Verbruggen kan dopingprobleem niet oplossen
aas: Koning op de Cauberg
De gloriedag van 'IJzeren Briek'
Sport
Marcel Kint reed acht
jaar in regenboogtrui
344
roteert gebruik verboden middelen binnen de perken te houden
rbruggen begon een jaar geleden aan zijn derde
irmijn als voorzitter van de Internationale Wieier
■VelLl). Een periode om de zegeningen te tellen van
voorgaande jaren waarin de marketing-man de
te wielerbond met succes op de commerciële
fte. Maar twaalf maanden later, aan de voor-
an het WK in Nederland, ligt het wielrennen en
JCI (lees Verbruggen) zwaar onder vuur. Oor-
i tijdens de Tour hevig opengebarsten zweer die
hetjieet. Dus: niks praten over gulle multinationals,
)en :issante kijkcijfers, over spannende wedstrijden
|pe|E meet, maar over doping. Verbruggen (57) doet
>eleiopen vizier.
Dus wordt er geroepen dat de
nationale bonden en de UCI
lankmoedig optreden.
„Ja natuurlijk, de hele wereld
gilt na dit schandaal om het
hardst dat er keihard moet wor
den opgetreden en gestraft.
Maar straffen kun je alleen doen
wanneer je daadwerkelijk wat in
handen hebt. Zeker met
profrenners die je uit hun be
roep stoot. Onze advocaten
hebben het dossier van de
Franse justitie, vijf kilo papier,
maar we mogen er pas iets mee
doen als justitie het onderzoek
heeft afgerond. Ja, ik weet dat
het een hele slechte indruk
geeft, maar we kunnen nog niks
anders."
Uteit: de Zwitserse wie-
Jeeft vorige week de
3lewe, Dufaux en Meier
bar/ maanden geschorst.
in de Festina-affaire
Segegeven doping te
n^\bruikt. U heeft dat
>rKePr goed genoemd. Er
~ten'r mensen dië beweren
iel te weinig is, dat ren-
n lachen en dat er
fgestraft moet worden.
eikmiddel.
f|
„Dat werkt niet.
id fnaar atletiek. Heeft
8%feon er zich van laten
jen doping te gebrui-
jl hij wist dat hij vier
.ïorst zou kunnen wor-
QR'dus- Bovendien moet
in de ogen van een
onbk redelijk zijn. Als je
gr voor vier jaar
jntneem je hem zijn
ne Js zijn loopbaan over.
aaf|fn 'Berufsverbot' uit-
dan staan we morgen
gchtbank. Want iedere
ieft minimaal zes ad-
zich staan."
'oslj
n di
Festina-ploegleider Roussel heeft
toch gezegd dat er systematisch
doping is verstrekt?
Verbruggen: „Maar uit het on
derzoek van de politie blijkt ook
dat er renners zijn die niet heb
ben gebruikt. Ik weet ook wie, ik
mag het alleen niet zeggen."
De Franse bond mag het dossier
ook nog niet gebruiken, maar
beslist wel dat de betrokken
Franse renners niet mogen star
ten bij het WK in Valkenburg.
Hoe kan dat?
„Dat is een UCI-regel die we
deze zomer in Havana, net voor
de Tour, hebben ingevoerd. On
der andere naar aanleiding van
de gevallen met veldrijders De
Bie en Pontoni. De nieuwe regel
maakt het mogelijk om renners
te verbieden aan het WK deel te
nemen wanneer tegen hen een
procedure loopt. Oók als de
zaak, zoals nu in het geval van
de Franse bond tegen de Franse
Festina-renners, is opgeschort.
Daarmee voorkomen we dat we
een wereldkampioen krijgen
van wie later blijkt dat hij ge
schorst had moeten zijn."
Toch blijft het vreemd dat de
UCI maar moet afwachten wat
een nationale bond met haar
renners doet. Ook als aantoon
baar is dat deze renner heeft ge
bruikt. Neem Casagrande, die
'San Sebastian' won terwijl hij
in het voorjaar al betrapt was.
Verbruggen: „Waarna wij in de
pers afgeslacht worden, zonder
dat men vraagt hoe zoiets kan.
Wij hebben te maken met ter
mijnen in de rechtsgang, met
contra-onderzoeken waar de
renner recht op heeft, met be
schikbaarheid van laboratoria.
Het heeft drie maanden ge
duurd in het geval Casagrande.
Maar zowel de Italiaanse bond
als de UCI hebben alles zo snel
mogelijk afgehandeld, dat heb
ik zwart op wit. Als we eerder
schorsen en de renner wordt la
ter vrijgesproken, dan mag ie
dereen hier de rekening komen
ophalen. Dat loopt in de miljoe
nen, want zo'n jongen zegt
doodleuk: ik had de Tour kun
nen winnen. Tot nog toe heb
ben wij nooit in een rechtbank
gestaan. Andere bonden, die zo
graag met hun spierballen wil
UCI-voorzitter Hein Verbruggen heeft niet de illusie dat het dopingprobleem ooit zal worden opgelost, foto
ap peter de jong
len rolllen, staan constant voor
de rechter."
De UCI controleert meer renners
dan welke bond ook. Toch wordt
maar één procent positief be
vonden. U heeft altijd erkend
dat er waarschijnlijk meer
wordt gebruikt, maar nu blijkt
opeens een hele ploeg gedrogeerd
te zijn van wie de meeste renners
nooit eerder tegen de lamp lie
pen.
„Dat is choquerend, maar ook
verklaarbaar", zegt Verbruggen.
„Want er zijn middelen die we
via controles kunnen opsporen
en middelen die we niét kun
nen vinden, zoals in het geval
van Festina dus epo. Daarom
wordt na de bloedtest nu ook de
gezondheidstest ingevoerd, zo
dat we minimaal de gezondheid
van een renner kunnen garan
deren."
Tot op zekere hoogte. Want wat
is gezond?
„Dat moetje gezamenlijk vast
stellen. In het geval van het
bloed wat we nu al controleren,
is de hematocrietwaarde, de
hoeveelheid rode bloedli
chaampjes, vastgesteld op niet
meer dan 50 procent."
Met als gevolg dat iemand die
normaal 42 heeft, aangespoord
wordt epo te nemen.
„Dat weet ik wel. Maar hoe kun
je het voorkomen? Dat is ook al
jaren het geval met testosteron.
Ook daarmee kun je manipule
ren. Maar bij de 1.500 bloed-
controles die nu zijn uitgevoerd,
ligt het gemiddelde op 45 pro
cent terwijl dat bij een gemid
deld mens 43 procent is. Nu
kun je zeggen: zie je wel, er
wordt epo gebruikt. Maar niet
zo massaal als men denkt. Want
als het gemiddelde 45 is, zit de
helft er toch onder. Dat neemt
echter niet weg dat er, zoals bij
Festina, met epo wordt gewerkt.
En dan zullen zij wel niet de
enige zijn."
De kern van de zaak: Waarom
gebruikt een renner doping?
Sommigen zeggen omdat er zo
veel verdiend wordt door de ren
ners dat ze wel mee moeten om
hun contract waar te maken.
Toen u bij de UCI kwam, wilde
u meer geld genereren. Meer geld
betekende meer ploegen en meer
toprenners. Is dit nu het resul
taat?
„Hoe vaak heeft u al geschre
ven: doping is zo oud als de
wielersport? Dat is mijn ant
woord."
U legt met een nieuw pakket
maatregelen de verantivoorde-
lijkheid vooral bij de ploegart-
sen. Zijn zij de hoofdschuldigen?
„Ik vind dat we van een collec
tieve schuld kunnen spreken.
Maar ik vind de renner wel eerst
verantwoordelijk. Hij staat toe
dat er met zijn lichaam wordt
gerommeld. Als hij zegt dat hij
dat niet weet? Dan vind ik dat
een domme renner."
Niet iedere renner die gebruikt,
zal dom zijn. Waarom doet hij
het toch?
„Naar mijn mening vanwege
het onderlinge wantrouwen. Ik
weet zeker dat 99 procent van
de renners liever niet wil ge
bruiken, maar niet zeker weet of
zijn collega er ook zo over
denkt. Dat is bijna niet te door
breken. Je zou er met psycholo
gen over moeten praten."
Dus moeten we constateren dat
het dopingvraagstuk nooit is op
telossen?
„Inderdaad. Maar die illusie heb
ik ook nooit gehad. Daarom ben
ik daar ook heel koel in. Dat be
tekent niet dat we strijd opge
ven, integendeel. We proberen
het zoveel mogelijk, op de beste
manier, binnen de perken te
houden. Ik weet dat we een
goed pakket maatregelen heb
ben. Van de mensen die weten
wat we doen, krijgen we alleen
complimenten. Het IOC, het
Nederlands Centrum voor Do-
pingvraagstukken, noem maar
op. En verder is het hopen dat
daar iets van doordringt bij an
dere betrokkenen.
U heeft in het Belgische week
blad Humo gezegd: Dit is een
ramp voorde wielersport, maar
ik weet niet of iemand er wakker
van ligt. Dat gevoel heeft U nog
steeds?
„Ja. Wat ik daarmee bedoelde
is: keren de kijkers en vooral de
sponsors zich massaal van het
wielrennen af? Zou dat gebeu
ren, dan is dat een ramp. Maar
die indruk heb ik niet. Kijk, we
hebben hier nu alleen maar
over doping zitten praten. Alsof
het wielrennen niets anders is.
Maar dat gaat niemand mij
aanpraten. Ik ga niet in een
hoekje zitten janken omdat we
nu een probleem hebben wat
we al jaren kennen, zij het niet
in deze omvang. We gaan dit
aanpakken. Onze reglementen
zijn goed, onze procedures zijn
goed, onze straffen zijn goed.
Het is alleen zo jammer dat nie
mand daar naar vraagt."
Halve eeuw geleden was Schotte oppennachtig
KORTRIJK WIEL VERHEESEN
GPD-VERSLAGGEVER
Het is precies vijftig jaar gele
den dat Briek Schotte op de
Cauberg de wereldtitel verover
de. Het was een wielerdag om
nooit te vergeten. Vrijwel vanaf
het begin streed hij in de voor
ste gelederen. Eerst in gezel
schap van een aantal concur
renten, naderhand nog alleen
met de Fransman Apo Lazari-
dès in het wiel. Hoezo, een
eindsprint? 'De Flandrien' liet
zijn opponent gewoon staan.
Briek Schotte werd geboren in
Kanegem, een gehucht bij Tielt.
Later woonde hij geruime tijd in
Waregem en sinds jaar en dag is
hij inwoner van Kortrijk. Vlaan
deren heeft hem in het hart ge
sloten. „Twee jaar na Valken
burg heb ik nóg een keer het
wereldkampioenschap gewon
nen. Het was in Moorslede, in
mijn geboortestreek. Uiteraard
óók een fantastische belevenis,
maar nooit heb ik mij sterker
gevoeld dan de eerste keer toen
ik de regenboogtrui veroverde.
Terug naardie 22ste augustus in
1948. Zo'n dag waarop hij alles
kon, méér nog dan die ene keer
in Parijs-Brussel toen hij vier
keer voor een lekke tube van de
fiets moest, zes minuten achter
stand opliep, maar toch triom
ferend de eindstreep bereikte.
„Het was vijftig jaar geleden
voor het eerst dat de ploegen in
het WK uit zes man bestonden.
Achiel Buysse, die een paar we
ken eerder kampioen van België
was geworden, behoorde er toe.
Marcel Dupont, Nest Sterckx,
Stan Ockers, Raymond Impanis
en ik waren de andere Belgen."
Een kopman hadden zij niet.
Destijds heel gewoon. „We
spraken wel af dat wij elkaar
niet in de wielen zouden rijden.
Als één van ons zou winnen,
kreeg iedereen van hem twin
tigduizend franc. Honderddui
zend in totaal." Omgerekend in
Nederlandse munt nog geen
achtduizend gulden.
De strijd in Valkenburg ont
brandde al vroeg. Zevenender
tig man waren aan de start ge
komen. Zesentwintig ronden,
267 kilometer, moesten worden
afgelegd. „Het groepje waarmee
ik ontsnapt was, had na hon
derd kilometer al vijf minuten
voorsprong. De tegenaanval
kwam van de Fransen. Daarbij
waren Caput, Apo Lazaridés,
Klabinski en Teisseire. Een ge
deeltelijke hergroepering was
het gevolg. Op hetzelfde mo
ment demarreerde ik opnieuw,
ook al omdat Gerrit Schulte aan
een achtervolging bezig was."
Van de campionissimi Bartali
en Coppi had Briek Schotte
niets meer te vrezen. De Italia
nen deden er alles aan dat in ie
der geval geen van beiden zou
winnen. Vroegtijdig stapten zij
af. De demarrage van Schotte
kon slechts beantwoord worden
door Apo Lazaridés en Lucien
Teisseire. Laatstgenoemde
moest algauw weer afhaken.
„Lazaridés liet gedurende tien
tallen kilometers het werk aan
mij over. Ik werd er niet zenuw
achtig van. Toen hij bij de
laatste beklimming van de Cau
berg toch nog probeerde weg te
komen, ben ik meteen naar
hem toe gesprongen en reed
hem in de sprint uit het wiel."
Tien man reden de wedstrijd
uit. De Zwitser Ferdi Kübler, la
ter zelf wereldkampioen en ook
nog Tourwinnaar, werd zeven
de op tien minuten. Schotte:
„Zegt dat niet genoeg. Let wel,
we moesten zesentwintig keer
de Cauberg op. Nu vijftien
keer."
Schotte reed in die tijd voor Al-
cyon, een Frans rijwielmerk.
„De ploegen waren toen niet te
vergelijken met de hedendaagse
teams. Jaarsalaris? Had je ge
dacht. Je moest het vooral heb
ben van de premies, die de fa
briek ter beschikking stelde. De
fiets kreeg je in bruikleen. Als je
met de trein naar een koers in
Frankrijk ging, moest je zelf het
kaartje betalen." Tot zijn veer
tigste is Briek Schotte blijven
koersen. Parijs-Tours '59 was
zijn laatste wedstrijd.
Van de fiets naar de ploeglei
derswagen was een logische
stap. Bij Flandria werd hij één
van de chefs d'équipe. „De
mooiste tijd bij die ploeg heb ik
beleefd toen Michel Pollentier,
Marc Demeyer en Freddy Maer-
tens er bij waren. Jongens van
de Westhoek. Niemand anders
dan ik had ze bij elkaar ge
bracht, ook al deed Lomme
Driessens vaak voorkomen dat
alleen hij de ploeg gevormd
had."
Op zijn zeventigste kreeg Schot
te geen licentie meer als ploeg
leider. Reglement is reglement.
Misschien was 'IJzeren Briek'
anders nu nog in functie. Net
als oude soldaten sterven ook
oud-wielrenners niet. Ze peda
leren gewoon door naar hun
laatste finish.
VALKENBURG BENNIE CEULEN
GPD-VERSLAGGEVER
Lange tijd koesterde de bejaar
de Marcel Kint (84) een groot
verlangen: nog één keer terug
keren naar Valkenburg. Terug
naar de plaats waar hij ooit zijn
mooiste triomf vierde. De top
van de roemruchte Cauberg,
waar hij het wereldkampioen
schap van 1938 besliste. Precies
zestig jaar na dato ging zijn
laatste wens in vervulling. Op
uitnodiging van het gemeente
bestuur gaf Kint in gezelschap
van zijn vroegere strijdmakker
Briek Schotte acte de présence
bij de onthulling van naar hen
vernoemde trappen in het Val-
kenburgse Kuurpark.
Geen wegrenner droeg de re
genboogtrui langer dan Marcel
Kint. Hij werd in 1938 wereld
kampioen in Valkenburg. Door
de oorlog werd vanaf 1939 tot
1946 geen wereldkampioen
schap gehouden. „Ruim acht
jaar heb ik in de regenboogtrui
gekoerst. Een record dat nie
mand me zal afpakken. Nóóit."
Marcel Kint, een forse, grijze
man met verweerd gezicht en
knoestige handen. De toenmali
ge oerkracht straalt er nog van
af. De 'Zwarte Arend', zoals hij
genoemd werd, was één van de
kopstukken van een legendari
sche geperatie Belgische wiel
renners, de zogenaamde Flan-
driens.
Behalve het wereldkampioen
schap in Valkenburg won Kint,
die van 1935 tot en met 1951
professional was, klassiekers en
Touretappes. „Het wereldkam
pioenschap was de mooiste
overwinning van allemaal", ver
telt hij. „Ik denk nog heel vaak
aan Valkenburg. Vooral als ik de
coureurs in de Amstel Gold Ra
ce de Cauberg op zie rijden. Nu
is het mooie macadam, maar
toen lag die hele klim met glad
de klinkers bezaaid. Het weer
was verschrikkelijk. Regen en
kou. Niet voor niets bereikten
slechts acht coureurs de arri-
vée."
Kint was in de finale in gezel
schap van de Noord-Hollander
Piet van Nek en het Zwitserse
duo Paul Egli en Leo Amberg
aan de haal gegaan. „Een lastig
Marcel Kint (links) en Briek Schotte bij de onthulling van de naar hen
vernoemde trappen in het Valkenburgse Kuurpark. De 'Flandriens' pak
ten op de Cauberg respectievelijk in 1938 en 1948 de wereldtitel, foto
gpd frits widdershoven
genboogtrui had gedragen.
Achthonderd meter voor de fi
nish sprongen vier Zwitserse
supporters over de afrastering.
Eentje greep mijn zadel vast,
terwijl de anderen Knecht toe
riepen te demarreren. Geen en
kel jurylid had het gezien. De
Zwitsers hebben me de titel af
genomen. Dat onrecht heb ik
nooit kunnen verwerken.
Herinneringen met een lach en
een traan uit het rijke wielerle
ven van de Vlaamse oude glorie,
die na zijn carrière een rijwiel
groothandel bestierde. Het he
dendaagse cyclisme volgt hij via
kranten en tv nog op de voet.
Zondag is Marcel Kint als ere
gast present bij het WK. „Ik ga
nooit meer naar koersen kijken.
Ik ben te oud geworden, maar
voor Valkenburg wil ik nog één
uitzondering maken." Voor de
'Zwarte Arend' zal het echt de
allerlaatste keer zijn.
koerske. Te zwaar voor Van
Nek, want hij werd door ons ge
lost. De arrivée lag voorbij de
top van de Cauberg. Ik won de
sprint van die twee Zwitsers ge
makkelijk. Ik was 23 jaar en we
reldkampioen. Er was heel veel
volk. Ook veel Belgen, want Val
kenburg lag dicht bij de grens."
Van de wereldtitel is Kint niet
rijk geworden. „Het heeft me
geen centime opgebracht. Even
later brak immers de oorlog uit.
Toen ik een maand wereldkam
pioen was, werd ik als soldaat
opgeroepen voor de mobilisa
tie. De oorlogsjaren hebben
mijn carrière gebroken."
Kint is er nog steeds van over
tuigd dat hij ook in 1946 we
reldkampioen had moeten wor
den in Zürich. „Als het er in de
eindsprint eerlijk aan toe was
gegaan, had ik gewonnen en
niet Hans Knecht, met wie ik
voorop lag. Dan had ik bewezen
dat ik sinds 1938 terecht de re-
veroverde in 1979 op eigen bodem de regenboogtrui. De (West-)Duitser Didi Thurau (links) en Jean René Bemaudeau uit Frankrijk
het zilver en brons. foto anp archief
van Nederland." Raas was klaar voor de
grote dag.
Hij gold in het Nederlandse team als de
onbetwiste kopman, ook al hadden ande
re favorieten als Hennie Kuiper, Joop Zoe
temelk en regerend kampioen Gerrie Kne-
temann een beschermde rol.
Raas deed in de koers wat toentertijd in
topwedstrijden heel gewoon was. Bij de
beklimmingen van Cauberg en Bemeler-
berg pakte hij shirt of broek van ploegge
noten vast. Probleem was dat de televisie
camera's één en ander vastlegden. „Wat
de regie niet liet zien, was dat de kopman
nen van buitenlandse ploegen hetzelfde
deden als ik." Waarom uitgerekend hij uit
gekozen werd? „Het had, zo heb ik latei-
begrepen, te maken met een ruzie tussen
ploegleider Peter Post en regisseur Martijn
Lindenberg. Moetje nagaan. Zoiets werd
over mijn rug uitgevochten."
De tv-beelden maakten de chefs d'équipe
van de andere ploegen razend. Zij protes
teerden bij de jury. Raas: „Halverwege de
koers kwam ploegleider Piet Libregts met -
zijn auto naast me en riep dat ik mij niet
meer mocht vasthouden aan de andere
jongens. Anders zou ik uit de wedstrijd
worden genomen. Allicht volgde ik zijn
raad op. Na Valkenburg was het overigens
ook verleden tijd met dergelijke praktij
ken. Wat dat betreft heeft het wereldkam
pioenschap voor een breekpunt gezorgd."
In de finale ontstond een kopgroep van
acht man. „Bij de laatste beklimming van
de Cauberg moest Henk Lubberding, mijn
enige ploegmakker in de kopgroep, afha
ken. Driehonderd meter verder demar
reerde Chalmel. Niemand reageerde.
'Daar gaatje kampioenschap', spookte het
door mij heen." Ook de Noor Knut Knud-
sen werd onrustig. „Daarbij raakte hij
blijkbaar uit balans. Hij sleurde de Belg
Willems mee. Weer twee concurrenten
minder. Zo hard is het in een belangrijke
fase."
De spanning steeg ten top. Raas wist dat
hij verloren was als hij zelf tot de tegen
aanval overging. „Het was een pokerspel.
Ik voelde dat Thurau iets ging doen. Hij
nam inderdaad het initiatief en sleurde
ons groepje tot bij Chalmel. De sprint be
gon. Thurau week van zijn lijn af. Ik rea
geerde meteen. Battaglin, die achter mij
reed, had de manoeuvre van Thurau blijk
baar niet gemerkt. Hij raakte mijn wiel en
ging tegen de grond."
Raas merkte niet eens dat Battaglin hem
toucheerde, zó gefixeerd was hij op het
spandoek, waar hij schreeuwend van ge-
luk als eerste onder door flitste. „De Italia
nen hebben overigens nog geprotesteerd.
Zij wilden mij er de schuld van geven dat
Battaglin was gevallen. De film bewees het
tegendeel. Achteraf zeg ik dat de jury Thu
rau had moeten deklasseren. Het gebeur
de niet, maar je kunt begrijpen dat ik daar
geen boodschap aan had."
directeur manager
herinnert zich de
van het wereldkampioen -
)g haarscherp. Alsof het giste-
en niet negentien jaar gele-
hele seizoen had ik naar die ene
het al een jaar eerder. Op
had hij ook al aanspraken
t op de titel: hoewel hij een be-
e rol speelde, slaagde hij niet.
akker Gerrie Knetemann zorgde er
t de hoofdprijs desondanks in Ne-
Ise handen kwam. Fijn voor hem
'aderland, maar Raas wilde zijn
ls koning van de klassiekers een
uden randje geven door zélf ook
r wereldkampioen te worden. 'De
g is geknipt voor jou', spookte het
lat moment door zijn hoofd.
voorjaar reed ik al sterk. Ik had de
Gold Race en Ronde van Vlaande-
Nonnen. Toen ging het er nog om
h Valkenburg de puntjes op de i
[ten." De voorbereiding had hij tot
lils uitgewerkt. „Zelfs de dag waarop
Tour afstapte, was geprogram-
Na de Tour liet ik een aantal crite-
en dus véél geld schieten omdat ik
de Ronde van Duitsland wilde rij-
a de Rundfahrt won ik de Ronde