach ten in exotische oorden en van de hyper moderne werf in Aalsmeer kan zich nau welijks voorstellen dat de overgrootvader van Henk de Vries III - zoals op zijn visi tekaartje staat - begin deze eeuw nog Aalsmeerder pramen bouwde. Flet waren zijn zoons Henk en Johan die op de huidige plek aan de Ringvaart in oktober 1923 voor zichzelf begonnen onder de naam 'Scheepswerf De Vlijt'. Zij bouwden van meet af aan recreatiesche pen. „Opa had visie. Hij voorzag dat het wel wat zou worden met de plezier- vaart." Dat begon met kleine scheepjes, veelal zeilboten. Twaalfvoetsjollen, pam- pussen en regenbogen kwamen aanvan kelijk van de op een typisch Aalsmeerse, lange smalle, akker begonnen werf. Het ging De Vlijt voor de wind. Al in 1930 kwam de eerste buitenlandse op dracht en nog voor de oorlog werd het eerste jacht van dertig meter gebouwd. In 1940 werkten er zestig mensen. Maar tij dens de oorlog kon De Vries met onder- houds- en reparatiewerk het hoofd nau welijks boven water houden. Het duurde tot ver in de jaren zestig tot er weer zestig mensen in dienst waren. Nu telt de werf zo'n tweehonderd eigen werknemers plus zo'n zestig a zeventig medewerkers van onderaannemers. Typerend voor de aanpak van De Vries is het grote vakmanschap en het grote aantal disciplines onder één dak. Natuur lijk heeft de werf mensen die staal en alu minium kunnen lassen en weten ze er hoe een scheepsmotor moet worden in gebouwd. Eigen elektriciens trekken de bekabeling in de schepen. Maar ook de natuursteen voor badkamers wordt in groeves in Italië zelf uitgezocht en door eigen terrazzowerkers bewerkt. Eigen schilders zorgen voor perfect lakwerk en in de timmerwerkplaats worden alle lam- brizeringen en meubilair gemaakt. De meeste mensen zijn door De Vries zelf opgeleid. Henk de Vries: „We zijn permanent op zoek naar mensen die een vak willen le ren. Toch weten we ze op één of andere manier ook wel te vinden. We bieden mts'ers stageplaatsen, hebben nauw con tact met opleidingsinstituten. En de mensen die hier komen blijven lang. Na het faillissement zijn hier ook mensen van Fokker gekomen. Dat bevalt goed. Die mensen hebben onze mentaliteit. Ze zijn nauwkeurig en raffelen niets af." Flexibiliteit Vakmanschap, maar ook flexibiliteit is volgens Henk de Vries het geheim van het succes van de twee Nederlandse wer ven. „Amerikanen hebben eenvoudigweg Feadship ontstond in 1949. De jacht bouw moest na de oorlog helemaal op nieuw beginnen. Er was schaarste aan materialen, maar Nederland had ook een grote behoefte aan buitenlandse devie zen. Zeven werven en scheepsarchitect De Voogt uit Aerdenhout sloegen de han den ineen in de 'First Export Association of Dutch Shipbuilders'. De groep presen teerde zich in de Verenigde Staten als 'de' Nederlandse jachtbouw. Zo trokken ze de aandacht op de New York Boat- show van 1951. Niet alleen omdat ze complete jachten hadden verscheept, maar ook omdat die jachten vrijwel hele maal uit staal waren opgetrokken. Dat was toen een nieuwigheid. Fusies, sane ringen en reorganisaties zorgden ervoor dat in de loop van de jaren de ene werf na de andere uit het samenwerkingsver band viel. Wat bleef was een hecht ver bond tussen De Vries, Van Lent en scheepsarchitect De Voogt. Henk de Vries: „Opa had visie. Hij voorzag dat het wel wat zou worden met de pleziervaart." foto united photos de boer rick nederstict

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1998 | | pagina 53